mm Model XII De geruischlooze, de bacteriënvanger LANDBOUW. KERKNIEUWS. FEUILLETON. HARTENAAS EN RUITENDRIE. Alom verkrijgbaar. Showrooms in alle voorname plaatsen van Nederland. (Ingez. Med.) gevoerd voor werfcverruiming in overleg imet de P.Z.E.M.. Medegedeeld werd dat aan den minis»- ter reeds is gevraagd de steunverleening na 1 Mei te verlengen. Daarop is 'nog geen antwoord ontvangen, j' B. en W;. zeggen voor de volgende week steun toe, doch de mfenschen aioe ten komen stempelen. Medegedeeld wordt dat het bestuur der Ger. school te Oostdij'k door jütei Kroon in het gelijk is gesteld. Tot lid van het bestuur der Ver- eeniging van Vrijzinnige Hervormden alhier koos de algemeene vergadering mevrouw M. P. Maartense-Wagensveld, In de derde zitting der algemeene synodale commissie der Ned. Herv, Kerk wordt de behandeling van de fondsen voortgezet.Onder de giften behoort ook een (jaarlijksche) bijdrage van 750 van de Koningin. De Algemeene Weduwen- en Wee- zenbeurs deed een uitkeering aan 381 weduwen, 4 minderjarigen en 16 erven (in 1930 waren deze getallen 373, 6 en 11) tot een gezamenlijk bedrag van 135.556. Aan kerkvoogden der Ned. Herv. Ge meente te Breskens wordt vergund bij het bouwen van een nieuwe pastorij volgens art. 19 van het Reglement op het Fonds voor noodlijdende kerken en personen te handelen. Een vaste Paaschdatum. Het schijnt er toch van te zullen ko men dat een vaste Paaschdatum zal wor den ingevoerd (nl. op den Zondag na den tweeden Zaterdag in April, alzoo tusschen 9 en 15 April.) De Volkenbondsraad heeft een be sluit aangenomen, hetwelk bekrachtigt, dat die regeeringen, welke niet reeds haar instemming betuigden met het „Paaschbesluit" van de internationale commissie voor kalenderhervorming worden uitgenoodigd alsnog toe te tre den. Is de termijn hiervoor verstreken, dan zal de Volkenbondsraad de acte den grooten religieuzen gemeenschappen me- dedeelen en „daarbij de hoop uitspre ken, dat deze in den meest weiwillen den zin willen onderzoeken, welk ge volg zij aan den inhoud der acte willen geven." De invoering van den vasten Paasch datum zou daardoor niet van de instem ming der religieuse gemeenschappen af hankelijk worden gesteld (het Vaticaan o.a. was tot dusver tegen het voorstel, doch zou, als een genoegzaam aantal re geeringen haar instemming te kennen gaf, tot de invoering langs politieken weg overgaan.) gen uitstel! Henry Aimsbury kon eerst na vijl dagen wetbg aanspraak maken, ONTWIKKELINGSDAG VOOR LANDBOUWERS Zaterdag hield de Commissie voor ontwikkelingsdagen ingesteld door de Z. L. M. alhier. De bijeenkomst was niet zoo druk bezocht als de beide eerste ontwikkelingsdagen. De voorzitter de heer mr. P. D i e - 1 e m a n heette de aanwezigen welkom en zeide dat men een moeilijken tijd beleeft en de commissie geaarzeld-heeft of zij al of niet een ontwikkelingsdag zou houden. Verleden jaar waren velen vrij plotseling door de malaise getroffen en besloot men de bijeenkomst uit te stellen tot gunstiger tijd. Deze is er nu ook nog wel niet maar toch is de toe stand wel iets beter. Men is zeker nog lang niet tevreden maar dat mag geen aanleiding zijn om stil te zitten. Men moet niet doen als de man wiens zaken slecht gaan en daarom zijn boeken niet inkijkt of bestudeert. Dat is struisvogel politiek. Men moet zich goed rekenschap geven wat te doen staat als de toestand beter mocht worden en zich daarvoor voorbereiden. Spr hoopt dat deze ont wikkelingsdag daartoe zal mogen bijdra gen. Dat het niet zoo druk is op de ver gadering wijdt spr niet aan de malaise doch aan het feit dat de weersgesteld heid tot werkzaamheden op het land noopt o. ahet uitzaaien van suiker bieten Sprr deelde mede dat bericht van ver hindering was ingekomen van de heeren v. d Plasse en Van Dijk en gaf daarni het woord aan den heer ir C S t e- vens, Rijkslandbouwconsulent, die een inleiding hield over: Een en ander over de aardappelteelt Spr. deelde mede dat bericht van ver van den aardappel die in Chili en Peru zijn geboorteland heeft en die omstreeks 1586 in ons land werd geimporteerd via Spanje Aanvankelijk was men van meening, dat de bessen moesten gege ten worden, wat natuurlijk niet beviel In de laatste eeuw heeft de cultuur in ons land zich belangrijk uitgebreid. In 18511860 waren er gemiddeld 95.834 ha met aardappelen bezet in 1921-1930 was het gemiddeld 173.548 Voor som mige deelen van Nederland is de aard appel de hoofdvrucht en ook voor Zee land is de teelt zeer belangrijk. In Zee land werd in 1921-1930 gemiddeld ver bouwd aa n aardappelen 13.676 ha„ aan suikerbieten 22,889 en aan tarwe 14.682 ha. op een totaal oppervlakte bouwland van 108.359 ha. Spr. bepaalt zich verder speciaal tot de pootgoed-productie daar de export van sonsumptie aardappelen spaak zal loopen nu men die in het buitenland zelf teelt van gezond pootgoed uit ons land. Alleen in jaren wanneer de oogst mislukt zal men de grove consumptie aardappelen van ons vragen. Zeeland zal zich ook meer en meer moeten gaan toeleggen op gezond pootgoed, dat ge schikt is voor export. Wat als pootgoed wordt aangeboden, moet werkelijk de toets der critiek kun nen doorstaan, en daarom wijst spr. voor al op den gewassenkeuringsdienst, zoo als die o.a. door de Z. L. M. in 1913 is ingesteld. Toen werden 40 h.a. gekeurd, wat thans is gestegen tot 682 in 1931 en het percentage afgekeurde h.a. daal de de laatste jaren van 38 tot 21. Dit komt ook vooral omdat men in het be gin van de ziekten te weinig afwist en er is wel geen gewas dat aan zooveel kwalen mank gaat dan juist de aardap pel. De strijd in Zeeland gaat hoofdza kelijk tegen de z.g. degeneratieziekten, t.w. topbont en bladrol. Reeds vóór de wetenschap zich met deze kwesties ging bezig houden was in de praktijk reeds gewerkt om langs empirischen weg tot verbetering te komen, en spr. noemt in verband daarmede de namen van J. L. Groenewege, A. Buijs en J. Dommisse. Spr. komt in het kort tot de volgende wenken aan de selecteurs: tenminste, als de .veertigduizend hem vandaag betaald werden. Harker had beloofd hem de aandeelen Wairarapa- petroleum morgenvroeg te zenden, en hij kon er alleen over beschikken en zonder moeite. Sothfield zou ze zonder praatjes tegen tienduizend nemen. Aims bury zou zijn veertigduizend hebben, voordat de banken vandaag sloten. B.v. tegen drie uur. Drie uur. Nu, hij meende, dat hij dien verwaanden gek, Spencer, wel een paar uur zijn zin kon geven, en doen of hij den butler speelde, en als de veertig duizend betaald waren, zou hij, zoo' noo- dig, de geheele politiemacht inroepen om dezen eigenwijzen brutalen huurling er uit te zetten! Wa de kaart Harten drie be trof, dat beteekende niets. Hij had de obligaties niet gestolen; er was ook geen geldige reden, waarom iemand zou den ken dat hij voornemens geweest was ze te stelen. Waren zij al niet in zijn bezit? De kaart? Elk gerechtshof zou over tuigd zijn, dat Spencer die belachelijke beschuldiging bedacht had om zijn klein- zieligen wrok te bevredigen! Maar hij wist dat hij aan het haar kloven was. Zijn dochter veroordeelde hem geheel zooals Spencer ook deed en zooals veel anderen maar al te bereid zouden zijn om te doen. En hij had de kaart aan den bode gegeven. Maar hoe le steeds uit te gaan van het aller beste pootgoed; 2e een vroeg beginnende en steeds aanhoudende selectie van alles wat niet deugt; 3e vroeg rooien en bewaren in moder ne bewaarplaatsen; 4e hetbeperken van het aantal ras sen op één bedrijf, en zooveel mogelijk isolatie toepassen. 5e het ontsmetten van poters o.a. te gen Rhizoetona. Spr. vestigde vervolgens de aandacht op een statistiek over de stamboekteelt en zeide daarop, dat men zich onwille keurig zal afvragen of de groote uitbrei ding die de teelt van pootgoed in de laat ste jaren heeft ondergaan, niet een over productie zal kunnen tengevolge hebben, waardoor de voordeelen zouden kunnen wegvallen. Nu de nationalistische ge dachten meer dan ooit gevoed worden en het idee van zich onafhankelijk te ma ken van andere staten, meer en meer veld wint, is de vraag inderdaad voor de hand liggend of de productie van zaken die de grens over moeten, wel gepropa geerd moet worden. Wanneer de ons omringende landen zelf gezond pootgoed zouden kunnen kweeken, zou er werke lijk een gevaar in schuilen. Het kweeken van pootgoed is echter niet alleen een kwestie van kennis, doch een voorname rol speelt hierin het klimaat, en even tueel de bodem. In dit opzicht verkee- ren we hier onder zeer gunstige omstan digheden. Ongetwijfeld zal er bij onze Zuidelijke buren (vooral Frankrijk) ernstig gestu deerd en gewerkt worden op het gebied van aardappelcultuur, doch zulks neemt niet weg, dat de degeneratieziekten daar een veel ernstiger en sneller verloop hebben dan hier, waardoor regelmatige vernieuwing noodzakelijk geacht moet worden. De behoefte aan pootgoed is daardoor zeer belangrijk. De export neemt steeds flink toe. In 1923 was de totaal-export van pootaardappelen on geveer 2 millioen. Om in de behoefte aan pootgoed te voorzien kunnen ver schillende wegen door ons als leveran ciers ingeslagen worden, le. Zou getracht kunnen worden de bij ons algemeene gewaardeerde con sumptie rassen op de dringen aan het buitenland. Onnoodig te zeggen dat dit systeem bij voorbaat gedoemd is om te misluk ken. Over smaak valt niet te twisten en men vraagt daar nu eenmaal een an dere kwaliteit. 2e. Men zou buitenlandsche rassen die daar ernstig lijden onder verschil lende ziekten hierheen kunnen halen en trachten te verbeteren, om dan weer uit te voeren als gezond gekweekt poot goed. Eenig succes zou wellicht langs dien weg te bereiken zijn. Proeven in die richting worden momenteel geno men. 3e. Het kweeken van aardappelen in ons land die voldoen aan de eischen die de buitenlandsche consument 'nu een maal stelt, ook al klopt dat niet met onzen smaak. Dit laatste is zeer zeker een goede weg en spr. wees daarbij op den voor uitgang van een ras als Bintjes. Ook rassen als Ideal en Monocraat, die in Zeeland nog weinig worden verbouwd, zijn ook van beteekenis voor export. Frankrijk voerde in een jaar 225.000 wa gons van 10.000 kg pootaardappelen in en daarvan kwamen uit Nederland in 1928 ongeveer 200; 1929 928; 1930 2441 en 1931 3216. Wat nog maar ruim 1 pet. is. Spr. constateerde dan ook dat het goede product ook in de toekomst een grooten aftrek zal hebben. Speciaal door het spoedig stellen van de pootaard appelen onder de landbouwuitvoerwet zal de afzetmogelijkheid zeer zeker nog worden vergroot. Overbodig achtte spr. het te zeggen, dat alles gedaan moet worden om het gunstige financieele perspectie in de pootgoedproductie door eendrachtige samenwerking voor hon derd procent uit te nutten. Moge deze bijdrage aldus spr. stimuleerend werken op onze jonge garde. Op deze met belangstelling aange had hij kunnen weten dat de obligaties werkelijk gestolen zouden kunnen wor den? Hoe had hij. Hij klemde zijn lippen opeen en een begrijpende blik kwam in zijn oogen. Hij knikte langzaam met het hoofd en glimlachte boosaardig. Vijf dagen tijd! Hij zei tot zich zelf, dat hij het heel erg mis zou hebben als hij de hand niet op de obligaties gelegd had. lang voordat de vijf dagen voorbij waren! Hij ging rechtop staan en zette de schouders uit. Tot drie uur zou hij het verdragen, voor het geval er vertraging was in het te gelde maken der Wairara- pa-petroleum-aandeelen. Het was dwaas deze gelegenheid weg te werpen, om te ontsnappen aan de gevolgen zijner schanddaad, als zulk een gelegenheid noodig was. Ja. Hij zou een paar uur doen of hij zich schikte in het voorstel. Spen cer zou later van hem hooren. En Enid zou later van hem hooren! Hij zou haar laten zien of zij sir Peter Brace haar onafhankelijkheid en onbeschaamdheid in het gez;cht kon werpen. Al hetgeen wel bewees dat sir Peter inderdaad een verstandig man onder zijn bulderende verwaandheid was. Enid keek een kort oogenblik pein zend naar de nephriet vaas, nadat Spen cer de kamer verlaten had en zij dacht er aan hoeveel de gebeurtenissen van hoorde inleiding, volgde een opgewekte discussie, waarbij de heer Bil vroeg of het goed is, dat men de Rhozietonia be strijdt met zoutzuur, of ook niet de voorkiemkastjes gevaar voor besmetting kunnen medebrengen en of het niet be ter is de bewaarplaatsen met glas dan met asbest af te dekken en de heer Vos wees op iemand, die door te veel gebruik van stikstof de selectie geheel deed mislukken, waartegen hij hem trou wens gewaarschuwd had. De heer Stevens zeide, dat men een nieuw bestrijdingsmiddel heeft aan gekondigd en het goed is zoolang het zoutzuur nog niet toe te passen, waarna hij zijn waarschuwingen tegen besmet tingsgevaar, die hij ook in zijn inleiding genoemd had, nog eens herhaalde. Spr. ontkende niet, dat ook de voorkiem kastjes besmettingsgevaar kunnen mede brengen al acht hij de kans daarvoor niet groot. Bij een dak van glas inplaats van eterniet, dreigen de aardappelen gestoofd te worden en ontbreekt ook de gelegenheid tot goede ventilatie. Te zware bemesting met stikstof is zeker niet juist. De heer Maris, lid van de N. Bra- bantsche Maatschappij van Landbouw, wees o.a. op het z.i. bestaande gevaar, dat Frankrijk een te veel aan eetaard- appelen zal krijgen door het stopzetten van den uitvoer naar Engeland en daar van zal ook de invoer van pootaardap pelen kunnen leiden. De heer Stevens wees er o.a. op dat voor den uitvoer naar Engeland maar in een klein deel van Frankrijk wordt geteeld. Terwijl Engeland wit-vleeschige aard appelen wenscht, en Frankrijk niet zal de heele teelt moeten worden omgezet en dan komt er nog grootere vraag naar pootgoed. Op een vraag van andere zijde zeide spr, dat de coloradokever uit Frankrijk komt en zich slechts zeer langzaam ver spreid, zoodat hij dat gevaar niet van zulkeen groote beteekenis acht. De heer Zwagerman meende, dat de vooruitgang der wetenschappen, het gevaar doet ontstaan, dat men te veel consumptieaardappelen zal gaan teelen, hij zeide dan ook te trachten eerste kwa liteit en niet de allergrootste massa's te teelen. Door opvoeren van het kwan tum pootgoed krijgt men te veel con sumptie aardappelen, met lage prijzen tot gevolg. De heer Stevens zeide met opzet niet over de binnenlandsche aardappe len te hebben gesproken, maar onder schreef volkomen, dat de kwaliteit na tuurlijk van grooten invloed op den prijs is. Voor export moet men van consump tie aardappelen afzien en daarom moe ten de teelers zich toeleggen op prima pootgoed. De heer Mes zeide, dat de colora dokever toch ook in de omgeving van Hamburg weeldig tierde en dan bestaat toch ook hier het gevaar. De heer Maris vreesde ook nog het gevaar, dat men door goede poters in te voeren, de kwaliteiten elders ook te goed zal maken. De heer Stevens zeide ten slotte, dat men dan maar stil moet hopen er in het buitenland een ziekte onder de aard appelen uitbreekt. De voorzitter bracht ten slotte dank aan den heer Stevens voor zijn leerrijke inleiding. Contractteelt in land- en tuinbouw. De tweede inleider was de heer dr. W. J. F r a n c k directeur van het Rijks proefstation voor zaadcontröle te Wa- geningen, voor wien bovenstaand onder werp was aangekondigd. Spr. begon met te zeggen, dat hij meer bedoeld heeft te zullen spreken over controle op de aflevering en afrekening. De contractteelt bestaat reeds lang en gaf aanleiding tot conflicten tusschen de teelers en de contractfirma's, omdat on der de laatste firma's zijn, die onbillijk handelen en dit kon door gebrek aan controle. Er zijn ook firma's die volko men betrouwbaar en coulant zaken drij den morgen geleken op de vervolgen van een romantisch verhaal. Te denken, dat Spencer, de volmaak te butler, in tverkelijkheid een soort van moderne Haroen Al Raschid was, die vermomd op zijwegen liep om het on recht van bedelaars te herstellen! De toestand, zooals hij nu was, maak te diepen indruk op haar romantische verbeelding, en zij zag met groote ver wachtingen uit naar de paar volgende maanden. Zij wist dat ergens in de naaste toekomst als Spencer haar waar deering van hem rechtvaardigde, zij den vader zou vinden, dien zij gekend had in dien heerlijken kindertijd in de wreedzame omgeving van een landgoed in Berkshire, Misschien zouden zij naar het oude land terugkeeren later. Of misschien zou sir Peter zijn ploeteren in geld in Auckland opgeven voor het vrijer leven van een heereboer op een of ander landgoed in dit jonge, groene, krachti ge land. Deze gedachte deed haar naar de wa randa gaan en zij zag neer op het too- neel, dat eenmaal vol van een vreemde betoovering geweest was, maar dat nu de omgeving van „thuis" was gevonden en Meadowbank, die op zijn benzinevat zat en de chauffeur, die zijn zoeken naar iets, dat er niet was, had gestaakt, leun de nu tegen de deur der garage en kal ven. De moeilijkheid was een goede con trole te vinden, en deze is dan ook slechts bij stukjes en beetjes opgebouwd. Spr. zeide dan dat de zaden moeten zijn droog, schoon en kiemkrachtig. Kómen- de tot wat onder droog moet worden verstaan, zeide spr., dat speciaal radijs, bieten en koolzaden niet zonder kunst matig droogen tegen verlies van kiem- kracht kunnen worden behoed. Na een meer deskundige beschouwing zeide spr. dat het duidelijk moet zijn, dat de vaststelling van een billijke norm voor het vochtgehalte van de verschil lende soorten contract zaden een netige kwestie was, die intusschen in den loop der jaren gelukkig voor de meeste soor ten wel zijn oplossing heeft gevonden, al tornen ook telken jare belanghebbende partijen daaraan. Men kan de beoordeeling over diver se vochtnormen gerust overlaten aan de elk jaar samenkomende voormannen der telers, op welke vergaderingen de Zeeuwsche voormannen in den vervol ge waarschijnlijk eveneens een directen invloed zullen kunnen uitoefenen. Ten slotte staat het Proefstation met zijne ervaring steeds gereed om dan van ad vies te dienen daar waar dit wensche- lijk blijkt te zijn. Spr. kwam vervolgens tot hetgeen on der schoonzaad moet worden verstaan en zeide dat dit de aanwezigheid van te kleine en te lichte zaden uitsluit, al is het lastig hier een grens te trekken. Het schoonen geschiedt door zeven en met windkracht en de verwijdering van de eerste categorie van verontreinigin gen, de te lichte zaden levert meestal geen groote moeite op, althans niet bij goede kwaliteiten, bij monsters van. mindere kwaliteit is vaak groote oplet tendheid en kennis van zaken noodig. De beoordeeling van grensgevallen dient met groote voorzichtigheid en neutrali teit te geschieden. De verwijdering van de tweede cate gorie onzuiverheden, de te kleine zaden, geeft minder aanleiding tot technische moeilijkheden, doch komt het daarbij in hoofdzaak aan op een juiste keuze van het te gebruiken zevenstel, nadat is vast gesteld welke korrelgrootte men als vol waardig wenscht te accepteeren. Men moet daarbij werken volgens eigen op vatting, geleid door eigen ervaring en gevoel van billijkheid. Zoo is na gron dig onderzoek ten slotte bijv. voor bie tenzaad een bepaalde zeefmaat als grens vastgesteld. Na nog op enkele verontreinigingsmogelijkheden te heb ben gewezen, zeide spr. dat in de door hem aanbevolen voorwaarden voor con tractteelt de vergoedingen voor de aan wezigheid van verontreinigingen zooda nig geregeld zijn, dat een bepaald maxi mum percentage onkruidzaden (0.8 pet.) in het geschoonde zaad is toegelaten, doch boven dit percentage eene drievou dige korting moet worden toegestaan, terwijl extra schooningskosten in reke ning moeten worden gebracht. Sedert verleden jaar zijn de contractvoorwaar den uitgebreid met eene regeling voor korting bij aanwezigheid -van schot, waarbij kortingen tot 20 pet. worden voorgeschreven en tenslotte bij aanwe zigheid van meer dan 5 pet. schot de partij kan worden geweigerd. Spr. kwam tenslotte tot den derden eisch, n.l. die van voldoende kiem- kracht. Dit begrip is vastgelegd in een voor elk gewas bepaald minimum met korting of toeslag bij niet voldoen aan of overtreffen van dit minimum. Voor de telers geeft dit een billijke basis voor de afrekening in normale jaren en voor de contractfirma's is er van te verwach ten, dat de teler zijn gewas zoo zorg vuldig mogelijk zal behandelen. Spr. stond dan in den breede stil bij de groote moeilijkheid, die ontstaan is ten opzichte van het radijszaad. Beide par tijen hadden gegronde billijke redenen voor hunne houding en wijziging van hun standpunt zou extra risico's met zich brengen, daarom wil het spr. toe schijnen, dat de eenige mogelijkheid om samen te komen is, dat beide partijen iets water in hun wijn doen en toestem men in het aanvaarden van voorwaar- meerde zijn vertoornde zenuwen met n sigaret en beiden keken goedkeurend naar haar. Knap, zei Meadowbank pittig. Werkelijk heel knap. Je hebt gelijk, stemde de chauf feur toe. Enid peinsde over de zaak der weg geraakte obligaties. Had Eric ze toch genomen? Zij hoopte eigenlijk van wel. Als zij werkelijk gestolen waren! Meadowbank richtte zijn blik op een jongen man, die haastig om den hoek van het huis kwam en Enid uitte een kreet van welkomst toen Eric over de leuning der waranda sprong en haar naderde. Zij hebben mij er uit gegooid! riep hij gelukkig, Enid's handen nemend en haar kussend tot groote tevredenheid van den chauffeur en Meadowbank. Zie je, begon hij daarna te verklaren, de ge heele drommelsche politie weet dat wij verloofd zijn en vindt, dat ik daarom volkomen het recht heb op alle uren van den avond om je huis te loopen! Aardig van hen! Oh, Eric. Enid bloosde van verle genheid en bracht hem naar de kamer met een zekere geheimhouding, die de chauffeur en Meadowbank heel natuur lijk vonden in de gegeven omstandighe den. (Wordt vervolgd.) 59). U eert en beloont me, miss Enid, verzekerde bij haar. Als U mij nu ver ontschuldigen wilt, zal ik droge klee- ren gaan aantrekken en een oog op den butle- houden, voegde hij er met 'n gpmlach bij. Hij is misschien bezig mijn spoedig overlijden te beramen. Hij liep naar de deur. Bel, als het u belieft, wan neer U iets noodig heeft, vroeg hij met een beteekenisvolen glimlach en verliet toen de kamer. S:r Peter leunde tegen de tafel in den salon, den syphon nog in zijn hand en hij keek Spencer onheilspellend aan, toen deze naar zijn kamer ging. Sir Pe ter sprak niet. Zijn geest was bezig met de vraag v-n zijn oogenblikkelijke hou ding tegenover dezen schetterenden parvenu van een butler en toen Spen cer hem met geveinsde boosheid aan keek en wegging, keerde zijn blik weer terug tot een booze beschouwing van het karpet. Vijf dagen uitstel! Dat was de gedach te die zijn geest bezig hield. Vijf da-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1932 | | pagina 6