Ergernis verdwijnt
Vroeger en Noe.
ZUID-BEVELAND. 3
KERKNIEUWS.
KUNST EN WETENSCHAP.
RECHTZAKEN.
LEGER EN VLOOT.
Verkeerswezen, Post en
Telegrafie.
af den top van den Olijfberg ziet men
«enerzijds de Middellandsche Zee en an
derzijds de Doode Zee. Nu reist men
door Bethanië, 't land van den Barmhar-
tigen Samaritaan. Aan den oever van
de Doode Zee groeit geen enkel gras
sprietje; geen vischje kan er in blijven
leven. Hier v:ndt men de opgravingen
van 't oude Sodom en Gomorra, Van
bier gaat de weg langs de Jordaan naan
Jericho, de doopplaats van Johannes.
Dan naar Bethlehem. Bethlehem maakt
een zindelijken indruk; de 7000 inwo
ners zijn bijna allen Christenen. Over de
geboortegrot van Christus is een kerk
gebouwd. Reizend van Jerusalem naar
Tiberias komt men langs vele plaatsen
van herinneringen o-a. de Jacobsbron
waar Jezus sprak met de Samaritaansche
▼rouw. Daarna komt men in Sichem,
dan in Nazareth, vol van herinneringen
aan Jezus' jeugdleven. Van Nazareth gaat
de tocht naar Kana- Schitterend is hier
het meer van Genezareth, de plaats,
waar de Heiland voor de laatste maal
aan den Jongerengroep is verschenen.
Het was een schoone avond, waarop
spreker er in slaagde zijn hoorders te
doen gevoelen in welk een nauw contact
hij op zijne reis door Palestina is ge
bracht met de sfeer van de Heilige
Schrift.
SCHORE. Donderdagavond sprak de
heer A, M. Overhoff uit Goes in het lo
kaal van A. B. Luijk alhier met het on
derwerp: De strijd der arbeiders in cri
sistijd." Na afloop der lezing is een af-
deeling Schore van de S.D.A.P. opge
richt met aanvankelijk 12 leden.
ZEEUWSCH-VLAANDEREN W. D.
GROEDE, Donderavond hield de af-
deeling „Groede en Nieuwvliet" van
Volksonderwijs een algemeene vergade
ring in de zaal van den P. A. Beun
alhier.
De voorzitter deelde mede dat de
propagandafeestavond te Nieuwvliet
was uitgesteld, omdat de afdeeling met
geldelijke moeilijkheden heeft te kam
pen. Vervolgens deelde hij mede,\dat van
het hoofdbestuur een schrijven was ont
vangen, om van het gemeentebestuur
gedaan zien te krijgen, dat schoolgaan
de kinderen, indien noodig, van voe
ding en kleeding worden voorzien. Aan
gezien daarvan in de gemeente geen be
hoefte bestaat, zal een dergelijk verzoek
aan het gemeentebestuur niet worden
gedaan.
Uit de rekening en verantwoording-
bleek, dat de inkomsten f 137 en de uit
gaven f 166 bedroegen, alzoo een te
kort van f 28.
Van den heer I. W. van Nieuwenhui-
zen te Nieuwvliet, was bericht ingeko
men, dat hij om gezondheidsredenen
als bestuurslid bedankte. Hem werd
dank gebracht.
Als nieuw bestuurslid koos de ver
gadering mej. Wijtenburg te Nieuwvliet.
Tot kringafgevaardigden de heeren J.
A. van der Hooft, F. Verplanke, M. I.
Hoste en A. J. Pauw.
Ds. P. L. D. J. van Oeveren te
Nisse hoopt 3 April afscheid te nemen
van zijn gemeente en 10 April a.s. intre
de te doen bij de Ned. Herv. Gem. te
Axel, na des 'morgens bevestigd te zijn
door ds. G. van Dis te Zaamslag.
Naar „De Heraut" mededeelt, zal
ds. S. P. Vermeer, die ontslag heeft ge
nomen als predikant van de Geref. Kerk
in H. V. te Amsterdam-Zuid tot de Ned.
Herv. Kerk overgaan.
Het reusachtige gebouw, waarin de
bibliotheek van het Duitsche Museum te
München zal worden ondergebracht, zal
op 7 Mei worden ingewijd. In de biblio
theek zullen ongeveer één milüoen boe
ken worden geplaatst. Het gebouw zal
voorts verscheidene leeszalen bezitten.
De Brusselsche correspondent der
Maasbode meldt:
Een schilderij van Pourbus, voorstel
lende de familie van Berchem, werd
hier op een veiling verkocht voor frs.
600.000. Een aan Anton van Dijck „toe
geschreven" werk, voorstellende den
jongen Prins Willem II van Oranje, met
'n leermeester, werd op dezelfde veiling
voor frs. 460.000 toegewezen.
Provinciale Zeeuwsche Schoonheids- en
Archaeologische Commissie.
Aan het verslag over 1931 van bo
vengenoemde commissie ontleenen wij,
dat zij 't verlies te betreuren had van den
correspondent te Veere, wijlen den hee,r
J. W. Perrels.
Aan Ged. Staten werd advies uitge
bracht op een verzoek om ontheffing
van de bepalingen der verordening tot
het weren van inbreuken op het, na
tuurschoon door reclame middelen on
der de gemeente Koudekerke. Ook wees
de commissie het college op de ontsie
ring, ontstaan door het doen stellen,
vanwege den Provincialen Waterstaat,
van een heining van gewapend beton
ter afscheiding van terrein buiten de
kom der gemeente Zoutelande.
Wat de bemoeiingen der commissie
op aesthetisch gebied met de gemeen
tebesturen betreft,, meldt het verslag,
dat Biggekerke vier bouwplannen aan
het oordeel der commissie onderwierp.
Twee ontmoetten geen bezwaor, de bei
de anderen ook niet als aan bepaalde
aangegeven voorwaarden zou worden
voldaan. Van Breskens 24 plannen (v. j.
36). Tegen 17 geen bezwaar, 5 als er
verbeteringen werden aangebracht, 2
in eerste instantie afkeurend geadvi
seerd. Goes 53 (v. j. 51) verzoeken om
bouwvergunning, 11 voor verbouw en
42 voor nieuwbouw. Van laatstgenoem
de tegen 32 geen bezwaar, voor 10 ver
beteringen aangegeven. Van de verbou
wingen resp. 8 en 3. Van Sluis 4 plannen,
2 geen bezwaar, 1 verbeteringen aange
geven, 1 afkeurend geadviseerd. Van
Veere één plan waartegen geen be
zwaar. Van Zoutelande 4 plannen, 3
geen bezwaar, vierde verbeteringen aan
gegeven.
Ten aanzien van de oudheidkundige
bemoeiingen der commissie kan worden
medegedeeld, dat ook in 1931 in het
handexemplaar der Voorloopige lijst
aanteekening werd gehouden van de
veranderingen, die ter kennis kwamen
van de commissie.
Het belangrijkste daarvan was het
geen viel te vermelden omtrent de Ned,
Herv. Kerk te Cadzand, wier uiterlijk
en innerlijk na de juist voltooide restau
ratie met hetgeen de lijst vermeldde
niet meer in overeenstemming was; het
opschrift van een nieuw gevonden graf
zerk werd, met medewerking van dr. J.
de Hullu aldaar, in het handexemplaar
van Prins' Gedenkwaardigheden opge
nomen. Ook de door de restauratie ge
wijzigde toestand van de Maria Mag-
dalenakerk te Goes werd vastgelegd.
Ten aanzien van de Zeeuwsche mo
lens wordt medegedeeld, dat de molen
van IJzendijke, die dateerde van 1841,
werd afgebroken en van hun wieken
ontdaan werden de molen te Aarden- I
burg en de van 1847 dateerende molen
ten nooruwe. ten vaü tua^a,ia geiden.
De molen op het Seisbolwerk te Middel
burg, in 1728 gesticht, werd van zijn
omgang beroofd; dit geval schijnt ho
peloos.
Over den molen aan den Veerschen
weg te Middelburg, die gevaar loopt van
zijn wieken te worden beroofd, werd
correspondentie gevoerd met de ver-
eeiging „De Hollandsche Molen."
De salarissen niet uitbetaald.
Naar het Handelsblad verneemt heeft
de directie van de K. V. Het Nederland-
sche Tooneel Woensdag op den gewo
nen betaaldag, geen salaris aan de ge-
engageerden uitbetaald, als gevolg van
de financieele moeilijkheden waarin het
gezelschap zich bevindt.
Aan de geëngageerden is verzocht,
voorloopig voor één dag, genoegen te
nemen met uitstel van de betaling der
halfmaandelijksche gages.
g-g-TJCjagr. -
De procureur-generaal van het Ge
rechtshof in Den Haag persisteerde in
de bekende zaak van het drama op den
Majellatoren, bij zijn bij de eerste be
handeling voor het Hof uitgesproken
eisch tegen de leidekkerspatroon M. van
levenslange gevangenisstraf wegens
moord van zijn compagnon A.
Arrondissements Rechtbank te
Middelburg.
In de zitting van 18 Maart j.l. werden
de volgende zaken behandeld:
J- P., 38 jaar, koopman wonende te
Goes, werd ten laste gelegd, dat hij in
het jaar 1931 te Goes eenige dekens, 2
hemden ad 1.10, een flanel van 85 ct.
en een beddenlaken van 1.70, toebe
hoorde aan P- A. de Witte, welke goe
deren hij ten verkoop in voorraad had
en waarvan hij de geldelijke opbrengst
na verkoop 15.25 moest afdragen, zich
heeft toegeëigd.
Eisch: 25 of 10 d. h.
C. de W., 37 jaar, landbouwer te 's-
Heerenhoek, was door den Kantonrech
ter te Goes op 5 Februari 1932 veroor
deeld tot 50 of 20 dagen hechtenis
wegens overtreding van de Jachtwet op
14 Januari j.l. te Borsselen (zich in het
jachtveld bevindende met een branden
den carbidlantaarn, en D. S. die zich in
het terrein bevond met een geweer
heeft bijgestaan door bij 't opsporen van
wild met een brandenden carbidlantaarn
kunstlicht te verschaffen. De verbeurd
verklaring van den carbidlantaarn en de
vernietiging daarvan waren tevens be
volen.-
De verdachte was in hooger beroep
gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van
den Kantonrechter.
C. van S., 53 jaar, autohandelaar te
Goes, was op 5 Februari 1932 door den
Kantonrechter te Goes veroordeeld tot
15 of 15 dagen hechtenis, wegens
overtreding van de Motor- en Rijwiel-
wet, gepleegd te Kapelle op 13 Jan- j.l.
De verdachte was in hooger beroep
gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van
den Kantonrechter.
M. J. K., 48 jaar, handelsreiziger te
Vlissingen, was op 12 Februari j.l. ver-
veroordeeld door den Kantonrechter te
Goes tot 1 of 1 dag hechtenis, ter
zake dat hij op 25 November j.l. te Goes
met een auto heeft gereden op den af
gesloten weg de Lombardstraat.
De verdachte was in hooger beroep
gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van
(Ingez. Med.)
den Kantonrechter.
J. K-, 24 jaar, reiziger te Amsterdam
was door den Kantonrechter te Goes op
19 Februari j.l. veroordeeld tot 25 of
25 dagen hechtenis met toewijzing der
Civiele vordering aan P. Karelse tot een
bedrag van 15.15, wegens overtreding
van de Motor- en Rijwielwet, gepleegd
op 14 October 1931 te Kruiningen.
De verdachte was in hooger beroep
gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van
den Kantonrechter.
A. A- V., 36 jaar, werkman te Vlissin
gen, werd verdacht dat hij op 12 De
cember 1931 te Vlissingen F. de Jonge
met een mes of scherp voorwerp heeft
gestoken.
Eisch: 2 maanden gevangenisstraf.
J. V,, 36 jaar, smidsknecht te Zoute
lande werd verdacht dat hij in het jaar
1931 als Peninningmeester der Vereeni-
ging ter bevordering van het Vreemde
lingenverkeer geldsbedragen van 5 en
10, die hij voor strandtentenhuur ont
vangen had van G. Sturm en W. P- den
Ouden, niet heeft verantwoord.
Verdachte door den President onder
vraagd, ontkende de verduistering, wel
heeft hij verzuimd de geldsbedragen in
te boeken en bij de kas te storten.
Getuige Adriaanse is de meening toe
gedaan dat het slordigheid van ver
dachte is geweest.
De officier van Justitie is van oordeel
dat hier geen sprake is van opzet. Vol
gens spr. zijn daar in Zoutelande twee
partijen, en is het daar een eigenaardi
ge toestand. Enkele jaren geleden is
ook een bestuurslid der Ver, v. Vreem
delingenverkeer veroordeeld en is de
boete betaald uit.... de kas der Ver-
eeniging-
De officier van Justitie kan z.i, niet
verder komen dan slordigheid en eischt
vrijspraak.
C. S., 38 jaar, arbeider te Zonnemaire
was op 3 Februari 1932 door den Kan
tonrechter te Zierikzee veroordeeld tot
25 of 15 dagen hechtenis, met ver
beurdverklaring van het niet in beslag
genomen schietgeweer, met bevel tot
uitlevering daarvan, bij niet uitlevering
te betalen 10 subsidiair één dag hech
tenis, wegens het zich bevinden met
een schietgeweer, buiten openbare we
gen en voetpaden in den Sluispolder te
Zonnemaire op 14 December j.l,.
De verdachte en den Ambtenaar van
het Openbaar Ministerie waren in hoo
ger beroep gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van
den Kantonrechter.
De verdediger mr. du Croo uit Zierik
zee, achtte het wettig en overtuigend
bewijs niet geleverd en vroeg vrijspraak.
J. V., 35 jaar, stucadoor te Amster
dam en A. van de L., 29 jaar, zonder be
roep te Amsterdam, werden ten laste
gelegd dat zij op 24 December 1932 te
zamen en in vereeniging de minderjari
ge Anna van der Laan, welk kind door
de Arrondissements Rechtbank te Mid
delburg onder Voogdij was gesteld van
Michiel Valkhof en de toeziende Voog
dij was opgedragen aan A. B- Valkhof,
aan dat wettig gezag hebben onttrok
ken, door het uit huis waar het kind
zich bevond, weg te halen, en hebben
gebracht naar Domburg met de bedoeling
om dat kind naar Amsterdam te bren
gen en aldus te onttrekken aan het wet-
telijken gezag.
Eisch: voor ieder 2 maanden onvoor
waardelijke, en 4 maanden voorwaarde
lijke gevangenisstraf.
De verdediger mr, P. C. Adriaanse
vroeg vrijspraak.
Met ingang van 19 Maart a.s. wor
den aangesteld tot dienstpl. korporaal-
titulair bij het 14e reg. inf. de navolgen
de dpi, soldaten: I. J. C- van Dullemen,
M. Hekhuis, J. P. J. van Jole, J- Ketele,
R, Ch. de Roo, J. M. van Weele, P. Wil-
lems, P. Sterk, Zw. Mitr.;
E. J- Brouwer, R. J. Giliam, Mor-
tierist.
J. Heystek, J. Passenier, J. Vreeke,
Verb. afd.
J. J. den Boer, A. H. J. van den Boo-
gaardt, C- P. Constandste, W. A. M.
Crone, A- Drabbe, P. C, Groen, C. P.
van der Hoek, J. P. Hoogduin, S. A. N.
Jol, A. M, van 't Leven, H, P. Oggel,
H. de Ridder, P. Schepers, J. Chr-
Schless, J. Teekens, J. de Vries, A. J.
F. Weeber, F. Wiessner, A. F. Hanssens,
F. G. M. Goethals, C. Otte, Tiraillist.
Indische Stoomvaartlijnen.
Johan v. Oldenbarnevelt (uitr.) 17 te
Colombo.
Chr. Huygens 16 v. Batavia n. Am
sterdam.
P. C. Hooft (uitr.) 17 te Southampton.
IBS?'
door
F. DE HULLU.
I.
As je vroeger ('k praoten noe
over jaoren gelejen) in 't land van
Cezand zoö'n bitje leèren kon, mos
je meèster oören. De bovenmeester
zei 't ook! As je dan zoö bie je
n'eigen eès docht, 'k zou wè do-
menie of dokter of avekaot wil
len oören, adn prakteseerden je dao
mao niet lank over, wan dao was
geèn dienken om- Da was d'n
groösten onzin, om dao nog over
te praoten. Zelfs mènschen, diè d'r
wèrm in zaoten, dochten d'r, om
zoö te zeggen, nie over, om ulder
joengen, diè zoö'n bitje leèren kon,
iets anders te laoten oören dan
meèster, 'n ienkele uutzonderieng
daogelaoten vanzelf. Op 'n oögere
burgerschole gaon en laoter nao
d'oöge schole, da kostten te vee
geld en t' is waor, 't was nie voo
de poes, mao 't is toch zeker, da
de Cezantenaors, die 't bepaold
goed konnen doen, d'r in dién tied
over 't algemeèn geèn geld voor
over aoden, om te prombeeren
voor ulder joengen, die dan goed
leèren kon, een goeje toekomst te
kriegen, Ze dochten d'r nie eès om.
Toch bin d'r nog eèl wa weten
schappelijke mènschen uut dien
tied en daovoo uut 't land van Ce-
zand gekommen. Die èn ulder zelf
mie kolossaole inspannieng opge-
wèrkt. Schoolmeèsters bie de vleèt
en eèl wa goeje ook, da mag be
paold gezeid,
Dao was in die daogen in 't land
van Cezand ook mao eèn inrich-
tieng van onderwies, wao je kon
deuleèren en da was de normaol-
schole, de „rommel" zeièn ze in
die daogen. 't Is waor, je kon ook
nog nao De Groe. nao Schoo, diè
mie 'n paor sekondanten verscheije
joenges opleiden voo 't spoor of de
post, de marine of Breda. Mao d e
inrichtieng van 't landje was toch
de normaolschole. Dao kwaomen
ze nao toe uut d'Oöfdplaote en
Biervliet, uut Sintepier en 't Kèrk-
je, uut Iezendieke en Sintekruus,
afijn uut alle meugelijke plaotsen.
En zoö was 't ook mie de leeraors.
Eère an die stoere kérels, die nao
ulder daogelijksch schoolwèrk nog
naor Oöstburg trokken, om daor
in d'ouwe Openbaore schole, die
ondertusschen ook weer al afge
broken is of in de graonbeurs, die
noe ook a geèn graonbeurs meèr
is, ienkele uren les te geven. De
meeste bin ook a dood. Ienkele
leven nog. Wa waoren sommige
van ulder tuus in het vak, da ze
mosten onderwiezen. Wa was d'n
direkteur 'n wiskunstenaar, wa
was diè teèkenleèraor z'n zaokje
meèster en dan die meziekmeèster
en dien onderwiezer in natuurkun
de. En laot ik nie vergeten den les
gever in taol. Wa kon die lezen!
Eèl 't land kénden 'm daovoo.
Wonderlijk, zoö'n man vergeet je
nooit. Toen ie langs de Schoon-
dieksche wegt naor Oöstburg kui
erden, reed 'm een uurkoetsier mie
z'n zeune die op de „rommel"
gieng, verbie, zonder 'm mee te
nemen. En in de les kreeg de teu-
ne het 't oören.
„Die man rijdt met eigen equi
page en dan trekt ie 'n gezicht
alsof hij zeggen wil: „Worm, kruip,
maar ik, ik word getrokken, ik
rij!"
As 'n andere leèrlieng in z'n op
stel over het onweèr schrieft, „he
onweer zakt af", dan klienkt het
„Man, je broek zakt af!" Een ze
kere Bram oord altied betiteld mie
den aortsvaoderlijken naom van
„Abraham". Zie, da bin zoö van
die diengen, die je noöit vergeet
a wor je onderd jaor. Mao leèren
dee je d'r en je wier klaor gemaok
voo 't eksaomen, mao meèr oob
nie, da kon ook nie. 't Was ook
maor 'n normaolschole, die 't var
zijn aovenduren en vrieë middao-
gen most èn.
Gieng je in die daogen op de nor
maolschole, dan was j'ook kweè-
kelieng in de schole. Je most dan
vanzelf ook leèren onderwies ge
ven, da spreek vanzelf. Da's noe
nog zoö. Mao je zou t'r noe eès
moeten meè kommen, om 'n kweè-
kelieng te laoten doen, wa ze toen
mosten doen. Tegenwoordig kom
men ze op schole, om eès te luuste-
ren naor 'n onderwiezer, die les
geeft en om 't dan zelf ook eès
te doen. En dat is goed! Daovoo
komt zoö'n joengen ook, En da ge
beurden vroeger ook wè, mao dan
de rest. Onzen tegenwoordigen
tied mag in veel opzichten slechter
zien as vroeger, de kweèkeliengen
bin d'r noe eèl wa beter an toe as
toen. Zooas ik zei, je mocht toen
ook wel een keèr lesgeven en een
keer luusteren, mao dan waoren
d'r nog eèl wa meèr kerweitjes.
Centraöle verwèrmiengen wao
ren d'r nog nie, vulkachels ook nie
allemao van die kanonkacheltjes,
die ielken dag mosten angemaokt
oören. Dao was altied eèl wa ka-
chelout voo noodig. En wien mos
'r noe voo zurgen, dat 'r genoeg
kachelout was? Je zou dienken
da wor gebrocht! Neè! Da mos
de kweékelieng kappen. Uren was
't ie daomee in 't schuurtje achte
de schole bezig. De stikken ou
vlogen dao rond z'n oören. En dan
de koolbakken! 's Morgens wao
ren ze gevuld, inaor in den loop
van d'n dag mosten ze opnieuw ge
vuld oören. Van diè fiene roer
kolen en dan een oöp waoter d'r
deu mengen. Gieng de schole an
dan most de kweékelieng bie de
schrabber en bie de matte staon
om te kieken of de kleine joenges
ulder schoenen en klompen ('t
meèste klompen) goed afkuuschten.
En je begruupt, dan ao je dao bie
die schrabber de grootste spektao-
kels, formeele vechtpartijen. Eèl
vee respect aon ze in de regel voo
de kweékelieng nie, a most ie van
de bovenmeèster deu de kinders
ook meèster genoemd oören.
Was je in schole en mos je zelf
geèn les geven of luusteren, dan
waoren d'r nog wèrkjes genoeg.
Dan wier t'r zoö'n sigaorekistje mie
griffies voo je neuze gedouwd en
mos je daor allemao mooie puntjes
an sliepen, een wèrkje, wao je mes
nie van opknapten en op den duur
de vellen van je viengers iengen.
De kiste mie potloöjen most ook
a dikkels 'n beurte kriegen, wan
de bovenmeèster was t'r stérk
voor, dat 'r overal moöie punten
an zaoten. Ondertusschen wier 't
kwart over tiene en dao verlangden
je altied bièzonder nao, wan dan
kwam de koffie. De deure, die toe
gang gaf toe 't schoölmeèstersuus,
gieng open en op 'n schienkblaodje
wier de koffie binnengebrocht voo
't pèrseneèl van de schole en ook
'n kommetje voo de kweékelieng.
't Was lekkere van die gefilterde
koffie, geèn ketelkoffie. Jammer,
dat de kommetjes altied maor alf-
vol waoren! Dat 's geèn kleinig
heid, koffie drienken in schole, ter-
wiel je zelf nog maor 'n joengen
bin en al die kleine joenges nao
je kieken. Dan voelden je je al een
voornaom mènsch. Je was groötsch
op jè n'eigen. Was de koffie uut,
dan mos je 't schienkblaodje mie
de vule kommetjes weer in de keu
ken briengen. En dan begon 't in
de regel! Dan mos je nao de slach
ter, dikkels eèlemao an 't ènde van
't durp, om een alf pond krippen
of om een halven dèrm woste,
soms ook onderalf onse biefstik of
tweè onsen vleisch. Je stoeng t'r
wè nie oöge mee, om dao mie zoö'n
mandje deu 't durp te loöpen, mao
j'ao toch niè 't èrte in je lief om
te zeggen: „ik doen 't nie". Was
je trug en zat je zoö'n bitje in
d'achterste banke je wérk voo de
normaolschole te maoken, dan mos
je dikkels weer in eès nao den
bakker om een tèrven broodje van
een kilo en tweè kadetjes. Afijn,
je durfden niks zeggen, zoö bange
was je toen nog en je gieng om
brood. Wao j'ook dikkels nao toe
most, da was 't postkantoor. Je
kreeg dan een brief, wao nog geèn
poszegel op was en vuuf cènt en
dan mos je maor een poszegel gaon
koöpen, op den brief plakken en
op de post doen. Kwam je terug
en ik overdrieven nie dan
lag t'r dikkels weer a 'n brief-
kaorte zonder zegel klaor of 'n
kaortje en dan kon je d'r wee nao
toe. Noöit van z'n leven kocht ie
eès 'n eèle bezendieng poszegels
en briefkaorten. Op d'n duur kreeg
die kweékelieng dao zoö'n ekel
an (ie most soms eèn poszegel van
een alf cèntje gaon koöpen) dat
ie zelf allerlei poszegels kocht, dan
kon ie ze d'r zelf opplakken. Zoö
schaomden ie z'n eigen voo die
klutskerweitjes bie de postmeès-
ter. 's Maondags ao 't ie in de
regel ook een schoon baontje. Dan
teikenden de bovenmeèster op een
lieste an, wièn of t'r schoolgeld
betaold ao. Diè 't nie bie^ 'm ao,
most t'r om, Mao jao, zoö n joen
gen kwam dikkels zonder cènten
terug. Dan most de kweékelieng
voo zoö iets as deurwèrder spe
len en most ie prombeeren om een
dubbeltje los te kriegen, een baon
tje, wao 't ie een gruwel an ao.
Dan trok 't ie nao den Oekzak of
nao den Oögen Dam om een dub
beltje los te kriegen, wat 'm zoö
goed as noöit lukten. De meèste
keèren kwam 't ie mao terug zon
der dat ie d'r gewist was. En dan
was 't ook goed!
(Wordt vervolgd).