&POORV V MOSTERD Un TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 16 MAART 1932. No. 64. WEST-SOUBURG MET OOST SOUBURG VEREENIGD. FEUILLETON. HARTENAAS EN RUITENDRIE. ZEELAND. iengewig van ïierpeu\ ze storingen door over- mrkings> eenig op de wereld 16 Maart 1832. (Slot.) De Hervormde Gemeente te West- Souburg heeft de volgende 19 predikan ten gehad. 1595 L. de Herde. 1598 J. van Corenhuizen. 1612 G. van Deinse. 1623 M. Buis. 1653 G. de Raadt. 1657 P. Larcher. 1668 J. van Laren. 1674 J. van Rooyen. 1686 A. van Deinse. 1691 P. Im mens, 1695 J. Breukeland. 1704 J. Boo gaard. 1715 D. Reynierse, 1732 M. de Crane. 1755 J. Teellink le Grand. 1785 H. van den Hespel, 1807 G. J. Lette. 1815 F. van Ruyven. 1823 J. de Roche- fort. Bij Koninklijk besluit van 16 Maart 1832 No. 92 werd de Ned. Herv, gemeen te van West-Souburg met die van Oost- Souburg vereenigd. De grootste aanlei ding hiertoe moet geweest zijn, dat de betrekkelijk arme kerkelijke gemeente niet meer in staat was om het oude kerkgebouw, dat meer en meer verviel, voldoende te onderhouden. Op Zondag 24 Juni 1832 des namid dags is voor het laatst in de kerk gepre dikt door ds. Jac. de Rochefort. Zijn tekst was Hand. 21 vers 14b, 15, 17 en 18. Ds. J. de Rochefort, die reeds 59 j. was, werd emeritus verkyaard. Hij vertrok naar Middelburg, waar hij 11 October 1856 op 83-jarigen leeftijd overleed. Op Zondag 1 Juli 1832 is de combina tie tusschen beide gemeenten tot stand gekomen. Predikant te Oost-Souburg was ds. B. Loose, die reeds in 1824 al daar was beroepen. In 1840 verkreeg hij zijn emeritaat. Op den len Dec, 1832 hebben de kerk voogden van West-Souburg het kerkge bouw en de consistorie ten overstaan van den notaris A. Stuart Makkers pu bliek voor afbraak te koop geveild. Kooper was de heer A. P. Dronkers voor 300. Doch deze verkoop is op den lOen December door het Prov. col lege van toezicht geïmprobeerd (niet goedgekeurd). Daarna is de kerk met de pastorie bij onderhandschen /Verkoop overgedragen aan den heer H. F. Ha- man, heel- en vroedmeester te Oost- Souburg voor 1800. De heer Haman had vroeger een hy potheek op de pastorie gegeven, zoodat door dezen verkoop de schuld kon wor den afgelost. Eindelijk werd den 15 April 1833 een begin gemaakt met de slooping der kerk. Volgens de conditiën van verkoop ble ven de preekstoel, de banken, de op stal der grafzerken en het uurwerk het eigendom der kerkvoogdij. De preek stoel werd overgebracht naar de kerk te Oost-Souburg om den aldaar ouden en minder fraaien te vervangen. Deze laatste is vervolgens in de Gasthuiskerk te Middelburg geplaatst, evenals het overige kerkameublement, voor zoover het niet te Oost-Souburg kon gebruikt worden. Het torenuurwerk werd verkocht aan de gemeente Nieuw- en St. Joosland, die nog geen uurwerk in den toren had. Een paar gave grafzerken werden gelegd en liggen er nog aan den ingang van het kerkhof te West-Souburg. Blijkens de opschriften hebben zij eenmaal de gra ven gedekt van Simon Willem Huygens, schout van West-Souburg f 1694 en van Rombout van Doorn f 1760, Minder gave of kleine zerken werden verkocht aan particulieren, die ze gebruikten als stoepsteenen. Zoo'n grafsteen ligt b.v. voor de deur van het Zwitsersche huisje, 't geboortehuis van den bekenden Sou- burgschen schrijver en dichter P. Lou- werse, aan den oud-Middelburgschen weg. Ook ligt een grafsteen in den keu kenvloer van de hofstede Vlugtenburg. De twee klimmende leeuwen, die het wapen van West-Souburg omvatten en op de twee pilaren stonden aan den in- 16. Hij liep de kamer door en nam haar hand met een vaderlijk gebaar. Hoe gaat het U? vroeg zij ontwij kend. Het lijkt wel maanden geleden sedert wij U het laatst gezien hebben, mijnheer Aimsbury. Ik heb het in dezen tijd zeer druk, verontschuldigde hij zich met een onder drukten lach, zeer druk. Wij brengen een nieuw artikel aan de markt, ziet U en het gaat zoo goed van de hand, dat ik geloof, dat de halve bevolking van Auckland uitsluitend leeft van Aimsbu ry's Cennamon Crackers. Dat klinkt aantrekkelijk, lachte Enid. U wilt toch niet zeggen, dat U ze niet geproefd hebt? Eric heeft er toch ze ker over gesproken? Ik herinner mij niet dat hij het gedaan heeft. Sir Peter bewoog zich onrustig en keek de anderen zijdelings aan. Hij had een afschuw van nonsenspraatjes, maar ver droeg ze gewoolijk ter wille van zijn dochter. Maar hij vond dat zij vanavond het recht verbeurd had op zijn gewone vriendelijkheid. Heel nalatig van ham, zeide Aims- gang der kerk, hebben langen tijd in de bergplaats der Ned. Herv. kerk van Oost-Souburg gestaan, totdat een der kerkvoogden, de heer D. Kodde, ze kocht en ze deed plaatsen op twee hoe ken van het woonhuis zijner hofstede Triton, waar ze nog staan. De later aan gebrachte kleuren op de wapens zijn echter foutief. De oude pastorie van West-Souburg staat er nog, al is zij als zoodanig niet meer te herkennen. Zij staat aan 't be gin van de Zuidzijde van het dorp en is omgebouwd in drie woningen: de nos. 6, 7 en 8. Na de opheffing der kerkelijke ge meente volgde ook spoed g de opheffing der school. Van ouds heeft West-Sou burg, evenals andere zelfstandige dor pen een eigen school gehad. Waar die moet gestaan hebben, heb ik niet kun nen uitvorschen. Zooals elders zal het ook maar een gewoon huis geweest zijn, door niets bijzonders van een woonhuis onderscheiden. De school was het ei gendom van den schoolmeester, die te vens ook koster, voorzanger, klokluider enz. was. Daar de aanwezige acteboeken van den kerkeraad van West-Souburg maar dagteekenen van 1648, ofschoon de ker kelijke gemeente 55 jaar vroeger is ge sticht, is uit die acteboeken als eerste schoolmeester bekend Abraham de M e ij e r, die in 1652 overleed. Hij heeft nog 11 opvolgers gehad. De laatste was Jacob Delzenne, die tegen 1 Mei 1833 ontslag had gevraagd en gekregen. Daar het aantal leerlingen niet groot was en men een spoedige combinatie voorzag van beide burgerlijke gemeen ten, werd geen nieuwe onderwijzer meer benoemd. De West-Souburgsche jeugd moest nu de school te Oost-Souburg bezoeken, waar Cornelis Pleyte Cz. school meester was. De familie Pleyte was op 't eind der 18e eeuw en in 't begin der 19de eeuw een uitgebreide onderwij zersfamilie. De school te West-Souburg heeft dus maar bijna anderhalf jaar lan ger bestaan dan de kerk. Vrij spoedig volgde ook de burgerlijke vereeniging van de beide Souburgen. Volgens het Kon, besluit van 16 Juli 1834, no. 95 werden beide gemeenten tot één gemeente vereenigd met ingang van 1 Jan. 1835. De laatste burgemees ter van West-Souburg was P. de Stop pelaar, wonende te Middelburg. Als gevolg van die vereeniging zijn ook beide gemeente wapens tot één ge maakt. Dit kon gemakkelijk, daar beide gemeenten hetzelfde wapen hadden, n.l. een burg, doch verschillend van kleur, zoodat thans het wapen is een veld, half zwart, half goud, beladen met een burg, half goud, half rood. Vóór de vereeniging telde West-Sou burg 317 inw. en Oost-Souburg 545 in woners. West-Souburg heeft echter vroeger ruim 100 inw. moeten missen daar een groot deel van haar gebied bij Vlissingen was gevoegd, volgens het tractaat van Fontainebleau 11 Nov. 1807 om de laatste stad beter als vesting te kunnen versterken. West-Souburg is altijd grooter (bijna 600 gemeten) van grondgebied geweest dan Oost-Souburg. De grens tusschen beide was de oude Vlissingsche weg. De tegenwoordige Oost-Souburgsche molen behoorde vroeger tot West-Souburg. De Oost-Souburgsche molen stond waar thans de hooggelegen tuin is van den heer Bosschaart aan den Ritthemschen straatweg. Deze was een houten molen en is in 1890 afgebroken. Door het graven van het kanaal door Walcheren, echter van Vlissingen naar Middelburg, het andere deel was er al van 1817, is ook het dorp West-Sou burg verkleind. Niet alleen, dat een paar boerderijtjes, n.l. Rustlust van M. Breel en een hofsteedje van J. Geerse kwamen te vervallen, maar ook de smidse en eenige andere huizen van 't dorp moesten weg. De smid C. Sanderse liet in 1868 een nieuwe smederij met wo ning bouwen verder het dorp op, thans de smidse van den heer Dingemanse. Bijna in 't midden van 't dorpsplein van West-Souburg lag vroeger de z.g.n. parochieput. Waarschijnlijk lag deze waar nu een gemetselde put is. De dorps herberg heette „Het Landregt", daar hier vroeger schout en schepenen ver gaderden. De dichteres EL Wolf-Bekker spreekt van deze herberg in haar ge dicht „Walcheren", als zij het ringrijden beschrijft. Het Landregt is in 1913 ver kocht en afgebroken. Oost- en West-Souburg zijn twee af zonderlijke ambachtsheerlijkheden. Toen Cornelis van Pere, die ambachtsheer was van West-Souburg, in 1694 ook 't ambacht Oost-Souburg kocht, hebben beide heerlijkheden tot nu toe denzelf den ambachtsheer of dezelfde ambachts vrouw gehad. Sinds 1825 behooren zij aan de familie S c h o r e r. De tegen woordige ambachtsheer is mr. L. Scho- rer van de Souburgen te Amsterdam. R. B. J. d. M, WALCHEREN. Gemeenteraad van Serooskerke. SEROOSKERKE (W). Maandagavond vergaderde de raad. Afwezig wegens ziekte weth. Wondergem. Een talrijk publiek was aanwezig. De Voorzitter leest de notulen der laatste vergadering voor, waarna de- heer Hoegen opmerkt, dat enkele woor den daarin dienen te worden weggeno men. Hij meent, dat deze door hem niet zoo zijn gebruikt en derhalve in de no tulen niet thuis behooren. De Voorzitter antwoordt dat de heer Hoegen in de vorige vergadering zelfs het woord „boerenbedrog" heeft ge bruikt in een zinsverband welke in het minst niet steekhoudend, maar boven dien voor den desbetreffenden persoon onaangenaam kon zijn. Hij meent, dat de notulen nog in zachteren term zijn opge nomen, dan werkelijk is gezegd. Weth. G o e d b 1 o e d zegt, dat hij juist den Voorzitter een woord van lof wilde toespreken voor de juiste en breedvoerige notuleering. De heer A. Melis spreekt in gelij ken geest. De Voorzitter zegt, dat hier sinds zijn 10-jarige bijwoning der Raadsver gadering nimmer zulke onaangename en scherpe woo-den zijn gebruikt, dan in den laatsten tijd. De heer Hoegen repliceert. Spr. stelt voor om de woorden >die zijns inziens, Mameer end zijn voor den raad, door te halen. Dit voorstel wordt niet ondersteund. Hierna worden de no tulen z. h. st. onveranderd vastgesteld Verschillende ingekomen stukken wor- VRAAGT VV-Y Let op het Fabrieksmerk (Ingez. Med.) bury, zijn hoofd glimlachend schuddend, Heel nalatig. Ik weet zeker, dat ik op zijn leeftijd U alles verteld zou hebben. Maar ik verwachtte hem vanavond hier te zien, ging hij voort met eenige verba zing, de kamer rondziende met den speurzin van dert middelbaren leeftijd, die verwacht verborgen minnaars achter de gordijnen te ontdekken. Ik meende, dat hij zeide, dat hij vanavond hier zou ko men. Ik verwacht hem hier te zien voor dat de avond veel verder is, zei sir Pe ter scherp. Ik geloof, dat hij hier woont. Dat toont, dat hij 'n goeden smaak heeft, antwoordde Aimsbury hoffelijk, Enid's hand strelend en haar bewonde rend aankijkend. Ik wilde, dat de smaak van mijn dochter even goed waö, antwoordde sir Peter. Aimsbury stoof op en toonde meer vuur dan de ander hem had toegeschre ven. 1 Werkelijk, sir Peter! Er mankeert niets aan Enid, dat kan ik U verzeke ren. Misschien niet, gaf sir Peter pein zend toe. Misschien niet. Ik denk dat hij niet verantwoordelijk gesteld kan worden voor zijn afstamming. Daar behoeft hij zich niet over te schamen, mijnheer! was het scherpe ant woord. Aimsbury liep boos naar het haardkleed waar hij een miniaterieele houding aan nam en de revers van zijn avondjacquet- met de handen vastgreep. Hij was zich bewust van de bedekte bewondering in Enid's oogen, en zijn weeke kin met den kleinen baard kwam even naar voren terwijl zijn kortzichtge oogen den on bewogen baronet toornig aanzagen. Maar hij was geen helfdhaftig man en de Na poleontische houding paste hem slecht. Het doet me genoegen het te hoo- ren, mompelde sir Peter, zonder eenige notitie te nemen van den toorn van den ander. Toen veranderde zijn houding plotseling, Maar U is niet gekomen als gevol machtigde in de liefdeszaak van Uw zoon, voegde hij er ruw bij. Laten we tot de zaken komen. Aimsburij verslapte wat en keek Enid onrustig aan. Het was zijn gewoonte niee* in tegenwoordigheid >van dames uitdrukking aan zijn opgewekte gevoe lens te geven. Het meisje glimlachte en keerde zich om om heen te gaan. Ik vraag verschooning voor de ma nieren van mijn vader, mijnheer Aims bury, zeide zij, een minachtenden blik op sir Peter werpend. En als U mij wil verontschuldigen. Aimsbury haastte zich de deur voor haar te openen. Laat ik U niet storen, verzocht hij. Maar Enid legde hem met een betee- kennisvollen knik van haar hoofd het den voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter doet verslag van kasppneming bij den gemeente-ontvanger. De heer Hoegen vroeg, boe 't toch komt,dat telkens bij die opneming een le 'kort of te veel aanwezig is. Wel is waar zijn die toedragen zeer gering, maar bij juiste boekhouding is noch te veel, uoch :te weinig aanwezig. De voorzitter zegt dat eenige slordigheid van den ontvan ger daarvan de oorzaak is. Op voorstel van B. en Wi. wordt het kohier hondenbelasting 1932 vastgesteld op 168. Voorgelezen wepd de rekening van den Vleeschkeuringsdienst Oostka^e'lle over 1931. De ontvangsten bedroegen f 8.832, de uitgaven f 6168. B. en W stel len voor deze rekening goed te keuren. De heer Cornelisfse vroeg of dat deel, dat onze gemeente van dit batig slot krijgt een meevaller is. De voor zitter zeide gedeeltelijk, daar op de begrooting een post voorkomt. Wat hier boven komt is meevaller. De heer H o e g e n vroeg, waar zoo een groote winst wordt gemaakt, het keurloon omlaag kan. De voorzitter zal dit punt straks in besloten zitting be handelen. De rekening wordt z.h.st, goedge keurd. Van de rekening van de Comm. van den Vrouwepolderschen straatweg over 1931 bedragen de ontv. f 963.76, de uitgaven f 959.85. B. en W. herinneren er aan, dat de commissie een jaarlijksche bijdrage heeft toegezegd van 200.in de jaarwedde van den gemeentewerk man, te beginnen met 1 Mei 1931. Van deze 200.zal de gemeentewerkman dezen weg onderhouden, niet alleen wat herstelling betreft van de klinkerbaan, maar ook zuiveren van modder, enz. De Gemeente heeft in 1931 twee derde ge deelte van 200.is 133.33 in reke ning gebracht; nu wordt deze f 133.33 gevraagd voor het tijdperk 1 Mei31 Dec. waarin steeds het straatmakers- werk verricht wordt, welke kosten dus bij normale herstellingen zeker meer zouden hebben bedragen dan 133.33. Niettemin heeft deze commissie nog in rekening gebracht een bedrag van 25.60, het werkloon voor het zuiveren van den weg van modder en slijk, omdat de gemeentewerkman niet tijdig gereed kon zijn met de verharding van den Kleinen Putweg; de commissie heeft dit bedrag reeds afgehouden van de f 133.33 en slechts 107.73 gestort in de ge meentekas, wat op zichzelf reeds ver keert! is, het volle bedrag behoorde te worden gestort en de f 25.60 zoo noodig aan de gemeente in rekening te worden gebracht. B. en W. vinden het echter onbillijk, dat op deze voor 1931 toch ge ringe bijdrage nog wordt beknibbeld, weshalve zij voorstellen om de rekening van dit aan den Raad rekenplichtig lichaam niet goed te keuren, zoolang geen volle 133.33 is gestort. De heer A. Melis zegt, dat hij, als voorzitter van genoemde commissie, met deze aan gelegenheid volkomen bekend is. De voorzitter van den Raad heeft hem des tijds wel de wensch kenbaar gemaakt óm het volle bedrag in de gemeentekas te storten. Waar echter nimmer officieel die eisch aan de commissie is gesteld, heeft deze dit ook niet in behandeling genomen al vermoedt hij wel, dat geen bezwaar zal zijn daaraan te voldoen. Z. h. st. wordt aangenomen de goed keuring der rekening op te schorten en te verzoeken alsnog het te weinig ge storte af te dragen. De Minister van Binnenlandsche Za ken heeft bericht dat de werkverschaf fing voorloopig kan worden voortgezet tot en met 26 Maart a.s. B. en W. zijn overtuigd, dat ook na dien datum de werkloosheid niet tot het verleden zal behooren, zoodat zij geen vrijheid kun nen vinden om alle werkverschaffing zwijgen op, waaruit hij begreep, dat 't den wensch van haar vader was dat zij gaan zou, en, met een glimlach tot af scheid, verdween zij in den salon. Sir Peter keek met blijkbaar voldoe ning toen de deur zich sloot. Hij vond Enid bepaald lastig vanavond en kon niet begrijpen wat er met het meisje gebeurd was. Ga zitten, Aimsbury, vroeg hij met een poging tot vriendelijkheid, en nu wees hij bepaald een stoel aan, aan den anderen kant van de tafel. Ga zitten man. Maar Aimsbury voelde, dat hij iets aan zijn eigen waardigheid verschuldigd was. De beleediging stak. Eric, rede neerde hij, was de dochter van ieder man waardig en in zoover het hem zelf betrof was er niets bijzonder aantrekke lijks in het vooruitzicht van een verbin ding met het Huis Brace het geld schietende huis Brace! Als hij sterk ge noeg was geweest, zou hij zijn zoon ver boden hebben voort te gaan met zijn attenties voor Enid, ofschoon zij onge twijfeld een bekoorlijk meisje was; maar hij wist al sedert lang, dat Eric een aan geboren smaak voor verboden dingen had. Hij sloeg geen acht op de uitnoodiging om te gaan zitten. Ik kan niet gewend raken aan Uw laatdunkende houding, sir Peter, zei hij laatdunkende houding, sir Peter, zei hij op vasten toon, heimelijk verbaasd over Het ademlooze tempo van het tegenwoordige econo mische leven met zijn ver scherpten concurrentiestrijd, zijn gejaagdheid en zijn drukte is de schuld van veel nerveuze storingen, welke zich door hevige hoofdpijn om en nabij ae slapen doen gevoelen. In deze, zoowel als in andere gevallen van hoofd pijn werkt Aspirin ongeë venaard. 1 -2 tabletten met een slok water ingenomen, en na korten tijd is men weer frisch, kan weer wer ken, zonder dat de hoofd zenuwen zich doen gelden. Weiger namaak en lef er op dat op elke tablet het woord .BAYER" staat. Prijs 75 ets. (Ingez. Med.) stop te zetten. Echter dient rekening ge houden met de gemeente-financiën. Zij stellen daarom voor, om aan den Minis ter te verzoeken, ook na 26 Maart de werkverschaffing te mogen voortzetten, maar dan diegenen der arbeiders die nog uit de bondskas kunnen trekken, eerst te laten uittrekken en dan kunnen nog vrijwel allen in de maand April. Mocht dan nog werkloosheid heerschen, dan kunnen de werkloozen, wier gezinsom standigheden zulks noodzakelijk maken, daarna nog bij de werkverschaffing ge plaatst worden, een en ander als de Minister verlenging wil toestaan. De heer H o e g e n vraagt welk week- bedrag uit de bondskas kan worden ge trokken en welk zuiver weekinkomen een tewerkgestelde ontvangt. De voor zitter antwoordt dat de eerste 7.20 en de laatste 9.70 ontvangt. De heer Hoegen vraagt of niet de mogelijkheid bestaat om alsdan de 7.20 aan te vul len tot 9.70 en wenscht daartoe het volgende punt op de agenda tegelijk met dit te behandelen. Dit behelst een schrij ven van het Nationaal Crisis-Comité, dat de Minister voor de gemeente die een goedgekeurde werkverschaffing heb ben, heeft goedgevonden, ook die ge meente te doen deelen in de 750.000 van Rijkswege aan genoemd comité ver strekt. Het crisis-comité mag voor een tijdvak van twaalf maanden een bijdrage verstrekken van 0.05 per ingezetene als ook de gemeente een zelfde bedrag voor dit doel uittrekt. Dit bedrag is voor deze gemeente 83.10. B, en W. stellen voor dit bedrag te verleenen, waardoor de mogelijkheid wordt geopend, de alhier te werk ge stelden met 166.20 in een tijdvak van 12 maanden te steunen voor zoover daaraan behoefte bestaat. De heer H o e g e n stelt voor de kas- trekkers in de maand April van ge noemd bedrag hun uitkeering aan te vul len tot op het bedrag dat een tewerk gestelde per week ontvangt. Z. h. st. worden beide voorstellen van B. en W. aangenomen, benevens genoemde aan vulling. Dit bedraagt 2.50 per week. Van den Commissaris der Koningin v/as een verzoek ingekomen of deze ge meente bereid is gedurende 40 jaren een zijn eigen moed. Sir Peter onderdrukte met moeite zijn opkomenden toorn. Het was voor den tweeden keer vanavond dat zijn „laatdunkendheid" hem voor de voeten werd gegooid. Houd vol, Aimsbury, raadde hij spottend aan. Maar misschien passen volharding en biscuits niet goed samen? Ga zitten, man! Aimsbury werd boos. Hij liep naar de tafel en sloeg er hard op, zonder te let ten op de levendige manier, waarop de nephrietvaas op zijn harden slag rea geerde. Ik wil niet gaan zitten! schreeuwde hij. U kunt biscuits minachten, maar i Integendeel, ik houd veel van een biscuit, 's ochtends, hoewel ik mij niet herinner Uw Cinamon Crackers geproefd te heben! Aimsbury bleef met opgeheven vu;st staan, en nam een snel besluit. Hij ging rechtop staan en trok zijn mouwen weer op hun plaats. Ik wensch U goeden avond, sir Pe ter, zei hij koel. Ik verdraag dergelijke beleedigingen van niemand! Sir Peter keek hem onverschillig na, terwijl Aimsbury naar de deur ging met een Napoleontischen tred. Goeden avond, Aimsbury, ant woordde hij kalm, en hij greep naar een andere courant. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1932 | | pagina 5