REISmarPAlïSfiNA TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT VAN DINSDAG 9 FEBRUARI 1932. No. 33. HET JAPANSCH- CHINEESCHE CONFLICT. door raddyin S.PKdeVRIES.Mzn ZEELAND. KUNST EN WETENSCHAP. RECHTZAKEN. TEGEN 'T ONTWERP TERPSTRA. v. LEGER EN VLOOT. SPORT. Wat er aan voorat ging. De weergaloos snelle ontwik keling van Japan, (Bijzondere correspondentie,) De gebeurtenissen, die zich in de laatste paar weken in China hebben af gespeeld, hebben de belangstelling van de geheele wereld in bijzondere mate op het #erre Oosten gevestigd. Het is niet zonder eenige vrees, dat men in de diplomatieke wereld de ont wikkeling van het conflict te Shanghai gadeslaat, en zich afvraagt, waartoe dit leiden zal. Want, dat de Japanners op het oogenblik op een gevaarlijke wijze met vuur spelen, niemand, die eenigszins bekend is met de politieke machtsver houdingen in den Pacific zal 't willen betwisten, In de jaren vóór het uitbreken van den wereldoorlog is er in dagbladen en tijdschriften veel geschreven over de mogelijkheid van een Pacific-oorlog. Dat was toen, vooral voor de journalisten in landen, die om den Pacific of Groo- ten Oceaan gelegen zijn, een actueel vraagstuk. De geweldige strijd in Euro pa drong deze kwestie echter geheel op den achtergrond, en na het sluiten van den vrede was de wereld te zeer met zorg vervuld, om veel aandacht te be steden aan de Groote Oceaankwestie, Maar nu door het agressief optreden van Japan tegenover China is deze kwestie weder actueel geworden. Laten we hopen, dat de regeling van de machtsverhoudingen in den Pacafic niet met de wapenen zal geschieden, maar indien dit onvermijdelijk mocht zijn, dan zal de strijd zeker niet alleen tus- schen China en Japan uitgevochten wor den. Tot goed begrip van hetgeen zich thans daar afspeelt, is 't noodig de ont wikkeling van de machtsverhoudingen in het Verre Oosten in de laatste 50 jaar eens onder de loupe te nemen. Nadat in 1867 de eerste haven in Ja pan voor den buitenlandschen handel is opengesteld, begint het proces van „ver- westelijking" van het land. Een Grond wet maakt van de tot dusver feodaal ge regeerde Japanners een constitutioneel bestuurd volk. Met grooten ijver wordt gewerkt aan de opvoeding van het volk. Uitstekende leerkrachten laat men on der gunstige condities uit Europa naar Japan komen om het te onderwijzen en in de wetenschappen te bekwamen. De uitkomsten zijn boven verwachting. Het volk is intelligent en weet zich met een bewonderenswaardig gemak aan de Europeesche denkbeelden aan te passen. Maar men waakt er voor, dat van het Ja- pansche volk (geen imitatie-Westerlin gen worden gemaakt. De denkbeelden, die van de Europeanen worden overge nomen, worden gejapaniseerd. Ook bui- tenlansche officieren laat men overko men om het leger op westerschen grond slag te organiseeren en de mannelijke Japanners volgens westersche methode in den wapenhandel te onderrichten; want den militairen dienst beschouwt men evenals het belasting-betalen als een eersten plicht van alle burgers. Elke mannelijke onderdaan wordt daarom, als hij den ouderdom van 20 jaar bereikt heeft, bij de landmacht of op de vloot in dienst gesteld. De opvoeding van het volk geschiedt in een geest van vurig patriotisme. Steeds wordt hun het besef bijgebracht, dat het wel en wee van hét individu van geen waarde is in vergelijking met het lot der natie. Wil Japan echter de plaats, 24.) Al vroeger had ik aan Teitelbaum, een onzer jongens, in Holland als .zrachistisch pionier gevormd en nu in Rodges aan het harde werk een plaats in de auto aangeboden, toen hij mij toevallig vertelde, dat hij met een op dracht naar Haifa en door den Emek moest. We spraken toen af, dat hij mij in Haifa zou treffen. Dr. Fries gaf later gul zijn instemming. En onze vierde reisgenoot is Schmidt, Vroeg in den Vrijdag staat Schmidt met zijn ros voor de deur. We gaan op Acco aan. De weg voert vlak langs de Zee Den Kischon over, dien we in de Zee des Westens zien verdwijnen. De weg is niet gebaand. Wagensporen, soms heele diepe, zijn ons pad. Maar het gaat er bijkans even vlug om. En we naderen gauw genoeg het oude Acco, dat al spoe dig duidelijker en duidelijker als een mooie stad voor onze oogen opdoemt uit de zee. De echte Orient. Een vol maakt Arabische stad, rondom in de palmen. Rondom en in den omtrek en bij het binnenkomen. En ook in de stad staan de palmen langs de straten, die vol zijn van marktgegons en op vele die 't zich droomt, in de rij der naties innemen, en aan de toenemende behoef ten van zijn snel aanwassend volk vol doen, dan zal een metamorfose van be trekkelijk primitieven Jandbouwstaat tot industriestaat noodig zijn. Dan begint de industrialisatie van Ja pan. Met behulp van buitenlandsche in genieurs en technici verrijst fabriek na fabriek, naar de eischen des tijds uitge rust, havens worden nieuw aangelegd of gemoderniseerd, |spoorwegen gebouwd. De Japanners zijn bevattelijk en toonen een zeldzaam aanpassingsvermogen. Zij beseffen, dat eenmaal de tijd zal ko men, dat zij hun Europeesche leer meesters niet meer noodig zullen heb ben. De bloem van de Japansche jonge lingschap trekt naar Europa en Amerika om zich daar verder te bekwamen in de westersche wetenschappen en de tech niek, teneinde na ommekomst zich ge heel te kunnen wijden aan de opheffing van hun volk en de bloei en grootheid van hun vaderland. Eindelijk is dan het stadium van ont wikkeling bereikt, dat Japan aanspraak kan maken op den naam van modernen staat. De snelheid der ontwikkeling is zonder weerga in de geschiedenis. Een nieuwe mededinger verschijnt tegen het einde der 19de eeuw op den Grooten Oceaan; 't is het nieuwe Japan. In een volgend artikel zullen wij" de wijze waarop deze mededinging van Ja pan zich kenmerkte, nader beschouwen. Steunt bij gelijken prijs en kwaliteit DE NEDERLANDSCHE INDUSTRIE. Gij dient daarmede Uw land En ge bestrijdt de werkloosheid. ZUID-BEVELAND. BAARLAND. In de Zaterdag! gehoir den raadsvergaderingwas de heer Schout wegens ongesteldheid afwezig. Besloten werd een der ledigstaande schoollokalen die door verschillende bier bestaande vereenigingen als vereenigings- lokaal wordt gebruikt van electrisch licht te voorzien. De heer M. Boonman vond het loon bij' de werkverschaffing (f 0.21 per uur) wat laag. Spreker brengt hulde aan B. en W. voor het ter dezer zakfe bereids verrichtte en stelt 't vols'te vertrouwen in het college van Bi. en Wi. maar vraagt om maatregelen te nemen dat dit uur loon wordt verhoogd. De voorzitter zegt hierover reeds een onderhoud te hebben gehad met den leider van de R.-K. landarbei ders-organisatie. Van deze organisatie zal er thans bij den Minister op worden aan gedrongen dit loon billijk te verhoogen. De heer Boonman zegt met dit ant woord van den voorzitter voorioopig te vreden te zijn. j 1 1 I ZEEUWSCH-VLAANDEREN O. D. SAS VAN GENT, Zondag werd van de gelegenheid tot maskerade bij het car navalsfeest te Sas van Gent een be scheiden gebruik gemaakt. De publieke vermakelijkheden hadden veel belang stelling, Alles verliep in de beste orde. ZEEUWSCH-VLAANDEREN W.D. CADZAND. De alhier gevestigde en zich tevens over Nieuwvliet en Zuid- zande uitstrekkende vereeniging voor wijkverpleging en tuberculosebestrijding, hield Vrijdagavond j.l, haar gewone jaar vergadering, onder voorzitterschap van den heer Iz. Erasmus, burgemeester van Cadzand. plaatsen versperd door hoog- en breed- beladen bijzonder groote, kameelen. We zouden de oude vestingwerken eens goed willen zien. Maar daarvoor zijn for maliteiten noodig, die te veel tijd zul len nemen. We vergenoegen ons dus met een oppervlakkig begluren. Een mooie Moské zouden we zonder veel formaliteiten binnen kunnen gaan. „Wel" zegt dr. Fries „ze hebben me al door zooveel Moské's gesleept, dat ik er genoeg van heb. Laten we verder gaan!" Hij is reeds door Egypte gekomen. Met een reisgezelschap. We gaan dus verder. De straat voert ons dwars door de vestingwerken. Drievou dige muren en drievoudige grachten, nu drooggelegd. We begrijpen het een wei nig, dat Napoleon hier eens zijnen kop moest stooten, Tel-Napoleon, even bui ten de stad, een hoogte, vanwaar hij de belegering leidde, bewaart de herinne ring. En we snellen nu meer Oostwaarts over een vruchtbare vlakte. Ginds wenkt ons reeds de afhang van het Gal- lileïsche gebergte. De dallaagte aan den voet is bezaaid met olijfboomen, die on baatzuchtige boom, die niets verlangt en alles geeft, zonder veel verzorging groeit, zijn wortelen ook in rotsen slaat en eeuwen leeft. Groote geitenkudden, schapen, koeien kruisen onzen weg. Aan de bronnen herhalen zich voortdurend de Bijbelsche tafereelen, en ook de put ten ontbreken niet, waar de zeven doch ters van Reoeël door de herders werden weggejaagd en Mozes de emmers voor De rekening over 193l sloot met een batig slot van 157 2150 ontvangsten, 1993 uitgaven.) De begrooting voor 1932 werd opge maakt met een cijfer van 2160 aan in komsten en uitgaven en met een post van 242 voor onvoorziene uitgaven. Het aantal leden der vereeniging be droeg 1 Januari j.l. 659, n.l, 203 te Cad zand, 204 te Nieuwvliet en 252 te Zuid- zande. j In het verslag van den secretaris werd er aan herinnerd, dat aan zuster C. J. Verhage eervol ontslag uit haar betrek king van wijkverpleegster werd ver leend, met ingang van 1 Mei 1931 en gememoreerd, hoezeer zij er in geslaagd is door haar optreden de in deze ge meenten onbekende wijkverpleging po pulair te maken. Als opvolgster van zuster Verhage werd benoemd zuster P. van der Pligt. Door beide zusters werden in 1931 1033 bezoeken afgelegd, waarvan 96 ter be strijding der t.b.c. De vereeniging heeft in het afgeloo- pen jaar twee kinderen uitgezonden naar het koloniehuis „Heelsum". Met het oog op de financieele draagkracht werd aangespoord het ledental der vereeni ging zoo hoog mogelijk op te voeren. Zeeland door de Eeuwen Heen, III. Van het prachtwerk „Zeeland door de eeuwen heen", dat, door de heeren M. van Empel en H. Pieters geschreven, bij de firma G. W. den Boer te Middel burg verschijnt, is zoo juist de derde af levering in ons bezit gekomen. Zij behandelt nog de geographische gesteldheid voor het jaar 1400. Beëindigd wordt de beschrijving over Schouwen en Duiveland, waarbij aan Zierikzee als de voornaamste stad bijzondere aandacht besteed is. Vpor de hierop volgende be schrijving van Tholen, dat uit een vijftal kleine eilanden gevormd is, konden de schrijvers gebruik maken van het voor treffelijke werk van A. Hollestelle, dank zij wiens arbeid het ontstaan van dit land polder voor polder beschreven kon worden. Met Walcheren komen de schrijvers in de zuidelijke helft van Zeeland: Zee land bewesten Schelde, waartoe tevens de eilanden N. en Z.-Beveland, Wol- faartsdijk en Borsele behoorden, Wal cheren omvatte in deze periode nog slechts het gebied van den tegenwoor- digen polder Walcheren. De polders in het oosten waren er nog niet; alleen in het noorden van het eiland hooren we van verschillende inpolderingen, waarbij de abt van Middelburg en de abdis van Rijnsburg een belangrijke rol speelden. Ook de machtige heeren van Borsele, die bij Zandijk hun kasteel hadden, ontmoe ten we hier. Belangrijk waren in het noorden van het eiland de bezittingen van beide genoemde abdijen. Spoedig kreeg de abt van Middelburg in Oost- kapelle zooveel ambacht, dat hij als am bachtsheer beschouwd moest worden. Maar niet alleen van aanwinst van lan den, ook van grondverlies vertelt deze aflevering. Langs de oostkust gingen tel kens kleinere en grootere stukken door de vallen en grondbraken verloren. Aan zienlijk was het verlies vooral ook in de omgeving van Vlissingen, Voor een beschrijving der plaatsen op Walcheren gingen de schrijvers uit van de vijf Walchersche moederkerken; W.- Souburg, Noord- en Westmonster te Middelburg, Oostkapelle en Westkapel- le. Souburg en Westmonster waren van deze vijf de oudste. Vlissingen, dat een dochterkerk van Souburg had, wordt verder behandeld in verband met zijn hen vulde en ophaalde en in de drink- goten ledigde. (1) Zoo stijgen we het Gallileïsche gebergte op. Achthonderd tot duizend meter. Rechts vóór ons ver toont zich de 'Atsmon, die de hoogste top van Palestina heet te zijn. Dan weer gaat het lager de vlakte in door ver scheidene Arabische dorpen, en na eeni ge wegwendingen kunnen we tegelijk het Meer van Genezareth beneden aan onze voeten zien liggen, en achter ons de Middellandsche Zee en vóór ons den Tabor en den Mivzar-Barkochbah waar nemen, We bevinden ons evenwel twaalfhonderd meter boven het meer van Tiberias en zijn er veertig kilometer hemelsbreed van verwijderd. Hier staan we even stil en schouwen in het rond, onder den hoogen hemel, in de stralen de zon, die ons blakert, maar den hori zont verzet. Als we even verder zijn gereden, moeten we nog eens uitstap pen: de eerste lekke band! Gelukkig, nu op een gelijken weg. Toen heb ik opeens gedacht: Hoe houden de banden het uit! En wat moet men toch begin nen bij een ernstige pech in de wilder nis? Of als het gebeurt in een bocht op een der serpentine-wegen? Doch er is weinig tijd voor overwegingen van de zen aard. Schmidt en Teitelbaum zijn al klaar. En binnen niet zoo heel veel langer tijd, dan waarin ik dit hier neer schrijf, rijden we alweder, en zien heel in de verte soms Safed even te voor schijn komen. Een witte stip tegen grij- (1) II Moz. 2, 16—17, ligging tegenover Vlaanderen, beschre ven worden de beide oudste havens. Uitvoerig wordt de oude topographie van Middelburg behandeld, Middelburg was in dien tijd de eenige Zeeuwsche stad, die flink was uitgegroeid. Ten zui den van de oude abdij, die als het begin der stad beschouwd mag worden, vorm de zich de nederzetting van kooplieden, schippers en handwerkslieden, binnen welke jongere nederzetting het kerkhof van Westmonster (op de Groote Markt), waar markt gehouden werd, het middel punt vormde. Uitvoerige mededeelingen volgen over de talrijke kloosters en ker ken binnen de stad. Van de illustraties trekt zeker het fraaie gezicht op Middelburg naar een zeer zeldzame gravure het meest de aan dacht, Aan de beteekenis van Middel burg als centrum van handel en scheep vaart herinnert de reproductie van een aldaar gedrukte zeekaart van den mond der Wester-Schelde. De Raad voor de Scheepvaart heeft, zooals gemeld, eenige dagen geleden een onderzoek ingesteld naar dereorzaak van den brand in het s.s. „Enggano" van de Stoomvaart Maatschappij „Nederland". Uit dat onderzoek bleek dat het schip in Lissabon was binnengesleept met een gebroken schroefas. Deze as is Ver nieuw en daarbij zijn in den tunnel beu gels gelascht die vroeger met bouten wa ren vastgezet. Door vonken van het lasch-apparaat of door verhitting in den wand van den tunnel is naar men meent brand in ruim vijf ontstaan, toen men in zee was. Aan den hoofdmachinist werd op de zitting van den Raad ten laste gelegd onvoldoende toezicht. Zaterdag werd 't onderzoek voortgezet. Na het verhoor van nog enkele getuigen o.w. de tweede machinist, handhaafde de hoofdinspec teur van de Scheepvaart zijn meening, dat van den hoofdmachinist geen vol doende leiding uitging. De raadsman van dezen meende, dat de oorzaak van den brand niet is vast te stellen. Ook is niet gebleken, dat de hoofdmachinist nalatig is geweest. Het werk is uitgevoerd naar volle tevredenheid van de directie van de Mij. Nederland. De Raad zal later uitspraak doen. Het salaris van z'n vrouw, In 1921 huwden een man en een vrouw in gemeenschap van goederen. De vrouw bleef haar 'betrekking1, waarin zij ongeveer f 200 verdiende, waarnemen. De f 200 besteedde zij iii de huishou ding. In 1924 igjing de man failliet. Toen in 1927 de zaken weer beter gingen, zei dé vrouw haar werkkring vaariwel om zich uitsluitend met de huishouding bezig te houden. In 1930 echter gingen de zaken weer slecht en de vouw' zocht en vond opnieuw een werkkring. Op' 2 November verliet zij de echtelijke wo ning om haar intrek bij haar moeder te nemen. Zij liet f100 voor den man ach ter, doch gaf hem te verstaan, dat üdj zich nu verder zelf maar moest helpen. Op 29 Jan. j.l. liet de man met toe stemming van den president der Am- slerTlamsclie rechtbank toeslag leggen op het salaris van de vrouw daar hij flOO per maand van zijn vrouw eischt voor levensonderhoud. .In kort geding eischte Vrijdag de vrouw, middels haar advocaat opheffing van het beslag. De waarn. president overwoog in zijn vonnis dat het beslag diende te wor- opgeheven als zjjnde vexatoir. Hij over woog voorts dat de man zoo zijn doel niet kan bereiken, daar de vrouw door het beslag kans zou loöpen, haar be trekking te verbezen. ze heuvelen aan. Nog een korte poos langs nieuwe tabaksaanplantingen. We passeeren de Meron-bron. En aanstonds houden we halt bij Meron zelf. Hier is het dus, alwaar op Lag-ba- Omer, dat is de drie-en-dertigste dag van de Omertelling, tusschen het Paasch- en het Wekenfeest (2), de sterftedag van Rabbie Simon ben Jochai op zoo mystisch-extatische "wijze wordt ge vierd. R. Simon ben Jochai is een der Leeraren van de Mischnach (3), die tij dens de Romeinsche bloedige geloofsver volging onder keizer Hadrianus na den Bar-Kochbah-oorlog aan den dood is ontsnapt, en wiens leven en werken met legenden doorweven en in mystiek zijn gehuld. De Zohar, het boek, het welk de Bijbel der Qabbalah is, wordt in de kringen der Chassiediem hem nog altijd toegeschreven. Wat en hoe hij zijn aardsche hulsel ontsteeg, beschrijft de Zohar als een vreugdedans, het licht te gemoet. En daarom heet en is de vie ring van zijn „jaartijd" in Meron „hei „jubelfeest van Rabbie Simon" de Hi- loelah d'Rabbie Schim'on. Daar staat de rest van een Synagoge, Slechts het front en daarvan niet de heele hoogte. Ernaast de vorm van een poort met een opschrift, in het He- breeuwsch natuurlijk: „de Jeschievah van R. Schim'on ben Jochai, met oude- liedenhuis". Een voorpleintje en dan een gebouw. En in dat gebouw een ge- (2) Riten en Symbolen. Hoofdstuk 11. (3) Idem Hoofdst, 45. Betere Waarborgen, Men schrijft ons: In navolging van wat de meerderheid der Staatscommissie-Rutgers rappor teerde, acht Minister Terpstra de ouder verklaring bij de aanvrage tot medewer king aan de stichting eener nieuwe bij zondere school niet meer noodig. Die ouderverklaring leidt slechts tot allerlei moeilijkheden en dusaf schaffing is het beste. Voor nieuwe bijzondere scholen, die bestemd zijn voor minder dan 150 leer lingen, wordt voorgesteld de te storten^ waarborgsom van 15 pet. tot 30 pet. te verhoogen; dit komt in de plaats van de ouderverklaring en de Minister acht dan voldoende waarborg gegeven, dat geen onnoodige scholen zullen worden aangevraagd. Allerminst wordt ontkend, dat door de verhooging van de te storten waar borgsom eenige tempering Verkregen kan worden, maar heel veel behoeven wij ons daarvan niet voor te stellen. Het benoodigde bedrag is gemakkelijk te verkrijgen en een behoorlijke rente wordt door de gemeente vergoed. En in de eerste zes jaar na de oprichting be hoeft men zich omtrent mogelijk verlies dezer som niet ongerust te maken; de Wet geeft de nieuwe school gelegenheid uit te groeien. Pas na die zes jaren be gint de risico en als na negen lange ja ren de school geen levensvatbaarheid blijkt te bezitten, kan er verlies komen. En zelfs dan noger is een maas in de Wet te vinden, om aan het geheele of gedeeltelijke verlies van de waarborg som te ontkomen. De verhooging van de waarborgsom is dus, o.i., niet een betere waarborg te gen onnoodigen scholenbouw. Het is allerminst onmogelijk goede waarborgen voor te schrijven. De minderheid der Staatscommissie stelt voor, de beslissing omtrent de aan vrage tot stichting van een nieuwe bij zondere school en de geldigheid van de „lijst" te leggen in handen van den Ge meenteraad. Wordt b.v. in de wet vast gelegd, dat overge'egd moet worden een ouderverklaring, waaruit ten genoe- ge van den Gemeenteraad blijkt, dat het geëischte aantal leerlin gen de aangevraagde school zal bezoe ken en wordt de gelegenheid geschapen, dat handteekeningen, die door onjuiste voorgevens verkregen zijn, binnen een bepaalden termijn na de indiening terug genomen kunnen worden, dan zal zoon lijst een heel wat juister beeld geven. Voorkomen zal op die wijze kunnen worden, dat er de bekende „kooien" komen, waarvoor geen „vogels" zijn! En was dan bij de opening van sommige van die scholen toch wel een behoorlijk aan tal leerlingen, dan waren 't vaak andere dan waarvoor de school gevraagd was, afkomstig van reeds bestaande bijzon dere scholen, waar nog voldoende plaats ruimte was! Geslaagd voor vaandrig o.a. de leer lingen van de school voor reserve-officie ren der infanterie: T. J. M. Andriessen, L. Adams, F. A. F. Boot, J. G. de Bruin, W. Dekker. r Voetbal, De voetbalclub D.V.O. II won Zaterdag op „Houtrust' te K o r t ge n e van C. V. V. II met 3—0. metselde graftombe, koepelvormig, om heind met een ijzeren hek, het graf van Rabbie Schim'on ben Jochai. Een man in de orientalische dracht der Sephardische Joden, net uitzien, kort en nogal dik, komt ons tegemoet en geleidt ons naar een ruim en koel vertrek. Leerzaal en Synagoge. Dat is de Jeschievah, En de discipelen dezer Hoogeschool? Wel, hier lezen en lee- ren dag en nacht tien Chagamiem, dat wil zeggen: wijzen, uit de boeken. Tal- moedische en Qabbalistische, en uit de laatste het meest. Uit de boeken, die er staan in de kasten, welke in de dik ke muren zijn uitgespaard. Wij bekij ken een en ander en vragen het een en ander en onderwijl wordt ons gevraagd om onzen naam te schrijven in het boek der bezoekers. Dit boek heeft staande geldlijnen. Dus vullen we ook een gift in. Zij is naar de meening van den Op ziener niet groot genoeg. Naar onze meening wel. We gaan naar het graf van Rabbie Schim'on en naar dat van zijnen zoon Rabbie Eliëzer, ook een be langrijk Mischnach-leeraar. Bij het graf van den grooten Leeraar hangt een kan delaar met tuitjes, waaruit lichte sten gels hangen. Lange, zeer dunne kaar sen van was. Wij krijgen de eer, een waskaarsje aan den kandelaar boven de tombe te mogen ontsteken en ver vullen die opdracht eerbiedig. Dan spreekt de man, die de Opziener is, hier bij het graf, van den Tsaddiek, dat is: den brave, met veel innigheid een ze- tenbede voor ons uit. (Wpjrdt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1932 | | pagina 5