„ARNHEM"
PltJSnaaPL
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN MAANDAG 1 FEBRUARI 1932. No. 26.
BINNENLAND.
DE SINT VITUSDANS VAN HET
PROTECTIONISME.
NOODLIJDENDEN MELKPRODUCTEN
EN ROGGETEELBOEREN.
ZEELAND.
DOOR RAD DY M S.PkdeVRIES.Mzn
MIDDELBURG.
Dierenbescherming.
LEVENS
VERZEKERING
MAATSCHAPPIJ
STUKKEN VOOR DEN
GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG
De abattoirkwestie.
ding
ingel
een
;oute
Jub.
e si.
iSE,
door
>ers-
r. 28
met
voor
gaaf
cent
>oer,
Hedenmiddag heeft voor de Vereeni
ging van Actieve Handelspolitiek te Den
Haag dr. H, Colijn een rede gehouden
over „De Sint Vitusdans van het Pro
tectionisme".
Spr. vergeleek de tegenwoordige pro
tectionistische handelspolitiek van de
staten bij den Sint Vitusdans, de ziekte,
welke aan de lijders onrustige en orde-
looze bewegingen geeft en van tijd tot
tijd als epidemie om zich heen heeft
gegrepen. Hij besprak de hoofdoorzaken
Vein den tegenwoordigen toestand, n.I.
de omstandigheid, dat de wereld zich
nog altijd niet heeft aangepast aan de
veranderingen in de economische struc
tuur, door den wereldoorlog in het le
ven geroepen, en het feit, dat de re
geeringen door haar handelspolitiek de
aanpassing langs natuurlijken weg zoo
veel doenlijk hebben belemmerd. Men
heeft getracht, de economische inzin
king door nationale verweermiddelen
buiten de deur te houden, maar de de
pressie zette steeds scherper door. Ook
het meest protectionistische land bleef
er niet van verschoond. Indien al ver
schil in toestand is tusschen de bescher
mende landen, dan is het voordeel niet
aan den kant der protectionistische.
De betaling van de oorlogsschulden
heeft op het economische leven een
vernietigende uitwerking gehad, door
haar invloed op de goudverdeeling, op
de prijsdaling der goederen en op de in
ternationale handelspolitiek.
En als het schuldenprobleem, de fi-
nancieele quaestie, is opgelost, moeten
óók nog de abnormale handelsbelemme
ringen der laatste jaren verdwenen zijn,
voordat de algemeene economische toe
stand verbetert. Door de macht der fei
ten zal ten slotte ook de ongeloovigste
Thomas dit inzien. Maar er is tijd noo-
dig voor de omzetting van de geesten
en, ook bij goeden wil, voor verlaging
van hooge tariefmuren enz.
Spr. vroeg, of ter bespoediging van
het genezingsproces nu men geen
overeenkomsten voor vrijer handelsver
keer, die alle staten omvatten, verwach
ten kan België en Nederland niet
onder elkaar de handelsbelemmeringen
zouden kunnen doen verdrijven of zoo
veel mogelijk verminderen. Tegen dat
denkbeeld wordt als bezwaar de meest-
begunstigingsclausule genoemd, maar
volgens spr, moet, men die tegenwoordig
ruim uitleggen, daar de andere landen
dat ook doen. De vorm der samenwer
king tusschen België en Nederland zou
toetreding van anderen tot de overeen
komst mogelijk moeten maken. Daar
vorming van een complete tolunie te
veel tijd in beslag neemt, wilde spr.
aangevangen zien met toekenning van
partiëele wederzijdsche voordeelen in
het onderlinge verkeer tusschen beide
landen beperkt tot de zelf voort- j
gebrachte goederen.
Daar echter ook dit recept niet in
den nood van het oogenblik voorziet,
besprak spr. voorts de vraag, hoe wij
ons zeiven vandaag moeten be
schermen. Hij zeide, dat het vechten om
„het naakte bestaan" thans de eerst
voor de hand liggende taak is gewor
den, en aanvaardde daarbij elk doel
matig middel, dat niet door hooger ge
bod als ongeoorloofd moet worden af
gewezen. Daar de spanning van de pu
blieke geldmiddelen niet over spannen
mag worden, is er ten aanzien van
rechtstreeksche subsidieën een grens,
die niet mag worden overschreden, wil
men niet in geldbederf vervallen. Overi
gens, geselecteerde tariefmaatregelen,
contingenteering, invoerverboden, pro
ductiebijslagen, staatssubsidiën, con
centratie van den binnenlandschen ver
koop en van den uitvoer naar het bui
tenland, regeling van het geldverkeer
met het buitenland ter bescherming van
onze exportbelangen. Spr. voor zich
aanvaardt ze alle, als men kan aantoo-
nen, dat zij een gunstige uitwerking
kunnen hebben, door den toestand van
noodweer geboden zijn.
Als men spr. vraagt, of ook wij dus
moeten gaan naar het bal der Sint Vi-
tusdansers, antwoordt hij, dat ons geen
anderen weg overblijft. Anders wordt
ons product, na te zijn geweerd van de
buitenlandsche, ook nog verjaagd van
de binnenlandsche markt. Spr. blijft
overtuigd, dat vrijhandel voor Neder
land het beste is, maar voor het oogen
blik kan de vraag: „vrijhandel of pro
tectie" slechts in het afgetrokkene wor
den gesteld, want een op normale om
standigheden gebouwde redeneering ver
liest haar waarde bij het tegenwoordige,
voor onze goederen volstrekt prohibi
tieve, protectionisme. De leiding van de
worsteling om ons naakte bestaan moet
voor een zeer groot deel uitgaan van de
regeering. Alleen zij kan de noodige
bevoegdheden verwerven. Haar taak is
moeilijk en onaangenaam. Maar de
troost is, dat de historieschrijver later
een bewind prijzen zal, dat ons volk
door deze moeilijke tijden heen gevoerd
heeft naar beter dagen, zonder dat het
al te veel van zijn levenskracht heeft in
geboet.
De heer Braat heeft aan den Minister
van Binnenlandsche Zaken en Landbouw
gevraagd, of Z.Ex. bereid is, zoo moge
lijk op korten termijn mede te deelen,
of thans maatregelen in wording zijn tot
bescherming van de financieele belan
gen van de noodlijdende melkproduc-
centen en roggeteelboeren en van hen,
die de hier te lande geproduceerde melk
tot andere producten verwerken.
18) -
We hebben intusschen den K'wiesch,
dea geasfalteerden heirweg, verlaten, en
langs moeilijke zandwegen ons eerste
station Magdiël bereikt. Reeds steenen
huisjes en nog houten barakken. We
gaan naar de school. Ook nog barakken-
bouw. Een paar onderwijzeressen spelen
en leeren met de kleintjes buiten. Dat is
de Fröbelschool der nederzetting Gan-
jeladiem in het Hebreeuwsch, letterlijk
uit het Duitsche Kindergarten overgeno
men. O, die Hebreeuwsche kinderen
Overal. En in de kolonies in het bijzon
der. Veel kinderen. Mooie kinderen. Kin
deren of kleinkinderen van in Oost-
Europeesche ghetto's geborenen hier
spelend in het vrije levenslicht van het
nieuwe land. Alles Hebreeuwsch ook
hier. En het is een bijzondere lust de
Hebreeuwsche conversatie dier kinderen
te beluisteren. Dat moet vooral de twij
felaar doen, die nog niet gelooft, dat het
Hebreeuwsch springlevend is. Ik geloof
me niets te verbeelden, wanneer ik uit
den mond der kinderen in de scholen, op
straat en in de velden, een ander He
breeuwsch verneem, dan uit den mond
der ouders. Bij dezen is het aangeleerd.
Bij het nieuwe geslacht van Palestijn-
schen bodem is het natuur. Taalfouten
„Tot Steun",
Vrijdagmiddag had de algemeene ver
gadering van de vereeniging „Tot Steun
plaats. Zij werd geopend door ds. A.
Landstra. De commissie tot het nazien
der rekening bracht bij monde van
mevr. L. C. van HoekVan Hoek ver
slag uit van haar werk, alles werd in or
de bevonden.
Daarna volgden de gewone werk
zaamheden: voorlezen van het jaarver
slag, toelichting van de rekening, aftre
den van het bestuurslid den heer H. J.
van Geuns, die bij acclamatie herkozen
werd, uitloten van twee rentelooze aan-
deelen en benoeming van een commissie
tot het nazien der rekening over 1932,
bestaande uit de dames mej. A. M. de
Man en mevr. L. C. van HoekVan
Hoek. Uit het jaarverslag nemen we
over dat het aantal pupillen waarover
de afdeeling in 1931 de zorg had met één
is vermeerderd, een jongen van 15 jaar
werd aan de zorg van de vereeniging
toevertrouwd. Hij is in het eigen tehuis
der vereeniging opgenomen en geeft re
den tot tevredenheid. Van een van de
meisjespupillen kan dat niet gezegd wor
den, zij is moeilijk te leiden. Met de
overige pupillen gaat het naar wensch.
Een hartelijk woord van dank aan de
pleegouders is wel op zijn plaats.
niet zuinig. Heerlijke grammatische zon
den En intusschen groeit, en bloeit uit
hunnen mond de oude nieuwe taal. Zij
zijn de makers. Er is hier te weinig on
derwijzend personeel. Voor twee klas
sen staat een leerkracht. Het hapert aan
het geld. Niet echter aan de leermidde
len. Die scheppen deze jonge menschen
zelf. Even modern als Hebreeuwsch. We
gaan de klassen door, hooren in de eer
ste de aanvangen van het leesonderwijs,
verderop van het rekenen, en zoo ver
der. Moet ik U nogmaals herinneren: in
het Hebreeuwsch In de gecombineerde
derde en vierde klasse hoor ik o.a. jon
gens en meisjes het Lied van Debora 2)
uit het hoofd opzeggen, en naar gelang
van de gestelde vragen verklaren en
omschrijven. De barak-school is te klein
geworden. Er is een nieuwe Synagoge in
aanbouw. Ginds. Ze is al onderdak, maar
nog niet geheel af. In één der neven
lokalen is tijdelijk een klassencombinatie
ondergebracht.
Ook hier wordt gewoekerd! Met tijd
en met krachten. Het leerarencorps van
het jonge Palestina vormt een afzonder
lijk hoofdstuk van helfhaftigheid en op
offering in den opbouw van het land.
De Synagoge in gebruik is een houten
gebouwtje of eigenlijk maar een deel er
van. De nieuwe is van steen, groot en
hoog. Voor het eerst verneem ik hier,
dat deze bouw ook bedoeld is als wijk
plaats voor de vrouwen en kinderen en
als vesting ter verdediging bij mogelijke
overvallen, als waarvan de geschiedenis
2) Richt. 5.
Helaas sluit de afrekening met een
nadeelig slot van 464. Zoo bijzonder
gunstig ziet het er dus voor de kas niet
uit. Maar de secretaresse wil toch blij
ven hopen op betere tijden. Blijmoedig
heid is noodig bij het moeilijke werk de
misdeelde jeugd een goede toekomst te
bezorgen. Dat dan velen zich geroepen
mogen voelen dit mooie werk te steunenl
In de j.l. gehouden vergadering van de
afd. Zeeland van de Ned. Ver. tot Be
scherming van Dieren werd verslag uit
gebracht over de werkzaamheden in
1931. Aan dit verslag ontleenen wij het
volgende:
Het aantal leden, dat 1 Jan. 1931 152
bedroeg, steeg in den loop van het jaar
tot 177. Toch heeft het bestuur de groot
ste moeite te zorgen, dat de inkomsten
de uitgaven dekken, voornamelijk door
de groote kosten, die het asyl met zich
brengt. Eenerzijds wordt er niet genoeg
gebruik van gemaakt om voldoende in
de kosten van een asylbewaarder en
noodzakelijk onderhoud van het ge
bouwtje tegemoet te komen, anderzijds
toonen de cijfers aan, dat het te veel in
een behoefte voorziet, om geheel te
worden opgeheven. Het aantal pension-
dieren was in 1931: 11 honden en 17
katten, met een totaal aantal verpleeg
dagen van 268. Het aantal opgenomen
zwerfdieren bedroeg: 6 honden en 8
katten, met een totaal van 86 verpleeg-
dagen; 27 honden en 21 katten werden
in den loop van 1931 in het asyl pijnloos
afgemaakt, en verscheidene zwerf
dieren vonden door bemiddeling van de
afdeeling een goed tehuis.
Bij de herkiezing van bestuursleden
deelde mr. F. W. Adriaanse mede, zich
wegens drukke werkzaamheden niet
meer beschikbaar te kunnen stellen
voor een bestuursfunctie. Na 9 jaar in
het bestuur zitting te hebben gehad,
waarvan 5 jaar als voorzitter, trad mr.
Adriaanse dus af, onder dankzegging
van de overige bestuursleden voor al
les, wat hij voor de vereeniging gedaan
heeft. De vergadering koos den heer
Kraamer, die reeds van de ouricht ny'
af bestuurslid is, tot voorzitter. Behalve
mr. Adriaanse bedankte ook mevr. Adri
aanseBergansius als bestuurslid. Voor-
loopig zal in geen der vacatures worden
voorzien.
Men verzoekt ons, hier nog een te
vermelden, dat men zich met klachten
over dierenmishandeling kan wenden
tot den heer J. F. Vermeulen, Dam N 12,
en dat alle inlichtingen en gratis lectuur
te verkrijgen zijn bij de secretaresse,
mej. FI. C. van Hoek, Rouaansche kade
134, tot wie ook do aanvragen gericht
moeten worden voor gratis behandeling
van dieren van onvermogenden.
ZEEUWSCH-VLAANDEREM W.D.
IJZENDIJKE. Donderdag vergaderde
de gemeenteraad. Na bespreking van de
werkverschaffing werd het voorstel van
den heer Carpran 7 uur te laten werken
ad f 0.25 met 6 legen 1 stem aangeno
men. Het voorstel Cammaert om de ge-
organiseerden percentsgewijze ook te la
ten werken werd inet 4 tegen 3 stem
men verworpen.
Het verzoek van Graauw en Langen-
da.m inzake steun aan de vlasculluur
wordt ingewilligd. Voor kennisgeving wor
den aangenomen het bekende verzoek
van de gemeente Wehl en 'n verzoek
van het voorloopig luchtvaart-comité W.
Z.-Vlaianderen, om een subsidie van 2
cent per inwoner voor de tot, standkcfrning
van een verbinding Z.-Vlaanderen—Rot
terdam.
Ingewilligd wordt het verzoek om ver
mindering van pacht tuingrond van de
wed. Pijck en J. Tousseint. Er wordt ver
lof verleend de zaken geopend te doen
zijn van 6 tot 10 ook 's Zond(ag|s> Ver
worpen wordt hel verzoek van 59 inge
zetenen om op le Pinksterdag de ker-
misgelegenheden geopend te laten van
4 tot 12 uur.
B. en W. worden gemachtigd een geld-
leening aan le gaan tot een maximum
van f 4000.
In tegenwoordigheid van den heer
Zwagerman vergaderden de leden der
Coöp, Roomboterfabriek l© IJ zend ij-
ke. Er waren een 120-tal leden tegen
woordig. De schuld per aandeel is ge
daald van f 85 tot f 80. Het aantal leden
bedraagt 430, waarbij 10 Belgische le
veranciers met 41 koeien. Van Nieuwvliet
en omgeving zijn 28 deelnemers met 104
koeien. Aan room was gel eye rd 335817
kg. waaruit 85301 kg. iboter werd ge
maakt, welke f 117767,10 heeft opge
bracht, dat is gemiddeld f 1.38 per kg.
Bij de reserve werd hijgeschreven
f 1589.63, zoodat het reseryfeflonds
f 3657.84 bedraagt. De gemaakte onkos
ten per kg. boter bedroegen 17.65 ct. te
gen 20.503 ct. het vorige jaar. De heer
Zwagerman zeide dat een coöperatie
moet zijn als een glazen huis, de le
den geheel kunnen doorkijken en on
dersteunde het verzoek van somlmige
'leden de beschrijving der onkosten nog
duidelijker te dóen zijn. Ook legde de
heer Zwagerman nog eens uit wal het
doel is van het reservefonds n.I. on
voorziene groote veranderingen aan ma
chinerieën te kunnen bekostigen. Daar
na besprak hij de crisis en de pogingen
die in het werk worden gesteld de prij
zen der zuivelproducten op een hooger
peil te brengen. Sommige leden achtten
den boerinnendag onnoodig onkosten 1
per hoofd). Het bestuur en het meeren-
deel der leden achtte het nut ervan
groot. In Mei zal er weer een gehouden
worden. Voor de levering van goedé
room zullen dit jaar premies worden
gegeven. Er werd besloten f 40 subsidie
te geven aan den le houden fokveedag.
De heer Zwagerman spoorde aan tot ge-
zamenlijken aankoop van Deensche fok--
varkentjes, die naar zijn meening zeer
geschikt zijn voor deze streek en veel
zwaarder zijn dan de Z.-Vlaamsche.
De aftredende bestuursleden de hoe
ren Van Waes, Wijffels, Doens en Van
Hoeve werden herkozen. Tot lid van
de com'missie van toezicht werd geko
zen de. heer IJ. J. Cammaert te Hoofd
plaat. Bij de rondvraag vroeg de heer A.
de Smet den' prijs der karnemelk vpor de
leden le verminderen. De directeur zegt,
dit dit niet Inogelijk is, daar dan de
prijs der ondermelk ook moet worden
yerminderd. De heer Veraart vroeg of
het niet mogelijk is op de fabriek het
vetgehalte van de melk voor ieder der
koeien vast te stellen. De directeur zeide
dal dit wel kan, doch dat daarvoor hel
aangewezen lichaam is de melkcontrole-
vereeniging.
van den opbouw al een paar donkere
bladzijden telt. Schrikt ge daarvan? De
menschen ginds vertellen het U in philo-
sophische kalmte, in de rust en den
ernst van vastbeslotenheid en zelfver
trouwen.
We houden ons lang op in deze stille
nederzetting, die nog niet in het groote
verkeer is opgenomen. Te lang, om ook
nog wat noordelijker naar een andere
zuster-kolonie K'far Saba te gaan. In
een soort wachthuisje, waar ook spuit
water, fruit en allerlei verfrissing en
versnapering voor den reiziger is te
krijgen, zullen we op de autobus wach
ten, die vandaar moet komen. „En zie
er komen kameelen aan!" 3) Een heele
karavaan. Ook zij hebben hier een sta
tion op hunnen tocht naar Haifa, waar
heen ze hun ladingen vervoeren. Als de
straatweg naar Haifa, die hierlangs reeds
zichtbaar is geprojecteerd, geheel ge
reed zal zijn, dan nog zullen de kamee
len hier nederknielen. Want tegen deze
karavanen heeft nog geen vervoermid
del kunnen concurreeren.
Ik zie verder in de rondte en ontwaar
een paal met een houten bord eraan,
waarop een opschrift; natuurlijk een He
breeuwsch opschrift, een waarschuwing:
„Het is verboden op Sabbath en feest
dagen met voertuigen hier te komen".
Ik ken deze waarschuwingen reeds van
buurtvereenigingen om Jerusalem. En ik
zal ze nog vaker zien. Zooals ook de
over staken gespannen draden, die 't
Sabbathgebied Tchoem afbakenen,
waarbinnen men zich dan als afgesloten
waarborgt U en Uw gezin een onbezorgde
toekomst.
(Ingez. Mod.)
Koopt toch in den vreemde niet
Wat eigen land u net zoo biedtl
Bij hun voorstel van 23 Maart 1931
adviseerden B. en W. tot bouw en inj-
richting van een centrale slachtjplaartfs,
waarvan de totaal kosten werden ge
raamd op f 216.500. Destijds vermeldden
wij dit voorstel uitvoerig. Zoioals be
kend, is er na dien tijd meermaten in, den
raad geinformeerd hoe het met de plan
nen stond.
Thans z ijn in de handelingen opgena-
ihen de verschillende rapporten over dit
voorstel en wel ten eerste dat van de
Gezondheidscommissie, die het voorstel
met groote ingenomenheid heeft begroet,
omdat een einde zai worden gemaakt
aan de ongehygiënische toestanden, die
op dit gebied te Middelburg heerschen.
De commissie is van mieening, dat het
niet op haar weg ligt in details fe tre
den inzake deze izoo uitgebreide materie
en dat zij' zich bepalen tot het betuigen
van adhaesie aan dit voorstel.
Naar aanleiding van het rapport der
commissie voor de Strafvorderingen stel
len B en W. voor in de verordening op
den vee- en vleeschkeuringsdienst te ver
melden, dat als vleeschwaren wordt
verstaan hetzelfde als in en krachtens; de
Vleeschkeuringswet.
Verder dat het hoofd van den dienst
niet beoordeelt, doch goedkeurt het
slachten in noodslachtplaatsen in de bui
tengemeenten.
De commissie van fabricage (in haar
oude samenstelling, dus de heeren Hon-
dius, Den Hollander en Naezer) was in
haar meerderheid niet overtuigd, dat het
besluit van 4 Fcbr. 1925, waarbij in
beginsel tot oprichting van een centrale
slachtplaats is besloten, nog bindend!
was, nu sinds dien datum de raad gpheel
anders is samengesteld en toen spo'edig
een nieuwe raad kon worden tegemoet
gezien. (Die intusschen sedert September
is opgetreden). Alle leden verklaarden de
technische gedeelten van'het plan niet ffe
kunnen beoordeelen. Een der leden zou
gaarne het advies van de slagerspap
troonsvereeniging willen kennen. Het
lcwam de commissie voor, dat de slacht!
kosten in het algemeen hooger zullen
ziih dan op heden.
Een ander lid vroeg of de plaats, die
men voor heL abattoir uitkoos, niet in
strijd is met de hygiënische belangen van
de in de nabijheid gelegen inelkfaibriëkj,
Ook vroeg dit lid of Tiet wel iThugdeïijk
vaststaat, dal de gemeente de slagers
dwingen kan tot slachten in het abat
toir, n.I. 'door het heffen van invoer-
keurloonen, vooral omdat toch de om
liggende gemeenten in denzelfden kring
liggen Als dat niet onomstoolelijk vast
staat. leek het hem voor een loonende
exploitatie niet zeer bevordelijk. Hij kon
niet beoordeelen of Middelburg een abat
toir noodig heeft, maar indien hel zien
kan bedruipen, leek het hem alleszins
goed. Wanneer de slagers in het alge
meen behoefte hebben aan een derge
lijke inrichting, dan achtte een der leden
deze centrale slachtplaats voor controle
enz. zeker beter dan den 1 nódigen toe
stand.
B. en W. antwoordden hierop, dat
zij voor zich het raadsbesluit vau 4 Felbr.
1925 wel degtelijk bindend achten. Zou
men hel anders opvatten, dan komt de
heele aangelegenheid van tijfel abattoir op
losse schroeven le staan.
De na 1925 te dezer zake in den Raad
gevoerde besprekingen gaven trouwens
tot een dergelijke opvatting hoegenaamd
geen aanleiding.
Met medeweten van B. en W. heb
ben destijds het Hoofd van den Vee- en
Vleeschkeuringsdienst en de Directeur
van Gemeentev/erken besprekingen ge
had over het ontwerp-plan met een
3) 1 Moz. 24. 63.
domein, zoo ongeveer als het te-hu sge-
bied, beweegt.
Daar komt een lid van den Raad der
kolonie aan. Hij is ook postmeester.
Dr. Engel wijst hem aan en wil mij voor
stellen. Onnoodig. Hij roept mij reeds 't
„schalom" toe, want hij herkent mij en
frischt, mij de hand schuddende, mijn
geheugen op. Tien jaren geleden waren
wij samen bij een congres en een Mizra-
chie-Wereldconferentie. Toen kwam hij
uit Wlarschau en was hij koopman. „Hoe
het hem hier gaat?" Hij kijkt me, half
lachend, half verwijtend aan: „Wat doet
er dat eigenlijk toe? Ik ben immers
hier! Al wat ge hier in het rond bebouwd
ziet en groen is van ons. Dat heb ik hel
pen tot stand brengen, Wat zwart is, is
van de Arabieren". Het is treffend de
vreugde te zien, die deze menschen heb
ben in en met hun werk; roerend, het
geluksgevoel te ontwaren, dat hen ver
warmt door hun verblijf en met hun
roeping in het land. Dat zet hen over
alles heen.
De autobus voert ons naar Ramataim.
Hier wonen eenige kolonisten uit Hol
land. Schoolkinderen, die met ons me
de zijn gereisd, wijzen ons het huis van
Schaap. We treffen hem thuis. Ik zou
hem niet graag gemist hebben, hem,
eenen zoon van mijn Leeraar, die het
eerst mijn tred heeft geleid op het oude
pad van het Joodsche weten, en die nog
kort geleden van Holland uit hier bij de
zen zoon een bezoek heeft afgelegd.
Onthaal en herinneringen. Hij voert ons
over zijn bezit. Hier zie ik het werk.
Hier zie ik ook het leven van de jonge
werkers. Daar groeit de crebfoot, de
nog nieuwe cultuur, die voor de toekomst
wat belooft. Daar bloeit de Ethrog. Een
laag boompje, niet veel meer dan een
struik. En de vrucht draagt thuis den
naam van cederappel! Dat is een der
plant- en vruchtsoorten, die als plan-
tenbundel op het Loofhuttenfeest dien
sten als symbool vervult 4). De ceder en
dit boompje! Geen vergelijking; geen ge
dachte. Er zitten bloemen aan, maar
ook volgroeide groene vruchten ci-
troenvormig, die straks een poos na
den pluk ook citroenkleurig zullen
zijn geworden. Bloem en vrucht tegelijk.
En we gedenken samen de Talmoed-
plaats 5) en den wijze daar, die meent,
dat om deze reden de vrucht den naam
draagt, dien de Torah haar geeft 6).
Schaap is op de hoogte. We werpen
ook een blik in zijn huisbibliotheek: vak
kundige werken; het belangrijkste der
wereldlitteratuur en der moderne Jood
sche naast ook Bijbel, Mischnah, Tal
moed, Maimonides en anderen. Hij is
heelemaal geen uitzondering. Zoo heb
ik het elders ook gezien. Bij sommi
ge dezer jonge boeren zelfs responsen-
litteratuur op het gebied der gods-
dienst-codices. Om misverstand te
voorkomen: het is bij velen wetenschap
pelijke interesse en niet altijd een be-
wij s van wat we gewoon zijn orthodox
ie te noemen.
4) Riten en Symbolen, Hoofdst. 27.
5) Bablx Soekkah fol. 35a.
6) III Moz. 23, 40.
(Wordt vervolgd).