ONOERECEtDE GOEDEREN
mm
BEMOB/J-
TZ/C/i EQ MEE
.fooüHüt-a/ocuax*.r
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 31 OCTOBER 1931. No. 257.
NIEUWS UIT BELGIE.
ZEELAND,
Béter licht
béter licht in Uw huis!
(Van onzen correspondent.)
Veranderde Brusselsche gewoon
ten, Concurrentie tusschen ca-
lé's en eethuizen. De jazz ont
troond. Een nieuwe romanti
sche smaak.
Sedert de eerste jaren na den oorlog
is er weer verandering gekomen „in de
zeden en gebruiken van de Brusselsche
inheemsche" bevolking en nu heeft het
„buffet froid" een triomfantelijke intredb
gedaan, en wel zoodanig, dat men ge
rust mag aannemen, dat het voor lan
gen tijd is vastgenesteld'. Het („buffek
froid" is voor de eethuizen een felle
concurrent geworden. De caféhouders, ze
hebben zich geleidelijk tot algemleene
restaurateurs ontwikkeld na eerst reeds
sedert jaren een ernstige concurrentie
aan de sigaren-, de tabakswinkels zegt
men in België, te hebben aangedaan. Elk
café dat zich eerbiedigt en dat wil aan
spraak maken op een zeker prestige,
heeft thans zijn koud buffet. ;En meer
dan ooit eet het Birusselsche publiek
buitenshuis, omdat het hem zooi gemak
kelijk wordt gemaakt. Hei past zich
instinctmatig aan. Het vindt het goed,
dat er zoo vriendelijk wordt gezorgd,
voor zijn culinairen smaak. En het stoort
zich er niet aan, dat de specialiteiten! van
dit buffet hoofdzakelijk, Diuitsche gerech
ten zijn, die op dé menukaart ooik in
het Duitsch worden opgegeven.
Zooals het z'ich overigens niet stoort
aan de omstandigheid, dat de Duitsche
bieren tot in de beste café's worden ge
tapt en met schreeuwerigee reclame
worden bekend gemaakt. De oorlogs
neurose is dus wel, dlthans in het zake
lijke leven, verdwenen, wat altijd een
aangename vaststelling is. Aldus gaan
de Brusselaars veel minder naar een
restaurant, om te eten in het café waar
zij hun biertje drinken, aan dezelfde ta
fel, en niet duurder integendeel. Restau
rants kunnen alleen concurreeren door
een fijnere keuken, een goeden wijnkel
der Dat doen zij dan ook. In de laatste
paar jaren zijn verscheidene restaurants
tot stand gekomen, meestal allen met
gewestelijke specialiteiten, die druk
worden bezocht, terwijl de goedkoope-
re restaurants in aantal verminderen.
Zoo verandert de smaak van het pu
bliek. Niet alleen op culinair gebied,
maar ook inzake amusement. Het is
nog niet zoo lang geleden, dat de deca
dente jazz-liederen uit dans-revues als
,,No No Nanette" opgang maakten, dat
Ameri.kaansche en Engelsche jazz-lie
deren uit alle café's, ramen en straator
gels opklonken. Iedereen leek verame
rikaniseerd, scheen uitsluitend te voe
len voor een charleston. Doch het pu
bliek is hiervan blijkbaar vermoeid ge
worden en terwijl in de schouwburgen
de oude Weensche operette weer op
gang maakt, is de wals en is het sym-
phonisch orkest opnieuw op een troon
geplaatst. Er zijn vele café's te Brussel.
Café's voor eiken stand. En in vrijwel
elk café is er een pick-up. Wie even
rustig wou zitten mocht zijn best doen,
om ergens een gelegenheid te ontdek
ken, waar het hem niet benauwd wordt
gemaakt door een schreeuwerigen luid
spreker, die de mechanische fono- of ra-
diomuziek over zijn hoofd zendt. Het
was, om er al zijn geduld bij te verlie
zen. De radio had Brussel ingeslagen.
Met de radio was de jazz gekomen en
deze overstemde met zijn jankende,
schreeuwerige tonen alle rumoer. Ook
daarvan heeft men, gelukkig spoedig,
genoeg gekregen en daar waar nog in
café's radiomuziek of fonomuziek wordt
gegeven, draagt men er ook zorg voor,
dat het symphonische programma niet
wordt vergeten^wat reeds een eerste con
cessie is aan de oude kunsttradities, die
men met genoegen waarneemt. De mu
sici doen er hun voordeel mee, want
Veel weelde, maar geen brood!
(Van onze Romeinsche Correspondente.)
Na de zomermaanden in het ons toch
altijd lieve vaderland te hebben door
gebracht want het is ons lief, storm,
koude en regenvlagen ten spijt keer
den we in het land van de zon terug,
droogden er onze doorweekte kleeren en
borgen de paraplu op.
Bij onze aankomst te Milaan wachtte
ons een onaangename verrassing; in
plaats van het oude, ons zoo welbeken
de station met zijn gezellige restauratie,
waar we naast onze hand-bagage kon
den zitten eten, moesten we van den
trein af vijf minuten onder de reusach
tige kap voortsjouwen vóór we bij de
vestiaire aangeland waren, waar onze
spullen in verzekerde bewaring werden
genomen en we verlof ontvingen de eet
zaal binnen te gaan, een zaal die aan
afmeting en overvloed van decoratie
niets te wenschen overlaat. Naast die
onzinnige luxe worden legio ongemak
ken door dezen grandiosen bouw aan
het reizend publiek berokkend! Hooge
trappen, marmeren pilaren, beeldhouw
werk hier en ginds, want veel vriendjes
moesten aan dit gevaarte verdienen (het
kostte dan ook niet minder dan 40 mil-
Iioen Lire!) Maar de afstand van het
ééne loket naar het andere waarborgt
den reiziger, dat hij stellig een kwartier
te laat aan zijn trein komt! (Wat betee-
kent zulk een stationpaleis? Moet de
buitenlander in den waan worden ge
bracht dat hij het rijkste land ter we
reld binnen spoort? Of zou de arbeider
gelijk hebben die tegen ons bromde:
„Molto lusso ma niente pane" (veel luxe
met honderden zijn deze beklagens
waardige lieden op straat gezet door
bioscopen en café's en nu vinden zij
gaandeweg opnieuw een baantje. De ca
fé's, die nu eens waarlijk hun cliëntèle
te gemoed willen komen, zorgen er
voor, dat zij geen mechanische muziek
meer ten beste geven maar „echte", le
vendige muziek. Dat staat nu weer bij
zonder chic en het publiek zal bij voor
keur deze café's bezoeken, waar het
weet een strijkorkestje te zullen vinden
en geen mechanische muziekapparaat.
23.
De jonge man sprak met vriendelijk
ernstigen toon. Hij heeft zooveel ontzag
voor schoonheid, hij kan dat gevoel niet
in geld berekenen. Vanmorgen heb ik
hem zoover gekregen het stuk uit mijn
oogpunt te bekijken.
Trots en genegenheid gaven een die
pen klank aan de stem van den eenvou-
digen jongen. Hij heeft nu zulk een ont
zag voor dit beeldige ding, dat hij zich
niet gelukkig voelt voordat liet in zijn
bezit is (e.n ik kan niet tevreden zijn
voordat u het hem hebt gegeven.
•Tutie was verstomd van verbazing.
Maar, maar, je had het aan mij ge
geven
Ja, ja, dat weet ik wel. De jonge
man kreeg een kleur van schaamte. Maar
uw oom heeft er zijn kart op gezet, juf
frouw Julie. En ik wou zoo graag, dat
u het mij teruggaf, zoodat ik het) hem
kan aanbieden als 'bewijs van mijn liefde.
Ik had igeen beter, geen vriendelijker
baas kunnen verlangen. Ik ben alles
aan hem verplicht. Plotseling begon de
jonge man echter haar misnoegen te
bemerken. Ik hoop dat het u niet zoo
veel zal kunnen schelen, zei hij eenigs-
20 ZAMBOS SIGARETTEN 25 CENT
(Ingez. Med.).
EEN PLECHTIGHEID TE VEERE.
Vrijdagmiddag had op het rustige
kerkhof te V e e r e een aangrijpende
plechtigheid plaats en wel het onthul
len van een gedenkteeken op het graf
van wijlen den heer J. W. Perrels, die
op 30 April j.l. plotseling op 66-jarigen
leeftijd uit den kring der zijnen maar
ook uit dien van den Algemeenen Ne-
derlandschen Politiebond werd wegge
nomen. Op initiatief van de afdeeling
van dien Bond, die een commissie voor
dit doel vormde, kon dit monument ter
eere van het overleden hoofdbestuurslid
en afdeelingsvoorzitter worden geplaatst.
Tegen twee uur vereenigden zich met
de commissie en de familie van den heer
Perrels, o.a. de heer D. Harkema uit
's-Gravenzande, vertegenwoordiger van
het hoofdbestuur; de commissarissen
maar geen brood!) De verkwisting waar
mede dit station gedecoreerd werd en
de pracht van grondstoffen die gebruikt
werden doen ons angstig afvragen hoe
lang het duren zal voor er in Milaan,
het broeinest van communisme, een bom
zal worden neergelegd in dit protserige
gevaarte. Deze „dikdoenerij" van de
groote industrie-stad kan evenmin de
goedkeuring van de Duce wegdragen als
de gestie waarmede ze voor drie jaar
Nobile naar de pool stuurde! Milaan is
rijk en zij wil dat toonen maar hoe
zal het de huidige crisis doorstaan?
Milaan is zoo vaak door legerbenden
vernield dat we er weinig gedenkteeke-
nen uit vroegere eeuwen meer terug
vinden. Het is een moderne banale
„groszstad", meer niet, en we voelen
pas weer in Italië te zijn als we Rome
binnen komen.
Etha Fles.
Dat onze walvischvangst een tijd
van bloei kende, blijkt uit een opgave
van December 1760. In dat jaar waren
139 schepen naar Groenland gezeild (zes
meer dan in 1759). Amsterdam had de
meeste schepen, nl. 75, dan volgde Zaan
dam met 28, Rotterdam met 6 evenals de
Rijp. Het meerendeel der steden of dor
pen had maar één schip in zee gezon
den.
De 139 schepen hadden samen een
vangst van 376 visschen met 13.715 va
ten spek,
Bovendien werden in 1760 naar de
Straat Davids 15 schepen uitgezonden,
waarvan uit Amsterdam alleen al 10; de
vangst bedroeg daar 78 visschen met
3615 vaten spek.
met den ballon van melkwit glas
(Ingez. Med.).
zins angstig, als u het goed vindt zal ik
u iets anders in de plaats geven.
Julie keek hem nu met groote oogen
aan. U hebt mij dit gegeven. En gle weet
niet hoeveel het voor mij beteekent.
Ja, ik weet wel dat u er veel voor
voelt. Het zal u moeite kosten er af
stand van te doen, dat zie ik wel. Maar
bedenk eens welk een groote Meurstlling!
he,t zou wezen voor den ouden man als
hij het niet krijgt.
Hij wil het alleen hebiben om het
dadelijk 'weer te kunnen verkoopen.
U is onbillijk, juffrouw Julie. U zelf
denkt niet aan geld in verband met clit
mooie stukje en ik ook niet. Waarom zou
de oude man er aan denken. Hij, dfie zoo
veel liefde heeft voor de kunst.
Omdat hij nog veel meer liefde
heeft voor igeld. Geld is het eeniige ter
Iwereld „waar hij om geeft. Waar zijn
%w oogen dan toch dat ge zoo iets niet
ziet t
Zij moest zoo zacht mogelijk omgaan
met dezen jongen en vreesde al dat zij
hem pijn gedaan had. Maar dat had zij
opzettelijk gedaan. De zaak was van zoo
veel gewicht dat hij het vraagstuk moet
beisrrijpen, precies ztfbals het was. Maar
dal doel te bereiken, daarop had ze wei
nig hoop.
Nogmaals zei hij en nu op bijna hart
stochtelijken toon: geef het mij terug,
zoodat ik het aan den ouden man kan
geven.
van politie te Middelburg en Goes en
tal van leden van de afdeeling Zeeland
van den Bond, alsmede de burgemees
ter, de secretaris en verdere vertegen
woordigers van het gemeentebestuur van
Vee re.
De heer R. A. A v i n k, voorzitter der
commissie, wees er op, dat het reeds
weer ruim een half jaar geleden is, dat
men om deze groeve geschaard stond om
getuige te zijn van veler oprechte ge
voelens van sympathie en vereering je
gens den eenvoudigen, verdienstelijken,
kundigen mensch,.den heer Perrels. De
grijze statige figuur viel een bijzondere
achting ten deel, niet enkel in de plaats
zijner inwoning, doch vèr daarbuiten en
niet het minst in den A. N. P. B., waar
aan hij zoo zeer 'verknocht was. Hij
stond juist gereed om heen te gaan uit
het actieve werk van dien bond, toen de
onverbiddelijke dood een einde maakte 1
aan dit werkzaam leven. Een tijdperk j
van veelomvattenden arbeid en zorgen j
werd voor hem afgesloten^maar zij heb
ben hem een krans gevlochten van meer
beteekenis en grooter waarde, dan spr.
thans in woorden kan weergeven. Tal
rijke verbeteringen zijn verkregen, mede
door het onvermoeide pogen van dezen
strijder en vooral voor de afdeeling Zee
land heeft hij zich verdienstelijk ge
maakt. Door zijn werken voor allen ont
stond een hechte band, een innige
vriendschap, waarop geen enkele scha
duw ooit is gevallen. Als leider van de
afdeelingsvergadering had hij de gave
aan zijn overtuiging op een pittige, vaak
geestige, toch beschaafde wijze uiting te
geven, zonder daarbij zijn tegenstanders
te krenken. Zijn studie voorts in alles wat
het oude stadje Veere betrof, zijn zucht
naar kennis, zijn beschaafden toon en
goede omgangsvormen, dat alles deed
ervaren, dat hij een bijzonder hoogstaand
mensch was. Het denkbeeld om een ge
denkteeken op zijn graf te plaatsen vond
dan ook algemeene instemming en de
commissie ontving van hoofdbestuur, af-
Het is" kranzinni,g. Hij heeft hoege
naamd igeen gevoel voor het ding.
Zij zag dat haar woorden niets uit
werkten. Zij maakte haar eigen positie
slechts moeilijker. Maar zij moest haar
uiterste best doen om haar doel te be
reiken.
Ja, ik weet hoeveel moeite het u
kost. Er waren werkelijk tranen in de
oogen van dien droomer. Ik weet dat
u evenzeer op het schilderstukje ge
steld is als ik, maar dat maakt u'W vreuig-
dc des te grooter 'Wanneer ge het af
staat aan uw oom.
Maar waarom aan Oom Si
(waarom juist aan dien man?
Hij heeft het zoo graag. Willem's
stem klonk dof en plechtig.
Ik geloof dat er op dit oogenblik
niets ter wereld is wat hij liever wil
hebben.
Ja, zei Julie schamper. Twaalf dui
zend gulden dat zou hij even graag wil
len hebben. Misschien nog liever. Ik ge
loof, dat geld zijn afgod is. Denk aan die
f5 in de week die hij u geeft. Het
maakt mijn bloed karnemelk.
De jonge man kreeg plotseling een
vuurroode kleur. Geld heeft hier nu niets
mee te maken, juffroi|w Julie.
Ach kom! het heeft er alles mee
te maken!
Op zachten toon waagde hij het haar
tegen te spreken. Als men iets lief heeft,
denkt Imen niet aan geld'. Ik; heb behoefte
deelingen en leden belangrijke bijdragen,
welke het mogelijk maakten dit schoone
plan te verweaenlijken. Perrels was een
man van groote bescheidenheid, iemand
die er niet naar streefde een erkente
lijkheid in welken vorm ook, te verwer
ven. De commisie heeft derhalve ge
meend, dat deze eenvoud ook in het ge
denkteeken in harmonische lijnen tot
uitdrukking moest komen en naar haar
meening is de ontwerper, architect De
Goeijer uit Bussum, daarin volkomen ge
slaagd.
Spr. deelde na verwelkoming van de
autoriteiten mede, dat de heeren Stroink
en Koster Henke, voorzitter en secre
taris van den Bond, Buijs Ballot en Van
Doorn, oud-burgemeesters van Veere, en
Wilbrenninck, ambtenaar van het O. M.,
verhinderd waren aanwezig te zijn. Na
mens de commissie bracht spr. dank aan
allen, die op eenigerlei wijze hebben me
degewerkt om door de oprichting van
dezen gedenksteen Perrels' nagedach
tenis te eeren. Inzonderheid den archi
tect, die de commissie geheel belange
loos in raad en daad bijstond.
Hierna verrichtte spr., geholpen door
zijn mede-commissieleden, de onthulling
van het gedenkieeken. Dit bestaat uit
een opstaande poullenaysleem, \vaarop>
in blauwe letters het volgende opschrift
is aangebracht:
•Ter nagedachtenis aan hun hoofdbe
stuurslid en vriend Jacobus Willem Per
rels, geboren te Schoondijke 23 Novem
ber 1864, overleden 30 April 1931, in
leven Agent van Politie te Veere. De
leden van den A.N.P.B."
En ongekleurd: Veere, 30 October
1931.
Rond het graf is een hardsteenen rand
aangebracht eveneens met blauw afge
zet en daar tusschen is een langdurig
mos geplant, n.l. Sagina Salulati.
Het geheel maakt een netten en een
voudigen indruk, passend bij den man,
wiens nagedachtenis geëerd werd.
De heer A v i n k zeide, na een krans
op het graf te hebben neergelegd, ten
slotte, dat nü de daad van piëteit tegen
over het hoofdbestuurslid en vriend, Ja
cobus Willem Perrels was verricht en
droeg hij namens de Commissie het eere-
teeken, het symbool van Perrels' stand-
vastigen trouw aan den Algemeenen
Nederlandschen Politiebond, aan de fa
milie over, met de plechtige verzekering
dat zijn nagedachtenis in aangename en
dankbare herinnering bij allen zal voort
leven. Moge zijn onkreukbare eerlijk
heid en eenvoud aldus spr. velen
ter navolging zijn.
Vervolgens trad de oudste zoon, de
heer P. A, Perrels, naar voren en
zeide dat men na eenige maanden weder
staat om het graf van zijn vader, die men
nog zoo gaarne jaren van welverdiende
rust had gegund en die een man was
van eenvoudige afkomst, die bij de po
litie kwam geheel onkundig met dit vak,
doch die spoedig voelde wat hij tekort
kwam aan kennis, wat hij ook voor an
deren voelde. Daarom heeft hij in de
organisatie, die hem zoo boven alles
lief was, gewerkt aan de geestelijke ont
wikkeling. De stoffelijke erkenning stelt
de familie dan ook op hoogen prijs.
Niettegenstaande de droefenis is het
aangenaam er trotsch op te kunnen zijn,
dat de overledene een plaats in de sa
menleving heeft ingenomen en niet als
een „Ship that passed in the night" door
het leven is gegeaan. Het gedenkteeken
is een bewijs, dat de overledene een
plaats in aller harten zal blijven inne
men. Spr. brengt aan de commissie, aan
het hoofdbestuur, aan allen namens de
1 familie hartelijk dank.
De heer Harkema sprak namens
het hoofdbestuur en de afdeeling Zuid-
Holland van den A. N. B. B. en zeide bij
de begrafenis verhinderd te zijn geweest,
maar nu in de gelegenheid te zijn er op
te wijzen, dat hij de overledene sedert
1917 kende en gedurende 10 jaar met
hem in het hoofdbestuur heeft gezeten
en hem heeft leeren kennen als een goed
lid, een hard werker. Steeds was de
heer Perrels in de vergaderingen pre
sent en al sprak hij niet altijd evenveel,
zijn blik getuigde van zijn medeleven
met alles wat behandeld werd. Helaas
is hem de welverdiende rust niet gege
ven en men schrok des te meer van het
overlijdensbericht, omdat men nimmer
klachten over lichamelijk lijden had ver
nomen. Zijn werk wordt voortgezet en
zal steeds iets tot anderen hebben te
zeggen, en wel dat men moet werken
zoolang het dag is. Namens het hoofd
bestuur bracht spr. dank aan de com
missie voor het initiatief en de wijze
waarop zij haar taak heeft verricht.
De oudste dochter van den overledene
le'gde een tuil wilte chrysanthen op het
graf neer.
Hiermede was de plechtigheid geëin
digd, men had een „groot" man gehul
digd, groot niettegenstaande zijn een
voudige positie in de maatschappij, groot
door zijn voorbeeld, wat met ijver en
toewijding kan worden bereikt.
APOTHEKEN,
Zondag en de nachten der volgende
week is te Middelburg geopend de apo
theek van mevr. C. H. DekkerKoers fa.
wed. A. A. Nonhebei (Lange Delft).
dil onschatbare stukje dén. Ciuden meester
aan te bieden met mijn gchcele hart.
Dan zoudt ge er geen afstand van
doen. Zij verafschuwde zich zelf om die
woorden, maar was niet in een stemming l
om ze terug te nemen of te verzachten j
Ge hebt nu al het genoegen gehad het i
aan mij af te staafn, liet is dus oil'ljjk, dat
ige u het genot ontzegt het aan Oom -Si
te geven. Dat zou zijn de koek; opelien
en ze toch noig bezitten.
Willem Was niet hneel ver in het argu
menteeren en dit was een afdoende re
deneering. Haar tegenspreken ging zijne
kracht te hoven en daarom bleef hij
maar slevig op zijn stuk staan. Wanneer
u beiseft hoeveel het stukje voor hem be
teekent, dan weet ik; zeker dat u van
plan Verandert.
Zij schudde het hoofd In het geheim
voelde zij zich echter even wankelten.
In die ernstige stem was iets dat haar
trof. Maar zij Icon het toch niet toegeven,
daarvoor stond er te veel op het sipel.
Ik zal er nog eens erlns'tig pver den-
1 ken, zei ze. Maar spreek er in dien lijd
geen syllabe van tegen Oom Si. Vooral
niet dat het stukje van mij is'.
Zij was benieuwd of hij wilskracht
genoeg had om die belofte af te léggen.
Maar eindelijk beloofde hij', droevig en
onzeker. i
Ik hoop, dat hij rniij' niet zoozeer! zal
haten als ik het mij zelf doe, dacht Julie
toen zij het atelier verliet en zich met
schrik herinnerde, dat zij niet aan de
pudding' gedacht had.
HOOFDSTUK XV.
Het diner was ellendig uitgevalflen.
De pudding wa., te luchtig, het gebraden
vlecsch was aan één kant gebraden
de aardappelen stuk gekookt, de witte
boionen igoed gaar en Julie had geeu
trek, zij kion niet eten. De tegenwoor
digheid van Willem tegenover haar was
haast meer dan zij kon verdragen. Zij'
begreep de vakclie positie, waarin zij
zich 'bevonden zoo uitstekend)- dat zij de
oogen niet tot hem durfde opslaan. Wat
moest zij Wel 'lijken in de oogen van
hem, dat toonbeeld' van goedheid en
edelm oe digheid
Na al wat er gebeurd was, moest hij
nu weten, dat haar gehechtheid aan liet
schilderij niets meer was dan bedrog. Hij
zou haar nooitmeer fjfclöoven of ver
trouwen. En het tragische van het ge
val was, dal zij hem de beweegredten
voor dit alles niet kon zeggen
Toen zij daar aan tafel ^zat zonder
voorwendsel van te etfm, maar .niets
deed dan gespannen luisteren naar den
geheel veranderden loon in Oom Si's
manier van spreken had zij een gevoel' of
zij op den rand van een afgrond zat. Wil
lem moest haar evenzeer verachtten als
zij het dien ouden krokodil deed; dat:
was de jjed'achle, die haar vervuld'e^
fWordt vervolgd