DERE
bbmge:/7~
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE
MIDDELBURGSCHE COURANT VAN VRIJDAG 23 OCTOBER 1931. No. 250.
DE STAATSBEGROOTING
VOOR 1932.
Leeuwarden
KWART VOOR NEGEN.
ZEELAND.
j rtttasn
In de beide vorige bijdragen onder
denzelfden titel hebben we eerst een
overzicht gegeven van de sedert de
laatste jaren zoo sterk gestegen eind
cijfers der uitgaven, welke volgens de
begrootingen kwamen ten laste van den
Staat. In onze vorige bijdrage hebben
we de cijfers gegeven van de voor 1932
geraamde inkomsten, met een opgave
van de verschillende bronnen, waaruit
deze middelen in de Staatskas vloeien.
We beginnen met te memoreeren,
dat het totaal bedrag der uitgaven voor
den gewonen dienst geraamd wordt op
f 593.656.079 en dat der inkomsten op
f 544.268.092, zoodat er een geraamd te
kort is van ongeveer vijftig millioen.
Van verschillende zijden is er reeds op
gewezen, dat in het jaar 1932 naar alle
waarschijnlijkheid de inkomsten nog
verder bij de uitgaven zullen achter
blijven. De heerschende crisis en de
daardoor geleden en nog te lijden ver
liezen zullen zich wel manifesteeren in
een mindere opbrengst der verschillen
de belastingen en heffingen.
Het geraamde tekort, dat precies
f 49.387.987-beloopt, moet natuurlijk ge
dekt worden. Daartoe worden door den
minister verschillende middelen aan de
hand gedaan als: ingrijpende besnoeiin
gen op de uitgaven: een conversie van
de zes percents leening 1922; vertraging
van den vlootbouw; opschorting van de
verdere Zuiderzee-inpolderingswerken;
reductie van de bijdrage aan het In-
validiteitsfonds; korting op de salarissen
van vijf percent met zekere mitigaties
voor wedden tot f 1000 en gehuwden;
tariefsverhooging op invoerrechten van
acht op tien percent; benzinebelasting
van drie cent per liter en gedeeltelijke
aanwending van het overschot van het
dienstjaar 1929 (het beroemde stoot
kussen, bestemd om den stoot van de
magere jaren op te vangen.
Het spreekt wel vanzelf, dat niet al
leen de minister van Financiën en diens
adviseurs de eenige geneesheeren zijn,
die dokteren over de kwaal van het
tekort. Van verschillende zijden werden
nog andere middelen aan de hand ge
daan als: een sterke besnoeiing van de
begrooting der militaire uitgaven. Geen
wonder, dat ook de Onderwijsbegroo-
ting werd aangewezen als een terrein,
waarop nog wel een en ander tot een
flink bedrag te bezuinigen zou wezen.
Geen wonder zeggen we, omdat deze
verre uitsteekt boven alle andere be
grootingen. Haar totaal cijfer bedraagt
f 165.893.853; ongeveer een vierde deel
der begrooting wordt dus gereserveerd
voor Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen. Zou daar niet op te bezui
nigen vallen en dat te meer, omdat dit
bedrag, niettegenstaande het bezuini
gingsmes, slechts weinig minder is dan
verleden jaar, nl. f 13.009?
Het groote bedrag voor onderwijs,
kunsten en wetenschappen per hoofd in
Nederland (8 millioen zielen) ongeveer
f 20, deed de vraag stellen, of daarop
niet wat te bezuinigen zou vallen? Van
daar, dat we hier een kort uittreksel uit
deze begrooting willen geven.
Allereerst merken we op, dat deze
begrooting niet alleen directe onderwijs
uitgaven bevat. Zoo wordt voor kun
sten en wetenschappen gevraagd ruim
drie millioen gulden; voor bepaalde pen
sioenuitgaven ruim twaalf millioen; voor
de kosten van het departement ruim zes
ton; voor-overige uitgaven bijna 2
ton; m cijfers uitgedrukt f 17.174.770,
maar alleen dit bedrag is al drie mil
lioen meer dan dat der inkomsten van
onderwijs, kunsten en wetenschappen.
•Uit een en ander blijkt, dat de onder
wijskosten voor 1932 geraamd worden
op. Hooger Onderwijs f 13.074.974;
Voorbereidend Hooger en Middelbaar
Onderwijs op f 13.777.293; Nijverheids
onderwijs op f 15.190.437, en het Lager
Onderwijs op f 106.686.379, Dit alles zijn
cijfers, die klinken als klokken.
Enkele detailcijfers volgen:
De Rijks-Universiteiten en de Tech
nische Hoogeschool te Delft vragen sa
men f 12.844.803, waarbij dan nog moet
gevoegd worden voor de Bijzondere
Universiteiten f 82.400, terwijl in dit be
drag ook begrepen is hetgeen de Han-
dels-Hoogeschool te Rotterdam ontvangt.
De duurste universiteit is Leiden
(f 4.060.147), terwijl daar ook het aca
demisch ziekenhuis het duurste is
(f 1,536.364). Daarna komt Utrecht met
f 3.774.432 met voor het ziekenhuis
f 856.100; dan de Technische Hooge
school in Delft met f 2.710.418 en dan
de Rijks-Universiteit van Groningen met
f 2.268.406 met voor het ziekenhuis
f 802.322.
We komen tot het Gymnasiaal en Mid
delbaar Onderwijs. Voor de Gymnasia is
uitgetrokken f 1.934.374; voor de Hoo-
gere Burgerscholen en de Lycea
f 10.194.419 en voor de Handelsscholen
f 1.396.000. Ter bezuiniging heeft de
minister afgezien van zijn voornemen
om dit jaar de in uitzicht gestelde ver
laging van de minima-getallen leerlin
gen, aan de handelsscholen vereischt, in
toepassing te brengen; bovendien wer
den geen nieuwe subsidies voor Open
bare of Bijzondere Gymnasia, Lycea,
Hoogere Burgerscholen, Handelsscholen
of -Cursussen aangevraagd.
Het Nijverheidsonderwijs vraagt in
totaal f 5.889.884, waarvan voor het
Rijks-Nijverheidsonderwijs iets meer dan
drie ton; voor het teeken- en kunstnij
verheidsonderwijs vier en een kwart ton;
voor het middelbaar-technisch en tex-
tielonderwijs ruim één en een kwart
millioen en voor het zeevaart-, visscherij-
en schippersvakonderwijs iets meer dan
één millioen gulden.
We komen aan het Lager Onderwijs.
Het totaalcijfer gaven we reeds, dat
f 1.376.000 meer is dan 't vorig jaar.
Ilier volgen enkele posten: opleiding van
onderwijzers en onderwijzeressen bijna
vijf millioen gulden; de Lagere Scholen
van het Rijk bijna f 44.000; het Open
baar Gewoon en Uitgebreid Lager On
derwijs f 40.575.617 en het Bijzonder
f 57,627.017 (de leerlingenverhouding is
ongeveer 40 60); het Buitengewoon
Lager Onderwijs kost f 2.173.800; het
Bewaarschoolonderwijs ruim f 24.000.
Het Openbaar en Bijzonder Lager
Onderwijs vraagt f 1.292.000 meer dan
in 1931, als gevolg van het natuurlijk
leerlingen-accres en de toe te kennen
periodieke salaris verhoogingen.
Het kostte Julie werkelijk] heel veel
moeite den vrede niet te verstoren door
in een verachtelijken lacli uit te barsten.
Gelukkig wist zij haar tong in bedwang
te houden en bleef stilletjes zitten m:et(
de oogen op haar bord gevestigd.
Welnu, vriend! Oom! <Si speelde
even met zijn bril. Vier-end win tig gul
den? Graag of niet! Wat zeg je er van?
Willem zei 'niets, maar glimlachte
eenigszins verlegen tegen Julie. Zij beant
woordde dien blik dadelijk met een heel
boos gezicht, waar hij de beteekenis ech
ter best van begreep. Er was geen. ander
middel dan haar oogen te gebruiken om
hem aan te 'rladen niet te spoedig aan
Oom Si te verteilen, dat het stukje aan
haar toebehoorde.
Willem, die geen domoor was als hij
zijn verstand wilde gebruiken, begreep
dit draadlooze telegram'. Hij begon dus
er wat om heen te draaien en deed dat
op een heel eigenaardige, 'manier.
Welk verschil denkt u dat het ma
ken zou, mijnheer, als dit meesterstukje
onderteekend was?
De oude man keek zijn assistent aan i
DRAISlrlA-vAN-VALKmBURG'S-
e A -'i LEVERTRAM
(Ingez. Med.)
Bij Koudekerke kreeg de rit altijd iets
benauwends en 's Maandags kwam
daar dan nog het weinig opbeurende ge
voel van de lange schoolweek in 't voor
uitzicht, en dat na anderhalven glori-
euzen dag in de duinen van Westkapelle
en Domburg, bij. Bij Koudekerke, onge
veer, lag zoo de mystieke grens tus-
schen het vrije gebied van Westkapelle
en Domburg eenerzijds en de gevaarlijke
sector van merkwaardige producten, de
hoeken van een driehoek, terugkaat
sing in een hollen spiegel en boire, bu-
vant, bu, je bois, je bus, anderzijds.
Als het onvergetelijke stoomtramme-
mbt een blik, bijna bavenmenschelijk. van
voorzichtigheid.
Wat zeg je?
De vraag werd herhaald.
Dat hangt af van wien het is,
klonk het gemelijke antwoord, dat weet
je even goed als ik. A'ls( het een Hobbema
was, ja, dan zou het geld waard zijn
misschien.
Het is geen Hobbema.
O, zei S. Gedge, interessant oim1 dat
te weten. Als hij goed met zijn nichtje
geweest was zou hij haar een knipoogje
gegeven hebben. Nu móest hij zich ver
genoegen met een sarcastischen blik op
het tafellaken.
Maar hoe weet je dat? voegde hij
er achteloos bij.
Dat kan iedereen duidelijk zien..
Er was iemand, die niet duidelijk kon
zien dat het geen Hobbema was en dat
was op dat oogenblik' een grief van den
ouden man. En noch mijnheer Thornton,
noch zijn vriend, mijnheer Finch wisten
zeker dat het geen Hobbema was; zij
hadden zelfs idéé dat het er wel een
was, maar bij gebrek aan bewijs hadden
ze geen lust er geld aan te wagen.
Hoe bedoel je dat, jongen, dat men
kan zien dat het geen Hobbema is?
Die glinstering van zonlicht, mijn
heer. De stem van Willem klonk als mu
ziek in Julie's ooren.
Ik twijfel er aan of Hobbema dat had
Liquidatie in Parijs.
Hoewel besloten is de oorden des
vermaaks op de Parijsche Koloniale
Tentoonstelling tot 15 November, moge
lijk zelfs, zon en weder dienende, tot 1
December a.s. open te houden (en zulks
omdat de concessionaris door het
slechte zomerweer zoo'n strop had)
toch begint men hier en daar de liqui
datie te zien aankomen.
Dit wordt dan een liquidatie, die nog
heel wat voeten in de aarde zal heb
ben.... Wie moet dat koopen, wat
moet men met de enorme gebouwen be
ginnen, waarvan 't meerendeel ongeveer
evenveel kosten voor afbraak zal mee
brengen als voor den bouw? De lang
zamerhand beroemd geworden Soukhs
staan hier en daar reeds op het punt 'n
te vallen, de kleinere restaurants, die
geen al te goede zaken deden, zijn ver
waarloosd en de dansers en slangenbe
zweerders van Hindoestan staan in
Europeesche winterjassen gehuld, tan
denklapperend op hun tam-tam te slaan
om het publiek naar binnen te lokken.
Want al schijnt het zonnetje, het is toch
scherp koud op sommige uren van den
dag, en wat zwart is en gewend aan een
brandend koperen zon is niet meer te
Vincennes op zijn plaats.
De Balineesche dansers mogen zich
gelukkig prijzen, dat zij droog en warm
in het oude vaderland zijn teruggekeerd.
De stakkerds hebben het toch al hard
genoeg te verantwoorden gehad gedu
rende de paar maanden winterigen zo
mer, die ze hier hebben doorgebracht.
Maar nog steeds komen er menschen
naar het Balineesche theater om hen te
zien dansen en teleurgesteld gaan ze
terug, wanneer ze te hooren krijgen, dat
er thans een bioscooptheater van is ge
maakt. En toch is dit fout, want watj was de Daily Mail wat laat en we had
van een tasch vol boeken en atlassen,
heb ik een cabine vol met de Engelsche
ochtendbladen, maar dezelfde onrust is
er.... ik passeer Koudekerke; het be
wuste bruggetje en kijk, ditmaal van
bóven de boomen, op den Langen Jan.
Dan zie ik om, gerustgesteld, in de ca
bine. Op de stoeltjes zitten de schim
men van Jo, Zus, Frits en Frans.
Ik lach ze bemoedigend toe. „Maak
je niet dik, jongens! Er liep ditmaal
géén koe op de rails maar in Croydon
den tegenwind't is v ij f minuten
over negen!"
A. Viruly.
Holland daar weer te zien geeft, is Hol
land volkomen waardig. Joris Ivens, de
kundige jonge Hollandsche cineast, die
thans voor een zestal maanden naar
Rusland werd geroepen, draait daar op
het oogenblik zijn bekende film van de j
drooglegging der Zuiderzee, een film, I
die inderdaad de moeite waard is op de 1
Hollandsche tentoonstelling te worden
gedraaid, zij het dan ook dat zulks riet MIDDELBURG.
een direct koloniaal belang is. Evenwel
is het juist gezien om deze film op de j Woensdag hield het Middelburgsch
Hollandsche afdeeling te vertoonen en Homoeopatisch ziekenfonds zijn jaaiver-
het publiek, geïmpressionneerd door den gadering onder voorzitterschap van en
gigantesken omvang van dit werk, toont heer H. Oldeman.
zich zeer enthousiast. Daarnaast ver- financieele toestand van he on s
toont men de film van Mullens over Ne- ma§ ®ullsti8 genoemd worden, daar een
derlandsch-Indië, eveneens een zeer bati® sak*° kon worden geboekt,
mooi werk, ofschoon cineastisch van be- j ^en 1°op van het jaai was nog een
duidend minder beteekenis. A. P. regeling getroffen met den specialist ze-
nuwarts dr. W. A. Schuurman, terwijl
ook voor de Röntgenoloigische behande
ling in het gasthuis met dr. Orbaan een
regeling' is getroffen.
De vergadering herkoos den aftreden
den secretaris de heer J. J. Cappon, bij
Wandelaar: „Veel gevangen?"
Hengelaar: „Och.... 't gaat nogal.
Als ik dat baarsje daar vang, die juist
bijt en dan nog maar vijf, dan heb ik acclamatie,
al een half dozijntje bij mekaar!"
tje (gebroken ruiten kostten 8 en dat
liep op, op den duur!) Biggekerke gepas
seerd, ging je die grens al voelen in je
buik en de tot daartoe bestaande zeker
heid dat je er immers vanochtend wel
wéér door zou rollen en tusschen den
middag de natuurkunde en het Engelsch
zou kunnen doen, ging je verlaten. Daar
om zat, Koudekerke gepasseerd, ten
slotte wel iedereen te vossen; Jo, Zus,
Frans, Frits en ik: altijd hetzelfde stel
letje onder den invloed van dezelfde
plichtsverzaking van den vorigen avond.
Het leertempo placht toe te nemen on
geveer omgekeerd evenredig met ihet
kwadraat van den afstand tot Middel
burg; als het trammetje het bruggetje
bij den Vlissingschen Weg tenslotte pas
seerde, jachtten je oogen over de stik
stofformules, terwijl je lippen de litanie
van „Aexte, Banke, Braute, Fauste,
Früchte, Krafte, enzoovoorts" prevel
den; in je hand had je het spiekpapiertje
voor natuurkunde en dat was eigenlijk
het eenige, waar staat op te maken zou
zijn in de ure des gevaars.
Die ritten met de stoomtram Walche
ren waren gulden ritten, en dat Jo, Zus,
Frans, Frits en ik tenslotte aan onze
eindexamens toe gekomen zijn, is aan
haar dienstregeling voor het grootste
deel te danken geweest. Niet alleen,
dat je in de tram nog zoowat kon lee-
ren, wat je den vorigen avond verzuimd
had, maar de daarbij geboden kans, dat
je het nog niet eens behoefde op te
zeggen, was bovendien nog een niet ge
ring voordeel op den weg naar het suc
cesvolle overgangsrapport. Eiken och
tend was het aankomstuur een bron van
wilde speculatie. Officieel moest de tram
meestal zoo ongeveer kwart voor negen
aankomen; als je dan niet al te over
dreven snel naar de St. Pieterstraat
holde, waren de beurten van 't eerste
uur meestal al een eind op streek en
je had een faire kans, daarbij gespaard
te blijven. Maar met een paar te ran
geeren suikerpeeënwagons in Zoutelan-
de, een koe op de rails bij Boudewijns-
kerke of een op Donderdag aan te ha
ken extra-wagon in Koudekerke, had
je daarvan de zekerheid. Hoe minder
kunnen schilderen.
Ja, je hebt mooi praten,' zei dei oude
man.Maak dat anderen wijs. Toch wist
hij wel, dat hij Willem' niet moest ont
moedigen en hem liever 'laten zeggen hoe
hij er over dacht. Want de jonge 'm'an gaf
menigmaal een bewijs, dat hij zoo goed
op de hoogte was en een verklaring Icon
geven van moeilijke en afgetrokkjen
kwesties, dat zijn baas er versteld van
stond. i
Heb je misschien een anderen! naam
zien staan? Zijn toon was half spottend
zooals gewoonlijk.
Ja, mijnheer, ik geloof het wel. zei
Willem dood kalm en natuurlijk.
Werkelijk? In de koele stem' kwam
eensklaps eenige opgewondenheid. Wan
neer heb je hem' gevonden?
Een half uur geleden misschien.
Is het werkelijk waar! zei de oude
man.
De kalme, doodgewone toon van den
zonderlingen jongen m'an was bijzonder
verbijsterend. Waarom zou hij excuus
maken, omdat hij den naam van "den
schilder ontdekt had, terwijl dat juist een
zaak van het grootste belang was? De
eenige mogelijke verklaring van het ge
heim' kwam den listigen man eensklaps
in de gedachte.
Dan veronderstel ik dat je een
dwaas geweest ben. Als je de ondertee-
kening van Hobbema niet vinden kon,
beurten, hoe meer kans op een vol
doende op 't rapport. En als in 't eerste
uur een repetitie viel, was je principieel
a 11 ij d te laat en kon je het negatieve
resultaat grootendeels schuiven op den
rug van het kwartier, dat je korter dan
de anderen had kunnen werken.
Even voor je aankwam, kon je door
de boomen heen op den Langen Jan
kijken; als ik op mijn tachtigste jaar
daar nog voorbij zal komen, zal ik er
nog automatisch naar de klok zien.
Van vijf minuten vroeger of later kon
er je lot, je toekomst afhangen.
Jo, Zus, Frans, Frits en ik zitten nu
over drie werelddeelen verspreid, maar
geen van ons zal ooit meer rustig tegen
kwart voor negen in een stoomtram
kunnen zitten. Een jaar of tien, twaalf
zijn die ritten geleden, maar kwart voor
negen blijft een uur van magische be
teekenis.
En wat ik nu maar zeggen wilde, is
dit: dat het leven, ons leven toch vaak
zoo bijzonder knap en verrassend regis
seert. Dat het' leven zoo aardig is.
Jo, Zus, Frans en Frits wonen ver
spreid tusschen Washington D.C. en Ba
tavia Centrum, maar ik vlieg den vracht-
dienst van de K. L. M. op Londen, El-
ken middag om half twee van Schiphol,
koers 219°, dan recht op den vuurtoren
van Nieuwe Sluis aan; van Nieuwe Sluis
een paar streeken over stuurboord en
langs het strand tot Calais en dan van
Calais onder 300° op Croydon aan.
Den volgenden ochtend om vijf uur
porridge, tea, toast en grape-fruit en
in den ochtendschemer weg over Kent.
Bij het Kanaal staat de zon al hooger,
bij Ostende is de wereld wakker.
Bij Cadzand roep ik Rotterdam op,
meld de positie, vraag naar het weer
aan de Waalhaven en op Schiphol. En
als dan de koers verandert en het de
Schelde overgaat, op Dishoek aan, krijg
ik dat vreemde gevoel om mijn maag
en moet automatisch gaan uitturen naar
den Langen Jan.
Ben ik te vroeg? te laat? Inplaats
havermouth, thee, geroosterd brood
en vruchten.
had. je het recht niet de ond er tee ken i n.g
van een ander te zoeken.
Willem voelde nu waarlijk geen grond
meer: hij begreep er niels: van. Hij kon
zijn meester alleen met verbijsterde
oogen aanzien. Maar met Julie was dit
niet het gevai. Zij paste echter weit
op, dat ze Oom' Si niet aankeek'. Zij keelc
alleen op haar bord. Maar zij huiverde
even alsof zij ergens pijn had. Oom' Si
was zulk een s'limmerd: zij schaamde
zich haast dat zij voelde hoe s'tim! hij
was.
Ik begrijp u niet, mijnheer, zei Wil
lem op een toon zooals hij alleen kon
spreken.
Jongen, zei Om' Si, je vermoeit mij.
In sommige opzichten ben je heel knap
maar op andere terreinen berai je de dom
ste idioot, die er ooit op de aarde heeft
rondgeloopen. Ik dacht dat ieder kind
kon begrijpen dat als dit ding geen stuk
van Hobbema is, het niets ter wereld is.
HeL beste wat ik je kan aanraden is gauw
naar boven te gaan en dié handteekening
uit te wisschen.
Heb ik dan niet goed van u begre
pen dat het stukje zonder onderteekening
heelem'aal geen waarde heeft.
Neen, dat heeft het ook niet, dwaze
jongen. Maar er zijn 'misschien menschen,
die denken dat het wel een stukje van
Hobbema is. En als die er zijn, dan
moeten wij hun dat niet uit het hoofd
WALCHEREN.
RITTHEM. De openbare gemeente
raadsvergadering, die Woensdagnamid
dag werd gehouden, werd wegens ziekte
van den burgemeester, geleid door den
fwaarnemenden burgemeester den heer
P. J. de Pagter.
Het ingekomen verzoek van de eige
naars der perceelen, waarover het Zout
manvoetpad ligt, om dit voetpad van
den ligger van wegen en voetpaden af
te voeren, werd aangehouden voor nader
onderzoek.
Uit het ontvangen rapport omtrent
het ongeluk van den heer K. Louwerse
bleek, dat de marechaussee hierin geen
schuld had.
Besloten werd, dat de sloot bij de per
ceelen van Cornells en Osté moet wor
den gedempt, en dat de gemeente de
helft der kosten van de putten en de
buizen voor haar rekening zal nemen.
Aan B. en W. werd gemachtigd het dem
pen door werkloozen te doen geschieden.
De heer H. M. van der Putte
keurde het af, dat bij de electrificatie
der gemeentegebouwen niet eerst de
Raad is gehoord.
De begrooting van het burgerlijk Arm
bestuur over 1932 werd goedgekeurd.
Daar de inkomsten van dit bestuur de
uitgaven niet meer kunnen dekken,
werd besloten een subsidie van f 300
aan deze instelling te geven.
Met alg. stemmen werden de volgen
de subsidies verleend: Aan de afd. Sou
burgRitthem der kinderherstelling- en
vacantiekolonies f 10.aan de Wijk
verpleging f 100.aan 't Groene Kruis
f 25.aan de T.B.C. bestrijding f 5.
Na eenige bespreking werd met 5 tegen
2 stemmen (Van de Putte en Wisse)
besloten aan de muziekvereeniging een
subsidie van f 25.te geven. Verder
werd de jaarwedde van den correspon
dent der arbeidsbemiddeling gebracht
van f 75 op f 125.
ZEEUWSCH-VLAANDEREN W, D.
CADZAND. De raad dezer gemeente
kwam Woensdagmiddag j.l. in voltalligie
vergadering bijeen.
Een verzoek van eenige inigiezetenen,i
wonende aan den Mariaweg II, tot plaat
sing van een straatlantaarn, werd afge
wezen; eenzelfde lot onderging het ver-
pralen.
Juüe luisterde ademloos naar ieder
woord, dat gesproken werd. Zij zag Wil
lem1 'langzaam en ernstig] het hoofd! schud
den.
Maar iedereen kan zien dat het niet
van Hobbema is.
Neen, dat kan niet iedereen, zei
de oude man. Mijnheer Thornton bij
voorbeeld, en hij is toch in. den regel'
een vrij goed kenner. Mijnheer Finch'
aarzelde meer 'dan hijmaar toch zou
hij er geen eea op willen doen.
Willem' schudde het hoofd.
Jongen je bent een dwaas,'Je wórdt
veel te knap, je groeit boven je vak: uit.
Ga nu maar dadelijk naar boven om dien
naam uit le wisschen wat er dan ook
staan im'ag, tenzij het den naam van Hob
bema is, dan geef ik je f 25 voor het
ding, zooals het daar staat. Vijf-en-'twin-
tig gulden uitbetaald.
Willem schudde het hoofd wat kracjh-
tiger zelfs dan zooeven.
Ik moet de boomen nog te voor
schijn roepen, zei hij, en het water ©n
die wolk, en die glinstering van de zon
voordat ik aan de onderteekening begin
nen kan.
Wat meen je?
Het is een Van Roon, zei Willem!
met zoo zachte stem, dat men zou denken
dat hij tot zich zelf sprak.
(Wordt vervolgd.)