mm
PIRIN de wereld
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN MAANDAG 19 OCTOBER 1931. No. 246.
BINNENLAND.
U niest,
krijgt rillingen,
U bent verkouden.
RIJKSBEGROOTING 1932.
Weinig bevrediging over het
beleid. Bezwaar tegen sa
lariskorting. Nederland en
België. Land en Tuinbouw,
Aan het Voorloopig Verslag over het
hoofdstuk algemeene beschouwingen over
de begrooting,' ontleenen wij:
Het beleid van het Kabinet had over
het algemeen weinig bevrediging ge
wekt.
Men erkende, dat het regeeren onder
de huidige omstandigheden uiterst moei
lijk is. Doch het had teleurstelling ge
wekt, dat van Regeeringswege onder
de huidige omstandigheden weinig o!
geen leiding uitgaat.
De vrees werd uitgesproken dat het
Kabinet in zijn huidige samenstelling
niet voldoende voor zijn taak berekenc
is, zeker niet in 'dezen moeilijken crisis
tijd.
In verband hiermede werd door som
migen gevraagd, of de Regeering we
doordrongen is van het communistisch
gevaar, zoowel hier te lande als in de
overzeesche gewesten, en of hier wel
voldoende tegenweer wordt geboden.
Vele leden waren ontstemd over de
uitlatingen van den minister van Finan.
ciën in een interview, waarvan de dag
bladen van 30 Sept. 1.1. het verslag be
vatten. Zij achtten het ongewenscht, dat
de minister op een oogenblik, wanneer
de begrooting en daarmede de finan-
cieele toestand des Rijks in de afdee-
lingen wordt onderzocht, daarover me-
dedeelingen doet in de pers. (Dit slaat
natuurlijk op het interview-De Geer).
Vrij algemeen werd bezwaar geopperd
hoewel van uiteenloopenden aard
tegen de voorgenomen salaris
korting.
Vooral de motiveering, welke de mi
nister van Financiën voor de salarisver
laging aanvoert, werd ondeugdelijk ge
acht. Daaruit blijkt, dat de Regeering niet
tot deze verlaging overgaat, omdat zij de
salarissen te hoog vindt, maar uitslui-
om de begrooting in evenwicht te
brengen.
Met verwondering hadden verschei-*
dene leden gezien, dat de Regeering
bij het opmaken van de begrooting reeds
rekening heeft gehouden met de finan-
cieele gevolgen van de wijziging van de
Lager-onderwijswet, waartoe het ont
werp nog slechts bij de Kamer is inge
gekomen. Zij keurden het af, dat de Re
geering wederom, evenals in de vorige
ifnancieele crisis, op het onderwijs zoo
danig bezuinigen wil, dat de belangen
van het volksonderwijs daardoor ern
stig zullen worden geschaad.
Nagenoeg algemeen kon men zich ver
eenigen met de voorgestelde benzine
belasting.
Met genoegen had men vernomen, dat
de regeering hoop schijnt te hebben, dat
de vraagstukken, die tusschen Neder
land en België hangende zijn, eerlang op
bevredigende wijze zullen kunnen wor
den geregeld. De hoop is uitgesproken,
dat de besprekingen hierover te zijner
tijd gedragen zouden worden door een
geest van samenwerking tusschen de vol
ken in deze moeilijke tijden.
In verband met de gehouden interpel
latie-de Savornin Lohman, zag men hier
in een nieuw symptoom van den ont
wikkelingsgang der Eerste Kamer om
steeds meer de taak der Tweede Kamer
over te nemen.
Eenige leden waren van oordeel, dat
de Tarwewet goed heeft gewerkt, maar
uitbreiding behoeft. Het daarin genoem-
'BEMOST
r- t
O, dat ding mijnheer Thoirnton, zei
IS. Gedge op zulk een onverschilligen
loon alsof dit van zoo "bitter weinig be
lang was dat hij er niet meer aan ige-
dacht had. 1
Ik moest het maar feven voor u ha
len. En met een merkwaardige vlugheid^
bepaald verrassend voor iemand van zijn
lieeftijd, ging de oude man den winkel
uit Jerwijl Julie met bonzend hart voort
ging met het schoonmaken van het uit
stalraam. 1
Minder dan drie minuten daarna kwam
"Willem's schilderijtje voor den dag, on
der den arm van Willem's baas.
T-Iier heeft u het mijnheer Thorn
ton. Zijn toon was honingzoet.
Julie maakte zich zoo klein mogelijk
tusschen een Ghineesch kabinetje en een
ander voorwerp in de diepste vensternis
Van hier uit had zij het voorrecht alles
te kunnen zien en hooren.
Mijnheer Thornton nam het schilder
stukje stilzwijgend van oom Si aan, hield
het vlak voor zijn oogen, perste de lip-
;pen opeen, nam een vergrootglas uit zijn
de percentage moet van 25 tot 32 a 33
verhoogd worden. Andere leden waren
echter tegen een dergelijke verhooging.
Betoogd werd, dat de steun aan de
bietencultuur te gering is en te laat
kwam. Het in die teelt uitbetaalde loon
liep terug van 20 tot 11)4 millioen.
Bescherming van onze bodemproduc-
ten kan volgens andere leden den uit
voer niet helpen.
Inlichtingen werden gevraagd over de
positie van de Nederlandsche Bank. De
communiqués, door het bankbestuur in
de pers gegeven, munten niet door dui
delijkheid uit. Men vroeg of de Neder
landsche Bank geheel op eigen verant
woordelijkheid handelt, dan wel de Re
geering met het bestuur in contact staat.
Verscheidene leden vroegen ophel
dering van de verzekering, in een com
muniqué van de Nederlandsche Bank
gegeven, dat op pondenwissels geen
verdere verliezen door de Bank zullen
worden geleden.
Gevraagd werd ook, hoe het staat
met de andere banken hier te lande. Be
moeit de regeering zich met haar gestie
of laat zij deze aan haar zelf over? Ver
scheidene leden drongen op staats
controle over de banken aan.
Andere leden kwamen op tegen staats
toezicht op de banken,
Eenige leden bevalen aan de Regeering
aan de wederinstelling van een Natio
naal Steuncomité.
DE RIJKSMIDDELEN IN SEPT. 1931.
De opbrengst van de Rijksmiddelen
(hoofdsom en opcenten) over de maand
September 1931 bedroeg 34.690.642, te
gen 40.808,257 over de maand Septem
ber 1930.
Het één twaalfde gedeelte der raming
over het geheele jaar bedraagt
ƒ39.158.020.
We laten hieronder volgen de op
brengst over de eerste negen maanden
van 1931, vergeleken met die over de
eerste negen maanden van 1930.
1931 1930
Grondbel. 8.313.691 19.609.248
Pers. Bel. - 6.555.820 - 23.139.091
Ink: Bel. - 63.783.179 - 65.191,877
Verm. Bel. - 10.605.799 - 10.867.196
Div. en T. - 15.739.231 - 15.849.154
Inv. recht - 46.695.245 - 51.389.686
Stat, recht - 2.405.061 - 3.117.896
Zout - 1.592,327 - 1.620.741
Geslacht - 6.662.767 - 8.699.022
Wijn - 1.779.805 - 1.979.027
Gedistill. - 27.463.957 - 26.540.775
Bier - 10.369.694 - 11.686.079
Suiker - 39.066.727 - 41.737.007
Tabak - 22.395.049 - 21.535.801
Goud, zilv. - 632.839 - 782.329
Zegelrecht - 18.242.941 - 18.982.576
Reg. recht - 11.178.510 - 18.742.404
Succ. recht - 33.789.987 - 31.628.175
Domeinen - 3.212,132 - 3.188.517
Staatsloterij - 454.433 - 452.811
Loodsgelden - 3.143.318 - 3.571.047
334.082.521 380.310.470
De opcenten ten bate van het Lee-
ningsfonds gaven over September 1931
een opbrengst van 4.125,628, tegen een
bedrag van 4.514.357 in September
1930.
De inkomsten ten bate van het „We
genfonds" gaven over September 1931
een opbrengst van 713,627, Dijwielbe-
lasting 109,117.
(In#ez. Med.)
zak en bekeek het nauwkeurig van vo-
ïen en var. achteren, Teerde het om en
om en klopte er verscheidene malen op.
Dat hij aan dit alles zooveel zorg en
lijd besteedde begon Julie zenuwachtig
te maken.
Daar zit wat goeds, in, zei mijnheer
Krom'neen eindelijk'.
Wat .goeds? Ja,, dat zou ik' denken,
antwoordde Oom Si met zijn verkOoperst-
stem, zooals Julie heit noemde. Jia,
dat zal wel waar zijn.
Maar het mist één ding, en dat is
jammer. Het kleine Imannetje zag er meer
dan ooit uit als een slimmei vos; hij
k'oos ieder woord met de grootste nauw
gezetheid. Het is jammer heel er ja|m|-
mer het is niet onderteek'end, er staalt
geen naam' onder.
Niet onderteekend. De stem! v,an
den ouden man had den sportenden toon
van den vorigen avond heelemaal ver
lorenMaar mijnheer Thornton. Hij
dacht er zéker niet aian, dpt Julie zoo
dicht in de huurt was als wij1 de ont-
derteek'ening van Hobbema daar onder
aan in het link'erhoekje vonden op
dat zwarte plekje wat zou hel dan
waard zijn, dunlklt ui? 1 v
Mijnheer Tornton antwoordde niet dat-
delijk' op 'die vraag. En toen het antwoprd
kwalm, was zijn stem zoo zacht, dat Julie
het haast niet verstaan kon. Dat zou ik
DE BRANDWEER OP WALCHEREN.
i O—
Zaterdagmiddag vergaderde in de so
ciëteit St. Joris te Middelburg, de af
deeling Walcheren van den Provincialen
Zeeuwsclien Brandweerbond.
De belangstelling van de zijde van
burgemeesters, secretarissen en brand
meesters was zoo groot, dat de kleinere
directiekamer moest worden vervangen
als vergaderzaal door de bovenvoorzaal.
Hier opende de voorzitter, de
heer mr. W. J. Woldringh van der Hoop,
burgemeester van Westkapelle, de ver
gadering met dank voor de groote op
komst, waaruit blijkt dat de belangstel
ling in de brandweerzaak groeiende is.
Het is volgens spr. dan ook niet juist, dat
er door den bond niet veel bereikt kan
worden. Thans komt ter tafel een rap
port van den heer Bierman, commandant
van de brandweer te Middelburg, over
de toestanden ter zake op Walcheren en
over de vraag hoe tot betere samender-
king is te komen. Spr. bracht den heer
Bierman speciaal dank voor de wijze,
waarop hij zich van zijn taak heeft ge
kweten. Het is een uitgebreid en ook
praktisch rapport en dit vooral ook door
de conclusies, die tot samenwerking
moeten leiden, welke dan nog nader
zal worden uitgewerkt. Die samenwer
king is zeker mogelijk nu Middelburg een
uitstekend uitgeruste brandweer heeft en
Vlissingen bezig is die te verkrijgen. In
West Zeeuwsch-Vlaanderen is men reeds
ver met de onderlinge samenwerking en
dat moet ook voor Walcheren mogelijk
zijn.
Het tweede punt dat in behandeling
zou komen, was het oprichten van een
cursus voor brandmeesters en dit prak
tisch, doch ook theoretisch, wat tevens
bevordert, dat men elkaar goed leert
kennen, wat bij onderlinge hulp zeer te
pas kan komen.
Hierna kreeg de secretaris, de
heer H. Dronkers, burgemeester van
Veere, het woord om het rapport, al
thans de uitvoerige conclusies, voor te
lezen.
Het rapport toont aan, dat de heer
Bierman zich met alle gemeentebesturen
op Walcheren in verbinding heeft ge
steld en alom medewerking voor zijn
onderzoek vond. De omvang van 't ove
rigens zeer lezenswaardig rapport, is van
dien aard, dat wij verplicht zijn ons tot
een uittreksel uit de conclusies te be
palen,
In de verschillende gemeenten van
Walcheren wordt aldus de rappor
teur aan de veiligheid ten aanzien van
brand de noodige zorg besteed en kan
van ver'waarloozing van dezen tak van
dienst allerminst sprake zijn. Maar
meestal moet de vraag ontkennend wor
den beantwoord, of de gemeente vol
doende is gewaarborgd, dat groote ram
pen op dit gebied haar gespaard zullen
worden. Om dezen toestand te verbete
ren, staan verschillende middelen ten
dienste: le. verbetering van het materi
aal; 2e. verbetering van de watervoor
ziening; 3e. vermeerdering van het ma
teriaal; 4e. onderlinge hulpverleening;
5e. eene combinatie van vorenstaande
middelen.
Daar een en ander ten nauwste samen
hangt met de geldmiddelen der gemeen
ten elk afzonderlijk, alsmede met het
geen ter zake reeds is geschied, bepaalt
de heer Bierman zich tot enkele wenken.
Rappor leur be.,cnouwde daaromi ieder
der 5 groepen nader. Het L gebleken,
dat in de verschillende gemeenten in het
algemeen slechts één handbrand'spuit,
dus één instrument van verouderden
vorm aanwezig is. Vrij algemeen mag
men aannemen, dat het nog! niet over
gaan tot een meer nieuw type motor- of
of autospuit afstuit .op de kosten en men
zich bepaalt tot het z. i. in goeden staal,
houden van het aanwezig materiaal'. Dit
is echter volgens rapporteur niet vol
doende. Wat noemt men „in goeden
staat houden". De eischen die men re
delijkerwijs aan een dorpsbrandweer
moet stellen, zijn sainen le vatten in hel)
volgende
niet zoo dadelijk kunnen zeggen, mijn
heer Gedge. Mosky heeft verleden jajar
een Hobbema naar New-York gezonden,
maar wat hij' er voor gekregen heeft
'weet ik niet.
Ik heb' gehoord 28.000 dollar.
Dat heb ik ook gehoord, maar ik
betwijfel het. En toch, de Ataterik'anen
betalen er tegenwoordig grof |g!eld voor.
Heeft u dial ding van Mosiky gezien?
Ja,, het was een beetje grooter dan
dat, maar er was niet zooveel werk aan
geweest.
Nu, maak liet eer;s|t wat beier ischoon
en als u mij1 dan de onderteekening van
Hobbema kunt aanwijzen met den datulm
op de plaats waar ik mijn vinger leg, dan
kunnen wij' er misschien eens over 'On
derhandelen, mijnheer Gedge.
Ik denk zeker, dat ons dat .gelutkken
zal, zei de oude man op izul'k een (optimist
'tischen toon, dat Julie er bepia,ald veris'teid
van stond.
De ander hoopte, dait dit het geval
zou wezen en hierop daalde de stern
,-an Oom Si zoo zeer, dat zijn nichtje
moeite had om' hem te verstaan, hoe
gespannen z'ij' ook luisterde.
Maar de questie van de onderteeike-
ning daargelaten, zou u dan lust hebben
er een nod op te doen, zooals, het Ier nu
uitziet?
Het was een langdurige en gespannen
begint het.
Neemt direct bij de eerste verschijn
selen Aspirin-Tabletten, welke erger
voorkomen en de pijnen verdrijven.
Ut op den omnjeband. Prijs 75 ets.
(Ing. (Med.)
1. De handbrandspuit moet van zoo
danige capaciteit zijn, dat gedurende een
tijd van eenige uren met voldoenden
druk een behoorlijke hoeveelheid water
in 'den brand kan, worden geworpen.
Verschillende oefeningen moeten dit be
wijs leveren.
2. Van de verschillende aanwezige wa
terbronnen uit moet met behulp van de
aanwezige slangen op alle punten van
de gemeente water gegeven kunnen
worden.
3. Het personeel moet geoefend zijn
zijn in hel blusschen op al die plaatsen
hetgeen geschiedt door daar branden te
veronderstellen.
4. De goede funclionneering van de
brandspuit moet verzekerd zijn.
5. De opberging' moet zoodanig zijn,
dat eene vlugge wijze van uitrukken ge
waarborgd is.
6. De taken der brandweerlieden moe
ten nauwkeiurig verdeeld zijn, voor zoo
ver betreft het uitleggen en aankoppelen
der slangen, het voeren der straat pijpen,
de zorg voor de verlichting, de redding
vanmenschen en dieren en goederen, liel
gebruik van ladders en haken.
7. De onder 6 bedoelde brandweerlie
den moeten een kern vormen, die a. veel
vuldig, althans in den beginne oefenen;
b. dicht bij de werkplaats wonen en wer
ken; c. uit vaklieden bestaan van ver
schuilende vakken en d. zich, vrijwillig
aanmelden voor brandweerman. De
pomipers behoeven niet geoefend te wor
den, daar iedereen die een paar stevige
armen heeft, dit werk kan doen na zeer
weinig aanwijzingen.
8. De leiding moet zijn hij iemand, die
behalve de noodige kennis! van hel brand-
bluschvak, ook het noodige gezag heeft.
Blij voorkeur niet bij den burgemeester,
die wel hel oppertoezicht heeft, maar
uit den aard der zaak geen technicus is
en niet de meest geschikte persoon om
al die oefeningen le leiden.
9. De brandmeesters of commandanten
en ondercom'mandanlen of hoe men hen
ook wil noe'men, worden in gewone tijden
heiast met, de schouwingen lei- voor
koming van brand en aan dezen maatre
gel worde steeds streng de hand gehou
den.
10. De alarmeering worde door de
juiste keuze van personen zoo practisch
mogelijk geregeld.
11. Indien snelblusschers in de ge
meente zijn, worden ze geplaatst bij per
sonen die tot den straks aanbevolen kern
behooren, die lot laak krijgt bij elk ge
rucht van brand, steeds voorzien van den
snelblusscher, onmiddellijk naar den
brand te snellen. De gemeente moet altijd
en overal over alle apparaten kunnen be
schikken en ze dus niet voor een bepaal
de buurt bestemmen,
12. De verlichtingsmiddelen moeten
steeds in goeden staat zijn.
13. De brandladders moeten vertrouwd
zijn.
Door het nauwkeurig opvolgen van
deze wenken wordt dus elke dorpsbrand
weer reeds verbeterd zonder dat het de
gemeente een cent kost. Wat betreft de
vermeerdering van het materieel, raadt
de heer Bierman aan het type, waarbij
het water nog met behulp van emmers
moet worden aangedragen, een behoor
lijk plaatstje in een brandweermuseum
te geven, en bij het aanschaffen van een
nieuwe wijst hij op de z.g. baby-spuiten,
kleine draagbare motorspuiten, die voor
pauze die nu volgde, en toen daarna
hoorde Julie de voorzichtige stem van
den man met het slimme gezicht, fluis
teren Mogelijk wel mijnheer Gedge
ja misschien wel. Maar voordat ik er
aan kan denken dal te doen, moet ik
eerst aan een van mijn vrienden vra
gen het le koinen zien. Hij heeft hieel
veel verstand van die dingen en weel
wat hij er mee doen kan.
U hebt groot gelijk, mijnheer Thjorn-
ton, antwoordde S. Gedge opgewekt en
als een echt man van zaken. Als u mij
(eggen kunt wanneer uw vriend lusl
heeft om te komen dan zal ik hier wezen
om hem te ontvangen. Willen wij zeggen
morgenochtend om tien uur?
Goed, mijnheer Gedge. Mocht mijn
vriend verhinderd zijn, dan zal ik u te
il iefoneeren.
S. Gedge liet hem al buigende den
winkel uit met een beleefdheid, waar
Julie verbaasd van stond. Zij kon haast
niét igjelooven dat dit toonbeeld van
beleefdheid Oom Si was. En inderdaad
het was or de oude man heelemaal ver
anderd was. Vlug als een jong mensch
dö'cr den winkel stappende, bracht hij
het schilderijl-e naar den zolder terug,)
terwijl Juli in gedachten verdiept naar de
keuken ging om de twee aardappelen
van middelmatige grootte voor het mid
dagmaal 'klaar te maken.
betrekkelijk geringen prijs in den han
del worden gebracht. Bij modern mate
riaal moeten worden rekening gehouden
met aanwezigheid van voldoende water.
Trouwens in 1913 waren er in verschil
lende gemeenten van omstreeks 10.000
inwoners reeds stoom- en motorspuiten
aanwezig, en thans zijn ze veelvuldig te
platten lande verspreid en voldoen daar
zeer goed.
Als eerste verbetering van het materi
eel noemt rapporteur:
1. aanschaffing van een motorspuit; 2.
vermeerdering van het aantal meters
slang en wel tot een zoodanig getal, dat
van de verschillende waterbronnen uit,
elk punt der gemeente bestreken kan
worden en men dan nog 25 pet. over
houdt als reserve; 3. vervanging van
schroefsluitingen door Storz-koppelin-
gen; 4. aanschaffing van fakkels, die 1J4
tot 2 uur branden, in den wind niet uit
gaan en zeer goedkoop zijn (40 tot 50
cent per stuk); 5. in verband hiermede
afschaffing van alle kaars-, olie- en car
bidlampen; 6. aanschaffing van een elec-
trische lantaarn met ingebouwde batte
rij; 7. aanschaffing van één of meer rook-
maskers voor het redden van menschen
en vee. Hiermee moeten bepaalde per
sonen geoefend worden; 8. aanmaken van
hulpmiddelen tot het beschermen van
slangen over puntige randen, alsmede om
het verkeer niet te stremmen; 9. ver
meerdering van het aantal snelblusschers
voor den eersten aanval; 10. voorziening
in de tractie van de spuit door overeen
komsten te sluiten met houders van paar
den en vrachtauto's,
Het vraagstuk der watervoorziening
is vooral in de duingemeenten zeer moei
lijk en vaak niet op te lossen met de
bestaande middelen. Hierbij vestigt de
rapporteur nogmaals de aandacht op mo
torspuiten, omdat deze minder aan af
stand gebonden zijn en het water dus op
grooter afstand kan gepompt worden.
Door aanleg van waterleiding zou het
vraagstuk zeer hare oplossing naderen.
Intusschen beveelt de heer Bierman de
bestudeering van de watervoorziening bij
brand den gemeentebesturen zeer ern
stig aan.
Naar voren komt de vraag van on
derlinge hulp der gemeenten, maar daar
bij doen zich verschillende vragen voor
en wel: 1. Als men maar één spuit heeft
zal men die dan.aan een andere gemeen
te ter beschikking geven? 2. Zijn de ge
meentenaren genegen of kunnen zij ge
dwongen worden buiten hun dorp op te
treden; 3. Zijn de tractiemiddelen er op
ingericht om in korten tijd grootere af
standen af te leggen; 4. Geschiedt de
alarmeering snel genoeg om diensten van
eenig gewicht buiten de gemeente te
kunnen bewijzen? 5. Zou de burgemees
ter bij dreigend of reeds woedend on
weer toestemming geven de gemeente
met de spuit te verlaten?
Het jeit dat er weinig (overeenkom
sten ten deze gesloten zijn, bewijst dat
de gemeentebesturen voelen, dat ,geén
afdoende hulp op deze wijze 'verkregen
kan worden. Nu echter Vlissingen ten
Middelburg modern en zeer behoorlijk
geoutilleerd worden, komt hel waag
stuk in een heel ander stadium en kan
er zeer ernstig pver gedacht worden,,,
hoe de overige gemeenten zich (kunnen
verzekeren van den steun der twee jge-
noemde steden en ware in dien ge
dachte nkring wellicht ook de motorspuit
HOOFDSTUK IX.
Pas tegen den avond kwam Willem uil
Tutibridge Wells terug. Hij was een schil
derstuk gaan bekijken ,dat zijn Ibaas
reeds 'gezien had, maar S. Gedge was
verstandig ,genoeng| le erkennen, tenmin
ste te begrijpen dat zijn .ondergeschikte
veel meer verstand of kijk op' schilde
rijen had dan hij. Voor snuisterijen ver
trouwde hij zich zelf veel meer dan hem
maar was er sprake van een olieverf
schilderij, dan was hij blij als zijn mee-
ning .bevestigd werd door het oordeel
van Willem, die zeer veel oog Voor de
kunst had verkregen. Er was. geen twijfel
aan; op het lei-rein, dat voor zijn meester
betrekkelijk nieuw was en vol geva
ren had de leerling reeds groote vorde
ringen gemaakt. Het was een g'ave, een
opmerkelijke gave waarvan hij de groote
waarde nog moest leeren kennen.
,Bij „zomertijd"' zijn de dagen in Sep
tember nog lang en daar er pas 'om no-
gen uur 'gesoupeerd -werd .had Willem
thuis komende, nog een uur om in zijn
atelier door te brengen en naar nog meer
schoonheden te zoeken op dat geheim
zinnig doek dan hij had durven hopen.
(Wordt vervolgd.)