d> ARNHEM OVER n CHOCOLAAD TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN DONDERDAG 24 SEPTEMBER 1931. No. 225. BINNENLAND. LEVENS VERZEKERING MAATSCHAPPIJ fa MOBKE GEDABD Drie dozijn Nederlandsche padvinders naar den Balkan. ZEELAND, BANKIERSSYNDICAAT EN BEURS. In tegenstelling met andersluidende be richten wordt van betrouwbare zijde ver- nomen, dat het gisteren te Amsterdam opgerichte bo.nkierssyndicaat, dat ten doei heeft, nieuw igeld aan de beurs toe te vertrouwen, geheel los staat van de Nederlandsche Bamk'. Men heeft zelfs voor de oprichting geen samenwerking met de Nederlandsche Bank gezocht. Uit het feit echter, dat de Nederland^ sche Bank met haar steunactie is be gonnen hebben de Banken moed geput om nu ook van hun kant wederom geld aan de beurs toe te vertrouwen. NEDERLANDSCH ESKADER IN AUSTRALISCHE HAVENS. Op de vragen van het Eerste Kamerlid den heer Van Embden betreffende voor vallen, welke zich hebben voorgedaan tijdens het verblijf van het Nederlandsch eskader in Australische havens, heeft de minister van Defensie geantwoord: Reeds geruimen tijd vóór het artikel in ,,De Telegraaf" van 30 Januari 1931 verscheen, was de minister er mede be kend, dat in „The News of the World" een bericht uit Adelaide was opgeno men, hetwelk betrekking had op voor vallen, welke zich hadden voorgedaan tijdens het verblijf van het Nederlandsch eskader aldaar. Naar aanleiding daar van werd reeds 15 October 1930 aan den commandant van het eskader tele grafisch opgedragen de meest volledige inlichtingen te verstrekken. Deze wer den nog vóór het einde van het jaar ontvangen. Uit bovenstaande rapporten is den minister bekend, dat de gebeurtenissen ter sprake gebracht zijn in het Huis van Afgevaardigden. De politierapporten, welke aan het Huis zijn overgelegd wer den door den eersten bij schrijven van 18 October 1930 in afschrift aan den consul-generaal der Nederlanden te Sydney toegezonden. Door bedoelden bewindsman werd bij de toezending dier rapporten verklaard, dat geen klachten van het publiek ont vangen werden en het zeker wel blijkt, dat de berichten in de pers de voor vallen, waarop zij betrekking hadden, grootelijks overdreven. De minister is van oordeel, dat het noodig is, dat de Nederlandsche regee ring nieuwe maatregelen neemt naast die, welke sedert de laatste jaren heb ben gegolden. Uiteraard betreurt hij het verschijnen der bedoelde artikelen, welke door hun groote overdrijving stellig den naam van ons land en dien der Nederlandsche marine kunnen schaden. Het verheugt den minister dan ook zeer, dat in de door Nederlandsche en vreemde autori teiten uitgebrachte rapporten over vlag vertoon en ook schier altijd in de pers het optreden van het Nederlandsche marinepersoneel wordt geprezen. De uitslag van het onderzoek, naar aanlei ding van het in Australië voorgevallene ingesteld, heeft bij den minister niet de vrees gewekt, dat dit in de toekomst anders zal zijn, te minder omdat hij weet, dat alles gedaan zal worden om ongunstige oordeelvellingen te vermij den en den naam van Nederland en de Koninklijke marine hoog te houden. 99 99 beschermt Uw gezin in moeilijke jaren, i (Ingez. Med.) IV. Bulgarije. Treinbrandje. Noodremmen voor versiering. Nu stonden wij dus in Bulgarije, het land, waar wij het laatste half jaar steeds met onze gedachten vertoefd hadden, en waarvan wij ons veel avontuurlijks had den voorgesteld. Het begon direct goed. De sneltrein nl„ waarmede wij naar Sofia zouden gaan, moest om acht uur vertrekken. Om half negen stonden wij echter nog rustig op het perron, omdat een der reizigers nog niet van een bood schap in het dorp terug was. Het bleek toen, dat het in Bulgarije de gewoonte was, dat treinen nooit op tijd zijn en dat men nog op aartsvaderlijke wijze te werk gaat. Er komt echter aan alles een einde en dus ook aan het wachten. Ten slotte gaf de stationschef het teeken en onze trein vertrok. Daar de trein erg vol was, stonden eenige leiders op het voorbalcon van een der wagens. Nu is het een typische bijzonderheid, dat de locomotieven in Bulgarije met hout gestookt worden. Het gevolg ervan is, dat steeds een vonken regen langs den trein zwiept. Wij ver wonderden er ons al over, dat het om liggende land daardoor niet dikwijls in brand geraakt en wij waren hierover nog aan het debatteeren, toen een onzer plotseling bemerkte, dat het voorbalkon van onze wagon in brand stond. Een goed begin dus, van onze avonturen reeks. Direct snelde iemand met veel tegenwoordigheid van geest naar de noodrem en trok daaraan met volle kracht, met het gevolg.... dat de trein goedmoedig door reed. In Bulgarije zijn nl. de noodremmen waarschijnlijk alleen voor versiering aangebracht. Ondartus- schen waren eenige padvinders opge trommeld, die met water uit de veld- flesschen, het vuur manmoedig begon nen te dooven. Een inmiddels aange snelde conducteur vond het veiliger om den trein tot stilstand te brengen en hiertoe verrichte hij een operette-ach- tige manipulatie. Hij ging daartoe zoo ver mogelijk uit het raampje hangen, floot op een fluitje, zwaaide met een lamp en werkelijk, na een goede vijf mi nuten stond de trein al stil, doch de brand was al gebluscht. Wij gingen dus onmiddellijk weder door. Het gevolg van een en ander was, dat wij pas om twee uur 's nachts in Sofia aankwamen waar Jhr. de Brauw ons opwachtte. Gelukkig had onze, aan alles denkende Consul, een extra-tram gehuurd, zoodat wij tot vlak voor ons nachtverblijf een doof stommen-instituut werden gebracht. Het spreekt vanzelf, dat wij hals over kop onder de wol verdwenen. (Wordt vervolgd). val na volbrachten overtocht met een dienstdoenden marechaussée, die de zaak aan zijn superieuren zou over brengen. Twee weken later via ditzelfde veer terugkeerende trof onze zegsman denzelfden marechaussée aan, die inder daad het voorval had gerapporteerd, doch het volgende verklaarde: De be doelde veerboot mag behalve 400 pas sagiers nog bovendien 28000 K.G. ge wicht aan bagage c.a. vervoeren. Het aantal vervoerde personen was bekend en aangezien het totale gewicht van het meerdere aantal vervoerde passa giers nog geen 28000 K.G. bedroeg, was aan het voorschrift voldaan. Door deze verklaring was de marechaussée gerust gesteld. Ons bevredigt die verklaring niet in het minst en streng toezicht op het handhaven van het officieel op 400 pas sagiers vastgestelde aantal passagiers is o.i. een onafwijsbare eisch. Ware de bovenvermelde officieele politioneele interpretatie juist dan had het opschrift op de veerboot moeten luiden: „Toe laatbare belasting 800 passagiers of zoo veel minder als het gewicht der bagage c.a. bedraagt." Immers 400 passagiers wegen circa 28000 kg en dan zou het er in het minst niet op aan komen of de belasting be staat uit passagiers, die bewegelijk zijn en die in een paniekstemming plaatselijk te groote belasting kunnen veroorzaken, dan wel uit een rustige belasting. Blijk baar zien de toezichthoudende autori teiten dat geheel over het hoofd; toch is handhaving van de bepaling, die 400 passagiers en niet meer voorschrijft, dringend geboden. Het is wel droevig, dat oningewijden schrijven over een dienst, dien zij niet kennen. Er is maar één bepaalde veerboot, en die kan 2500 passagiers vervoeren, en als wat haast niet aannemelijk is de schrijver beide keeren een der stoom- booten heeft gehad dan is er nog geen sprake van een maximum van 400 passagiers, want de kleine stoomboot, die op deze lijn vaart, is berekend voor 600 passagiers. Waar alles gedaan wordt om de vei ligheid van de passagiers te verzekeren, moet men eerst goed onderzoeken, al vorens dergelijke aanvallen te doen. De Prov. boot naar Breskens. In Openbare Werken schrijft ir. F. C. J. v. d. Steen v. Ommeren: Onlangs een breeden rivierarm in ons land met een openbaar veer overstekende, merkten wij het volgende feit op: Eén onzer pro vinciale hoofdsteden trekt op markt dagen veel „sightseeing" en naar huis gaande, was de veerboot overvol; zij droeg veel meer passagiers dan 400, die officieel mochten worden toegelaten. Gelukkig was het uiterst kalm en is alles zonder ongelukken afgeloopen, maar van alle aanwezigen maakte zich gedurende den overtocht een angstig gevoel meester. Zelfs waren er enkele personen, die terug wilden, maar daar de boot reeds in beweging was, bleek dit onmogelijk. Eén der opvarenden besprak dit ge- Ik' weet niet, wie U 'bent, antwoord de de detective doos. Hoe weet i'k', of U niet met dat beest salmenspant? Hij is niet erg beleefd, verontschulp diigde Ducros. I'k! begrijp niet, wat hij bedoelt! Alsof ik' er iets mee te m'aken heb! Ik' ken dein man ternauwernood; hij' is een kkunstenaar of zoo iels, geljoof i'k. Hij1 komt me niet eens dagelijks onX der de oogen, voor zoover i'k weetl Daar heb ik niets mee te maken! Ik' moet hem hieruit halen en naar zijn bed brengen, om zijn been te zetten, dat gebroken is, zooals hij beweert. Hebt ge een touw bij de hand? Zoo niet, dan moeten wij naar beneden zien te 'kómen en hem' er uit dragen. Ducros had geen trouw, dus daalde het vreemdsoortige paar een eindje ver der op, waar de spleet meer helde dan daar, waar Wenlove er in was gevallen, naar beneden en slaagde er na veel moeif te en behendigheid in, den gekwetsten man naar de oppervlakte van de heide te brengen. Toen zij met hun last boven waren gekomen, was de detective in zwijm gevallen en hij bleef, hoewel hem1 eenige malen wat brandewijn werd inge goten, in dien toestand, tot hij' in het dorpsziekenhuis in bed was gelegld. Toen Wenlove in het karretje was ge tild, verdween Ducros even vlug en bijna even geheimzinnig als hij verschenen was. Dokter (Morpelh onderzocht het ge kwetste rechterbeen en zag, dat het een enkelvoudige breuk was. Hij zette hel, geholpen door de verpleegster, die in het ziekenhuis woonde, en die inderhaast geroepen was. Ziezoo, beste kerel, nu moet jie maar eens een poosje op je rug blijven liggen, merkte de dokter op, maar dat zal je geen kwaad doen. Waarom je bij nacht over de heide dwaalde, is mij een raadr set! De detective had eenig voedsel ge bruikt en voelde zich nu wat beter. Hij had zijn verstand genoeg bij elkaar, om tegenover ae dokter niets los te laten: hij betreurde bet toch reeds, dat hij zijn tong niet in bedwang had gehouden toen hij de stem van den gewezen mijn werker had gehoord. Ik ben dol op avondwandelingen, was de eenige uitleg, die Wenlove gaf. Ja, we moeten allen boeten voor onze 'kleine zwakheden, merkte de dok ter schertsend op. Die van U zullen U eenigen tijd verhinderen 'kwaad te doen! MIDDELBURG. Zooals reeds Bekend ïs, geeft Zon dag het 'Mididelburgsch Muziekkorps de laatste uitvoering iu de Abdij van 12 tot een uur. Het programma bevat verschillende zeer gewilde nummers en bovendien ook nog geheet nieuwe. Wij noemen slechts La voix des cloc- kes van A. Luigini en om niet te ver geten De Fremersberig, van M. Koenne- mann, als bewijs, dat iets bijzonders te wachten slaat. Wij zijn dan ook van een druk bezoek overtuigd. Het bezoek aan de R. I. A. tentoon^ stelling is gisteren bevredigend geweest en enkele stadgenooten-exposanten deel den ons mede, dat de bezoekers met be langstelling en op rustige wijze de stands in oogenschouw namen, w'aardoor de ex posanten in de gelegenheid waren hun waren te demo.nstreeren. Vooral de stands waar iels vervaardigd wordt, ais bijv. die der pannen, die in de verandai gedemonstreerd werden, had den de belangstelling. Het was weer veel te frisch voor zitten in den tuin en daarom moest „Oefening na den Arbeid" het ook met weinig toe hoorders doen, al had het zeker veel be ter verdiiend, gezien de prestaties. WALCHEREN. VROUWENPOLDER. Woensdag verza melden zich bij het transformatorbuisje Hij was eenigszins Beleedigd, dat Wen love zoo gesloten was, wanthij' had hem tenslotte gered! Het was heel duidelijk dat er meer achter stak dan de patiënt, wilde bekennen. Den volgenden morgen kwam Squire Ja tik' Mark Wenlove Bezoeken, en werd in de slaapzaal gebracht, waar deze de feenige patiënt was. Nadat de bezoeker zijn deelneming had betuigd, vroeg hij'; Hoe gebeurde hét eigfebiijk? Wenlove knarsetandde. Ik' ging Ducros na, en dacht, dat ik zoo slim te werk ging, dat hij het niet merkte. Ilij' liet mij klimmen en dalen en voerde mij tenslotte naar de kltopf. God, wal een sukkel ben ik geweest! ik vergeef mij, mr. Myddleton, maar hij liet de lantaarn op en neer dansen, alsof hij plotseling was gaan hardloo!- pen.. Ik' liep ook hard en welde me meteen in de diepte vallen. Ik trachtte mij aan iets vast te grijpen, waardoor ik alleen bereikte, dat mijn handen werden ontveld. Toen bereikte ik den bodem en moet het Bewustzijn hebben verloren. Toen ik bij1 kwam, meende ik een hatelijk lachjie dicht bij' mij te hoeren. Het deed mijn haren te bergen rijzen en ik' was werkelijk een oogenblik te bang om te roepen. Wenlove hield de gebalde vuist boven de dekens, alsof hij gaarne iemand zou NIET TE BITTER - NIÉT TE ZOET. //7. A NIET TE VET- JUIST GOE0. (Ingez. Med J van de P.Z.E.M. te Gapinge, de burge meester, secretaris, wethouders' en raads leden, benevens de heeren Slooves, de Regt, Van Beugen en Vaider van de RZ, E.M. De heer Slooves, directeur der P.Z, E.M. hield een toespraak', die door den burgemeester, die o.m. zijn volle tevrer denheid te kennen gaf over dei wijke van aanleg en de verrichte werkzaamheden, "werd beantwoord, waarna hij daartoe door den heer Slooves uitgenoodijgd, overf- ging tot inschakeling van den stroomt Onder leiding van den heer Vader werd het transformaltorhuisje bezichtigd, waati- na men zich naar het gemeentehuis bet- waar ververschingen werden aan geboden. Tot Iaat in den avond hecrschte op het dorp een gezellige drukte'. ZUID-BEVELAND. De staking bij de firma A. S. J. Dekker te Goes. GOES. Linsdagavond werd in het Schuttershof te Goes een drukbezochte vergadering van leden van de Goesche vakorganisaties gehouden ter bespreking van de staking, die nu reeds ongeveer vier weken bij de firma A. S. J. Dekker heerscht. De vergadering stond onder lei ding van den heer Brouwer, secretaris van den Chr. Meubelmakersbond. De heer Spaltman, hoofdbestuurder van den modernen Meubelmakersbond lichtte in een duidelijke en met groote aandacht gevolgde rede het uitbreken en het ver loop der slaking toe. In het meubelbedrijf aldus spreker bestaat reeds verscheidene jaren een collectieve arbeidsovereenkomst lusschcn de vakorganisaties en plmS. 430 werkge vers. Daarin zijn de uurloonen geregeld die bedragen, al naar de plaats van ves tiging, 63 tot 72 cent. De werkgevers be talen de volle premie voor de ziektewet, de C-hr. feestdagen worden doorbetaald en de arbeiders genieten een week v;a- cantie. Dit contract is een geweldig stuk sociaal werk, waarop de vakorganisaties met recht trotsch zijn. De arbeidsvoorwaarden in het school- meubelbedrijf zijn reeds eenige jaren lang gelijk aan die in andere meubelbedrijven. Het vervaardigen van schoolmeubelen is nu eenmaal fabrieksnijverheid Aan de firma Dekker is verzocht ook een contract af te sluiten. Uit de (gevoerde correspondentie en gehouden conferentie is echter gebieken, dat de firma niet be;- reid was aan dit verzoek te voldoen. De besturen der organisaties wilden echl- ter niet op een conflict aanst(uren en wilden zelfs voorloopig genoegen nemen met een bevredigende toezegging. Maar ook dit werd niet bereikt. D|e heeren Dek ker wilde niets doen, zoodal niets anders reste dan hel uiterste middel: de stalking. Tenslotte werden de georganiseerde ar beiders opgewekt mede in hun 'belang de slakende arbeiders in hun strijd te steunen. (Applaus). Nadat nog eenige bespreking op1 deze rede gevolgd was, sloot de voorzitter, nadat ook hij de opwekking tot de geor ganiseerde arbeiders om de slakende 'ka meraden in hun strijd te steunen, had onf, derslreept. de vergadering. hebben geslagen. I'k1 schaam mij te moeten bekennen dat die 'beestachtige manier van doen op mijn zenuwen werkte. Deed Ducros dat? vroeg mr. Myddr lelon deelnemend. Hij is werkelijk, een zwarte 'kraai, zooals men hem noem't, 1 Ja, het was heel zeker Ducros! I'k' zal het hem betaald zettenHet ellen digste is, dat ik door dat been minstens een maand gedwongen ben te blijven liggen, en dat wij nog niet verder zijn ;met het opsporen van het koper, dan wij eerst waren! Ik moet het nu aan U overlaten, mr. Myddleton, en ik hoop, dat U meer geluk zult hebben dan ik'. Goed, ik zal zien wat ik doen kan. En na eenige vriendelijke woorden ver liet de Squire hem. Buiten de deur onti- 1 moeite hij juffrouw Keigwin. j I'k' heb juist Uw nieuwen patiënt een bezoek' gebracht, juffrouw Mildred. Hij' schijnt nogal opgewekt, hoewel hij zegt, dat hij bont en blauw is en een gebroken been heeft opgeioopen bij het werkje. I'k' kan mij niet indenken, hoe dal alles gebeurde. Het lijkt zoo'n vreiemde plaats om des nachts heen te gaan! Squire Jack' vertelde haar daarop al les, wat hij' juist had vernomen Verandert dat niets aan uw verzoek', die mannen ongemoeid te laten? vroeg hij' met eenige gestrengheid. Het gebeur^ VERSLAG VAN HET BESTUUR DER GODSHUIZEN OVER HET JAAR 1930. In bovengenoemd verslag wordt, na dat persoonsvermelding in bestuur en personeel genoemd o.a. het volgende ge meld: Uitvoering van de in het vorige jaar verslag genoemde plannen tot het ver beteren der afdeeling voor zenuwpatiën ten bleef dit jaar nog achterwege. De barak voor verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten, aan het Gasthuis verbonden, kan niet voldoen aan de voor dat doel te stellen eischen; het be stuur verwachtte van samenwerking van belanghebbenden gemeenten op Walche ren het tot stand komen eener regeling, die tot stichting van een nieuwen barak in staat zal stellen, waarvoor een in April 1930 aangekocht perceel aan het Noordbolwerk de gewenschle plaats zou kunnen bieden. Ter plaatse, waar thans de barak is gevestigd, ware dan een deugdelijker afdeeling voor verpleging van zenuwpatiënten in te richten dan, na verbetering van de nu voor die pa tiënten in gebruik zijnde lokaliteiten, daarvoor zou kunnen worden verkregen. Het kwam dus raadzaam' voor aan de afdeeling voor zenuwpatiënten alleen en kele zeer dringende reparaties te doen uitvoeren en verbetering, van de ver- plegirigs'gelegenheid .van die patiënten eerst ter hand te nemen wanneer lOml- trent stichting' van een nieuwe barak overeenstemming is verkregen. Aan het einde van het verslagjaar was echter dienaangaande nog geene regeling lot stand gebracht. Het (gebouwtje voor bewaring van röntgenfilms, waarvan in het jaarver slag over 1929 reeds werd gesproken, werd in 1930 gebouwd; ook de werk kamer voor den röntgenoloog en het spreekkamertje in het Gasthuis, in het vorige jaarverslag genoemd, kwamen ge reed. De bewaring der films in Bedoel d ^ge bouwtje hetwelk geheel vrij in den tuin van het Gasthuis is geplaatst op aanmer- kelijken afstand van de andere gebouwen reduceert het brandgevaar tot een mini mum. Intusschen brengt bewaring in de, met het oog op dat gevaar, onverwarm de ruimte, het bezwaar met zich, dat de films op den duur vochtig worden, zoodat 'zij van tijd tot tijd inoefen worden gedroogd, hetwelk ongerief oplevert. Een afdoende oplossing voor de bezwaren is dus nog niet gevonden. Reeds in het vorige jaar waren de beveiligingsmaatregelen tegen brandge vaar in het Gasthuis en het Oude Man nen- en Vrouwenhuis verbeterd door aanschaffing van een aantal dieuwe mi- nimaxen. De brand van 7 December 1929 te dezer stede, was: voor het be stuur eene aanleiding nog' meerdere voor zieningen te treffen: in beide gestichten werden thans brandleidingen aange bracht. Op de verdieping van het Gasthuis werd een algemeene verbandkaimer en een afzonderingskamer ingericht. Met de Provinciale Zeeuwsche Ver- eeniging lot Bestrijding der Tuberculose werden onderhandelingen gevoerd aan gaande den bouw van een nieuw con- de had hem zeer op Ducros vertoornd I'k' geloof, dat Ducros het verdient, maar George Manson heeft er niets miee te maken gealid. Zijn dochtertje is zeer ernstig ziek', en daar ik pas van „De Klippen" 'kom, weet ik, dat hij gisteren fen vannacht in het geheel niet uit is get weest, voegde zij er zachtjes bij.. Margaret vertelde mij' maar dat is nu nog een geheim dat haar man reeds lang heeft ingezien, lioe slecht hij gehandeld heeft; dat de ziekte van het -kleine meisje, dat hij boven alles lief heeft, een anderen man van hem heeft gemaakt en dat hij bij de eerste gelegenf heid de 'beste bij U Vil 'kómen en U alles wil bekennen. En hoe moet het dan met zijn ka meraad gaan? Die schijnt niet veel be rouw te hebben, te oordeelen naar het gebeurde van dezen nacht. Margaret Manson vertelde mij, dat jhaar man eerst aan Ducros wilde zeg gen, wat hij van plan was. Dan hoop i'k', dat liij' op een vei lige plaats zal doen, want als zij alleen zijn, geef ik geen cent voor MansoifS leven U gelooft l|otih niet verkfelijk, dat fdjie man zoo slecht is? vroeg Mildred ver schrikt. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1931 | | pagina 5