W e stkapelle»
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE
MIDDELBURGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 4 APRIL 1931. No. 80.
DE LIBERALEN EN
DE LANDBOUW.
ft
jmma
door
Dr. S. E. B. BIEREMA,
m van de Tweede Kamer der Staten-
GeneraaL
We leven in een tijd, dat op velerlei
gebied wordt geroepen om een nieuwe
«ciënteering en velen valt het moeilijk
réch aan te passen aan de eischen van een
nieuwen tijd. Niet het minst geldt dit op
bet gebied van de handelspolitiek.
De handelsconventie van Genève, een
aerate bescheiden stap om te komen tot
een geleidelijke afbraak der tolbarrières,
is mislukt door de houding van Engeland,
van welk land men dat allerminst ge
meend had te mogen verwachten. Er
gaan in dat land, van oudsher het bol
werk van den vrijhandel, vele stemmen
op om te komen tot een algemeen in
voerrecht, dat natuurlijk wel wordt aan
gediend als fiscaal, maar waaraan een
beschermende bedoeling volstrekt niet
vreemd is. In midden-Europa is .--en tol-
unie tot stand gekomen, die van vér
strekkende gevolgen kan zijn voor de
omringende landen. De handelspolitiek
van Sovjet-Rusland vormt een voortdu
rende bedreiging voor alle overige lan
den en het is te vreezen, dat de economi
sche waanzin met zijn invoerrechten en
uótvoerpremies verderen voortgang zal
•lebben,
is er wel iemand, wien volkomen hel
der voor oogen staat, wat onder deze
omstandigheden wel en niet moet wor
den gedaan?
Het komt mij voor, dat het eenige juis
te standpunt, dat men onder de gegeven
omstandigheden kan innemen, daarin be
staat, niet dat men het roer gaat omwer
pen om een principieel geheel anderen
boers in te slaan, maar dat men door
tijdelijke maatregelen de excessen weg
neemt, die daaruit voor groote groepen
der bevolking voortvloeien. En dit geldt
te meer, wanneer gelijk thans een groo
te groep in de verdrukking verkeert, die
zooals de boerenstand niet alleen econo
misch, maar ook voor de instandhouding
van de volkskracht voor den geheelen
staat van eminente beteeksnis is. De
omvang, dien de malaise in het land
bouwbedrijf heeft aangenomen, die dui
zenden op het platteland dreigt te gron
de te richten en het economische leven
vaat geheele provincies totaal te ont
wrichten, maakt het noodzakelijk direc-
ten steun te bieden. Van de noodzake
lijkheid daarvan is de geheele volksver
tegenwoordiging overtuigd, zooals wel
duidelijk is gebleken uit de behandeling
van de suikerbietensteunwet, waartegen
alleen van communistische zijde verzet
werd geboden.
Het bleek nog duidelijker uit den aan
drang, die door alle partijen op de Re-
geeering werd uitgeoefend een meer vrij
gevige houding aan te nemen, omdat men
den voorgestelden steun onvoldoende
achtte.
Het is te begrijpen en te billijken, dat
oor hen, die onder zoo grooten druk
aerkeeren, elke vorm van steun welkom
ós. Een volksvertegenwoordiger moet
echter niet alleen de belangen der ver
schillende groepen der bevolking, die
daarbij in het geding zijn, tegen elkaar af
wegen, hij moet er zich ook ter dege
aekening van geven, dat men niet kunst-
:taatig in stand houdt, wat door de gewij
zigde omstandigheden misschien geen re
alen van bestaan meer heeft. Tijdelijk
anag men wel in een dergelijk geval steun
verleenen, maar dan ook alleen met de
'uitgesproken bedoeling het bedrijf in de
gelegenheid te stellen zich opnieuw te
■oriënteeren.
Moeilijke vraagstukken geldt het hier
ie beoordeelen. Want de moeilijkheden,
waarmede onze landbouw thans wor
stelt, zijn deels van kunstmatigen, deels
■»ok' van natuurlijken aard. Het is vrijwel
onmogelijk met eenige zekerheid te zeg
gen, aan welke van beide factoren de
grootste beteekenis moet worden toege
schreven. Men kan niet anders dan af
wachten, hoe de dingen zich zullen ont
wikkelen. Zoolang er echter geen zekere
conclusies kunnen worden getrokken,
zoolang niet vaststaat, dat onze bedrijven
^ich niet zullen kunnen aanpassen aan
gewijzigde omstandigheden, zoolang
-ou het toch economisch niet te verant
woorden zijn, misschien volkomen le
vensvatbare bedrijven te gronde te laten
gfclcLB,
De tijdelijke steunmaatregelen, die ge
komen worden, zijn dan ook bedoeld om
het akkerbouwbedrijf over het doode
punt heen te helpen en deze maatrege
len zijn ook m liberale oogen volkomen
gemotiveerd.
Wanneer nochtans de meerderheid der
Jiberale Kamerfractie gemeend heeft
Éaar steun aan de tarwewet te moeten
•onthouden, dan is dat geen gevolg ge
weest van het mzicht, dat geen steun
moest worden geboden, maar alleen een
gevolg daarvan, dat de halsstarrige hou
ding van den Minister ten opzichte van
i-en poging, om de uit het ontwerp voort
vloeiende nadeelen voor andere groepen
der bevolking zoo gering mogelijk te ma-
sen, m hooge mate onredelijk was. Het
desbetreffende amendement Boon-Oud
•was ook aan de rechterzijde met sym
pathie begroet en zou zonder twijfel met
groote meerderheid zijn aanvaard, indien
de onaannemelijk-verklaring de partijen
ter rechterzijde niet het hoofd had doen
buigen.
Bij de behandeling van het ontwerp
tot het heffen van opcenten op den ta
baksaccijns voor sigaretten zag men het
zelfde. Met uitzondering van de heeren
Van den Heuvel, Weitkamp en Van Poll
stemde toen de geheele rechterzijde te
gen de afschaffing van de crisisopcenten
op de grondbelasting wegens ongebouw
de eigendommen, omdat het betreffende
amendement onaannemelijk was ver
klaard. Alle overige partijen stemden
toen vóór.
Er is zeker geen reden al te zeer te
juichen over de steunmaatregelen, die
tot dusver tot stand zijn gekomen. Men
stelle het echter niet voor, alsof hier zou
zijn gebleken van een sterke tegenstel
ling tusschen stad en platteland. De in
Zeeland in zoo sterke mate ondervonden
moeilijkheden bij de suikerbietencultuur
maakten het reeds in 1929 wenschelijk
steun te bieden. Men meene echter niet,
dat daartoe ondernomen pogingen in
landbouwkringen elders in ons land steun
en waardeering zouden hebben gevonden.
Schrijver dezes heeft dienaangaande bij
de verkiezing in 1929 eenige ervaring op
gedaan, en die ervaring is, dat bedoelde
pogingen veel sterker werden afgekeurd
in landbouwkringen dan door
de stedelijke bevolking! Velen, die
zich tfans opwerpen als vurige voor
vechters van boerenbelangen behoorden
t o e n tot de felste bestrijders van steun
maatregelen. Dit is niet bedoeld als een
verwijt, maar louter om te illustreeren,
dat ieder mensch tijd noodig heeft om
zich in te leven in nieuw opkomende
moeilijkheden.
ft
Is het dan wonder, dat een politieke
partij als de liberale, die in haar vaandel
de ontwikkeling van de zelfstandige
kracht heeft geschreven, nauwgezet een
vorm van steun wil overwegen, die niet
leidt tot verslapping, waartoe ieder
mensch maar al te gemakkelijk neigt, en
waarbij niet of althans zoo weinig moge
lijk de eene groep der bevolking wordt
bevoordeeld ten koste van een andere?
De liberalen hebben waarlijk overigens
wel reden trotsch te zijn op him aandeel
in de emancipatie, de bevrijding, van den
boerenstand. Wie zijn het anders ge
weest dan de liberalen en hunne geeste
lijke voorgangers, die de boerenbevolking
hebben opgeheven uit hun stand van on
mondigheid en economische onderwor
penheid, waarin zij werden gehouden on
der het gildenstelsel, waarnaar de katho
lieken nu nog met heimwee terug ver
langen?
Het vrije bedrijf heeft de bevrijding der
boerenbevolking gebracht en dit tot
stand te hebben gebracht blijft de ver
dienste van het liberalisme.
STUKKEN
VOOR DEN GEMEENTERAAD VAN
MIDDELBURG.
Vergoeding over 1931 ge
bruik laboratorium»
B. en W. stellen voor de vergoeding
door den Vee-Vleeschkeuringsdienst
Vlissingen over 1930 aan den dienst Mid
delburg verschuldigd wegens medege
bruik van het laboratorium enz. te be
palen op f 640.48,
Subsidie-verhooging Vreem
delingenverkeer.
In de vergadering van 27 November
1929 werd met 10 tegen 7 stemmen ver
worpen het voorstel van B. en W. om,
naar aanleiding van het desbetreffende
verzoek van het Bestuur der Vereeni-
ging tot bevordering van het Vreemde
lingenverkeer in Walcheren, het ge
meentelijk subsidie ad 450.voor
1930 te verhoogen tot 1000.
Thans heeft genoemd Bestuur ander
maal zich tot den raad gewend, nu met
het verzoek het jaarlijksche gemeente
subsidie te verhoogen tot ten minste het
bedrag der jaarlijksche contribuf.ën.
Over 1930 beliep laastgenoamd bedrag
1245.zijnde rond 245.meer dan
het gemiddelde der jaarlijksche contri
bution over de jaren 1927 tot en met
1929.
Bij de afwijzende beslissing door den
raad is zeer zeker ook het, volgens de
tegenstemmers, betrekkelijk age bedrag
der jaarlijksche contributiën van parti
culieren destijds een niet te verwaarloo-
zen factor geweest en de meerderheid
van B. en W. meent daarom goed te doen
de bijzondere aandacht voor de hier-
voren vermelde stijging te vragen.
Diezelfde meerderheid sta^t ten aan
zien van eventueele subsidie-verhooging
nog op hetzelfde standpunt als in 1929
en ditzelfde geldt ook voor de minder
heid.
De meerderheid meent intusschen, dat
de voorzichtigheid, die toen, op het punt
van subsidieering van particuliere ver-
eenigingen werd geboden geacht, in de
huidige, voor de Gemeente niet bepaald
gunstige omstandigheden eene verhoo
ging, zooals toen door het haar voorge
steld, onraadzaam doet zijn, en dat de
Gemeente niet verder behoort te gaan
dan eene verhooging tot 750.
De minderheid achtte indertijd eene
subsidie-verhooging niet gewettigd met
het oog op den financieelen toestand der
Gemeente. Zij is van oordeel, dat die
toestand beslist slechter is gaworden en
derhalve elke verhooging dimt te wor
den afgewezen.
Resumeerende stellen B. en W. voor
aan de adresseerende Vereeniging, ge
rekend te zijn ingegaan op 1 Januari
1931, een jaarlijksche subsidie van 750
te verleenen en de verhooging te vinden
uit den post voor Onvoorziene Uitgaven.
De C. v. Fin. deelt het volgende mede:
De meerderheid der Commissie is van
meening, dat voor Middelburg het
vreemdelingenverkeer een bron van in
komsten beteekent en zij, ook in deze
benarde tijden, zich met het voorstel van
B. en W. kan vereenigen, vooral nu door
het kleine bedrag meer dan bij het vorig
voorstel met den financieelen toestand
der gemeente rekening is gehouden.
De minderheid evenwel staat nog op
hetzelfd" standpunt als indertijd door
haar ingenomen, te meer zelfs daar de
financieele toestand der gemeente sedert
dien eer slechter dan beter is geworden.
Verhuring gemeentegrond.
B. en W. stellen, gesteund door de
beide raadscommissies voor 40 c.A.
grond aan het Smidsbolwerk opnieuw
voor 1 jaar te verhuren aan A. Abra-
hamse, en 80 c.A. aan het Cellebroers-
hof aan J. L. de Lange.
Overneming grond.
B. en W. stellen, eveneens gesteund
door beide commissies voor 12 vierk. M.
grond voor woningen in den Jodengang
om niet van de eigenaars over te nemen.
Aanplakken verkiezings
biljetten.
Evenals in 1929 geschiedde met het
oog op de verkiezing .van leden der 2e
Kamer van de Staten-Generaal, wen-
schen B en W. ook dit jaar, in verband
met de aanstaande verkiezingen voor de
Provinciale Staten van Zeeland en den
Gemeenteraad, uitbreiding te geven aan
het aantal plakgelegenheden voor ver
kiezingsbiljetten en dergelijke.
Zij laten een lijst volgen van gebou
wen, gesplitst in die, welke eigendom
zijn van de Gemeente, en die, welke aan
particulieren toebehooren, op welke in
de aanstaande verkiezingen het koste
loos plakken zal kunnen wo den toege
staan.
Voor wat betreft de laatstvermelde
categorie van gebouwen en eigendom
men zal dan de Gemeente ervoor die
nen te zorgen, dat op haar kosten, na
afloop der verkiezingen, de aangeplakte
biljetten behoorlijk worden verwijderd
en de muren worden schoongemaakt.
Over het algemeen worden voor het
opplakken der biljetten kleefstoffen ge
bruikt, die zóó vast in de poriën van
steen en hout doordringen, dat bedoelde
biljetten later niet dan met de grootste
moeite kunnen worden verwijderd,
waarbij als regel de muurvlakken enz.
ernstig beschadigd worden. Bovendien
vloeien uit een en ander tamelijk belang
rijke kosten voort om alles te herstellen,
bij te werken en over te schi'deren.
Ter voorkoming van deze moeilijk
heden zouden B. en W. daarom tijdelijk
kosteloos en voor dit speciale doe plak
middelen (stijfsel) ter beschikking van
aanvragers willen stellen en gelijktijdig
wenschen te bepalen, dat op de extra-
plakgelegenheden niet anders dan met
hetgeen door de Gemeente is verstrekt
mag worden geplakt.
De bovenvermelde lijst luid als volgt:
Gemeente-gebouwen en -eigendommen:
de muren van het Stadhuis in den
Helm; de muren van de Stadsschuur; de
muren van de Gasfabriek "aan het Mo
lenwater; de muren van de Nieuwe
Poort; de muren van school J aan het
Veerschc Bolwerk; de muren van de
Stadsrijschool aan den Zuidsingel
Gebouwen en eigendommen van par
ticulieren
de muren der kolenbergplaats aan de
Bree E 210; de muren van het hoekper-
ceel (pakhuis) Korte Noordriraat L 73
en Penninghoeksingel; de muren van het
machinegebouwtje der Kon. Mij. ,,de
Schelde" bij de Bateau-port; de in de St.
Jorisstraat aanwezige tuinmuur van het
perceel Lange Noordstraat L 124
Naar B. en W. vertrouwen, zul'en bij
deze regeling de verschillende politieke
partijen wel in zooverre willen mede
werken, dat zij geen aanbevelingen plak
ken dan wel schrijven buiten de gemeen
telijke aanplakborden en dj hi er voren
aangeduide plakplaatsen. Moch1 zulks
onverhoopt toch geschieden, zoo zullen
zij dusdanige aanbevelingen zoo spoedig
mogelijk doen verwijderen.
Sluiting voor café's enz,
fn de vergadering vam 25 Febr. wer
den in handen van Bi. en Wi. gesteld ter
fine van praeadvies een adres Van het
plaatselijk Drankweercomité alhier, .hou
dende verzoek het sluitingsuur van café's
in deze geineente met éénl uur te ver
vroegen en te bepalen op des avonds
11.30 uur, benevens een: adres van de
afd. Middelburg en omstreken van
den Nederlandschen Bond van Koffie
huis- Restauranthouders en slijters en
van .,de Hanze", afd Middelburg, waar
bij gevraagd wordt niet aan dat ver
zoek te voldoen en het sluitingsuur te
handhaven op het thans daarvoor- be
staande tijdstip, zijnde des avonds om
12.30 uur.
Naar aanleiding van een en ander
deelen Bi. en W. mede, dat zij zich groo-
dendeels knnnen vereénigen met de mo
tieven. neergelegd in bet adres van de
afdeeling Middelburg en omstreken van
den Nederl. Bond van Koffiehuis^, Re
stauranthouders en slijLers om het be
staande sluitingsuur te handhaven.
Ook zij staan op het standpunt, dat het
sluitingsuur van café's en dgl. inrichtin
gen op zoodanig tijdstip behoort gesteld
te zijn, dat, na aankomst van den Laat-
sten trein, des avonds ocnl 11.45 uur
nog gelegenheid behoort te zijn voor
Waizigers om iets ter verfrissching of
restauratie te bekomen.
Bovendien heeft het thans bestaande
(slluitingsuur nimmér tot bezwaren aan
leiding gegeven, terwijl de motieven, die
door adressante worden aangevoerd om
tot een vervroeging Van dat uur te gera
ken. hen overdreven toeschijnen en een
ongewenschte beperking van de persoon-
lijkje vrijheid van de burgers.
Op .grond van het vorenstaande stel
len zij voor op het adres van het Drank
weercomité afwijzend te beschikken.
Verlenging termijn»
B. en W. stellen voor om in verband
met den bouw van 10 één-gezinswonin
gen den ternpjn voor ontruiming van
perceel Kinderdijk P 100 te verlengen
met 6 maanden ingaande 14 Mei.
Beschikbaarstelling school-
gebouw*
Nadat B. en W.'d.d. 25 Febr. 1930
hadden voorgesteld medewerking te ver
leenen aan het verzoek van het bestuur
der Ver. tot het verstrekken vhn L. on
derwijs op Gereformeerden grondslag al
hier door beschikbaarstellingj met latere
/eigendomsoverdracht, van het gebouw
der voormalige school I aan de Verwe-
rij,straat, bleef bedoeld voorstel in de
vergadering van 2 April d.a.v. buiten be
handeling als gevolg van de aanneming
van een voorstel-Paul e.s. tot afwijzing
van het gedane verzoek.
In beroep nochtans bevolen Ged. Sta
ten van Zeeland bij beschikking van
24 October dat de raad alsnog de ver
zochte medewerking zou hebben te ver
leenen.
Tegen de beschikking van Ged. werd
krachtens besluit van 5 November '30
voorziening gevraagd bij de Kroon.
Bij Kon. besluit van 27 Febr. j.l. is dit
beroep ongegrond verklaard^ zoodat door
den raad thans medewerking zal dienen
te worden verleend, waartoe trouwens
het bestuur der Bijz. school, blijkens
•schrijven van 16 Maart j.l. opnieuw
het verzoek heeft gedaan.
B.. en W. adviseeren derhalve tot on
gewijzigde aanneming van hun voorstel
dd. 25 Febr. a.p. met deze wijzig'ng dat
de beschikbaarstelling geschiedt met in
gang van 1 Sept. '31 of zooveel eerder
als in verband met het in-orde-maken
van hel gebouw mogelijk zal blijken.
Afwijzende beschikking'
C. Geensen, eigenaar der woning Hee
renstraat H 132. verzoekt het besluit van
25 Febr. tot onbewoonbaar-verklaring
van bedoelde woning weder in te trek
ken, aangezien dat besluit is genomen
wegens nalatigheid in het aanbrengen
der voorgeschreven verbeteringen en hij
die verbeteringen wèl zou hebben aan
gebracht.
Bi en W. herinneren era am dat de on-
hewoonbaarverktaring is uitgesproken
wegens het niet aanbrengen der voopge-
■sichreven verbeteringen, door welige, de
woninp weder in bewoonbaren staat had
kunnen zijn gebracht, en welke beston-
uit:
Ontbreken van een W. C. voorzien van
licht en lucht, verzwaring en rechtleggen
der balklaag in het sousterrain. herstel
van den zijgevel aan de tuinzjjde, aan
brengen van nieuwe ramen in het dak-
kozijn, herstel van vloeren en trappen,
behoorlijk beweegbaar en sluitbaar ma
ken van ramen en deuren en dat de aan
schrijving tot verbetering was gedaan
krachtens besluit van B. en W. van 26
Maart 1929.
Voorts merken zij op, dat alvorens
hun voorstel tot onbewoonbaarverkla
ring werd gedaan, nog een nauwgezette
inspectie der betrokken woningen heeft
plaats gehad.
Daarbij is, voor wat de woning Hee
renstraat H 132 betreft, gebleken, dat de
eigenaar de verbeteringen op de meest
primitieve en zeer onvoldoende wijze
heeft doen aanbrengen. Het geheele
pand verkeert, voor wat vrijwel alle on
derdeden aangaat, in een desolaten toe
stand, zoodat van een behoorlijke woon
ruimte niet meer kan worden gesproken.
Op grond van het vorenstaande stel
len B, en W. voor afwijzend op het
adres van Geensen te beschikken
Steunverleening aan werkloozen»
In de vergadering van 25 Februari
werd besloten de hoofden van gezinnen,
kostwinners en kostgangers, niet bij
ouders inwonend, te steunen door ver
strekking van ,een toeslag ad 20 pet. op
de uitkeering der werkloosheidskassen,
tot een maximum van 19.per week
als gezamenlijke uitkeering en met dien
verstande dat de toeslag alleen wordt
verstrekt, wanneer het kasbestuur van
den betrokken Minister toestemming
heeft verkregen om den uitkeeringsduur
der kas te verlengen.
Voorts machtigde de Raad in diezelfde
vergadering B. en W. om aan den Mi
nister van Binncnlandsche Zaken en
Landbouw goedkeuring te vragen op en
bijdrage voor /eene, zoo noodig in te voe
ren steunregeling, welke naar de opvat
ting van B. en W. zou behooren te gel
den voor werklieden van de ,,Vitrite
Works", van „de Schelde" en van de
Ijzergieterij der firma Boddaert Co.,
alsook voor timmerlieden, meubelma
kers en schilders.
I _£Ingec. Med.)
Na desbetreffende briefwisseling met
den Minister heeft deze thans voor het
tijdvak 15 Maart tot en met 25 April ten
aanzien van de alnier woonachtige werk
loozen der 3 hierboven met name ge
noemde bedrijven de navolgende steun
regeling geldig verklaard en daardoor
een Rijks-subsidie van 55 pet. toegezegd,
I. Voor uitgetrokkenen:
avoor gehuwden en ongehuwde kost
winners 12.per week, benevens
1.25 per gezinslid boven 2 personen
(tot een maximum van 19.
b. voor kostgangers 8;per week.
II. Voor dubbel uitgetrokkenen regle
mentair nog niet rechthebbenden en on
georganiseerden:
a. voor gehuwden en ongehuwde kost
winners 11.per week, benevens
1,per gezinslid boven 2 personen
(tot een gezamenlijk maximum van 17);
b. voor kostgangers 7.per week.
III. Een buiten beschouwing laten der
eerste 3.van het inkomen b'j bepa
ling van den inkomsten-aftrek kan niet
worden toegestaan.
IV. Kostgangers zijn de ongehuwden»
die bij vreemden inwonen. Echter wor
den niet gesteund:
akostgangers beneden 21 jaar tenzij
hun ouders overleden zijn;
b. kostgangers boven 20 jaar doch be
neden 30 jaar, wier ouders in Middel
burg of een aangienzende gemeente wo
nen, tenzij de betrokkene reeds langer
dan 1 jaar niet bij zijn ouders inwoont;
c. kostgangers, die tijdens hun werk
loosheid zich te Middelburg hebben ge
vestigd of, toen zij werkloos waren,
kostganger geworden zijn, tenzij dit een.
gevolg mocht zijn van het overlijden der
ouders van den betrokkene.
Ofschoon de juist vermelde regeling in
sommige opzichten belangrijk minder ver
gaat dan B. en W. hadden gewenscht,
hebben zij toch gemeend haar tc moe
ten aanvaarden.
Voor die categoriën, welke de Minis
ter buiten de regeling doet vallen, zou
den zij vooralsnog den loop van zaken
willen afwachten. Mochten mettertijd
maatregelen voor hen noodig blijken,
zoo zullen zij hen op andere wijze trach
ten te helpen door een van Rijkswege ge
subsidieerde steunregeling. Voor zoover
die hulp niet door werkverschaffing
mogelijk zou zijn, zal alsdan aan den Mi
nister gevraagd worden of hij bezwaren
heeft tegen invoering eener gemeente
steunregeling voor die personen en wier
kosten geheel voor rekening van de Ge
meente zouden komen.
Voor wat betreft de financieerlng der
uitgaven, voortvloeiende uit den te ver
leenen toeslag, genoemd in den aanhef
van dit voorstel, en uit de steunverlee
ning, merken B. en W. op, dat de Ge-
meentebegrooting 1931 een post van
3000.is uitgetrokken vooi „steun bij
verplaatsing van arbeidskrachten en
aan buiten woonplaats werkers",
doch die omschrijving de vorengenoem
de uitgaven niet zou dekken. Zij stellen
voor de omschrijving van dat volgnum
mer nader te doen luiden „Steunver
leening aan werkloozen alsook bii ver
plaatsing van arbeidskrachten en aan
buiten woonplaats weikers" het
tevens met 5000.te verhoogen, daar
tegenover onder de Inkomsten in te voe
gen een nieuw volgnummer „Bijdrage
van het Rijk in de kosten van steunver
leening aan werkloozen ad 2750.en
eindelijk den post voor Onvoorziene Uit
gaven te verminderen met 2250.—
Na hei opmaken van dit voorstel is
bekend geworden, dat binnenkort de
Meelfabriek weder stil zal komen te
liggen.
B. en W. vragen daarom machtiging
aan den Minister te verzoeken de be
trokken werkloozen ook onder de steun
regeling te rangschikken.
Zij hebben aan de C. v. Fin. verzocht
over het voorstel mondeling in dea
Raad te willen adviseeren..
Abonnementen en Advertentiën vooi
dit blad worden aangenomen door
den Agent K. LIE V KNSB.