^rooinciale ürecmu sche XXEEELT^r No. 5 4. Twee bladen. DONDERDAG 5 MAART 193 1. Eerste Blad. 174e Jaargang. IN ONZE STATEN-GENERAAL. BINNENLAND. W! IB® SIS ZEELAND. MIDDELBURGSCHE COURANT De abonnementsprijs bedraagt voor Middelburg en 't agentschap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per kwartaal. Week-abonnementen in Middelburg 18 cent per week. De advertentieprijs is, voor de gewone advertentiën 30 cent per regel; voor ingezonden roededeelingen 60 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager Men vrage daarvoor de tarieven. UITGAVE:, N.V. MIDDELBURGSCHE COURANT Lange St. Pieterstraat, Middelburg Telefoonnummers: Redactie 269 Administratie 139 Postcheque en Girorekening 43255 Familieberichten en dankbetuigingen: van 17 regels 2.10; elke regel meer 30 cent. In de rubriek „Kleine Advertentiën" worden, mits *st~ drukkélijk daarvoor opgegeven, advertentiën, tot niet meer dan 5 regels opgenomen a 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiën onder „Brieven" ol „Bevragen bureau dezer courant" 10 cent extra. Bewijsnummers 5 cent. Niet al te bescheiden 1 Dit is wel politiek, maar géén partij politiek. Het is een wenk voor griend en on- vriend, dus net als de radio: iedereen mag er naar luisteren en z'n voordeel er mee doen Boos kan niemand er om worden. De wenk is deze: wees in tweederlei opzicht niet te bescheiden. In de eerste plaats niet, waar het de waarde van uw, dit i» van één stem, betreft. In de tweede plaats: dien niet tè kleine candidaten- lijsten in. Waartoe overmaat van bescheiden heid in deze beide opzichten kan leiden, daa-van schrijft Roos in de dezer d agen verschenen „Vrijheid". Voor de waarde van één stem verhaalt hij het hopelooze geharrewar in Rhenen, waar men in 1927 den Raad van rechts op links poogde om te schakelen, door één der op de A.R. uitgebrachte stemmeni "voor ongeldig te verklaren. Het zou ons te ver voeren, wanneer we die verdrietige historie op den voet volgden; genoeg zij, dat het einde daarvan in April 1929 nog niet gekomen was En dat alles door één stem. Vooral bij de straks komende gemeenteraadsverkiezingen geldt bet ook in dit opzicht scherp te staan Wat het gevaar van te bescheiden- korte lijsten betreft, die uitgeput raken, vertelt de schrijver het volgende: Te Heemstede bedankte Mevrouw B. het vorige jaar voor het lidmaatschap van den Raad, terwijl zij de laatste der, op de S. D. A. P.-lijst, voorkomende can- didaten was. Haar zetel werd aan de R.-Katholieken toegewezen, die daar door de meerderheid in den Raad verkregen. Van die machtspositie maak ten deze een gepast misbruik. Op hun voorstel werd n.l, een loonregeling aan genomen, waarbij een toeslag voor groote gezinnen werd toegekend, terwijl een dergelijke regeling reeds vroeger tweemaal was afgestemd. De woordvoerder der Liberale fractie verklaarde dan ook zich voor te behou den, zoodra de gelegenheid voor de tegenstanders gunstig zou zijn, opnieuw op het pas genomen besluit te zuden terug komen. Weinig continuïteit, maar aan wien de schuld? Dus met grootmoedigheid den voor allen welgemeenden Raad, nu reeds "e geven: komt allen op, brengt allen vol gens uw overtuiging uw stem uit, en zorgt voor candidatenlijsten, die in 4 jaren niet uitgeput raken Van de andere sprekers geen van allen waren erg enthusiast maken we nog melding van een merkwaardige op merking van, den heer Kranenburg (v,d die het z.g.n. „verhoor op vraag punten van den heer Albarda" incon stitutioneel achtte Wel ja, men moet maar durven: wanneer de heer Albarda c.s. blijkens zijn en zijner partijgenooten uitlating tot iets heel erg inconstitutio neels, tot iets; waarop in staat van oor log de doodstraf staat, plannen beramen, en de minister v-aagt, misschien op tot dusverre eenigermate ongebruikelijke wijze, wat de heeren van plan zijn dan moet deze vraag noodig als incon stitutioneel gebrandmerkt worden. TWEEDE KAMER. Indische begrooting. De afdeeling Justitie werd gisteren aangenomen met 50 tegen 18 stemmen. Bij de afdeeling finantiën drong de heer Cramer (s.d.) aan op een opium- verbod, en zijn partijgenoot de heer Ter Laan (s.dop verhooging van oude pensioenen van militairen. Ook de heeren Van Boetzelaer (c.h.) en J o e k e s (v.d.) en v. d. Bilt (r.k.) na men 't daar voor op. De heeren F e b e r (r.k.l en Van Kempen (lib.) bepleit ten beperking van den opiumhandel. De heer de Visser (comm.) critiseert de Indische financieele politiek en de mis leiding van de weermacht door de pro paganda. De minister van koloniën, de heer d e G r a a f f zeide, dat alleen door inter nationale samenwerking het opiumkwaad kan best-eden worden. Gelijkstelling van oude mil-taire pensioenen met die van tegenwoordig stuit af op een finantieele onmogelijkheid. Bij de afdeelirig Binnenlandsch Be stuur besprak de heer Cramer (s.d.) nog de opheffing van het dubbel be- stuursstelsel, de heerendiensten en den gedwongen arbeid; de heer Feb er (r k.) vroeg wanneer de afschaffing van de onderteekening der conventie tot op heffing van dien gedwongen arbeid kan worden tegemoetgezien. Minister d e G r a a f f zeide toe, de onderteekening dier conventie van Genève te zullen oe- vorderen. Hij zeide verder dat de be- stuurshervorming geleidelijk voortgaat. Eindelijk onderwijs, waarbij de heer Gerhard (s.d.) verbetering van den onderbouw van het onderwijs bepleitte Hij zet heden zijn rede voort. Waarom ligt bij velen het ideaal zoo ver? Laat ons eenvoudig doen, wat onze hand vindt om te doen. De kleinste plichten kosten dikwijls den meesten strijd, maar moeten wij ze daarom ontloopen? EERSTE KAMER. Algemeene Beschouwingen, Het nut van algemeene beschouwin gen lijkt over het algemeen niet zoo heel groot men gevoelt altijd eenigs- zins het element van „voor de tribune spreken in maar voor de Eerste Kamer lijkt het al zeer problematiek. Ten ware dan, dat men van de veron dersteld oudere, knappere en meer be zadigde heeren, die in den senaat zitten, wijzer woorden verwacht dan van den overkant des Binnenhofs Enfin, ze moeten gehouden worden (niet de heeren, maar de alg. beschou wingen) en dus is men er gisteren aan begonnen. De heer Rink (lib.) besprak drie punten, n.l. het zich handhaven der re geering, zij het met krachtige middelen, het niet meer bestaan der rechtsche coa litie en de thans niet waarschijnlijke samenwerking tusschen r.k. en s.p. Hel stellen der portefeuillekwestie in onder scheidene gevallen acht hij niet incon stitutioneel. Met overtuiging zeide spr. dat van een rechtsche coalitie den eer sten tijd niets komt, evenmin als van samenwerking tusschen r.k, en s.d, Spr, meende, dat extra parlementaire kabinetten voorloopig nog wel zullen blijven bestaan al behoeven die niet steeds rechts gezind te zijn DEFENSIEBEGROOTING. Aan de Memorie van Antwoord op het V. V. der Eerste Kamer van de defensie- (begrooting ontleenen wij: De proeven met modellen van gasmas kers voor de burger,bevolking zijn thans geëindigd, zoodat de minister ter zake over volledige deugdelijke gegevens be schikt betreffende verschillende fabri katen. De minister is met zijn ambtgenoot van Binnenl. Zaken en Landb. in over leg getreden aangaande het bepalen van de meest doeltreffende wijze, waarop in deze zal moeten worden voortgegaan. Binnenkort zal een nieuwe, in tal van opzichten uitgebreide en verbeterde uit gave verschijnen van de „Aanwijzingen luchtbeschermingsdienst'". Bij de gevechtsoefeningen der kruisen. „Java" en „Sumatra" hebben zich geen gebreken van eenig belang voorgedaan Voordat de schepen van de bouwmees Iers werden overgenomen zijn uitvoerige proeven met het geschut genomen, waar bij (Zoowel het geschut zelf als de op •stellingen aan alle eischen bleken te voldoen. De later herhaaldelijk gehouden ischietoefeningen hebben dit resultaat steeds 'bevestigd. DE INKOMSTEN VAN HET GEMEENTEFONDS. Verschenen is dè Memorie van Ant woord aan de Eerste Kamer over het wetsontwerp tot vaststelling van de be grooting van het Gemeentefonds voor het begroo tingsijaar 1931—1932. Indien de opbrengst van de gemeente fondsbelasting en van de 50 opcenten op de vermogensbelasting1 in het jaar 1931—1932 verre beneden de raming zou blijven dan zou daardoor voor het Rijk niet een-- tekort ontstaan, daar de uitkeering afhangt niet van de raming, maar van de opbrengst. De gemeenten voorzoover zij niet onder het garantie artikel vallen, zouden dan minder ont vangen dan zij verwacht hadden. Echter is deze kans niet groot, daar bij de ra ming reeds met de depressie is rekening gehouden. Voor het Rijk zal een even tueel achterblijven van de opbrengst ge durende het eerste jaar slechts in zoo verre gevolgen kunnen hebben, dat meer gemeenten er door onder de garantiebe paling zouden kunnen vallen, Voorts zal in het jaar 1932'333 het Rijk schade ondervinden niien de opbrengst der fondsbelasting in dat jaar beneden (tie van 19311932 blijft, daar laatstgenoemd jaar maatgevend is voor "de uitkeering aedurende 5 iaren. Indien in een later ja.ar van dit tiidvak de opbrengst van 1931—'32 mocht worden overschreden zou echter het verlies weer geheel of ge deeltelijk worden goedgemaakt. LOODSTARIEVEN IN NEDERLAND. De Minister van Defensie zegt in de Memorie van Antwoord betreffende zijn 'begrooting aan de Eerste Kamer, niet te kunnen toegeven dat de loodsgelden in Nederland in het algemeen te hooig zijn en daardoor onze havens minder goed met de Buitenlandsche kunnen concur- reeren, al is het te betreuren, dat de loodsgelden voor de Schelde nog steeds worden geheven naar den igede- precieerden papierenfranc in stede van naar uen goud franc. Voor Hamburg geldt een geheel ander systeem dan hier te lande hetgeen mede brengt dat het Nederlandsche tarief vóór de schepen met grooten diepgang hooge-r, doch dat voor schepen met kleinen diep gang belangrijk lager is. De loodsgelden vormen blijkbaar geen ernstig beletsel voor de concurrentie. NEDERLAND IN OORLOGSTIJD. In de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer betreffende de begroeting van buitenlandsche zaken beantwoordt de minister ook een nota van prof. Van Einbden, welke aan het Voorloopig Ver slag was toegevoegd. Hierin wordt be toogd, dat in geval van oorlog tusschen derden de neutraliteit, ondanks het lid maatschap van den Volkenbond niet zal kunnen worden geproclameerd in alle gevallen, waarin zulks in 1914- had kun nen geschieden. De regeering is echter van oordeel, dat ook thans nog rekening moet worden schonden met gevallen van oorlog tusschen anderen, waarin ons land evenals in 1914, onzijdig zal kunnen blijven. Aangenomen mioet worden, dat de mo gelijkheid, dat Nederland ondanks het bestaan van den Volkenbond in een ge wapend conflict tusschen derden gerech tigd of zelfs moreel verplicht zal zijn, onzijdig te blijven, juridisch en prac- tisch van zoodanige beteekenis is, dat naar het oordeel van den minister geen leider der buitenlandsche politiek de ver antwoordelijkheid zou kunnen dragen vpor het verwaarloozen van deze kans Mitsdien moet ons Regeeringsbeleid er van uitgaan: a. dat in geval een oorlog gevoerd wordt nabij ons terittoir in Europa of on ze overzeesche gebieden, de doortocht van een der partijen over het Neder- landsch territoir uitsluitend in door het Volkenbondsverdrag voorgeschreven ge vallen zal moeten worden gedoogd, en dat in de overige gevallen Nederland vrij zal zijn in het bepalen van zijn gedrags lijn; b dat de verplichte deelneming aan de economische afsluiting van den Staat- aanvaller eveneens beperkt zal zijn tot de door het Volkenbondverdrag voorge schreven gevallen; c. dat ondanks den Volkenbond geval len van onzijdigheid niet alleen juridisch construeerbaar, maar ook practisch mo gelijk blijven, waarin de belangen, die tot dusver een belligerent van schending van onze neutraliteit konden weerhou den, allerminst zijn weggevallen; d. dat dé aanwezigheid van een weer macht dan een preventieve werking kan hebben, óók van de zijde van zich ten onrechte als Volkenbond'sweer,macht voordoende strijdkrachten, en dat deze aanwezigheid van een weermacht, in ste de van ons tot practische deelneming aan den strijd te nopen, ertoe kan bij dragen het conflict te beperken en over brenging van den strijd op ons gi-ondge bied te voorkomen; e. dat door het onderhouden Van zoo danige weermacht Nederland zijn aandeel bijdraagt in de gemeenschappelijke rechtshandhaving, zonder welke de ver wezenlijking van de Volkenbondsidee onuitvoerbaar moet worden geacht. NEDERLAND EN BELGIE. In de Memorie van Antwoord der Eer ste Kamer over de begroo ting van buir teniandsche zaken wordt natuurlijk breed voerig gerept over de Nederlandsch-B(e& gische kwestie. De regeering hoopt, dait het oogenblik niet ver zij voor een over eenstemming tusschen beide regeeringen om te komen tot de oplossing van de nog hangende kwesties. Voor het ^ereiken van die overeen stemming is het de Regeering vooralsnog niet wenschelijk voorgekomen, in te gaan op hel denkbeeld om door een commissie van deskundigen uit beide landen te la ten uitmaken, welke de eigenlijke pun ten van geschil zijn. Afgezien van andere reeds te vorigen jare genoemde beden king, zou a,a,n zoodanige samenwerking het gevaar verbonden zijn, dat zij, geheel in strijd met de bedoeling, zou leiden tot een verstarring van de geschilpunten, welke overigens bij de iq 1929 gewissel de en in het in dat jaar gepubliceerde Witboek opgenomen nota's, duidelijk ge noeg zijn aan den dag getreden. Aangaande de Schelde—Rijnverbinding, herinnert de Minister aan het reeds vroe ger meedegedeelde, toen hij heeft doên uitkomen, dat als voor Nederland aan vaardbaar, is erkend een waterweg door het Kreekrak, het alleroostelijkst deel van de Ooster-Schelde en vlak langs de Eendracht, om vandaar op de meest geschikte wijze, ter vervanging van het afgedamde Slaak, het meest Westelijk ge legen punt te bereiken, waar de vaar geul van het Volkerak de Srabantsche kust raakt, n.l. Dintelsas, als kortsite natuurlijke waterverbinding tussc'ien Schelde en Volkerak. Dit standpunt is sindsdien gehandhaafd Wat het wederkeerigheidsheginsel be treft, waarop de economische regelin gen in een met België te sluiten ver drag dienen te worden gegrondvest, wordt vastgesteld, dat ook de min. inwil liging van het Belgisch verlangen naar een betere verbinding van Antwerpen met den Rijn, zelfs wanneer deze, blijft binnen hetgeen de grenzen der schei dingsregeling wordt genoemd, beschouwt als een concessie welke niet zonder te genprestatie is te verleenen. Hangende de totstandkoming van een verdrag kan hij echter geen vrijheid vinden om' over dit punt meer mede te deelen DE PALEISKWESTIE TE AMSTERDAM. In hun antwoord aan den minister van finantiën op diens schrijven aangaande de paleiskwestie van Amsterdam, zet te B. en W. uiteen, dat het voor stel van den minister zich niet met de onbetwistbare rechten van Amsterdam verdraagt. Het komt toch hierop neer, dat Am sterdam zijn raadhuis afstaat en over gaat tot de stichting van een nieuw raadhuis, waarbij het rijk behulpzaam zou zijn. Dat draagt het karakter van het toekennen van een vergoeding, een zakelijke berekening dus, dié' naar de meening van B. en W. in breede kringen geen voldoening zou wekken en waar voor de gemeenteraad niet te vinden zal zijn. Een oplossing, die waarschijnlijk op instemming zou kunnen rekenen, zou al leen te bereiken zijn, indien er tusschen het rijk en de gemeente Amsterdam 'en transactie werd aangegaan, waarbij uiterlijk althans, elke zakelijke bere kening wordt buitengesloten, m a.w een transactie, waarbij het rijk van Am sterdam bekomt den eigenidom van het paleis, het oude raadhuis, en in ruil daar voor aan de gemeente aanbiedt een nieuw raadhuis, het nieuwe .Amsterdam waardig. Wybert-tabletten zün Wybert-tabletten zijn alleen echt in de hygië- nisch verpakte en ge- I sloten blauwe doozen a 25, 45 en 65 ets. Weiger namaak (Ingez. Mejct. Besmettelijke ziekten. Het aantal aangegeven gevallen over de week van 22 tot en met 28 Februari in de provincie Zeeland bedroeg: Diph- therie: Goes 1, Grijpskerke 1. Menin gitis: Middelburg 1. Encephalitis: Zon nemaire 1. MIDDELBURG. De electrische tram weer in de stad. Eindelijk is heden een einde (gekomen aan de sedert 22 Sept. van het vorige jaar, dus bijna 5Vz maand, bestaande verplichting om bij de Langevielebuiten- brug van tram te verwisselen. Wel is de bestrating op de brug nog niet gelegd en moeten voertuigen nog langs andere wegen de stad in- en uit rijden, maar men beeft deze week de rails kunnen Jherleggen. Niet mogelijk was het om de ijzeren palen voor de bevesti- ig aan den bevengroodschen kabel thans te herplaatsen, omdat deze in den beton vast moeten staan, welke nog niet hard genoeg is, maar men heeft door het plaatsen van tijdelijke houten palen den kabel kminen doortrekken en de tram- dienst kan nu normaal plaats hebben. Het publiek, maar zeker niet min der het personeel zal het ten zeerste toejuichen dat een einde aan «Ie misère is gekomen. VLISSINGEN. De heer W. -van den Hoek, kapi tein der marechaussee, districts-com mandant alhier, wordt 1 April overge plaatst naar den Haaff en toegevoegd aan den inspecteur van het wapen al daar. Te Vlissingen zal de 1ste luitenant B. G. F. A. van Walt Meijer den heer van den Hoek opvolgen. ZUID-BEVELAND. De moeilijkheden te 's-Gravenpolder. De afdeeling voor de geschillen van bestuur van den Raad van State heeft Woensdag behandeld het beroep van den raad van 's-G ravenpolder tegen de beslissing van Ged. Staten van Zeeland, waarbij het salaris van den veldwach ter Werd verhoogd. De gemachtigde van het gemeentebé- stuur, de heer Hulst, merkte op, dat de vaststelling van het salaris van den. veldwachter geheel aan den raad be hoort, Naar het oordeel van den raad verdient de veldwachter voldoende, ook met het oog op de door hem te ver/ui len ambtsbezigheden in een rustige ge meente als 's Gravenpolder. De gemachtigde van Ged. Staten merkte hiertegen op, dat Ged. Staten wel degelijk het salaris van den veld wachter kunnen vaststellen en dat hier over een vaste jurisprudentie bestaat sedert 1902, Voorts zegt spr. dat 's Gravenpolder geenszins den indruk wekt van een rus tige plattelandsgemeente, waarbij hij herinnert aan een kerkelijke quaesfie, welke zich eenige jaren geleden in die gemeente heeft voorgedaan en waarbij partijen slaags raakten, zoodat van po litiezijde moest worden ingegegrepen. Spr. deelde verder mede, dat Ged, Staten aanvankelijk hun goedkeuring aan de begrooting hadden onthouden, "och dat de raad onwillig bleef om de ge- wenschte wijziging aan te brengen enj evenmin van het onthoudingsbesluit bij de Kroon in beroep ging. Door deze illegale houding van den raad zijn Ged. Staten er daarna toe overgegaan om art. 212 der Gemeente wet toe te passen, hetgeen geenszins hetzelfde is als het onthouden van goed keuring. Voordat Ged. Staten daartoe over gingen-, hebben zij eerst weder hun be sluit tot onthouding hunner goedkeuring ingetrokken. Spr. weet niet zeker, of het mogelijk is, om dan weder op een een maal genomen besluit terug te komen, maar hij hoopt, dat de Raad van State in zijn advies aan de Kroon ten deze rekening wil houden met de noodzake lijkheid als gevolg van de houding van den raad. De heer Hulst merkte nog op, dat de genoemde kerkelijke kwestie zeer is op geblazen. Er zijn geen gevechten geleverd, alleen is door een jongen met een para-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1931 | | pagina 1