geeft MtMax eenfMcfrtigmgkm
Prijs per pakje 20 cent.
KUNST EN WETENSCHAP.
RECHTZAKEN.
WEERBERICHT etc.
(Ingez. Med.)
Het koor zong een 18-tal nummers. De
Chr, zangvereeniging van St. Annaland
zong met „Looft den Heer" te zamen nog
een viertal nummers. Er was een groot
publiek aanwezig, dat met aandacht en
ernst de zangnummers volgde. De heer
Toornstra droeg in de pauze' voor „De
Wraak eens Christen", en de heer Deur-
loo „Barabas",
OUD-VOSSEMEER. In een algemeene
vergadering van leden en donateurs van
Oud-Vossemeer's Muziekvereeniging bleek
uit de rekening), dat helt gehouden fes
tival uit een financieel oogpunt uitste
kend is geslaagd, daar totaal voor dat
icboel is ontvangen f 514.60 en uitge
ven f 298.21.
"De gewone rekening geeft een goed
slot aan van f 27.651/2* Er waren eenige
giften ingekomen voor electrische ver
lichting van de muziektent.
De heer E. H. Verhees, nam afscheid
fils voorzitter. Hartelijke woorden wer
den gesproken over den ijver van den
heer Verhees in deze vijfjarige periode
getoond voor de Vereenigtng. Met 33 st„
van de 43 st. werd in zijn plaats Ms be
stuurslid gekozen 'de heer 'C. H. de
Wit
By apothekers en drogisten verkrijgbaar.
(Ingez. Med.)
HULDIGING BESTUUR
UIT HET VOLK—VOOR HET VOLK.
Gisterenavond had een commissie uit
de deelneemsters en deelnemers aan den
Historischen optocht op 1 Sept. j.l. het
feestuur van Uit het Volk—Voor liet
•Volk uitgenoodigd tot een bijeenkomst in
de daarvoor door de confrérie van Sint
Sebastiaan beschikbaar gestelde Schut-
terszaal in het Schuttershof.
Namens die commissie heette de heer
mi*. M. G. W vanderVeur allen har
telijk welkom, speciaal den burgemees
ter, beschermheer der Vereeniging en
deelde mede, dat de commissie bestaat
uit de heeren rnr. Rink, v. d. Leijé, mr.
G. J. Sprenger, graaf Van Lynden, jlir.
Boddaert én spr. en dat enkele leden van
dit comité thans verhinderd waren, als
ook d e Commissaris der Koningin, even
eens beschermheer der vereeniging en
de heeren C. Boudewijnse, mr. Diele-
mian en mr. van Dusseldorp. Spr. zeide
dat met -groote belangstelling weken en
maanden de voorbereiding van het feest
is (gadegeslagen en dat men zich wel eens
heeft afgevraagd of het niet te igrootsch
,werd aangepakt. Het is echter geble
ken, 'dat dit niet het geval is en dat
alles met groote nauwgezetheid is voor
bereid, daarom hehben ^deelneemsters'
en 'deeldemers in een kleine bijeenkomst
aar. hun dankbaarheid en .waardeering
.uiting willen jgeven. Het was eenjgroolsch
feest en schoon van uitvoering en op
zet., waaraan allen met buitengewoon
groot (genoegen terugdenken. Men heeft
gelden ingezameld, waaraan bijna alle
leden van het eere-comité en vele deel
neemsters en deelnemers bijdroegen.
Over het geschenk is vooraf overleg ge
pleegd met den voorzitter en vernomen
werd. dat de bibliotheek van de Volks
zangschool een aanvulling en een; goede
bergplaats ten zeerste noodig had.
Op verzoek Van spr. onthulde de heer
mr. Rink een fraaie, soliede boekenkast
voor het opbergen van de muziekbiblio
theek van de zangschool, waarop een
zilveren plaat met de volgende inscrip
tie: .JJerinnering Koningiwnefeest 1930".
Een tweede wensch was een goede
bergplaats voor het nieuwe vaandel en
thans onthulde de heer Rink een zware
doelmatige last waarin het vaandel (ge
heel kan uithangen en tegen vocht en
ander bederf is ^gevrijwaard. Ten slotte
bood spr. nog eenige nieuwe zangbun
dels aan, gekozen in overleg met den
directeur der zangschool, den heer Bom-
meljé.
Spr. las tenslotte een tweetal brieven
Voor van personen van zeer üiteenloo-
pendc levensopvatting, die beide van
hun groote waardeering voor het wer
ken van Uit het Volk—Voor het Volk ge
tuigen Spr. uitte zijn groote vreugde, dat
mer. in deze tijden, nu in andere landen
het Koninklijk gezag dikwijls in discus
sie komt. hier op deze wijze voor den
SOsten verjaardag van II. M. de Konin
gin feest heeft mogen vieren ©n hoopte
tenslotte, dat Uit het VolkVoor 't Volk
nog menigmaal zulk een feest zal mogen
organiseeren. (Applaus.)
De burgemeester, de heer Pi. D u -
mon Tak, wilde als hoofd der ge
meente nog eens herinneren aan zijn
(woorden van dank tot Uit het' Volk,
door hem in de eerste raadsvergadering
na het feest gesproken.
Spr. wees op het oprichtingsjaar 1865
en noemde het een bijzonderheid, dat
de vereeniging nog even krachtig is als
vroeger, alles is bij het feest op keu
rige wijze gemarcheerd en zelfs was men
veen oqgenblik te vroeg, wat zekier een
bijzonderheid is. Spreker huldigde ten
slotte in den heer de Graaf het geheelfe
bestuur en in den vroegeren Prinses Wil-
helmina en Prins Willem', die nu weer
als gewone burgers aanwezig' warén, alle
deelnemenden. (Applaus.)
De heer W;. de Graaf, voorzitter van
„Uit het VolkVoor het Volk,", wist niet
waarmede hij beginnen moest, met dank
voor het beschikbaar stellen van de
mooie zaal „of tot allen, die deelnamén
of wel tot het Comité van Huldiging, of
tof den aanwezigen beschermheer, den
burgemeester. Spr. wil in den heer Van
der Veur het geheel comité dank brengen
en beschouwt de woorden tot hem ge
richt door de beide vorige sprekers als
zijnde gericht tot het geheele bestuur.
Spr. verzekert, dat het bestuur de stof
felijke blijken van waardeering op hoo-
gen prijs stelt.
Komende tot de feesten zegt spr. dat
reeds in October 1929 de groote lijnen
zijn aangegeven, maar dat het alleen
door de medewerking van de geheele
bevolking van af den burgervader tot de
eenvoudigste burgers toe, mogelijk is ge
worden het tot een tweedaagsch feest
uit te breiden en door de groote mede
werking van de Provincie en van de
P.Z.E.M. tot een vierdaagsch. 'Spr. ver
zoekt de heeren Graaf van Lynden en
Hartman nogmaals de P. Z. E. M. dank
over te brengen. Spr. herinnert er dan
aan hoe op 20 Mei 1865 op initiatief van
den heer mr. G. N. de Stoppelaar een
12-tal heeren bijeen kwamen in het
Schuttershof en hoe op een tweede ver
gadering op 13 Juni van dat jaar de
vereeniging Uit het VolkVoor het Volk
werd opgericht met deze 12 heeren als
bestuur, dit aantal is nog steeds gehand
haafd en ook het devies, veredeling van
het volk, is nog steeds hetzelfde. Een
der beste eigenschappen is zeker erken
ning van het gezag en dat toont men met
een Oranjefeest. Maar dan moest als
onderwerp ook een Oranje feit worden
gekozen en spr. brengt oprechten dank
aan den heer mr. Meerkamp- van Emb-
den, die daar bij met zijn vele adviezen
het bestuur ter zijde heeft gestaan. Dat
heel de bevolking wilde medewerken
bleek reeds op de eerste vergadering
met de buurtcommissies, het moest dan
ook een feest worden voor de geheele
bevolking en niet voor bepaalde kringen.
Een der voornaamste werkzaamheden
was die der pers- en propaganda-comm.
en spr. brengt dank aan den heer Hart
man, die als voorzitter van Vreemdelin
genverkeer medewerkt© en zorgde, dat
tot ver buiten Zeeland jazellfs buiten
Nederland propaganda voor de feesten
werd gemaakt. Dat de optocht zoo ge
slaagd is, is te danken aan alle deelne
mers, die spr. dank brengt in de perso
nen van den heer en meyrouw v. d.
Feltz, die zoo op waaVdige wijze de
hoofdpersonen voorstelden, terwijl hij
zich speciaal tot den heer /mr. Rink
wendt en hem dankt voor de wijze, waar
op hij zijn rol vervulde, dat was echt
tooneelspel. Het bestuur zal in de toe
komst gaarne weer tot feestvieren het
initiatief nemen, -maar dan rekent het
weer op aller medewerking. Spr. eindigt
met dank voor de bloemen die bij het
binnenkomen waren aangeboden aan me
vrouw De Graaf en mevrouw Tavenier.
(Applaus.)
De heer v. d. Veur bracht den heer
De Graaf dank voor het kprte résumé
van de geschiedenis der Vereeniging en
hoopte nogmaals, dat nog meermalen
feesten mogen worden gegeven als dit,
tot vreugde van Middelburg en van de
Middelburgers.
De heer D e Graaf wees nog op den
grooten financieelen steun, die van ge
meente en burgerij is ontvangen en deel
de mede, dat na het feest nog verschil
lende giften in een eventueel tekort wer
den toegezegd, o.a. f 500 van iemand,
die reeds een belangrijke som had bij
gedragen. Het bestuur stelde dit bewijs
van waardcering van zijn werk op hop-
gen prijs, maar behoefte van die
bedragen geen gebruik meer le maken,
daar er geen tekort was.
Na deze woorden waren de aanwezij
gen in de gelegenheid de geschenken in
oogenschouw te nemen en werd nog
eenigen tijd in aangenaam samenzijn
doorgebracht.
NIEUWE BOEKEN.
Wij ontvingen de volgende
meisjesboeken:
Voor jongere meisjes
van de N.V. Uitg. Mij. Gebr. Kluitman
te Alkmaar:
„Twee vriendinnen op de boerderij",
door Suze Brinkgreve;
„Uit Riek en Jetty's schooljaren",
door Enny v. d. Heide;
„Loekie en haar clubje", door Elise
Bronkhorst;
„Tottie's Week-end", door J, H.
Brinkgreve-Entrop
„De robbedoezen", door W. F. Arends,
Van N.V. G. B, van Goor Zonen's
Uitg. Mij. Den Haag:
„Rob van Olden", door L, Huisinga-
Scaf;
„Rie", door Maren Koster (3e druk)
Voor oudere meisjes ontvingen wij
van: Uitg. Mij. Valkhoff Co, Amers
foort:
Marianne Gerards: „De vreemde
trekvogel";
Wally Poelman: „De Motorclub";
Pam Terwinde: „Luuk's laatste
schooljaar";
Cissy van Marxveldt: „Caprices"
en „De Kingfordschool";
Ina Dubois: „Noodlanding".
Van N.V, Van Holkema Warendorf's
U. M. Amsterdam:
Emmy Benard: „Jongemeisjes
droomen".
Van H. J, W. Becht, Amsterdam:
Emmy van Lokhorst: „Overgang"
Van N.V. Uitg. Mij. Gebr. Kluitman,
Al k m a a r
Felicie Jehu: „Hanneke".
Uitg. Mij. N.V. G. B. van Goor Zonen,
Den Haag:
-Thérèse Hoven: „Op den daktuin"
Uitg. Mij. J. M. Meulenhoff te A m-
sterdam:
„De Hooge Boog", door Paul Brom
berg.
Verder verscheen bij H. P. Leopold's
Uitg. Mij., Den Haag:
Het Meisjes-Jaarboek (5e jaar), met
bijdragen o.a. van Cissy van Marxveldt,
Emmy van Lokhorst, enz.
Jongensboeken,
Verder verscheen bij Van Holkema
Warendorf's Uitg. Mij. Amsterdam!
„Een jonge held", door Honoré Willsie
Morrow, bewerkt door G. Wl. Elberts;
bij W1. L. en J. Brusse's Uitg. Mij. te
Rotterdam: van Ir. J. P. Valkemla,
Blo uw: „Het verdwenen parelsnoer" en
bij de N.V. Drukk. G. J. Thieme te N ij-
m e g e n ,,'t Zonnehuis", door Rein
Valkhoff.
(Inigez. Med.)
De aanrijding op den Sloedam.
In de zitting van de rechtbank te M i d-
d e 1 b u r g van 14 Nov. is behandeld de
zaak tegen A.< M. D, v. d. B. te G o e s,
die op den weg van Goes naar eerstge
noemde stad, onder 's Heer Arend s-
kerke, met een door hem bestuurde
auto, velgens de tenlastelegging: „grove
lijk roekeloos en nalatig, onder den in
vloed van het gebruik van alcoholhou
denden drank", Marinus Westdorpe heeft
aangereden, met een snelheid van plus
minus 60 K.M. per uur, gedeeltelijk op
het rijwielpad, gedeeltelijk op den gras
berm rijdende.
Deze aanrijding Jieeft, zoo-als bekend
is, den dood van Westdorpe tengevolge
gehad.
Er was ook ditmaal igroote belang
stelling; de gereserveerde tribune was
igeheel gevuld.
Het den vorigen keer onderbroken
getuigenverhoor werd voorgezet me't het
'verhooren van den koopman M. P. v.
Hese uit G o e s, die den vorigen keer
ter terechtzitting overleden heelfcte te
zijn. Hij heeft gezien, dat zoowel Blan-
kert als Westdorpe -o p het fietspad
liepen, toen hij ze met zijn auto tegen
kwamen. Get. week rechts voor hen uit;
Westdorpe had een bus in z'n hand. Het
was helder weer, wel donker, maar
niet erg donker. Get's indruk is, dat de
hem tegenkomende auto met een snél
heid van 60-70 K.M. reed.
De verdediger: in het proces-Ver
baal, direkt na het ongeval, verklaarde
deze (g'etuige, dat de snelheid - van de
tegenkomende auto plm. 40 K.jM- was
Get.: ik zal de s nelheid van mijn
eigen auto bedoeld hebbeD -.
De loopknecht H. Does verklaart,
dat verd., bij het tegenkomen, zijn lich
ten gedempt heeft; get. v. He®e ontkent
dat.
Get. P. De HuIlu uit Middel
burg is twee mannen, vermoedelijk
'BIankert en Westdorpe, dien avond op
den rijksweg tegengekomen, even voor
den Sloedam.
Get. kwam toen uit de richting Goes.
Toen get. ze passeerde, stonden ze: één
midden op den weg, de ander tegen het
linker fietspad in de richting Middel-
buiig. Ze sprongen ineens voor get/s
Ikuto, zwaaiende met de armen. Door
snel naar links uitwijken mocht het get.
■gelukken, deze personen te ontwijken.
Ze wilden mogelijk get, doen stoppen,
maar ze deden zoo vreemd, dat hij den
indruk kreeg ,dat ze dronken waren of
zoo-iets. Get. is ze maar nèt misgere-
den.
v
Get. Blankert zegt, niet getracht t©
hebben, een wagen aan te houden
Get. De H u 11 u kan, zegt hij, niet
(pertinent verklaren, dat het Blankert
was, maar, üem eens gepasseerd zijnde,
meende hij toen dadelijk toch wel,
dat het Blankert dien hij wel kent
geweest is..
Get. Blankert ontkent, dat hij het
geweest is, dien get. De Hullu bedoelt.
Het was niet een vrij lichte avond
het was flink donker.
Als getuige-deskundige wordt nu ge
hoord dr. Kindermann, alhier, die
als zijn meening in een uitvoerig rap
port te kennen geeft, dat hier van een
aanrijding niet of nauwelijks sprake had
kunnen zijn, indien niet Westdorpe een
volle benzinebus in zijn linkerhand had-
gedragen, Dat levert z, i. een geheel an
dere reconstructie van het geval, dan die
van den deskundige Vijgeboom; dr. Kin
dermann motiveert deze opvatting uit
voerig en demonstreert, hoe een proef
persoon, op deze wijze aangereden, om
zijn lengte-as draait en dan verder ge
troffen zal worden. Deze lezing van het
geval, aldus deze deskundige, verklaart
volkomen de geconstateerde verwondin
gen, Vervolgens brengt dr. Kindermann
een aantal bezwaren naar voren tegen de
reconstructie van den heer Vijgeboom;
daarover ontspruit zich een bebat tus-
schen deze twee deskundigen: laatstge
noemde meent, dat Westdorpe vóór de
auto kwam te staan en „geschept" werd;
dr, Kindermann gaat echter uit van de
onderstelling, dat enkel de benzinebus
vóór de auto kwam, doch dat W. er
naast bleef en er tegenaan viel door de
draaiende beweging, die de geraakte bén-
zinebus aan zijn lichaam gaf. Dat de bum
per van de auto W. in de knie getroffen
heeft, dat is, aldus dr. Kindermann,
slechts een onderstelling van getuige Vij
geboom, die deze zal hebben te bewij
zen.
Op een vraag van den president mr.
Jolles, antwoordt dr, Kindermann,
dat 6 a 7 borrels en een flesch wijn, van
7.30 tot 10 uur gebruikt, niet bevorder
lijk zijn tot de bekwaamheid, een auto
te besturen. Men reageert echter zéér
verschillend op het gebruik van dergelij
ke hoeveelheden alcohol. Het is niet aan
nemelijk, dat verd. niets gevoeld zal heb
ben van de aanrijding, indien de recon
structie van den heer Vijgeboom juist is;
dit wordt wèl waarschijnlijk, indien men
de lezing van get. zelf aanvaardt.
Dr, Kindermann en de verd.
leggen nog verschillende verklaringen af
over aantallen borrels en laatstgenoem
de over wat hij gewoon is dagelijks te
drinken.
De off. v. justitie tot dr. Kin
dermann: uwe verklaringen inzake de
reconstructie zijn zeker geen medisch-
deskundige verklaringen, is het wel?
Dr. Kindermann: zij zijn gevolg
trekkingen naar aanleiding van mijn on
derzoek van de feitelijke gegevens, in
verband met de verwondingen, den ge
troffene toegebracht.
Volgende getuige-deskundige is J.
Limburg, die verklaringen aflegt om
trent de helderheid van de stadslampen
van een oud-model Ford; de deskundige
brengt daarbij enkele dezer gloeilampjes
ter tafel; daaronder zijn er, die zeer ver
blindend werken. Dit treft nog evenzeer,
indien een der lampen, zooals de des
kundige Vijgeboom verklaart, omhoogge
richt was.
Ook omtrent de reconstructie van
laatstgenoemde maakt de deskundige-
Limburg nog enkele opmerkingen. Hij
acht het niet mogelijk, uit de deuk in
de benzinebus de snelheid der aanrij
dende auto op te maken.
Nu wordt de verdachte gehoord. Hij
verklaart, op welke wijze die dag is door
gebracht, en wat hij gedronken heeft: 2
borrels in De Zon, drie in Britannia; aan
tafel werd wijn gedronken; na tafel ging
men buiten zitten, waar verd, geen pous
se meer dronk. Hij is gewoon dagelijks
een viertal borrels te drinken.
Met dokter Van der Made ging hij
toen van Vlissingen naar 's Heer Arends-
kerke, om een patiënt te bezoeken; daar
na heeft, op den terugweg, de aanrijding
plaats gevonden. Verd. verklaart deze
aanrijding door de kortstondige verblin
ding, ontstaande na het dimmen voor de
hem voorbijrijdende auto.
Dat verd. niet uMgekeken zou hebben
en daardoor de twee mannen telaajt ge
zien zou hebben, acht hij absoluut uitge
sloten. Toen hij de mannen zag, was
hij, uitwijkende, even op het fietspad,
maar bij de aanrijding al niet 'mfeer, door
dat hij snel uithaalde. "Verd. beraerUte
niet, een man getroffen te hebben, hij
meende slechts diens koffertje geraakt l©
hebben.
De afspraak, op de plaats des onheils
niet te bekennen, de aanrijding veroor
zaakt te hebben, was uit voorzichtigheid
gemaakt: onlangs is in een dergelijk ge
val nog een chauffeur half dood gesla
gen, aldus verd.
Bij de aanrijding liep Wiestdorpe op
den grens van den weg en het fietspad;
op dat oogenblik reed verd. niet meer
op het rijwielpad.
Dan is het woord aan den officier
28 November.
Barometerstanden.
Hoogste 762.7 te Memel.
Laagste: 743.1 te Rochefort.
Thermometer,
Hoogste en laagste temperatuur van
(gisterenmorgen tot heden middag 12 u,:
Hooglste: 47 |gr.
1 Laagste; 45 jgr,
Weersverwachting van het K. N. M. I.:
Matige O. tot N., later wellicht N.Wi.
wind. Betrokken tot gedeeltelijk bewolkt.
(Mogelijk eenige regen, weinig verande
ring in temperatuur.
Zaterdag 29 November.
Zon op 7.45; onder 3.51.
Licht aansteken alle rijwielen, motor
rijtuigen en andere rij- en voertuigen
4.21.
Maan op 1.34 n.m.
Nolle maan 6 December.
HOOGWATER VLISSINGEN.
Middelbare tijd.
Saterdag 29 Nov. 7.34 20 28
óocdag 30 8 51 21.40
.vlaandag 1 Dec. 9 59 22 34
Dinsdag 2 10.48 23 12
Woensdag 3 11 27 23 49
Donderdag 4 12.04
Prjjdag 5 0.23 12.40
van justitie voor helt houden van
zijn requisitoir.
Spr. gaat de voorgeschiedenis na: het
benzinehalen door Westdorpe en Blan
kert, hoe eerstgenoemde werd aangere
den, naar het ziekenhuis te Middelburg
gebracht en daar spoedig overleed.
Deze aanrijding geschiedde 'door den
aulio, welke verd. bestuurde. De oumper
van dien aulio raakte èn de benzinebus
van W1. èn dien man zelf; daarop wijsti
ook het sectie-onderzoek van dr. Hulsit.
Deze feit|en staan vast; de vraag is of
verd. schuld heeft'? Heeft verd. gedaan,
wat hij doen moest, en mét de noodige
voorzichtigheid en bekwaamheid gehan
deld? Op zulk een breeden weg, zoo
stelt de off. v. justitie, moet zóó gereden
worden, dat iemand vrij op het rijwiel
pad kan loopen. Dus is er schul'd, tenzij
er omstandigheden zijn, die den verd.
disculpeeren.
Er is wel een auto geweest, die verd.
tegenkwam maar dat was een tijd verder,
200300 M. Er was bovendien geen mo
gelijkheid, dat verd. verblind zou zijn,
want get. v. Hese was in Souburg dien
avond al aangehouden, en daarna op
stadslichten gaan rijden.
Deze beide feiten ter disculpeering
vervallen dus.
Er zijn andere omstandigheden: die,
waarin verd. zich, raet zijn beide feest
vierders, bevond. Het is zeer onwaar
schijnlijk, dat deze verd, op dezen dag
van alles wat er gedronken is, minder
zou hebben gehad dan zijn kornuiten.
De dokter werd ontboden, maar niet
toen vond de aanrijding plaats, doch
daarna. Er was toen geen enkele drin
gende noodzakelijkheid meer, weer terug
te gaan naar Vlissingen. Wil men zoo'n
feestje op touw zetten, dan moet men
zorgen een chauffeur voor den terugweg
mee te nemen. Is het ongeluk dus ge
beurd, doordat verd., schoon bekwaam om
te sturen, te veel gedronken had, dan
is zijn moreele schuld groot. Was hij
echter volkomen bij zijn positieven, dan
is zijn schuld nog grooter, omdat hij dan
„zoo maar" iemand aanrijdt.
Het is zeer aannemelijk, dat de hee
ren, na het bezoek aan den zieke, snel
reden om naar Vlissingen terug te gaan.
Hun houding na het ongeluk acht spr,
ongehoord: men vraagt niet, of er kans
is mishandeld te worden; men ziet alleen
het aangerichte ongeluk.
De vraag, of de getroffene aangereden
of aangeraakt is, laat spr., ook in de dag
vaarding, vrijwel buiten beschouwing,
wijl het weinig ter zake doet.
Wat de straf betreft: dit is hier een
érnstig feit; de wegen worden tegen
woordig bijna onbegaanbaar door de
auto's waarvan dikwijls bestuurders on
der den invloed van den alcohol zijn.
Waar moet het heen, wanneer men
onder de vorengeschetste omstandighe
den, op een breeden weg niet meer als
voetganger veilig rechts van den weg
kan loopen, zonder aangereden te wor
den door iemand die half dronken is en
als een wildeman rijdt?
Het maximum op dit feit staande is
negen maanden gevangenisstraf; spr. wil
dit maximum niet vragen, doch spr. acht
een zware straf toch noodzakelijk en
eischt daarom veroordeeling van dezen
verdachte tot een hechtenis van
zes maanden.
De raadsman van verd., mr. J. J.
Heyse stelt de vraag, in hoeverre, in
alle dergelijke gevallen, de juridisch-
zuivere appreciatie van het geval over-
heerscht wordt door het gevoel van leed
wezen over den dood van den getroffene
Van de eigenlijke feiten staat weinig
vast, behalve dan Westdorpe's dood en
dat de auto, door verdachte bestuurd,
de oorzaak hiervan was.
Pleiter wijst er dan op, dat in de on-
derdeelen, buiten de zooeven genoemde
vaststaande feiten, voortdurend tegen-