OMME PANTSERKRUISER TWEEDE BLAD TAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 16 APRIL 19 30 No. 90 PARIJSCHE BRIEF. ZEELAND O «i—agl1T;iinfm»J>H«r«1 .«.img. (Van onzen Parijschen correspondent) Ongewenschte vreemdelingen, die zeer gewenscht blijken, Emil Ludwigs ontvangst, Het einde van Mestorino, Er was eens een tijd, dat de kwestie der bevordering van het vreemdelingen verkeer niet bestond in Frankrijk, Inte gendeel al die heeren en dames met dollars, ponden, gulden en peseta s, wer den er zoo n beetje als een soort indrin gers beschouwd, als laffe profiteerders van den lagen stand van den frank, bijna als ongewenschte individuen. Er was eens een tijd, dat de buiten- landsche toeristen naar Frankrijk, en spe ciaal naar Parijs, toestróómden, bij dui zenden, bij treinen en bij booten vol. Die tijd was eens maar is niet meer. En nu die voorbij is, begint men dien tijd te betreuren, begint pas het goede er van: te waardeeren, en begint men te mer ken, dat mèt den toevloed van al die vierkante kinnebakken en gemillimeter de hoofden, van al die bruine en roode gezichten er tegelijkertijd een stróóm gouds uitvloeide over Parijs en over heel Frankrijk. Plotseling heeft men gemerkt, dat sinds die buitenlandsche clientèle alleen maar meer eventjes in Parijs afstapt om dan gauw weer naar elders te gaan, waar een handiger reclame hen heenlokt, de zaken veel minder goed marcheeren, en de goudstroom opgehouden heeft te vloeien. Eenige dagen geleden heeft nu in Pa rijs het 6de congres ter bevordering van het vreemdelingenverkeer plaats gehad, en daar zijn met groote hartstochtelijk heid talrijke kwesties besproken in ver band met de ontwikkeling van het vreem delingenverkeer: verbetering der reis- verbindingen, afschaffing der visa's, be scherming van karakteristieke landschap pen, enz. enz. Maar in afwachting van den stroom der toeristen, die gewoonlijk tot een vage menschheid behooren, heeft Parijs in deze eerste lentedagen met buitengewoon en thousiasme een bijzonder belangrijke gast ontvangen en gefêteerd zelfs, een schit terend vertegenwoordiger van internati onale verdraagzaamheid en begrijpen Emil Ludwig. 't Is curieus op te merken, dat noch aan Thomas Mann, als schrijver- toch veel meer populair dan Ludwig, noch zelfs aan Einstein met zijn werkelijke wereld beroemdheid, in Parijs zóó'n enthousiaste ontvangst bereid is als aan Ludwig, wiens voornaamste werken nog maar pas in het Fransch vertaald zijn en van den lezer toch ook een heel andere voorbereiding eischen dan de romans van Thomas Mann. Er is echter in de Parijsche mondaine en intellectueele kringen een sterk ver langen naar den wereld-vrede gekomen, naar een wederzijdsch elkaar begrijpen en waardeeren tusschen de verschillen de naties, en dat heeft zich geopenbaard met sterken geestdrift voor de persoon van Emil Ludwig, die door zijn afkomst en door zijn werk meer dan één ander dat streven en die geest voor hem ver tegenwoordigt. Een nieuws van heel andere orde en van een werkelijk zeer tragischen inhoud heeft dezer dagen de ronde gedaan in de Parijsche bladen: Mestorino, de moorde naar van Truphème, is in de bagno ge storven. Mestorino was geen moordenaar, noch apache van aanleg. Hij was een fatsoen lijk burger, een hard werker, van kalm gedrag. Hij ontmoet een van die vrouwen zonder hart, zonder geest, zonder mora liteit maar mooi, coquet, verdorven, dol op juweelen, mooie toiletten, amu sementen. Hij wordt verliefd op die vrouw, trouwt met haar. En hoe minder hij zeker is van zijn vrouw, des te meer aanbidt hij haar. Hij doet het onmoge lijke om haar de gewenschte luxe te be zorgen, juweelen, toiletten, amusemen ten. Maar hij verdient nooit genoeg, nooit genoeg. En op een dag, dat hij half gek is door de gedachte dat zijn vrouw hem mis schien in den steek zal laten, half gek van verdriet, van angst, van wanhoop, vermoordt hij met het eerste het beste instrument, dat hem in handen valt, mid den op den dag, in tegenwoordigheid van vijf bedienden van zijn atelier, die slechts door een enkelen wand van hem geschei den zijn, een man aan wien hij een groote som geld schuldig is en die dat geld van hem komt opeischen. Het proces in 1928 heeft een ontzet tende emotie verwekt. Een reeks too- neelen van uiterste tragiek. Een woe dende menigte, schreeuwend, brullend van haat. Levenslange dwangarbeid. De vrouw, die haar man tot die mis daad dreef herinnerde zich zelfs zijn bestaan niet meer, toen hij eenmaal goed en wel naar de strafkolonie vertrokken was door E. PHILLIPS OPPENHEIM. 18 Ik had haar zoo voorzichtig mogelijk opgenomen in verband met de moge lijkheid dat zij plotseling naar mijn kant zou kijken, maar toch was zij mij te vlug af. Met een volkomen natuurlijke 'beweging wendde zij zich in eens- van het raam', zoo snel, <pap ^nze 'B-likken elkander kruisten voor ik een anderen kant kon uitkijken. Zij 'boog zich een iwejü- uig voorover, terwijl zij haar wenkbrau wen fronste en zeide: „Zou u zoi-o goed willen zijn, mijnheer, mij mede te deelen waarom u zich steeds zoo onbescheiden tegenover mij ge draagt?" HOOFDSTUK IX. Die aanval was zoo onverwacht, dat ik1 in de eerste oogen'blikken geen ant woord 'ken vinden. Ik vond dat ik die koele 'minachting van haajr stem niet had verdiend, zoomin als den bioozen blik' uit haar oogen. „Het spijt mij te moeten verklaren, dat ik' u niet begrijp, zeide ik. „Doelt u op het feit, dat ik' 'met eeniige aandacht naai- u keek, dan moet ik wel schuld Ph. J. van Dixhoorn. f Fven na het afdrukken van ons vorig nummer bereikte ons het droeve bericht, dat de heer Pil. J. van Dixhoorn, lid der Staten van Zeeland in het R.K. Zie kenhuis le Sluiskil na het ondergaan Van eene operatie gisterenmiddag op 6 7-jarigen leeftijd overleden. Met „Phlip van Dixhoorn zooals hij onder zijne vele vrienden bekend stond is één der stoere werkers uit het land van Axel heengegaan. Speciaal op het gebied der paardenfokkerij' heeft de overledene hard gewerkt en 2ijn stal met eerste 'klas paarden van het zwlare type, was tot ver buiten de grenzen van het vijfde district, buiten die van Zeeland en ook builen die van Neder land bekend. Fn het moet vooral ook hem' leed hebben gedaan, dat de paar denfokkerij de laatste jaren achteruit ging door daling der prijzen. Me. ar ook' op het gebied van den landbouw in het algemeen was de over ledene een vooraanstaand persoon en reeds tal van jaren was hij1 voorzitter van den 'kring Axel van de Z.L.M. ein lid van hel hoofdbestuur dier maatschap pij,' waarin hij steeds1 voor zijne meening durfde uitkomen, al week die ook meer malen af van die van anderen. Tot zoover het terrein, dat den heer van Dixhoorn als practisch landbouwer het naast aan het hart lag. Maar ook op ander gebied heeft hij zich verdienstelijk' gelmaakt. Steeds heeft hij behoort tot de liberale partij en ver tegenwoordigde nij die in den gemeen teraad van Axel gedurende een reeks van jaren tot aan zijn dood toe. Ook' in «dit college heeft nij getoond de belangen van zijn woonplaats te willen behar tigen. Herhaaldelijk was hij candidaal voor de Provinciale Staten, tot het in 1919 de liberale partij mocht -gelukken hem een zetel in het Provinciaal college te verschaffen. In 1923 werd hij niet herkozen, doch reeds in 1924 nam hij ide plaats weer in van den overleden heer Nelson. Sedert dien bleef hij lid en behalve, als zijn gezondheidstoestand hem daar in belette, heeft hij geregeld de zit tingen bijgewoond en daar meermalen (met 'kracht de belangen van Zeeuwsch- Vlaanderen, o.a. ook ten opzichte van de verkeersmiddelen en dan meer in het bijzonder, de verbindingen met Zee land boven de Schelde, verdedigd- Nog in de jongste zitting heeft hij' zich doen hooren o.a. in verband met de subsi die aa,n de R.K. Landbouwschool te Hulst. bekennen, vrees ik. Maar niettemin pro testeer ik tegen het woord onbeschei den." „Waarom daartegen geprotesteerd?" vroeg zij-, mij strak' aankijkend, terwijl zij imet haar ïiand op de leuning van haar plaats tikte. „AL uw optreden niet onbescheiden -mag heeten, welkten naam verdient zij- dan? Wij ontmoeten elkaar in de (opera. U kijkt naar mij. Hel! is Ju niet voldoende om dat eenmaal te doen, u doet net twee en driemaal. U gfaat, naar builen op het trottoir staan o'm! toch maar te hooren, welk adres.mijn oom' aan den chauffeur geeft. Wij gaan in een restaurant soupecren, waar niet iedereen wordt toegelaten. U heeft er geen bezwaar tegen om door een 'k'ell- ne-r tel worden geiiitroduceend, u is blij dat u er mag binnenkomen. U reist naar Engeland met denzelfden trein als wij, u wandelt herhaaldelijk langs mijn cou pé. U veroorlooft u de vrijheid mij op de boot aan te spreken en geeft eein (fooi aan den conducteur om te maken, dat hij ons een plaats aanwijst in uw rij tuig. En toch heeft u 'bezwaar tegen het woord ,/inbescheiden." ,i,Ik blijf er mij ten sterkste tegen ver zetten," antwoordde ik. „Ik acht dit woord hier volstrekt niet op zijn plaats." Zij wierp- een blik naar haar slapen- den reisgezel. Hiji lag in diepen rust en vermoedde blijkbaar niets van ons ge sprek. i „Het spijt -mij, dat uw opvatting van Met den overledene Is een eerlijkè Zeeuw sch-Vlaming heengegaan Zijn verdiensten werden ook officieel erkend door zijn benoeming tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. In de Provinciale Staten zal de heer van Dixhoorn warden opgevolgd door den heer L. J. Geelhoedt, Vrijheidsbonda- lid van den gemeenteraad van Terneuzen. MIDDELBURG. Brandspuitdemonstratie. In het oijzijn van tal-rijke gemeente lijke- en brandweerautoriteiten heeft gis termiddag hier ter stede eeri brandspuit- demonstratie plaats gehad, waarbij een Fo-rd-automobielspuit van de firma Bik kers aan het Dok op den Dam w'as opge steld, terwijl de slang'en gele.'d waren tot in het hart van de Aodij. Eerst is daar toen met één, later niet twee stralen water gegeven; c'aarbij wist men den bovensten trans van een der Abdij torentjes voortdurend nat te bon den, terwijl de Fordspuit alleen, toen zij met één slang' en een mondstuk van 16 mm wterkte, bij tijden den waterstraal'., ondanks den wind, wist op te voeren tot den windwijzer van het ongeveer 35 in. hooge torentje. Toen bij een. verdere proefneming een soortgelijke automobiel spuit ditmaal de hier tijdelijk g'eslati- onneerde Chevrolet als aanjager er tusschen gekoppeld was, wist men met twee stralen en 18 mm mond Stukken nog 11 atm. druk aan het mondstuk le bereiken. Beide stra'en spoten toen met gemak over de daken van de Abdijgebou wen heen. Over 't algemeen bleken de aanwezi gen, zoo leek het ons toe, zeer wel inge nomen met de prestaties van de Ford spuit, welke van hetzelfde type was als de uit het „Brandweerfonds 7 Dec. 1929" der gemeente aangebodene. Jaarverslag woningstichting „Volks belang". Aan het Verslag van 1 April 1929 tot 31 Maart 1930 is het volgende ontleend'. De toestand op de woningmarkt on derging in het afgeloopen jaar geen merkbare verandering. Weliswaar ging het aantal der inwoners iets achteruit doch daarmede ging niet gepaard een grootere ruimte in den woningvoorraad. Ondanks den aanbouw van woningen door de particuliere bouwnijverheid, met name van arbeiderswoningen, bleef d'e aanvrage om woningen vrijwel gelijk aan andere jaren, en kon aan ta!len die een woning wenschlen te- huren, géén woning worden toegewezen. De stichting heeft dan ook nog altijd een aantal personen' die gaarne een wo ning wenschen te huren, waaronder zijn die een ha'jf jaar en langer op de lijst voorkomen, doch behoudens een vrij sterke wi'slse!;ing' in het voorjaar '29, ble ven de woningen verhuurd, zoodat huur- ver'jles w'egens leegstaan dit jaar niet voorkwam Alje.en het winkelhuis gaf aan het bestuur reden tot bezorgdheid'. Eén reflectant was er die de winkel wil de inrichten voor coiffeurszaak doch hij wenschte geen hoogere huur dan f 10 per week te betalen, en zonder machti ging van B. en Wl. kon het bestuur daar toe niet overgaan. iioor het bestuur werd besloten aan B. en W'. te verzoeken om over te kun nen gaan tot verlaging van den huur prijs, en ten slotte ontving het machti ging. Het winkelhuis is nu verhuurd aan den heer Dobbdlaar, welke sind's Juni den winkel betrok. Toch werd een be langrijk huurverlies geleden omdat het pand 171/2 week onverhuurd bleef. Dit is dan ook dè eenige schadepost die hui ten iemands toedoen ontEfond. Had 't bestuur gezien den algemeenen toestand geen plannen om meerdere uit breiding te geven aan hef getal! woningen, toch kreeg' bet een verzoek om zijn toe zicht uit te breiden. Van het gemeentebe stuur ontving het ia April een Schrijven, goede manieren blijkbaar van zeer bij- zonderen aard schijnt te zijn", zeide zij. „Te Parijs wordt men altijd aangekeken, heeft men mij wel eens giezegd, doch een Fngelschman weet beter hoe het hoort." j Zij 11am een tijdschrift ter hand en keerde mij' schouderophalend den rug toe. Maar ik schoof op mijn plaats' eten eindje naar voren en mijn stem dem pend teneinde den slaap van onzen me dereiziger niet te verstoren, protesteer de ik!:! - ,,U is werkelijk onbilllijk tegenover mij. I'k! erken, d„t ik zoo vrij ben geweest in den Grand Opéra naar u te 'kijken doch ik zou niet anders gehandeld: heb ben tegenover elke g'oedgekleede vrouw, die zich daar onder het publiek bevond Wat 'mijn 'bezoek aian het café des Deux Epingles betreft, ijk ben daarheen ge gaan op aandrang van Louis, dien i'k' bij' toeval had ontmeet en die 'de imaitre d'hotel is van een hekend Londensch restaurant, waarvan ik' een trouw 'be zoeker 'ben. Ik had niet het minste ver moeden, dat ik' u daar zou zien. Ik thad integendeel duidelijk' verstaan, dat uw reisgezel aan den chauffeur had bevolen u naar ilitz te 'brengen Ik' slapte toevallig in dezen trein en al heb ik tot M het woord gericht, zooals ik tot iederen an deren medereiziger zou hebben gedaan, zoo ontken ik ten stelligste, dat er iets onbehoorlijks was gelegen noch in wat i'k zei, noch in den toen waarop i'kjjhet berichtende dat B. en Wl. voornemens waren een aantal woningen te bouwen voor gezinnen die wegens onbewoon- baarverklaring niet in staat waren een woning te vinden, met verzoek of de Stichting bereid was de exploitatie op zich te nemen onder nader le stellen voorwaarden, doch met beding dat even- tueele schade ten lapte van de gemeente zou komen. In één op 30 April gehouden oestuuiislvergadering werd dit punt be handeld en de voorwaarden genoemd waaronder het bestuur dit werk zou wil len verrichten. Het gemeentebestuur heeft zich daarmede in hoofdzaak ver- eenigd, zoodat het bestuur nu zal mcelen afwachten op welke wijze, en wanneer deze zaak kan worden aangepot;t. Natuurlijk heeft het terdege onder het oog gezien dat het beheer van de wo ningen der stichting en die der gemeente geheet van elkander gescheiden behoo ren te zijn, en dat beheer der laatsten niet zal kunnen geschieden als' der eer sten. Het bestuur verbindt 't tamelijk groo te verloop der huurders ip/t voorjaar '29 met den strengen winter die vooraf ging en inderdaad bestond verband tuist- schen beiden, ai kan het befsjtuur niet nagaan of de last zwiaarder is geweest dan in andere woningen. Wel heeft de Stichting dat ondervonden bij het jaar lijks onderhoud. Toen de rekeningen over het eerste kwartaal 1929 binnenkwamen bleek het dat de barre winter ook aan de kas der Stichting' schade had gedaan. De bewoning' gaf aan het bestuur geen renen tot ontevredenheid, door de com missie konden over het geheet goede be richten omtrent de bewoning worden ge rapporteerd. De minimum huurprijzen hieven, in 19 zeide. Wat tenslotte het feit 'betreft dat u deze coupé werd aangewezen, laat ik u dan verzekeren, dat ik den conduc teur een fooi nad gegeven in de hoop, dat hij mij geen gezelschap! zou bezongen, en hoewel Ik het niet wil beweren, dat uw aanwezigheid mij onwelkom is, vast staat, dat ik er niet op had aangelstuurd." Zij zweeg een oogenbli'k, terwijl zij mij' aandachtig bekeek. Mijn woorden schenen tu ar tot eenig nadenken te heb ben (gebracht. „Mag ik u nog iets vragen?" zeide zij, zich een eind voorover buigend. „Wla.s het werkelijk voor den eersten keer, dat u het Café des Deux Epingles bezocht?" j'Jnderdaaa was het mijn eerste be zoek'. Toevallig had ik dien avond Loujip ontmoet. Hij wist, dat ik mijl- verveelde en hij nam mij daarheen mede." „Dat was in de opéra en daarna heeft u hem' gevraagd, wie wij warjeh." „Dat ontken ik niet, maai- ik' kan moei lijk' inzien, dat daarin ook maar iets onbescheidens is gelegen. Daarna heb ben wij een tijdje staan praten en deelde ik hem mede, dat ik alleen te Parijs'Iwais en d,al i'k mij verveelde. Juist omldat ik alleen was, wandelden wij sa'men ver der op." 1, 1 Op haar gelaat kon ik zie'n, dat zij (niét wist wat zijl er van moest denklen Haar oogen schenen weer naar de mijne te zoeken, alsof zij zich zekerheid wil de verschaffen, dat ik' de waarheid sprali „Ik begrijp er niets meer van" zeide woningen f 4.50 per week, van 95 f 4.85 per week, en in het winkelhuis f 10 per week. Meerdere huur volgens beschik king van den Minister moqsfen 22 gezin nen betalen met een totaal bedrag van f 13.55. In de samenstelling van het bestuur kwam wijziging doordat de voorzitter, de heer Stenhuis per 1 Oct. zijn functie (neerlegde e;n uit het bestuur trad. In zijn 'plaats werd als voorzitter gekozen de heer P; Adriaanse, en als nieuw be stuurslid werd gekozen de heer A. S. Boone. De afgetreden voorzitter heeft veel werk ten dienste der stichting verricht en waardeerende woorden werden tot hem (gericht. Verder berichtte de h(eer Dronkers, één der commissarissen, dat hij, wegens a.s. vertrek uit* Middelburg zijn functie neerlegde. In diens plaats is tot heden nog geen ander benoemd. De controle over het fin. beheer bleef opgedragen aan het Verificatie Bureau der Ver. v. Ned. Gemeenten, welk Bu reau vanwege de gemeente toezicht ■houdt. De rapporten over het onder zoek werden door het gem. bestuur toe- igeizonden en gaven geen reden tot opi nie rkingen. De verlies- en winstrekeninng wijst een verlies aan van f26049.90. WALCHEREN. Gemeenteraad van St, Laurens. In de Dinsdagmiddag gehouden Raads vergadering waren alle leden aanwezig. In verband met het afscheid van den burgemeester woonden eenige ingezete nen deze raadszitting bij. Van Ged. Sta ten was een schrijven ingekomen, dat voor één leerling uit de gemeente, die zij. „U beweert dus, dat u niets meer van Louis afweet dan dat hij maitr* d'hotel is en dat u deze week' bij' .toe val een 'bezoek' aan Parijs hebt ge bracht?" „Zoo is het." 1 Plotseling scheen een gedachte bij haar op te 'komenZij leunde weer achter over en het was alsof i'k' de herinnering aan het drama in het Café des Deux Epinigles weer 'bij' haar zag opleven „Maar het is me onmogelijk dat alles van u te gelooven" riep zij! uit. „Ik (heb toch 'met eigen oogen gezien, dat u dien 'man te 'lijf ging. Het was afschuwelijk. Ik heb' nog nooit zoo iets bijgewoond. U was eten wild dier gelijk'. Ik hc'b ge hoord, dat bijl er ernstig aan toe is. !ïs dat waar?" „Ik geloof het oofc" antwoordde ik, „,het spijt Imïj' te moeten zeggen, dat ik het zelfs hoop." „En u ïs op vrije voeten gebleven. U maakt zelfs met den indruk, dat u op de vlucht is gegaan om uw leven te redden. Fn toen beweert u, dat u niet behoort tot die.... die...." „Die wat?" -vroeg' ik haastig „Tot de vaste bezoekers van het Ca fé Des Deux Epinigles", vervolgde hij langzaaffn, tot hen die giaame gebruik maken van de bijzondere bescherming, welke enkelen, die achter d'e schermen zitten, 'kunnen verleenen aan hun vrienden." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1930 | | pagina 5