TWEEDE BLAD
locbbfeqea
5
VAN DE
VAN
Dinsdag 10 Oec. 1929 Mo, 2Si
BINNENLAND
HET LAGER ONDERWIJS,
NEDERLAND EN DE NACHTVLIEG-
DIENSTEN,
GEBREK AAN ARBEIDSKRACHTEN
IN FRANKRIJK.
FEUILLETON
HET
door
VONNIS
mevrouw Belloc Lowndes.
MIDDELBURG.
DE GROOTE BRAND.
WALCHEREN.
Raadsvergadering te Westkapelle.
»J" I I.
(Wordt vervolgd)
I
Aan de Memorie van Antwoord op de
begrooting van Onderwijs ontleenen wij
het volgende'
Het ten vovigen jare aangekondigde
overleg inzake loonarbeid van leerplich
tige kinderen heelt tusschipn den ambts
voorganger van den minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid plaats gehad, In
verband met het optreden van het nieu
we kabinet wordt het thans tusschen
den Minister en zijn ambtgenoot voort
gezet.
De Minister acht het geraden met het
nemen van voorbereidende maatregelen
tot invoering van de nieuwe onderwij
zersopleiding volgens het systeem der
Lager Onderwijswet 1920 te wachten tot
het rapport der Staatscommissie Rutgers
verschenen is.
Evenmin als zijn ambtsvoorganger is
de Minister voornemens uniformiteit in
de eindexamens der kweekscholen te be
vorderen in dien zin, dat overal aan de
candidaten hetzelfde schriftelijk werk zal
worden opgegeven.
Het vraagstuk der bezoldiging van de
onderwijzers staat niet op zichzelf; het
maakt deel uit van de salarieering van
de burgerlijke ambtenaren in het alge
meen. De Minister verwijst dan ook naar
hetgeen van Regeeringswege bij het de
bat in de Tweede Kamer over hoofd
stuk I der Rijksbegrooting voor 1930 is
gezegd.
Er bestaat thans voor hem geen re
den om eenig onderdeel van het salaris-
vraagstuk aan de orde te stellen.
Hoewel op het begrootingsartikel geen
gelden zijn aangevraagd voor subsidiee-
ring van nieuwe scholen voor buitenge
woon lager onderwijs, ligt het in de be
doeling van dipn Minister wel eenige
nieuwe in 1930 te openen scholen te hel
pen, zooals dit in de laatste jaren is
geschied.
De Minister stelt zich voor de scholen
voor psychopaten en voor lichamelijke
gebrekkigen eerlang op te nemen in de
thans geldende voorloopige regeling van
het buitengewoon lager onderwijs.
Etpn voorstel tot invoering van leer
plicht of schoolplicht van het buitenge
woon onderwijs kan hij niet toezeggen.
Zoodra zulks financieel mogelijk zal zijn,
zal een meer afdoende regeling van de
subsidies voor het buitengewoon onder
wijs getroffen moeten worden.
De besteding van het subsidie ten be
hoeve van de R.K. leergangen te Tilburg,
wordt aan het bestuur dezer instelling
overgelaten.
Naar het Handbl. verneemt is men
hier te lande met het vraagstuk van
de nachtvliegverbindingen thans een heel
«ind verder gekomen. Er is dezer diagen
een bijeenkomst gehouden, waarin de
noodzakelijkheid om met bebakening een
aanvang te maken, steeds naar voren is
gekomen.
En er zal, nu binnenkort reeds, be
gonnen worden a,an de voorbereiding van
de bebakening van de luchlroute Amster
dam1Ha n no vervoor zoover dat ons
land ook aangaat, derhalve tot Rheine.
Gerekend zou dan mogen worden, djat
binnen een half jaar deze bebakening
gereed zou zijn, derhalve nflg vroeg ge
noeg om bij de instelling van de zonner-
nachtdiensten in werking te worden ge
steld.
Het is nu maar te liopen, dat men in
dit opzicht volkomen diligent blijft, op
dat Nederland de praats behoudc, die liet
zich in de burgerluchtvaart in de laatste
jaren heeft vervorven.
Gemeld wordt aan de N. R. Crt.
De artikelen, die eind October in de
Nederlandsche bladen verschenen zijn
over de Fransche .arbeidsmarkt, hebben
aanleiding gegeven lot vele aanvragen
van Nederlandsche werkzoekenden om
in Frankrijk geplaatst le worden.
Het aanbod is echter niet gekomen
voor den landbouw, de mijnen, en me
taalindustrie, de bouwbedrijven of ter
aanvulling van lieL tekort; aan ongeschool
de arbeidskrachten; doch wel van de
zijde der handels- en kantoorbedienden
Het is misschien goed, daarom nog
eens uitdrukkelijk vast le stellen, dal
sinds jaren in Frankrijk werkloosheid
heerscht onder de „employés de com
merce et de bureau". Ook musici, die zoo
gaarne in het buitenland schijnen te wer
ken, zullen in Frankrijk zoo goed .als
geen kans hebben, gezien de tegenwoor
dige crisis in de Fransche artislenwereld.
In het algemeen kan worden gezegd,
dat handarbeiders, geschoold of onge
schoold, in Frankrijk kunnen worden^ge
plaatst, indien zij althans ©enigszins he
iend zijn met de Fransche taal. Men den-
ke echter niet, dat de betrekkingen voor
hel grijpen liggen of dal men zonder
formaliteiten in Frankrijk aan het werk
zou mogen gaan. Men behoort in het
bezit te zijn van een door het ministerie
van arbeid of landbouw geviseerd ar
beidscontract en een gezondheidscertifi
caat, afgegeven door eeip geneesheer, die
daartoe is aangewezen door een Fransch
consulaat in Nederland. Vertrek zond t
deze papieren moet beslist worden ont
raden. Zou men Frankrijk binnengeko
men zijn zonder in hét bezit te zijn van
bovengenoemde documenten, dan moeten
deze alsnog worden verkregen, hetgeen
duidelijk blijkt uit het feit, dat de werk
gevers een register moeten aanleggen en
bijhouden van .alle in hun dienst zijnde
builenlandsche werkkrachten en dat zij
worden beboet, indien deze zijn aangeno
men zonder toestemming van de Fran
sche autoriteiten. Niet om' te ontmoedi
gen, doch wel om desillusies te hesparen,
versterkt men deze gegevens. Een op
goed geluk naar het buitenland trekken
geeft ti'ouwens nieti'nreer blijk van onder
nemingsgeest, maar wel van onbezonnen
heid, nu men, veelal zelfs ter plaatse,
een arbeidsbeurs tot zijn beschikking
heeft, die ook over de buitenlandsche
arbeidsmarkt voldoende gegevens kan
verstrekken.
51).
„Als zijn weduwe op een lijkschouwing
mocht aandringen, zal er natuurlijk een
gehouden worden. Maar ik heb reden te
gelooven, dat mevrouw Raydon zich
sterk tegen het dankbeeld zou verzet
ten."
„Laten we 't haar even vragen."
De oude mevrouw Raydon liep vlug
ongewoon vlug voor een dame van haar
leeftijd, naar de deur. Terwijl zij naar
buiten traid;, in ide Jhall, hoorde; hij1 (haar
zeggen op een toon van verlichting:
„Bent u daar, mevrouw Strain? Wilt u
alstublieft aan Eva vragen, even bene
den te komen?"
In den salon terugkeerend, merkte me
vrouw Raydon op: ,,Ik moet u nog zeg
gen, dokter, dat, wat ook het gevoelen
van mijn schoondochter in deze zaak za"
zijn, ik niet zal nalaten er bij haar op
aan te dringen, dat zij laat doen wat vol-
gipns mij gedaan moet worden."
Zij zwegen belden een geruime poos en
ofschoon dokter Durham erg met Birtley
Raydon's moeder te doen had, vond hij
ZEELAND. -
Omtrent de reis van de Rotterdam
sche brandweer lezen wij in de N. R. C.
o.m.j' i
„Het is van de Rottterdamsche motor
spuit, die op eigen kracht naar Middel
burg is gereden, een preslatie geweest.
Om' half tien is ze vertrokken van haar
standplaats aan de Brielsche laan en om
half drie arriveerde ze in de Zeeuwsche
hoofdstad, waar onmiddellijk de 700 M.
slang de spuit was uitgerust met 35
slangen werd uitgelegd en zonder hij
vullen van benzine of water met de hulp
verleening kon worden begon|nen.
Om half .acht 's avonds had de com
missaris van politie le Middelburg opge
beid om assistentie. De waarnemende
president-hoofdman der brandweer
vreesde van een tocht naar Middelburg
groote moeilijkheden. Eenigen tijd later
herhaalde Middelburg zijn verzoek en
burgemeester Droogleever Fortuyn, met
wien men zich toen in verbinding stelde,
haar toch een allervervelendste deftig
heid en de onaangenaamste vrouw, die hij
ooit ontmoet had.
Eindelijk verscheen Eva in de kamer,
Zij zag er als een toonbeeld van ellen
de en ziek van het huilen uit.
„Ik wilde graag weten", sprak haar
schoonmoeder kil, „of je ernstige bezwa
ren hebt teg^n een lijkschouwing. Ik sta
er op, dat er een gehouden wordt, met
het oog op de bijzondere omstandighe
den van....", zij brak plotseling af, be
dwong zich toen den zin af te maken
„Birtley's dood."
In het bleeke gezicht der vrouw kwam
een roode tint.
„Och, moet dat?" Smeekend wendde
zij zich tot d^n ouden dokter. ,,Ik zou dat
liever niet willen!"
„Volgens mijn gevoelen is een lijk
schouwing geheel overbodig", antwoord
de hij- „Ik heb uw echtgenoot den der
den Augustus bezocht, nauwelijks twee
weken geleden, toen hij, zooals u weet,
aan acute indigestie leed. Ik heb hem
tc,?n op het hart gedrukt, en niet voor
de eerste maal, dat hij een specialist
moest raadplegen. Hij zei toen, dat hij
er over denken zou."
„Hij schrok hevig terug voor het denk
beeld op rantsoen te worden gezet", zei
Eva zachtjes.
„Ik twijfel niet het minst aan den aard
meende, dat waar zoo dringend hulp
noodig werd geacht ,men die niet mocht
weigeren. De directeur van den vervoer
dienst, dr. de Bruine, adyiseerde in geen
geval dein zeven ton zwaren wagen op
den trein te zetten.
Te half tien is de motorspuit van de
Brielsche laan vertrokken. Hoofdman
Keeman, hoofdopzichter Pellenkoft en
een ploeg van de afdeeling Brandblusch-
middelen gingen mee; de eerste techni
sche opzichter van den motordienst Mal
ler en een chauffeur van dien dienst
hebben om beurten den wagen bestuurd.
Dat de spuit reeds te half drie aan het
werk was aan de Mididelburgsche Hout
haven is een kranig stuk werk geweest
De afstand is 127 K.M., maar men weet
hoe de Zuid-Hollandsche, B,rabanlsche
en Zeeuwsche wegen in dezen peeëntijd
zijn.
De veren had men mee. Juist voor liet
vertrek van de spuit had de Commissaris
van de Koningin ini Zeeland nog getele
foneerd en den raad gegeven veel slan
gen mee te nemen-; tegelijk berichtte hij,
dat aan de veren opdracht was gegeven
alle mogelijke medewerking te verleenen.
B,ij Zwijndrecht had men dan ook geen
oponthoud en de pont aan den Moerdijk
had zelfs 18 minuien op de Rotterdam-
sche spuit gewacht. In Bergen op Zoom
(stond een agent gereed om den weg
idoor het stadje te wijzen en verder
als gids te dienen op de reis over Zuiid-
Bieveland en Walcheren.
Van half drie 's nachts af tot kwart
voor negen 's morgens heeft de Rotter-
(lamsche spuit meegewerkt om Middel
burg voor verdere uitbreiding van de
ramp te behoeden.
Gebleken is nog eens te meer, dat
dr. de Bruine en zijn ingenieurs toen ze
hun keuze op dit type motorspuiten
bepaalden ,niet hebben misgetast."
V.an de reis van de Haagische brand
weer wordt in de N.R.Crt. ails volgt ge
meid
Tegen negen uur werd uit Middelbrug
bericht ontvangen, dat de brand van dien
aard was, dat vermoedelijk' ook op de
Haagsche brandweer een Beroep: om as
sistentie zou worden gedaan. ,Men heeft
toen 2 molorspuilen in gereedheid ge
bracht. Om half elf kwam het verzoek
om naar Middelburg uit te rukken. On
der leiding van inspecteur-brandmeester
De Graad zijn daarop met den goede
rentrein van 12 uur UoliSpoor de heide
spuiten derwaarts gegaain. Te Roosendaal
werden de wagens gerangeerd in een ex
tra trein, daar men anders Zondag eerst
te 9 uur v.m. te Middelburg had kunnen
zijn. Thans was men er te zes uur.
De brand was intusschen ,al zoodanig
gebiluscht, dat het niet tooodg was, de
motorspuilen af te laden. De Rotterdam
sche brandweer was met een harer beide
spuiten reeds weer aan Ihet opladen.
De heer De Graad is daarop met zijn
mannen en met de spuiten te 7.10 achter
een personentrein via Roosendaal terug-
gekeerd.
Aan een Beschouwing Verseput f in
hetzelfde blad ontleenen we:
Gelukkig heeft men in Zeeland en voor
al te Middelburg, dank zij Nehalennia
de vereeniging tot instandhouding van
oude gebouwen, de provinciale schoon
heidscommissie i?n misschien nog meer
van die lichamen, een open oog voor 't
behoud van het stadsschoon. Menig
nieuw gebouw in een oude straat legt er
getuigenis van af, dat de eigenaars en
bouwers gaarne den goeden raad, die
strekt om het nieuwe gebouw 'bij de
oude huizen te lat^n aansluiten. Niemanc
kan eischen, dat er op de plaats van de
ruïne een copie wordt opgericht van wat
er gestaan heeft. Daar was trouwens ook
teveel bij, dat door latere verbouwing
van den onderpui zijn eenheid verloren
had en dat nu het eenmaal door het
vuur vernield is beter door een moder
ne eenheid, die rekening houdt met het
karakter van de stad pn van de Lange
Delft, kan worden vervangen. Van één
gebouw mag dat niet gezegd worden, dat
is het patriciërshuis Groot Ravesteyn,
waarin al sinds jaren het Grand Hote'
Verseput gevestigd was.
Hoevelen in ons land hebben Verseput
niet gekend? In Baedekers reisgids voor
van zijn noodlottige kwaal. Wat vanmor
gen gebeurde, was bet gevolg van het
overdadige diner, dat hij gisteravond ge
bruikt had fn waarop hij een groote hoe
veelheid, naar ik begrijp meer dan een
halven liter gemberlimonade met ijs
dronk.'
„Dat geloof ik ook", zei Eva haastig.
„Jij?" riep de oude mevrouw Raydon
uit.
Hoewel dokter Durham geen scherpe
opmerker was, keek hij toch verbaasd op
door den gloeienden haat en diepe ver
achting, die uit dat ééne woordje spra
ken.
Wat e^n gevaarlijke, kwaadaardige
oude vrouw!
Dokters zijn, soms tegen wil en dank
getuigen van de familietwisten, die vaak
volgen op een sterfgeval, maar ditmaa'
drong het op den bejaarden geneesheer
door, dat hij nog nooit iemand had zien
optreden, als de oude mevrouw Raydon
thans deed.
„Moet ik het zóó opvatten, dat u ge
heel tegen den duidelijk uitgesproken
wensch van uw zoons weduwe wilt in
gaan?" vroeg hij driftig.
„Neen, dokter, ik wil niet tegen haar
besluit ingaan. Ik ben van gevoelen, dat
in een sterfgeval] zoo plotseling en ge
heimzinnig als dat van mijn eenigen zoon
maar én ding te dóen valt, dat is: een ge
Nederland droeg het een sterretje voor
zijn naam en werd het 't eerste genoemd
van de Middelburgsche hotels. Die als
landgenoot Middelburg kende, behoefde
geen Baedeker op te slaan om te weten,
dat Verseput goed was, een goed hotel
met een voortreffelijke keuken, waar
ook Middelburgers zelf bij tijd en wijle
met genoegen van plachten te profitee
red De salons aan de voorzijde waren
nog naar waarheid salons en hoe genoeg
lijk was het te ontbijten in de tuinkamer
i?n na het ontbijt dien grooten lap grond
eens in te loopen, al was die dan ook
ontsierd door een uitbouw van moder
ne hotelkamers, die wel zeer conforta-
bel waren, maar wier uiterlijk aspect niet
zoo bijster bij het oude huis aansloot.
Toen in den oorlogstijd het buitenland
voor het maken van reizen gesloten was,
hebben velen uit andere provincies kipn
nis gemaakt met Zeelands schoonheden
en daarbij den Zeeuwscben tuin, gelijk
Walcheren om zijn schoone boschagiën
van oudsher heet, niet vergeten. Behalve
aan Middelburgs stedenschoon hebben ve
le dier bezoekers ook aan Verseput een
aangename herinnering meegenomen. Ze
ker is dat het geval geweest met de
vele paartjes, die daar in dien tijd op hun
huwelijksreis zijn afgestapt.
Na den oorlog zijn de vreemdelingen
weer gekomen, maar ook vele Neder
landers zijn nog menigmaal weergekeerd,
om nu nog maar te zwijgen van de vele
zakenmenschen en handelsreizigers, die
er geregeld een onderkomen vonden. Er
is ook menig feest in Verseput gevierd en
wij herinneren ons een bruiloft, waarop
allerlei kopstukken uit Middelburg en an
dere Zeeuwsche plaatsen, staf- en ma
rine-officieren incluis, aanwezig waren
en waarvan alle gasten „opgeschreven"
zijn door de politie, omdat de hotelier bij
zijn beslommeringen voor het menu
waar bij dan ook alle eer van weg
droeg verzuimd had nachtpermissie te
vragen. Maar neen, niet alle gasten wer
den opgeschreven, want de stafofficier
was met een meesterlijke strategie en
met een rijksambtenaar en een notaris
ais volgelingen door den tuin en de tuin
poort ontkomen. Hij is hartelijk uitgela
chen, vooral toen bleek,, dat de rechter
geen termen aanwezig vond om de zaak
te vervolgen!
Met weemoed halen wij hier deze her
innering op, Verseput is grondig vernielc
pn als er ter zelfaer plaatse een nieuw
Grand Hotel mag verrijzen, zal dat naar
alle waarschijnlijkheid wel een ander
uiterlijk cachet dragen dan de voorname
behuizinge, waarin men zich met recht
„te gast" voelde.
Onder leiding van den burgemeester
vergaderde de gemeenteraad Vrijdag.
Afwezig met kennisgeving de heer
Jaks. Minderhoud.
Na voorlezing der notulen deelde dje
'voorzitter, naar aanleiding van een be
spreking over de gelegenheid tot het op
nemen van eventueele patiënten, die
aan alastrum lijden, me'de, dat deze niet
opgenomen kunnen worden in het zie
kenhuis te Middelburg. Slechts patiënten,
die aan andere besmettelijke ziekten lij
den kunnen ,daar opgenomen: worden.
In verhand met dezen toestand heeft
spr. zich tot de gezondheidscommissie
(gewend ,om over deze zaak advies le
willen uitbrengen.
D© gemeente verpacht telken jare de
graskanten aan de polderwegen. Volgens
een tusschen den Polder Walcheren en
de gemeente vroeger gesloten contract
betaalt de gem. daarvoor aan den pol
der jaarlijks een vast bedrag, wat de
gemeente op haar beurt weer van de
pachters ongeveer inde. In de laatste ja
ren schijnen er om verschillende rede
nen, ;geen genoegzaam aantal liefhebbers
te zijn om deze graskanten te pachten;
en daar de gemeente toch volgens het
indertijd gesloten contract de vastgestel
de som moet betalen, lijdt de gemeente
schade.
Nu heeft de raiad reeds vroeger bij dén
Polder aangevraagd, de gemeente djat be
drag kwijt te schelden. Dioch bij ingeko-
almeert het hoesten flacon
maakt het slijm 1 es FLïiO
brengt spoedig verlichting
Vraag het oordeel van Uw dok/er!-Agenten Fs B. Meindv-jma-Den tiao^
(Ingez. Med.)
men schrijven gaat de polder op dat ver
zoek niet in. Op voorstel van den voor
zitter werd besloten dienaangaande de
beslissing in te roepen van Ged. 'Staten.
Aangaande het bekende verzoek van 'i
comité der Ver. van Burgemeesters en
Secretarissen in de kantons Hoorn, om
adhaesie aan het door haar gerich-
adres aan den Minister van O., K. en W.
en de Tweede Kamer inzake de verbete
ring van het onderwijs ten plattelande
aoor ae betere classificatie der gemeen
ten volgens het Bezoldigingsbes:] uit.
De heer W. Huijbregtse merkte
op ,dal hij het geheel eens is met da
uitgesproken meening. Ook de heer K.
C ij siio u w merkte op, dat z.i. het leven
in de stad niet duurder is dan in net
dorp. Meestal is men voor inkoopen van
velerlei aangewezen op de stad.
De heer H u i d r. C y s o u w zou
mee kunnen gaan met de strekking van
het adres, mits op de hoogere salarissen
een bedrag werd verminderd,, ongeveer
gelijkstaande met de dan hooger uitge
keerde salarissen van de ambt. ter plat-
tenlande, zoodat dan de totale kosten
voor het Rijk aan salarissen dezelfde
hieven.
Dhr. B. L o n wer se merkte nog op,
dal de standplaatsaftrek onbillijk is voor
alle ambtenaren. Beslloten werd met
algem. st. adhaesie te betuigen.
Aan de orde kwam daarna weder een
verzoek van het hoofdbestuur van den
Centr. Bond van transportarbeiders en
de afd. „Westkapelle" van den Centr.
Bond dat de gemeente zich zou djoen
aansluiten bij de regels neergelegd in
het werkeloosheidsbesluit 1917.
De voorz. merkte op, dat in Mei
van dit jaar eenzelfde adres door den
Raad is behandeld. De meening van spr.
mag hij bij de leden bekend veronder
stellen uit de behandelling: van het vo
rige adres. Spr. vond het niet goed tel
kens terug te komen op dit verzoek, om
dat deze zaak bij meerderheid van stem
men is heslist.
De heer Huibregtse merkte even
wel op, dat bij de vorige behandeling
het tegen den zom'er ging;, terwijl het
nu tegen den winter gaat.
Volgens spr. zou het nu een reden
kunnen zijn om wel aan te sluiten, ook
al om te voorkomen, dat werkeloozen
bij het armbestuur aankloppen.
Ook de heer K. Cysouw was daar
voor.
De heer Hendr. Cysouw gaf nog
eens te kennen tegen le zijn op princi-
pieele gronden..
Bij stemming bleken de heeren H. de
Kam, Cysouw en Huinr. Cysouw te zijn
tegen en de heeren W. Huibregtse, B.
Fouwerse en K. Cysouw' voor aansluiting
le zijn. Het voorstel komt dus in de
volgende vergadering weer op de agen
da.
On voorstel van den voorzitter werd
besloten aan den heer S. Dieleman op
eervolle wijze ontslag te verieeneu als
onderwijzer aan de openb. school, met
ingang van 1 Januari a.s., wegens zijn
oenoeming als zoodanig in Middelburg.
In de daardoor ontstane vacature voor
onderwijzer werd nu voorzien door de
benoeming van den heer J. C. Qasteleijn
te Vlissingen, no. 1 van de voordracht
met 5 st. Een slem was uitgebracht op
den heer J. A. Rijnberg te Middelburg,
no. 2 der voordracht.
Daarna werd benoemd tot lid van
het Burgert. Armbest. met 4 st. de heer
Jaks. Minderhoud Pz. A 16, aftr. lid,
rechtelijk onderzoek."
„Gerechtelijk onderzoek?' Verontwaar
diging en verbazing deden hem zijn kal-
men toon verliezen.
„Ja, dat is mijn opvatting", zei me
vrouw Raydon beslist. „Onlangs stierf 'n
oude vriendin van me, een dame van
R chtig jaar, een volkomen natuurlijken
dood. Maar omdat zij in geen twee maan
den voor haar overlijden e^n dokter ge
raadpleegd had, kon haar familie de blaam
en het pijnlijke van een gerechtelijk on
derzoek niet ontgaan."
„Maar u wilt deze dame toch zeker
dat pijnlijke ik wil niet zeggen die
blaam, want daarvan is hier geen spra
ke maar dat pijnlijke, om te moeten
verschijnen voor een verhoor, niet aan
doen? Zij zou de hoofdgetuige, afgezien
natuurlijk van mijzelf, zijn."
„En ik zou gaarne ook een verklaring
afleggen, want ik heb mijn zoon nog
twee dagen vóór zijn overlijden gespro
ken en hij kwam mij toen voor in blaken
de gezondheid te verkeeren,"
„Hij kan heel wel geschenen hebben",
viel Eva in, „maar hij klaagde dikwijls,
vooral wanneer we gedanst hadden, over
een hevige steek in zijn zij. Ik weet, dat
hij zich gisterenochtend erg onplezierig
gevoelde, want Adelaide Strain zei me,
dat hij geklaagd had. Ik vergeef het me
zelf nooit, dat ik niet op hem gewacht
heb, om met hem naar de stad te gaan
Op nieuw barstte Eva in krampachtig
snikken uit.
Mevrouw Raydon liet een blik vol af
keer en achterdocht op haar schoondoch
ter rusten. Toen wendde zij zich tot d<pn
dokter met de woorden:
„Ik zie, dat noch mijn woorden, noch
mijn zienswijze in staat zijn u tot andere
gedachten te brengen, dokter Durham.
Het spijt me, dat ik u h?n lastig geval
len met mijn verzoek, mij hier te komen
spreken."
„Och neen, zegt u dat niet", riep hij uit,
„ik ben heel graag gekomen en ik hoop"
hij aarzelde, stokte „ik hoop, dat
u wel overtuigd zult willen zijn van mijn
innigste deelneming in uw droevig ver
lies."
Maar zij stak hem de hand niet toe,
waarop hij met een buiging zich uit de
voeten maakte,
Er volgde ©?n pijnlijke stilte tusschen
de twee vrouwen. Eindelijk zei Eva ze
nuwachtig:
„Ik heb in 't geheel geen trek om te
lunchen Wilt u mij excuseeren, als ik
boven wat ga liggen? Ik heb den heelen
nacht geen oog dicht gedaan,"
ia-
mi
<d.
ar- i
et
ts
in
.at,
i'n
er
sr
,an-
ire
elf
er
iï-r