TWEEDE BLAD
VAN DE
VAN
Donderdag 24 Oct. 1929 No. 251
DE MAHA-CYCLUS,
FEUILLETON
HET VONNIS
GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG
Mededeelragen,
De Waterleiding-
Zondagsdienst teleioon.
Een Nederlandscli-Indische do
cumentaire film van groote
schoonheid, Geselecteerd uit
den oogst van vier jaren film-
expeditie door onzen Oost,
Kranig werk van den rolprent-
cpnemer I, A. Qchse,
Er is gisteren in Den Haag, in het
Ocleon-theater aan de Heerengracht, voor
een aantal daartoe uitgenoodigden, een
film vertoond. Dat is nu niet zoo heel
iets bijzonders: in de groote steden ge
beurt het wel meer, dat de pers en en
kele zeer belangstellenden, wanneer er
een nieuwe rolprent van eenigszins bij
zonderen aard op het doek zal komen
tot zulk een voorvertooning worden uit-
genoodigd.
Maar gisteren was het toch wel iets
anders, wat men zal begrijpen, als we
vermelden, dat onder het select publiek
o.m. werden opgemerkt de minister van
koloniën, de heer S de Graaff, de oud
gouverneurs-generaal mr. Idenburg en
graaf Van Limburg Stirum, en mr. dr.
Van Leeuwen; later vernamen wij, dat
onze gezant te Berlijn het eereprotecto-
raat van deze film voor Duitschland op
zich nam, terwijl nog een brief was in
gekomen van den voorzitter van de Cen
trale filmkeuring, den heer D. van Sta
veren, die o.m. schreef: „ik weet niet
wat in deze film het meest te roemen:
de groote volledigheid, de leerzame ti
tels of de verrukkelijke fotografie. Jam
mer acht ik het, dat zulk een film niet
allerwegen voor het onderwijs beschik
baar is"
Daaruit alleen reeds moge dus blijken
dat de eerste vertooning van deze film
en terecht, naar later zou blijken
als iets van heel bijzonderen aard en van
het hoogste belang beschouwd werd.
De uitnoodigingen waren verzonden
door den raad van commissarissen van
de Ned.-Indische Film Mpij en ver
toond werden fragmenten uit de drie dee-
len van de Maha-cyclus. Dit laatste wil
zeggen: het beste en schoonste omtrent
Ned-Indië, wat tot dusverre op de film
gebracht werd Vier jaren heeft de be
kende Nederlandsche rolprent-opnemer
der Polygoonfabrieken, de heer I A.
Ochse (de man onzer folklore films
o.a.) daartoe in het enorme eilanden
rijk van onzen Oost gezworven en overal
waar iets schoons of iets leerzaams, iets
machtig-verhevens of iets zeer bijzonders
te zien was, daar stond Ochse achter de
kamera en draaide aan den slinger....
En aldus kwam, na schifting en zorg
vuldige selectie, een filmwerk tot stand
van hooge cultureele en documentaire
waarde, van belang voor iederen Neder
lander, van groot belang voor de leerlin
gen der hoogste klassen van de lagere
en voor alle bezoekers van middelbare
scholen, maar bovenal: een film van
klare, elementaire schoonheid.
Het eerste deel, Mahasoetji het op
perste pure, geeft ons, als wondere te
genstelling, het infernale geweld van Ja
va's vulkanen en^le verfijnde cultuur van
het oude eiland
Gruwelijk en grïezefl^impoi zijn de op
namen van de vulkaanbestïjgkigen door
de oer-bosschen, waar men de'^gijtige
door mevrouw Belloc Lowndes.
11).
Adelaide Slrain had leukjes gevraagd:
„,Hoe ziet hij'er [uil? Groot en donker ze
ker?"
„Wal raad jij dat knap! Hij heet Ray-
don Birtley (niet Bertie) Raydon.
Bij' is drie en dertig en zoo k'na'pi,, zoo
knap', dat ze hem niet voor kanonnch-
vleiesch hebben aangewezen. Maar dat
neemt niet we-g,, dat hij den heelen oor
log als oen 'koeli heeft gewerkt
,\,Wat doel ie dan nu?" klonk het uit
het -beddegocd Op.
„Hij is het oudste lid van een firma
die al over de honderd jaar bestaat,, en
verleden jaar heeft hij schoon vier dui-
zepd pond gemaakt! Als zijn moeder
'sterft krijgt hij (nog (heel wat g-eld meer.
Maar hij is dol op izijrn moeder, dus' hij
•vjerlangt niet zoo Izeer naar haar dood.
Daarom houd ik Van Ihlefm. Bij dringL er
heel sterk op aan, dat ik kennis met h'aar;
zal ma:k|eu. Maar ilot dusver heb' ik
„ineen" (gezegd, want ik heb een! soort
gevoel, dat door Ide ktennismakïng imet
heete zwaveldampen door het weelderige
oerwoud ziet opstijgen: achtergrond voor
een Faust- of een Hel-film. Maar al dra
voert de film dan naar zijn eerste hoog
tepunt: de opnamen der uitbarstingen
van den Krakatau, op Lang-eiland geno
men, Eerst zien we daar, hoe de obser-
vators op dat eilandje leven en werken,
zoo, dat wij dienzelfden avond nog in de
krant kunnen lezen, hoeveel erupties
vandaag voorkwamen en hoe hoog ze
wel waren.
Maar dan komt wat ons als het schoon
ste en indrukwekkendste gedeelte van
gan.sch dien middag trof: de opname,
eerst met telelenzen en dan, met 'n mo-
torschoenertje, op 300 M. afstand, van
de Krakatau-uitbarstingen. Het verfilmen
van dit, boven 's menschen begrip van
machtigheid gaande, natuurverschijnsel is
geworden, in zijn natuurlijkheid, tot een
uiting van pure film-schoonheid: de mas
sa's lava-modder die in de lucht worden
gespoten, honderden meters hoog, en zich
dan uiteenspreiden, met stoomwolken
vermengen en in allerhande fantastieke
vormen steeds veranderen, alsof we het
geweld der woeste wolken aan een stor
menden najaarshemel nu van vlakbij za
gen, maar dan met den huiveringwekken-
den ondergrond des gevaars....
Dan plotseling: Bali.
Witte paleizen, mooie menschen en
elegante dieren, onder stroomende wa
terstralen plassend en zich verfrisschend
dansen, van mannen en vrouwen, en
ook van de jeugdige kinderen, knapen en
meisjes, die in gestyleerd beweeg van li
chaam en ledematen ons laten zien....
hoe mooi het is.en hoezeer hun kui
tuur wel van de onze verschilt
Dan: een hanengevecht, een vertooning
waarin de bij den Oosterling dichter on
der de oppervlakte sluimerende sadisti
sche gevoelens een pervers, maar niette
min uitwendig beheerscht, genot vinden.
Trouwens, wij zijn er nog niet zoo zeker
van, dat zulk een hanengevecht tot de
dood er op volgt, in Nederland géén
drommen kijkers zou trekken!
En zoo ontrolt zich Indië's schoonheid
en belangwekkendheid in een reeks van
voortdurend wisselende, maar steeds in
de hoogste mate belangwekkende, beel
den voor onze oogen. Met goed gevoel
voor compositie zijn de strooken aaneen-
gelascht, zoodat de belangstelling geen
oogenblik verflauwt: van de teere, seree-
ne rivier-stemming in den tropennacht
gaan we over op de merkwaardige ritu
eele geestenbezwering, met leuke close-
ups van een ouden, nar-achtigen medi-
cijnmeesterskop; van het cultureele en
economische werk van Nederland zijn we
hier getuige; van de woeste schoonheid
der tropische Barito-rivier trekken we
met den heer Ochse op moeizame reizen
naar het verre, onbekende en onbeminde
Nieuw-Guinea, waar de menschen, die
nog zeer dicht bij den primitiefsten staat
des levens staan, hun medemenschen roo-
ven, hun godsgerichten houden....
Het een is al mooier, al interessanter
dan het ander; de Maha-cyclus is, naar
het ons wil voorkomen, een werk van
hooge kultureele beteekenis en het ver
heugde ons gisteren te vernemen, dat het
voornemen bestaat nog voor het einde
des jaars deze film in Middelburg op het
witte doek te vertoonen.
Men zal zijn kennis omtrent ons heer
lijk Insulinde dan op een ongewoon veel
omvattende en toch aangename wijze
kunnen vergrooten.
De N V. Ned. Indische film maat
schappij, opgericht te Haarlem in April
1925 en ten nauwste gelieerd aan de N.V.
Filmfabriek Polygoon te Haarlem, stelt
zich ten doel, de kennis onzer Koloniën
te verbreiden, de belangstelling er voor
te bevorderen, betere begrippen ingang
te doen vinden omtrent de beteekenis
van onze Koloniën, meer speciaal op
agrarisch, industrieel, commercieel en
ethnografisch gebied, door de vervaardi
ging van een keur-collectie Indische films
en foto's en deze zoowel in Indië als
moederland en op de wereldmarkt te ex-
ploiteeren.
is.
de oude mevrouw R;aydon een kink
in den 'kabel zal komen!"
Toen was Adelaide Strain eindelijk
rechtop in 'bed (gaan zitten en zij 'had het
licht opgedraaid.
,j,Hoe lang ken je liem?" vroeg 'zij lang
haam, begrijpend, dat 't ditmaal ernst
was.
Eva draaide er een beetje omheen.
„Ik ken hein .zoowat vijf weken. Ik
Web (hem ontmoet bij de familie John-
json, juist vóór 'dat jij: daar wegging.
Weet je nog, hoe ik 't niet met mezelf
e|ens was,, of ik eer heen zou gaan', of
njiet?" 1
En daar haar Vriendin 'iels zei,, rie'p
zij kinderlijk uit: „O, Addie! Wat ben
ik' toch blij, dat ik gegaan ben!"
.„Hoe dikwijls heb je hem ontmoet?"
„Nog al veel in den laatsten tij|d
zoowat eiken dag. Maar wij zijn eigenlijk
op het eerste (ge-zicht verliefd op el'kaar
geworden. Ik 'Weef telkens als hij mijn
hand aanraakt. En je weet, Addie, dal
ik' heel kalm ben, en
./[Ben je nu verloofd Eva?"
Natuurlijk niet nog niet".
„Maar hij' 'zal (zich 'zeker we.f als ver
loofd beschouwen?"
„Ja, dat geloof ik ook, vooral nu ik
hjém heb toegestaan (mij een zoen te
'geven. Hij is iemand, die zoo iets' heel
Vergadering van Woensdag 23 October
te 2 uur.
Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig de heer Cornelisse wegens ou-
'gelsteldheid.
De VOORZ. zegt gehoopt te hebben
den lieer Cornelisse, nadat hij' vernomen
had, dal deze van de ondergane ope
ratie was genezen, in deze vergadering
igeluk te wenschen met zijn herstel.
Thans hoopt spr. van harte dit in de v'ol-
jgjende vergadering te kunnen doen.
De VOORZ. deelt mede, dat B. en W.
in overleg met de gemeentegeneesheeren-
maatregelen hebben beraamd voor het
geval .gevallen van ataslrlm of pokken
zich in de gemeente mochten voordoen.
Dan zal een lijdelijk ziekenhuis voor die
ziekte worden ingericht in het schoolge
bouw aan de Nieuwe Haven en is een
re'gellng getroffen om de centrale 7de
klasse school en het openbaar vervolg
onderwijs elders te doen onderbrengen.
Daarvoor moest in dit gebouw eeni'g elee
Lrisch licht en waterleiding worden bijge
bracht en moet het gymnastieklokaal in
gericht worden om als verblijf der ver
pleegsters te gebruiken. Spr. vertrouwt
dat de raad de daarvoor gedane uitgaven
later zal goedkeur-ren.
De heer v. d. WEEL wijist op het
raad-sverslag van Wedkapelle en de daar
in, voorkomende mededeeling van den
burgemeester, dat eventueele alastrim-
palienten naar Middelburg zullen worden
iqvergebracht. Spr .vraagt of ten deze
toezegging is gedaan.
De VOORZ. zegt, dat alleen van Kou
de kerke en Biggékerke een verzoek is
ingekomen eventueel© patiënten te Mid
delburg te kunnen doen opnemen, waar
op afwijzend is geantwoord. Van West-
kapelle is echter niets vernomen.
De heer v. d. WEEL vraagt of de
plaats van dit noodziekenhuis wel goed is
en -nieL te veel in de kom der gemeente
Mevr. WEIJL zegt, dat men in Rotter
dam wel gemeend heeft dat een paar ge
vallen veroorzaakt waren doordat de pa-
lienlen vlak bij het ziekenhuis woonden,
waarin lijders aan alastrim werden ver
pleegd ,doch dat later gebleken is, dat
de oorzaak elders moest worden gezocht.
Bij voldoende afsluiting van het zieken
huis is besmetting uitgesloten en ook
hier 'zullen aan de ramen extra voor
zienimgen plaats hebben). Bij vaste plaat
sing van barakken zullen B. en W. ze
ker wel overwegen ze op behoorlijken
afstand van de bebouwde kom te plaat
sen. Hot geldt hier een hulpziekenhuis
De VOORZ. zegt dat de kwestie van
barakken voor besmettelijke ziekten niet
zoo heel eenvoudig is- ..'Het is mo'gleïjjk
dat men dan in het gasthuis geen, lijders
aan besmettelijke ziekten meer opneemt
en ze naar de barakken verwijst. Daarin
z'ijn dan bijv. lijders aan roodvonk en zou
men voor pokken toch weer een anderen
barak moeten bouwen.
De heer PAUL acht het goed gezien
geen toezeggingen te do-en voor het op
nemen van patiënten uit andere ge-
meenten dan zou er voor eigen patiënten
plaats te kort kunnen komen.
Mievrouw WEIJL meent,, dat bij het
vksligcn van vaste (barakken over samen
werking met andere gemeenten ware te
djen-klen'.
De VOORZITTER meent, dat het ook
mogelijk is, dat hel betreffende Konink
lijk besluit doelt op samenwerking van
plattelandsgemeenten onderling en niet
met de centrumgemeeble-.
Inzake het inj de vorige vergadering
voor de leden ter visie gelegd adres' vain)
Bendrilvse, deelt de -VOORZITTER mede,
van H. hog teen schrijven le 'hebben ont
vangen om het ladreis te behandelen en
hij vraagt of iemand naar aanleiding
van het adres ihet woord verlangt.
Daar dit niet het geval is, wordt li-el
ook' nu w-eer voor keinlnijsgeving aan
genomen.
Dit zelfde geschiedt hiel: het jaar-
vjeiiplag van de Vereeh/ging Openbare
L(eeszaal en Bibliotheek' jen met liet
schrijven, van het 'he-stuur der vereeinigimg
voor Genef. Onderwijs, inzake toelating
van den schoolarts op- haar schol-ein.
Bij het Schrijven van de zwemvereeni-
g'ing „Luctor et 'Emergo"" niet uit'rtoo-
diging tot de raadsleden tot 'bijwoning
van de lezing op Zaterdag a.s-.„ wijst de
VOORZITTFB op hel groote hygiënische
belang van zwemmen en baden.
Het adres inzake oprichting van Esi-
p»rantocursusse.n, ste-len Burg. e-n Weth.
voor, voor 'kennisgeving (aan le nemen
De heer v. -d. WEEL zou toch w'ai
willen, dat B.urg. en Weth. dit verzoek
nog eens nader binder de oogen zien.
De VOORZITTER z-egl,- 'dat B,urg. en
Wieth. 'het zekier >nog eens zullen over
wegen als de raa-d dat wenscht.
De heer VFRTREGT mieent, dat er
pejeds vakken genoeg feijn op de lagere
scholen.
Mevrouw DE GRAAF meent, dat dit
vak' beter thuis hoort in de hjéogsltie
|.l,a.sse van de (Handelsschool, de 'kinde
ken va|n de- 'Lagere 'shool 'hébben al moeite
genoeg- met hun eigen taal. f
De heer v. d. WEEL zal zijn idee
om het aan te houden niet handhaven,
maar ziet in het Esperanto een middel
om de vredesge-dachte te 'bevorderen
Het adres wordt rz.li.s. voor k'en!n;is(-
geviiig aangenomen.
Bet adres van dein Bond van Neder!
Onderwijzers inzake vergoeding ,aan lij
delij-ke leerkrachten, die minder -clan 7
dagen dielnsl doen, werd in handen van
Burg. en Weth. gesteld om advies.
Mevrouw DE GRAAF heeft in de ver
ordening -niels kunnen vinden omtrent
Vergoeding a.an tijdelijke leerkrachten.
De VOORZITTER -zegt, -dat dit niet
in de verordening voorkomt, doch afzon
der lijk' is geregeld.
Naar aanleiding van het -antwoord van
B. en W. op de vragen omtrent de wa
tervoorziening van Walcheren, gesteld
door den heer MES merkt deze op, dat
hij slechts matig bevredigd is en hij
gelooft niet, -dat B. en W. niets hebben
mede te de-elen. Als er nog geen onder
handelingen gevoerd zijn met andere ge
meenten dan acht spr. dit verkeerd. De
Vlissingsche waterleiding' zal waarschijn
lijk door de Zuid—Bevelandsche worden
overgenomen. Het heeft spr. zeer be
vreemd, dat de burgemeester van Kou
de kerke gezegd heeft dat er met Zuid-
B-eveland onderhandeld wordt e-ni ooi-
dat Veere aansluiting met die Maat
schappij zou krijgen. De werken aan dfc
Oranjezon zijn uitgevoerd en zullen te
groot opgezet blijken 1-e zijn, die waren
toch bestemd voor de centrale voor
ziening van Walcheren.
De heer DE VEER z-egt dat alles wat
men hoort slechts geruchten zijn en niet
anders. Er -zijn we! ^eens besprekingen
gevoerd o.a. met Domburg, maar er
kunnen geen onderhandelingen worden
gevoerd, alvorens er concessie is ver
leend door Ged. Staten. H-et is zeker
mogelijk dat de waterleiding uit Z.-B-e-
veland aansluiting gevraagd heelt, of be
ter gezegd de leiding uit Osseuarechl,
maar het is niet mogelijk, dat een an
dere -leiding dan die van Middelburg
de plaatsen ten noorden va,n' d-e lijn
Westkapelle— Middelburg van wafer
voorziet. De werken zijn dan ook niet
te groots opgezet.
De heer .MES meent, dat men toch
een nieuwe huis-leiding van Ossendrecht
naar Vlissingen zal leggen -en dan is
het mogelijk ook verder Walcheren le
voorzien. Spr. hoopt, dat de wethouder
gelijk krijgt.
De heer De VEER wijst er op, dal
een buis Vlissingen—V-eere bijv. loch veel
duurder zal zijn dan een £)ranjezon
Veere.
De heer HONDIUS vraagt of er reeds
concessie is gevraagd en waarvoor.
De VOORZITTER zegt dat reeds 11
maanden geleden Concessie werd aan
gevraagd.
De heer IIOND-IUS zegt, dat dit dan
loch lang duurt, Domburg verlangt erg
naar een leiding.
De VOORZITTER -zegt Oostkapeille-, ook
maar het duurt steeds lang.
De heer PAUL vraagt voor welke
plaatsen concessie is gevraagd.
De heer DE VEER zegt voor alles
bewesten het kanaal, behalve Vlissingen
en de gemeenten Ser-ooskerke en St.
Laurens, waar reeds water wordt gele
verd. Liet Overleg kost veel tijd, ook
doordat het rijksbureau voor drinkwater
degelijk' en -ernstig o'ppeemt,, Addie. Zoo
{heel anders, dan Ide meeste jongelui,
die wij kennen."
Adelaide Strajn (draaide zich om -en
knipte eensklaps het (licht uii.t. Zij' had
efen gevoel, ,a,lsof ide wereld, haar we
reld ,om haar heen tol-de. D-a-ar straks
had die stem, Ide stem van Birtley Ray-
don haar onaangenaam (getroffen. En
daarom, zei ze nu-, weer in het donker,
'k'opipig, iels wat iz'ij misschien anders
niet gezegd zou hébben: „Jack Mintlaw
waS c,en goeje man en een dappere
man."
,bD,apper, ja dat weet ik. Maar goed?
Nou, ik li-eb hem eens- dronken ge-zien.
,Dat vergeet ik pooit. E'n toch heb ik' 't
je nooit verteld wel? Maar Birtley Riay-
don is gedurende d-e-n oorlog geheel-on !-
houder geworden -en [hij heeft nooit een
droppel sterken drank gedronken, al was
hij nog zoo -moe!"
^Heilig 'boontje?"
,bO nee'n, dat is hij niet. Integendeel,
hij he-eft me een en ander van hemzelf
fyferteldy dat ik eigenlijk' liever niet ge
hoord had. Maar hij hoeft een naar leven
gehad, de stakker. Altijd bij zijn moeder
gje'woond, e'n die heeft -zulke vervelende
saaie kennissen. Verleden jaar wou -ze
hie-m laten trouwen met een schuw le-e-
lij'k meisje. Een doetje^ slijïjes en piet
luttig. Llij beeft -het bijna gedaan. Maar
(gelukkig voor mij, is er niets van geko
men 1 Zoo toen (hij iinij zag,, nam bij zich
voor met mij te trouwen, en hij heeft
alle naclit-en wakker i@cle.gcn en aan mij
liggen denken. O, jk héb- er naar gehun
kerd, 't je te vertellen, liev'e A-didie!
Maar ik' 'kon er niet toe komen.
Adelaide Slrain ohtoette [Bjlirtley Ray
don, de-n toekomsteen (echtgenoot van
tiaar vriendin miiet meer dan driemaal
vóór den trouwdag.
Zij had plotseling (gevoeld,, -dat zij 'hem
niet mociit en -dat (hij haar evenmin ooiiit
sympathiek -zou vinden. ,Een main als
hij was, moest 'wel sterk aangetrokken
worden door Eva,. Maar zij' 'kon zich'
Eva's overdreven veiTe'dheid pet ver
klaren; wa!nt dat Eva tot -over de oor-en
en wel voor de -eerste maajl verliefd
was, le-'ed geen twijfel.
De trouwplechtigheid, rniet veel pracht
en praal, had plaats gehad in e-en kerk
te South Kensington, die geheel gevuld
was met welvarende, ouderwetsche men
schen, waaronder er niet één was, die
de bekoorlijke bruid en haar vriendin
ooit te voren gezien had. En mevrouw
Strain had ,na een langen- blik op d-e moe
der van den bruidegom tot zichzelf ge
zegd: „Eva zal onaangenaamheden met
die vrouw krijgen."
voorziening door Ged. State-n om advies
wordt gevraagd.
De antwoorden van B. en W. inzake
hun houding betreffende de opheffing
der speruren bij de telefoon op Zondag,
hebben den heer JERON1MUS niet be
vredigd. B. én W. zeggen, dat iedere
aansluiting niet dezelfde waarde heelt.
Maar zoolang de directie van het bedrijf
alle aansluitingen in dezelfde plaats
evenveel laat betalen, en in de toekomst
voor ieder gesprek in -een bepaald rayon
2i/2 cent,, blijkt zij iedere aansluiting
wel dezelfde waarde toe te kgnnen. B.
en "W. mogen wel de Zondagsrust bevor
deren, maar in het onderhavige geval
moet dit alleen door den Rijksdienst zeil
worden beoorde,c,!-d|. -
Het is goed op verbeteringen aan te
dringen, omdat de dienst niet alles kan
beoordeelen. Dit bleek destijds bij de ac
tie voor een middagsneltrein, die de di
rectie der N. S. niet noodig achtte en
die nu de drukste trein is geworden. Men
moet wijzen op den toestand in andere
plaatsen en dan kan men de medische
kwestie en die van het vreemdelingen
verkeer er bij voegen.
De VOORZITTER meent, dat burg. en
weth. voldoende hebben geantwoord.
De heer JERQNIMUS dient een motie
in, waarin de raad als iljn meening uit
spreekt, dat volledige openstelling van
den telefoondienst op Zondag gewenscht
is.
De heer v. d. FELTZ is voor de Zon
dagsrust en zegt dat men moet vragen
of openstelling voor Middelburg noodig
is. Hij zelf kreeg op een Zondag buiten
den telefoondienst om spoedig bericht
van twee ongelukken en een aanhouding
en het ging toch goed en vlug. De medici
zijn ook op andere wijze spoedig te vin
den.
De heer DEN HOLLANDER heeft al
les wat deze kwestie betreft met belang
stelling gevolgd. In de Kamer van Koop
handel is gezegd, dat het zeker geen
steekhoudende argumenten zijn. Men
moet niet bedekt trachten de telefoon
voor eigen gemak open te doen blijven.
De afstanden zijn hier klein, en de dok
toren zijn Zondags ook niet altijd thuis.
Wellicht is het voldoende het gasthuis
door te verbinden. Een lid van de Ka
mer van Koophandel dacht zeker allé da
gen zijn gelijk voor mij en wil ook voor
zaken kunnen telefoneeren, maar daar is
dan tusschen 12 en 3 voldoende tijd voor.
Men heeft niet gedacht aan het personeel
en de bevordering van den Zondags
dienst, ook bij de P. T. T. Eerst beeft
men getracht op Zondag weer een post
bestelling te krijgen en nu weer telefoon-
openstelling, veelal om gewone praatjes
te maken. Voor zeer dringende gevallen
is er tijd genoeg om te telefoneeren.
Mevrouw WEIJL heeft eerbied voor
de Zondagsrust van anderen, maar er zijn
beroepen waarvoor Zondagsrust niet mo
gelijk is. Dat is o.a. het geval voor het
medische vak, men heeft herhaaldelijk
moeilijkheden ondervonden. De telefoon
is o.a. zeer goed als een dokter niet thuis
is en men een ander moet trachten te
vinden. De Zondagsrust komt voor het
personeel niet in gevaar, daar de dienst
toch kan rouleeren. De dienst in een zie
kenhuis en ook die voor de doktoren is
doorgaand. Middelburg mag ook voor
dringende familieberichten niet tijdelijk
van contact met andere deelen van het
land zijn afgesloten.
De heer PAUL heeft, wat niet dikwijls
gebeurt, neiging bm voor de motie-Je-
ronimus te stemmen, maar men mag de
belangen van het personeel niet onder
schatten, er zal echter wel een goede
regeling voor hen te treffen zijn. Juist
door de mededeeling van den heer v. d.
Feltz blijkt de noodzakelijkheid van open
stelling. Het algemeen belang moet ten
slotte voorgaan bij dat van het perso
neel.
De heer PORTHEINE zegt dat de heer
v. d, Feltz de zaak in zijn geheel moet
toelichten, hem staan andere middelen
en ook continubedrijven ten dienste, de
gemeente- en rijkspolitie staan ook voor
hem gereed en moeten toch ook dienst
doen.
De heer MES zal tegen de motie stem-
Dit was niet toe te schrijven aan een
of andere bijzondere gave van voorge
voel van Adelaide Strain,, want zij writ
iets, wat Birtley Rayd-on nog volkom'eu
onbekend was, namelijk, dat Eva bijna
abnormaal verkwistend w,as. Ja, zij, Eva's
vriendin wist dit lot haar eigen nadeel
want dikwijs had zij haar mede-bewoon
ster geld voorgeschoten, dat nimmer was
terugbetaald. Het waren in de oogten vam
Eva slechts kleine bedragen-; echter niet
voor een vrouw, die, zelfs in dagen van
welvaart ,toch elk© shilling moest om-
keeren. Met het oog op de buitengewone
hooge sommen die men toen vroeg voor
de huur van de kleinste huisjes in Lon
den, had het pas getrouwd- paar een
gemeubelde bovenwoning betrokken. En
zij werden zoozeer in 4 beslag genomen
door elkaar lief le hebben en een pret-
tigen tijd door le maken, en Eva's oude
vriendin was toen zoo hard aan het
werk aan 't Ministerie, w@ar zij- trachtte
zjnh in de oogen van haar chef „onmis
baar" te m,a,ken dat de twee vrouwen-,
(eeniige maanden lang ellcaar in het
geheel niet zagen.
(Wordt vervolgd.)