'Snamali
p
ONREINHEID EN WERK.
VERSCHAFFING.
ANNEXATIE VAN RIJSWIJK EN
VOORBURG.
j rlWachfnietlangerl
Tffll ju;st de rheumatiek
moet direct bij de
eerste verschijnse
len bestreden wor-
den; anders wordt
zij zoo lang U leeft,.
Uw kwelgeest!
Hei beste is direct,
inwrijven met
oplossing
ONDERWIJS
RECHTZAKEN
Verschillende Berichten
C. E. d. L. H.
BIJ HET WISSELEN DER
JAARGETIJDEN.
Voorjaar brengt ons bloemen, vele!
RAADSELHOEKJE.
OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT
HET VORIGE NUMMER.
VOOR GROOTEREN.
VOOR KLEINEREN.
(elft).
OM OP TE LOSSEN.
VOOR GROOTEREN.
het dekken van werkelijk productieve
uitgaven. Dat het hier om belangrijke
sommen per ja,ar gaat, blijkt voldoende,
wanneer men nagaat dat de opbrengst
der Successierechten voor het jaar 1930
geraamd wordt op f 42 millioen
Ook voor de komende jaren moge, men
ten aanzien van de opbrengst der Rijks
middelen een „normaal" accres ver
wachten en dat is ook bij1 de raming
voor 1930 ongetwijfeld geschied op
zoo groote stijging der inkomsten als de
laatste jaren te zien gaven, mag bij ge
zond financieel beleid niet gerekend
worden.
Voor 1930 wordt een ontvangst aan be
lastingen geraamd, die ruim f94 millioen
hooger is dan de raming voor 1924 en
ruim f 64 millioen hooger dan de wer
kelijke opbrengst over dit jaar, niettegen
staande in dien tijid toch enkele belastin
gen verlaagd zijn. De commissie spreekt
dan ook als haar overtuiging uit, dat
van verdere verzwaring van belasting
druk geen sprake mag zijn; dat in;
tegendeel er naar gestreefd moet wor
den om zoo spoedig mogelijk tot verdere
belastingverlaging over te gaan.
Allereerst noodig blijft vermindering
door zuiniger en doelmatiger organisatie
van alle uitgaven, die daarvoor in aan
merking komen.
De vooruitzichten voor de toekoomst
zouden hoopvoller zijn geweest, indien
niet het kleinste, doch het grootste deel
der bereikte gunstige resultaten ware te
danken aan goede bezuiniging, d,.w.z. aan
het streven om door doelmatiger orga
nisatie van de diverse takken van staats
dienst met minder kosten het zelfïd/e re
sultaat te bereiken. Gewezen wordt o.m.
op den Rijkswaterstaatsdienst en het On
derwijs.
Krachtige maatregèlen zijn noodig', al
dus besluit de commissie, om te komen
tot doelmatiger organisatie van de Staats
huishouding in haar vollen omvang, op
dat met gering mogelijke kosten zoo
groot mogelijk resultaat worde bereikt.
Het Tweede-Kamerlid dp heer W ij n-
k o o p heeft den minister van Binnenl.
Zaken en Landbouw de volgende vragen
gesteld
In het den minister bekend, dat bij
verschillende werkverschaffingen in het
land het logies vol wandlfuizen zit? Kan
de minister meedeelen, wat hij denkt
te doen om aan deze voortschrijdfende
en verregaande veontrreiniging' ,een einde
te maken? Wil de minister er vroor zorg
dragen, dat d,e betrokken arbeiders ten
gevolge van een en ander geen schade
lijden, hoegenaamd?
Uit een gister.door het gemeentebe
stuur van Rijswijk ontvangen brief van
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
blijkt, dat dit college in beginsel besloten
heeft, medewerking te verleenen betref
fende de vereeniging van Rijswijk en
Voorburg met 's-Gravenhage.
I I k; 1 -
Reukeloos en spaar'
zaam in het gebruik.
i apothekers en drogisten verkrijgbaar.
(Ingez. Med.)
Geslaagd te Utrecht voor het c'and
examen geneeskunde de heer H. J. Die
leman.
Arrond. Rechtbank te
Middelburg.
In de zitting van 4 October werden
de volgende zaken behandeld:
Fr. L., 61 jaar, koopman en landbou
wer te Sint Jansteen werd verdacht, dat
hij op 22 Juli j.l. te Hulst op de zitting
voor Burgerlijke Zaken van het Kanton
gerecht in de civiele zaak tusschen J.
de Feijter, als eischer en E. Goossens,
als gedaagde, als getuige mondeling on
der eede opzettelijk valschelijk heeft
verklaard, o.a., dat hij van Ko de Fey-
ter 2 voer koolrapen had gekocht voor
f 12 de 1000 KG; dat bij de levering
gebleken was, dat ze slecht waren; dat
hij gereclameerd had, dat hij gevraagd
had aan de Feyter om ze terug te halen,
doch dat deze zich daarvan niets 'had
aangetrokken; dat zijn broeder met den
koop niets te maken had, zijnde deze
verklaring opzettelijk, valschelijk, daar
niet hij maar zijn broeder E. Goossens,
die koolrapen had gekocht van de
Feyter.
De verdachte ontkende
De zaak werd uitgesteld om nog een
getuige te hooren en wel tot 15 Novemb.
Mr. R. J. J. Lambooy, advocaat te
Hulst, trad als verdachte's raadsman op.
J. W., werkman, zonder vaste woon
plaats, thans gedetineerd, werd ten laste
gelegd, dat hij op 30 Aug. 1929 te Vlis-
singen een rijwiel, toebehoorend aan J.
J. Houtekamer en dat hij van dezen in
huurkoop 'had, wederrechtelijk zich heeft
toegeëigend.
Eisch 6 maanden gevangenisstraf.
K. S. F-, 23 jaar, landbouwersknecht,
te Wissenkerke, werd beklaagd, dat hij
op Pinksteren 1929 te Kortgene, een
fietslantaarn, toebehoorende aan Thomas
Visser, heeft weggenomen.
Eisch f 25 boete of 25 dagen hechtenis.
L. C. van L., 43 j., arbeider, te Co-
lijnsplaat, werd ten laste gelegd, dat hij
op 31 Augustus 1929 te Colijnsplaat
heeft weggenomen een overpak, geheel
of ten deele toebehoorende aan C. van
Noorden.
Eisch 6 maanden gevangenisstraf.
K. C., werkman te Arnemuiden, werd
ten laste gelegd, dat hij op 15 Aug. j.l.
te Arnemuiden Gilles de Hamer heeft
bewogen hem een geldsbedrag van ong.
f 20 af te geven, 'zeggende, dat hij werk
zaam was bij den landbouwer Johannes
Crucq en voor dezen f 20 zilvergeld
moest vragen.
Eisch 3 maanden gevangenisstraf.
De raadsman, mr. 'P. C. Adriaanse,
vraagt bij schuld verklaring een voorwaar
delijke straf.
Tegen S. van E., 65 j. werkman te
Vlissingen, thans gedetineerd, werd ter
zake van ontucht met kinderen, ge
pleegd te Vlissingen in Mei, Juni, Juli en
Augustus 1929 9 maanden gevangenis
straf met aftrek van het voorarrest ge-
eischt.
L. de W., 21 j. tabaksbewerker, te
Aalst, thans gedetineerd, werd verdacht
dat hij lo. op 18 Augustus 1929 te
Schoondijke heeft weggenomen een hor
loge met ketting, een heerenpantalon,
een vest, een jas en een paar pantof
fels, alles toebehoorende aan Eduard
Stoelens en 2o. te Groede een rijwiel,
toebehoorende aan J. F. Cruson.
Eisch 9 maanden gevangenisstraf met
aftrek van het voorarrest.
H. J. L. M. W., 60 j., huisknecht, zon
der vaste woonplaats, gedetineerd werd
ten laste gelegd, dat hij op 23, 24 en 25
September 1929 te Middelburg, zonder
middelen van bestaan heeft rondgezwor
ven. Eisch en uitspraak 3 dagen hech
tenis en 2| jaar Rijkswerkinrichting.
Kantongerecht te Middel
burg.
In de zitting van 2 October zijn veroor
deeld wegens:
met een rijwiel de linkerzijde van den
weg houden: M. v. d. W. en A. P., bei-
deii te Vlissingen, ieder 3 of 3 d. h.
J. v. d. H. te Middelburg 2 o fl w. t.s,;
met een rijwiel een verboden w§g be
reiden: J. J. L. te Middelburg, 3 of 3
d. h.;
met een rijwiel rijden zonder bel: C.
M. de V., Vlissingen, 3 of 1 w t.s.;
met een handkar rijden zonder aan de
linkerachterzijde een lantaarn of reflec
tor: P. S. te Middelburg, 0.50 of 1 d. h.;
met een motor rijden zonder rijbewijs:
J. J. Q. te Vlissingen, 15 of 15 d. h.;
met een rijwiel rijden over de sluismu
ren: A. A. S-, Vlissingen, ƒ5 of 1 w. t.s.;
te Middelburg wateren buiten de bak
ken: E. B. te Middelburg, 3 of 3 d. h.;
te Vlissingen venten zonder vergun
ning: W. L. C. V., te Middelburg, ƒ3 of
3 d. h.
Politierechter te Middel
burg.
Zitting van 4 October 1929.
C. van B. 22 jaar, schippersknecht te
Brouwershaven, werd verdacht, dat hij
op 6 Aug. j.l. te Brouwershaven J. A.
Bouwman heeft mishandeld.
Eisch en Uitspraak f 15.boete of
15 dagen hechtenis.
De 27-jarige zeeman D. B., die Don
derdag op den Schiedamsichendijk te
Rotterdam de 19-jarige E. W., een doch
ter van een kastelein, met wie hij eeni-
gen tijd verloofd was geweest, met mes
steken heeft gedood, en zichzelf daarna
een diepe steekwond in den buik toe
bracht, is Donderdagmorgen half elf
overleden.
De heer D, v, H. plaatste zijn rij
wiel (tadem) te Poederooijen
even voor een huis. Twee jongens kon
den de verzoeking, om op een dergelijk
rijwiel te toeren, niet weerstaan en re
den er mede weg. Later werd het rij
wiel in 3 stukken gevonden met daar
naast de beide jongens geheel bewuste
loos.
Een der jongens kwam eenige uren
daarna weer bij kennis doch de andere
bleef bewusteloos. Men vreest voor zijn
leven.
De lijken van drie Engelsche onder
zoekers, die in 1925 van de Noord-Wes
telijke kust van de Hudsonbaai waren
vertrokken, om de onbewoonde land
streken van Noordelijk Ailberta te gaan
exploreeren, zijn thans volgens een be
richt uit Ottawa gevonden.
De ongelukkigen zijn in een eenzame
hut verhongerd. In de hut wend een dag
boek gevonden, dat het tragische ver
slag van het lijden der drie ongelukkigen
bevatte, die den hongerdood zagen na
deren. Ook werd een testament gevon
den, dat door een der geleerden was na
gelaten,
Donderdagmorgen is d: Belgische
stoomtrawler „Commandant Bullinck" bij
Fleetwood in Lancashire op de rot
sen geslagen, waarbij drie doodop te be
treuren zijn. De 'menschen aan de 'kust
hoorden de noodkreten, Idocb' konden
geen hulp bieden,, totdat de 'zee tot kalm
te was gekomen. {Toen werd de rest der
bemanning gered. j
Vijf veehandelaars,, die per auto
van Hu s z t naar de jaarmarkt in de
districtshoofdstad; reden werden nabij de
stad door roovers overvallen. Drie met
karabijnen en revolvers 'gewapende ge-
mas'kerae roovers dwongen de veehan
delaars hun (geld, ongeveer 15.000 kro
nen af te fgeven. Twee veehandelaars ge
lukte het bun 'geld te verbergen.
Toen een auto voorbij reed verdwenen
de roovers in de velden.
In (dfen dierentuin te Frankfort
aan d e |M a i n is een ernstig ongeluk
g|ebe urd.
Fen scholier,, die met zijn klas den
dierentuin bezocht, wilde een ijfsbeer
teen stuk (brood 'geven. De ijsbeer greep
het brood,, doch oo'k den arm van den
scholier, die geheel afgerukt werd. In
bedenkelijken toestand 'is de (scholier naar
het ziekenhuis overgebracht.
Inzake het uitdrijven uit België
van zigeunerbenden, verneemt 't
Hand., dat hierin thans eenige stilstand
is gekomen, daar overal de Nederland-
sche grensbewaking paraat bleek en het
niet mogelijk was, door te breken. De
bedreiging is nog niet van de baan. Ver
schillende benden zijn gesignaleerd in
de onmiddellijke nabijheid van de grens.
Zoo bevinden er zich aan de zijde van
de Oostbrabantsche grens, terwijl even
eens in de omgeving van Herenthals
groote troepen verblijven. Tenzij van
hoogste instanties uit stappen gedaan
worden om aan dit spelletje een einde
te maken, zullen de bewakers van de
grens weer wel verscheiden maanden
opgeschept zitten met de taak, de on-
genoode gasten buiten te houden,
Henri Crépin, een moordenaar,
gruwelijk verminkt, zonder stem en bij
kans zonder aangezicht, heeft voor het
Assizenhof van het dep. Oise te Beau-
vais terechtgestaan.
Ongeveer 'n jaar geleden, schoot Cré
pin, die getrouwd is en kinderen heeft,
doch een liefdesverhouding had met een
zekere Mathilde Delarche, baanwachte-
res dij de spoorwegen, eveneens ge
huwd en moeder van zes kinderen, zijn
minnares dood, omdat zij tegelijkertijd
liefdesbetrekkingen onderhield met een
een heel eind loopen: eerst een stuk
door het bosch, dan een zandweg en ein
delijk nog door het dorp. Tusschen twaalf
en half twee komt hij dan ook niet thuis.
Moeder geeft hem 's morgens zijn boter
hammen mee en een klein fleschje melk-
met-water. Dat is zijn twaalf uurtje.
Op zijn terugweg uit school moet hij
wel eens boodschappen doen. 't Spaart
Moeder een gang naar het dorp uit, want
zij kan haar tijd best gebruiken.
Op zekeren dag moet Klaas voor Va
der een boodschap bij den boschwachter
doen. Hij komt toch langs de boschwach-
terswoning en 't is dus heelemaal niet
om voor hem.
Als Klaas geklopt heeft, gaat de deur
open en noodigt de vriendelijke vrouw
Tuinstra hem uit binnen te komen. Klaas
zet zijn klompen netjes bij de deur en
gaat naar binnen.
Plotseling dringt het geluid van een
gramophoon tot hem door. De jongen
weet heelemaal niet wat het is, hij hoort
alleen een vervaarlijke stem, die uit een
klein, bruin kastje komt.
Nauwelijks is dit hem duidelijk gewor
den, of Klaas neemt de beenen. Hij rent
weg, alsof iemand hem achterna zit. Zijn
klompen laat hij zelfs in den steek! En
dat zegt heel wat, want 't zijn pas nieu
we, waarop hij nog wel zoo trotscüf is!
Eindelijk blijft hij stil staan, kijkt be
hoedzaam om zich heen, maar kan niets
verdachts ontdekken. Daar schiet ihet
hem opeensi te binnen, dat hij zijn klom
pen vergeten heeft! Zal hij ze gaan ha
len? Maar dan moet hij weer terug naar
de boschwachterswoning!
Even aarzelt Klaas. Wanneer hij ech
ter bedenkt, hoe Moeder kijken zal, als
hij zonder klompen thuis komt, is zijn
besluit genomen; hij zal teruggaan om ze
te halen. Er kome dan van wat wil!
Behoedzaam nadert hij het huisje,
waaruit hij zoo overhaast gevlucht was.
Eindelijk heeft hij het bereikt. De klom
pen staan er gelukkig nog! Juist als
Klaas ze haastig grijpen wil, komt vrouw
Tuinstra er aan en vraagt:
„Maar Klaas, jongen, waarom liep je
toch op eens zoo hard weg?"
Weer kijkt Klaas angstig om zich heen.
Dan fluistert hij:
,,'k Heb den man in dat kleine kastje
best gehoord! Ik was bang dat hij er uit
zou komen om mij achterna te zitten!"
Klaas begrijpt alleen niet, waarom
vrouw Tuinstra nu toch zoo lacht.
------
door
C. E. DE LILLE HOGERWAARD.
Laat ons nog naar buiten trekken!
't Is voor 't laatst misschien van 't jaar!
Want de winter staat te wachten
Was het altijd zomer maar!
Toch geloof 'k, zou 't gauw vervelen,
Als het altijd zomer was
En wij buiten konden spelen
Zonder mantel, zonder jas!
Ieder jaargetij geeft vreugde,
Ieder jaargetij is goed,
Als je het met opgewektheid
Bij zijn intrede begroet.
Winter heeft vaak alles buiten
'n Grooten sneeuwhoed opgezet
En hij zorgt voor schaatsenrijden,
Biedt de jeugd weer volop pret!
Ze zaten doodstil naast elkaar,
't Was leesles in de klas.
Maar ach, toen dacht Charlotj' op eens
Aan 't knikkertj' in haar tasch!
Ze had 't gekregen van broer Jaap,
Jaap kreeg het weer van Henk,
Nu, Lotje was, dat snap je wel,
Dolblij met het geschenk!
En toen ze aan den knikker dacht,
Dat knikkertje van glas,
Toen wou ze Lientje laten zien,
Hoe mooi hij toch wel was!
Geeft aan boom en struik een kleed
Van fijn groen. Wat zou 't een ramp
zijn,
Als het voorjaar dat niet deed!
Zomer laat ons veel genieten
Van de zee, de bosschen, hei!
En we loopen, fietsen, dart'len
Als de vlindertjes zoo blij!
Najaar is de appelkoopman
Die ons sapp'ge vruchten biedt
En ons om den haard verzamelt,
Sinterklaas in het verschiet!
Winter steeds kun je zoo doorgaan
Brengt ons menig huis'lijk feest.
Daarom zeg ik: Van den winter
Houd ik eig'lijk nog het meest!
Wissel steeds dan, jaargetijden!
Welkom ben je allemaal!
't Zonnetje kan altijd schijnen,
Ook al zijn de boomen kaal.
A
Fluks haalde zij hem voor den dag.
Lien, kijk eens! zei ze zacht.
Maar lieve hemeltje nog toe,
Wie had dat ooit gedacht!
Dat mooie glazen knikkertje,
Waar Lot zoo trotsch op was,
Dat sprong brutaal uit Lotje's schoot
En.... rolde door de klas!
O, o, wat keek de juffrouw boos,
En wat had Lot een spijt!
Maar 't gaf niet meer, het was te laat,
Lot was haar knikker kwijt!
R. WINKEL.
1. Als de eene hand de andere wascht,
worden ze beide schoon.
2. N Nood
vos breekt wet.
brood
vandaag
h o o i b r o ei
sche e rkw as t
Noiodbreek twet
schaterlach
hu i skamer
Stettin
gewei
bek
t
f1
3. Sluis, kil; Sluiskil.
4. Flores, Floris.
t
1. Schaats,
2. Automobiel.
f
3. Met de letter d,
4. Hebben Jaap en Bob Otto niet ge
zien? (bot).
De jongen stond pal, in geen geval
zou hij toegeven. (paling).
De helft is werkelijk genoeg, Jenny
De laatste uren bracht ik slapende
door. (steur).
Heeft meneer Musch arts-examen ge
daan? (schar).
1. Mijn geheel wordt met 10 letters ge
schreven en noemt een staat in
Zuid-Amerika.
3, 10, 5, 6 is een stad in België.
Een 3, 9, 4, 2 is een roofvogel.
6, 7, 5 is een metaal.
Visschen hebben 3, 2, 1, 6, 10, 8,
Een 5, 4, 3, 10, 2 heeft een donkere
huid.
2. Als 1, 2, 3 een vloeistof bevatten kan
en 4, 5, 6, 7 een jongensnaam is,
welk vogeltje wordt dan door 1, 2,
3, 4, 5, 6, 7 aangegeven?
3. Schrijf onder elkaar:
le. een groote handelsstad in ons
land.
2e, een keizerrijk in Azië.
3e. een hondennaam.
4e. een staat in Noord-Amerika.
5e. de hoofdstad van een koninkrijk
in Europa.
6e. een rivier, die door Frankrijk
stroomt.
7e. een koninkrijk in Europa.
8e. een bekende woestijn.
De beginletters van deze woorden
vormen, wanneer ze van boven
naar beneden gelezen worden, den
naam van een krijgsheld uit de oud
heid.
4. Verborgen aardrijkskundige namen.
Ik sta van Gerrits gedrag vreemd te
kijken. (2)
Wij spelen in den tuin, dus hebben
volop buitenlucht.
Ik heb Ans en Do nauwelijks gespro
ken; ze waren dadelijk weer weg.
In dat gezin is armoede; spreek er
eens met je tante over. (3)
Werd u er op ontboden of ging u
vrijwillig?
VOOR KLEINEREN.
1. 'k Ben een steen en toch geen steen,
'k Smelt zelfs in de zon,
Wist je, dat ik soms heel veel
Schade brengen kon?
Scha aan boomen, bloemen, vrucht,
Menig rijk gewas;
Schade ook aan ruit en glas
Van een bak of kas.
Noem nu eens heel vlug mijn naam
En zeg mij meteen,
Hoe groot somtijds wel kan zijn
'n Flinke
2. Met g groei ik op het land, met t ben
ik een vocht en met k vindt je mij
aan de waterleiding.
3. Mijn eerste is een landman, mijn
tweede een voegwoord, mijn derde
kan gegeten en gebrand worden en
mijn geheel noemt een groente.
4. Welk stekelig dier kun je van een
kleur maken?