TWEEDE BLAD
De Kroonjuweelen.
VAN DE
VAN
Maandag 30 Sept. 1929 No. 230
INDRUKKEN VAN POLEN
FEUILLETON
t
door
Dr. FELIX RUTTEN.
IV.
Hernieuwingsvreugd en her
denkingsviering. Aanzijn en
aanzien. Polens bonte as
pecten, Zijn schamel volk,
Zoo kom ik van Wilno terug, in den
noord-oostelijken uithoek van Polen, bij
de grens van Lithauen. Het kost, van
Warschau uit, een dag of een nacht rei
zen. Maar de ongeveer 450 kilometer
mogen niet tellen. Móét Wilno zien: de
tweede kunststad van het uitgestrekte
rijk, de tweede koningsstad van het oude
Polen, waar Napoleon verblijf hield toen
hij de Berezina tegemoet ging, waar de
Poolsche romantiek is opgebloeid met
de grootste dichters van het land, Adam
Mickiewicz en Julius Slowacki. Daar ook
is Kosciusko geboren, de held en op
standeling, die als een symbool werd van
het vaderland en de vrijheid; en even
eens is het de bakermat van den presi
dent der republiek, maarschalk Pilsouds-
ki, die Wilno van de Russen bevrijdde,
den 19den April 1919.
Tusschen de ruïnen van den konings
burcht te Wilno en het hersteld konings
slot te Krakaw wentelt heel de geschie
denis van het vrije Polen. Hoe kan er een
,,Lithuaansche kwestie" zijn om het be
zit dezer stad, wier inwonerstal van
180.000 bestaat uit 55 pCt Polen, 40 pCt.
Joden en 5 pCt. Russen, Ruthenen en Li-
thauers, waarvan de laatste zelfs geen
0.5 pCt. vertegenwoordigen?
Had 'k niet ergens gelezen, dat deze
stad al heel Russisch is en bijna Oos-
tersch? Het is een stad vol verrassingen
als Krakaw, maar heel anders als Kra
kaw; doch even vol van Italiaansche in
vloeden, rococo-pronk en klassieke zui
len; even aanminnig en bloeiend en be
koorlijk in haar liefelijk heuvelgroen,
langs de kronkelende oevers der zange
rige Wilja: een Noordsch Florence in een
Fransch landschap!
Ln ook hier weer, in dezen uitersten
uithoek, waar de houthandel nu stil ligt,
en het Russisch pelswerk nog maar
schaarsch zijn weg zoekt naar de Balti-
sche zee daar Russen en Lithauers
mokken toch diezelfde bedrijvigheid
van overal in dit herlevende land, die
zelfde koortsachtige lust tot hernieuwen
en het opbeuren, die flikkerende levens
wil en gespannen energie, waardoor over
al het woord bewaarheid wordt, dat Pil-
soudski sprak in 1919: „arbeid zal het
kenteeken zijn van dezen nieuwen tijd,
die volgt op een tijdperk van ijzer en
bloed."
Straten opgebroken, huizen in aan
bouw, groote restauratiewerken aange
vat, de parken vol bloemen, de pleinen
vol vroolijke levendigheid: heel die stad
ligt er, blank als melk, als een fantas
tisch visioen in den blauwen en zonnxgen
dag.
„Maar je had ze moeten zien, toen de
Russen er huisden!"
Ik laat me vertellen van den ellende-
tijd der vergeten vervuiling, der voor
bije smerigheid. De Russen verzorgden
(The crinkled Crown).
«eantorisecrde vertaling uit het Engelsch
rsrn William Le Queux, door M«j. E. H.
-75).
Hij was een geheimzinnig doorgron-
dcr v!an liet hart ,die kalme, eenzelvige
man. i
..(Tedere normale vrouw verlangt lo
Itrouwen en u is, daar hen ik zeker van,
Secn abnormale v'rauw'. Zeg mij de
^'aarheid. Voelt u al liefde v|oor eien
ander?"
dien strékken, onderzoekenden
op zich gericht kon zij geen leu-
gen «preken.
"'K heb liefde gevoeld," antwoordde
*e> op zuchten toon.
,,Ucl> gevoeld en voel ze nóg", sprak
nu stem nadrukkelijk. „Ik ver-
De' v'r 'lei een ongelukkige liefde is.
laaS> die u zich nu allereerst
Won'1 ni0ct -k>: Ben ik' bereid, mijn
°P le offeren aan een herinnering
v3p wi} '1:|d kunnen zijn?"
au ine kon niet antwoordenop dit
oogenbln: kon zij onmogelijk uitmaken,
noch wegen, noch straten. Daarom zijn
de straten in alle Poolsche steden nu nog
jammerlijk, en de wegen slecht. Begrijp,
dat de Poolsche Republiek van heden
388.390 K.M.2 beslaat en dat dit halve
land verwoest lag, tien jaar geleden, toen
het nieuwe tijdvak begon. De Staat zat
sindsdien nog met de vijandschap der
Sovjet opgescheept, maar wist ondanks
den oorlog, die nog duurde, in dezen tijd
toch al heel de industrie, die uitgeplun
derd en verwoest lag, weer op de been
te brengen, 6200 nieuwe scholen op te
richten, 1100 kilometer bruggen te her
bouwen, over 2000 kilometer nieuwe
spoorlijnen aan te leggen en over 10.000
kilometer nieuwe wegen! 1200 locomo
tieven werden aangeschaft, 2000 wagons
voor reizigersvervoer en 60.000 wagons
voor goederenvervoer. Er lagen 1.837.305
gebouwen verwoest bij het einde van
den oorlog. Daarvan heeft Polen er 82
pCt. heropgericht, zonder dat de Repu
bliek ook maar de minste schadeloosstel
ling kreeg bij den vrede dien zij sloot.
En dit alles waar de bouw eener nieu
we haven niet te vergeten valt haast
uitsluitend met eigen middelen, daar Po
len alléén maar mefde Vereenigde Sta
ten een leening sloot.
Over een lengte van 800 kilometer
haar rivieren geregulariseerd en 10.000
hectaren grond in ontginning gebracht;
haar steden opgeknapt.„Je had Wil
no moeten zien toen de Russen er de
baas speelden!" Daar gebeurde niets. Je
liep over houten trottoirs, die in het wa
ter der straat lagen te rotten, zoodat het
vuil telkens tegen je kuiten spoot. Alle
staatsgebouwen zagen er uit als vieze
stallen, Er heerschte nergens orde, noch
zindelijkheid. Want het czarenrijk had
maar één wil en één doel: het land ka
pot maken, alle welvaart fnuiken en alle
levensvreugde verstikken. Polen moest
een woestenij worden, waarachter Rus
land zich veilig voelen zou.
Daarom was de eerste zorg van den
Russischen overweldiger, om in Wilno,
de oude koningsstad, eenmaal verliefd
op de kunst van Italië en den glans van
het Humanisme, de universiteit op te
heffen, die sinds 1578 de glorie der stad
geweest was! Een universiteit, die een
afzondeidijke faculteit had ingericht voor
de aesthetica, waar de schoonheidsleer
werd ondei-wezen naast muziek en dans
en schermkunst
Over drie weken zal Wilno ruischen
van bonte feestelijkheid. Daarvandaan
ook de sidderende ijver, waarmee er
overal wordt geverfd en verfraaid. Want
dan zal het 350 jaar geleden zijn, dat de
Hoogeschool er door koning Stefanus Ba-
tory werd gesticht, en tien jaar geleden,
dat zij, als een der hoogescliolen van de
Republiek, werd heropend.
De Russen hadden alleen de gebouwen
laten staan van de oude Universiteit, die
sedert dienden tot administratieve doel
einden. De heerlijke open gaanderijen
van haar zeven groote en kleine binnen
hoven waren dichtgemetseld. Al het ove
rige, bibliotheek, verzamelingen, instru
menten, herinneringen en kunstvoorwer
pen, alles was naar Moscou gesleept of
naar elders verdwenen. Maar aanstonds
opent de nieuwe Staat de oude poorten,
Pi-ofessoren, studenten en studiemateri
aal, het kwam daarna alles van zelf. En
na het inwendige hersteld, den geest, de
oude ziel herwekt te hebben, heeft Wil
no in deze laatste maanden nu ook nog
de kracht en de middelen gevonden, om
eveneens den uitwendigen glans weer te
verlevendigen: de gebouwen staan nu
welhaast hersteld in den vroegeren luis
ter, in die melkachtige blankheid die heel
de stad haar verrassende bekoorlijkheid
geeft, en de heropende Renaissance-ho-
ven harer Universiteit, die wijding en
die weligheid, die van Italiaanschen praal
laat droomen onder de bries der Balti-
sche zee.
Wij sporen Zuidwaarts terug door niets
dan bosch. Overal nieuwe stations langs
de lijn, wit met roode daken, in een stijl
die ze „Poolsche Renaissance" noemen.
In één dier stations zijn we afgestapt, om
tegen den middag iets te gebruiken. Een
willekeurig station, waar we wachten op
aansluiting voor een zijlijn. Goed. Ik geef
hoe zij over haar toekomst beschikken
zou. ITij ging voor! op zijn terughou
dende wijze waarachter hij-,, gelijk' zij
wist, zooveel oprecht-gemeende ont
roering verborg.
Ilij 'woes er haar op, dat hij heel
\\at ouder was' dan zij; maar zij was
geen onbezonnen meisje en wist dus,
dat (zij des1 te heter kon reldenen op
de standvastigheid van. zijn genegen
heid. Haar positie zpu dan vferzekerd
zijn; fee hoefde nooit vtoor ha.ar toekomst
bezorgd le wezen. Hij hoopte haar tot
een groot arlisle te meken; en, mocht
«lit slagen, dan zou zij ook' onafhanke
lijk Zijn; maar hierbij kwam in zekere
male toch weer toeval. Hoc. ook haar
antwoord feou wezeln, hij Icon niet in
slaan voor het succes. waarop hij hoopte;
hij kon haar enkel beloven ,»Jat hij
zijn be-st zou doen, haar de positie te
verzekeren, wa.a.rop haar studie bere-
rektend was.
Hij was zéér rviendelijk', zéér teeder
zéér ridderlijk'. Zij had hom altijd graag
mogen lijden; maar nooit beter, dan, op
dit loogenblilc, nu hij zijn zaak zoo ne
derig bepleitte, met zulk een totaal ont
breken van alle aanmatiging.
„Vertel mij eens", viel zij hem zacht
in de rede, „u heeft zich altijd zoozeer
enkel een vriend van mij betoond, maar
heeft u al liefde voor mij opgevat, toen
toe dat dit geen kleurig Holland is. Maar
dit is alles hier niettemin zindelijk. En
zie je dit ontroerend streven niet naar
„nieuw leven"? Mijn vriend vertelt me
van den vliegenzwerm, die onder Rus
sisch bewind hier alle spijs ongenietbaar
maakte. Nu is er al het eetbare in gla
zen kasten opgeborgen. Op iederen scho
tel, bij warm vleesch, bij kaas en boter
en koekjes, ligt een groen takje tot sie
raad; en versche groene bladeren van
heesters en accacia's geven het buffet
een verhoogde aanlokkelijkheid. Bloemen
in vazen, op de tafels; bloemen in bak
ken voor de vensters, bloemen in ijzeren
hangers buiten langs den stationsgevel.
„Op 't onverwachts komt de minister in
eigen persoon, inspecteert den boel met
de noodige standjes als dat moet, ook
geldboeten, ook belooningen.zoo ma
ken we van het oude Polen een nieuw
land!"
Dat Wilno's station zelf een keurige
wachtsalon bezit, gesierd als een tuin
kamer, met vergulde kaarskandelaars op
elke tafel en bloemen in overvloed, moet
ik hier nog even aan toevoegen, om niet
te verzwijgen, dat ik daarbij vergelijkend
aan de dito's onzer zuidelijke buren
dacht. Werkelijk, de heerschende opvat
tingen over Polen, gegrond op den toe
stand van vóór tien jaar, moeten gron
dig herzien worden, evenals alles wat er
aan boekwerken over het land verscheen,
die niet van de laatste jaren zijn. En wie
als de Duitschers blijft schermen met
een minachtende uitdrukking als „Pol-
nische Wirtschaft" loopt hard kans, zich
zelf belachelijk te maken.
Van Noord tot Zuid een zelfde beeld
en bewijs van het ernstig streven, het
krachtig willen, het prachtig bereiken
van een volk, dat nu eindelijk de weelde
genieten mag van het vrije, zelfstandige
bestaan en dit waard wil blijken door
heel de duizelingwekkende expansie van
zijn arbeidskracht. Het nieuwe aanzijn
nu ook tot aanzien brengen: dat schijnt
de geheimzinnige leuze te zijn, waarover
alle, overigens met elkaar strijdende, po
litieke partijen het eens zijn. En de tril
ling van deze gedachte, tot daad omge
zet, vaart door heel het land in al zijn
geledingen, door al zijn districten, hoe
verscheiden van kleur. Hier vei-baast nog
geen welvaart; maar hier verbluft wat
het zekerste onderpand is van den toe-
komstigen voorspoed: deze ingespannen
arbeid, deze wijdgrijpende ondernemings
geest, deze geweldige energie die voor
niets stil staat, en sti-aks als het moet,
óók letterlijk, eenvoudig bergen verzet
ten zal wanneer een kanaal noodig
blijkt tusschen de zee en den Weichsel.
Polen bezit nu reeds twaalf steden met
meer dan 100.000 inwoners en Warschau
zelf is, wat inwonertal betreft, de vijfde
stad van Europa. Elk jaar neemt de be
volking der 30 millioen met een half mil-
lioen geboorten toe. Een agrarische wet,
die den kleinen boer aan grondbezit
helpt ten koste van den grootgrondbe
zitter, is in werking getreden. De werk
loosheid vermindert. Driekwart millioen
arbeiders vinden hun bestaan in de in
dustrie, mijnbouw, petroleum, textiel,
hout wier statistieken een doorloo-
pende, geweldige stijging aangeven. Een
woud van schoorsteenen rookt boven Lu
blin, boven Lodz en Leopol, het Lemberg
der Oostenrijkers. Het stedennet van Bo-
ven-Silezië, waar de arbeid dreunt in de
heftigste trillingen, zet 's avonds een
gloed af tegen de donkere lucht, alsof
er heel het land in lichte laaie stond.
Geen beter bewijs van de industriali
satie van het nieuwe Polen, dan de ge
weldige groei zijner steden, in het gebied
v/aar de mijntorens rijzen en de daver
der ijzeren hamers de heete lucht doet
gonzen zonder verpoozen.
Nog een aspect van het nijvere Polen.
Wij stappen af te Bialowicza. Hier lig
gen 130.000 hectaren bosch, staatseigen
dom. Het is als een provincie op zich
zelf. Enkele dorpen liggen binnen dit ge
bied, met een jachtslot dat door den
czaar bezocht werd, toen deze er kwam
jagen op beren en bisons, herten, evers
en wolven. De Poolsche staat stond een
tijd lang de exploitatie hiervan af aan
Engelschen. Maar later werd deze con
u mij in Parijs voor het eerst op de
de flat van Stephanie heeft gezien?"
Met een glimlach antwoordde hij:
„U verlangt van mij ,dat ik u zoo:-
véél vertel, terwijl u mij maar zoo wei
nig zegt! Maar dat zijn nu eenmaal zoo
de manieren van een vrouw. Ik herin
ner het mij echter niet duidelijk
meer; wat dit betreft, is mijn geheugen
wat verward. Wèl weet ik zeker dat ik
onmiddellijk zag,' hoe in u een artiste
school ,en ik denk wel, dat ik tegelijker-
lijd voelde voor de vrouw".
Er volgde een lange pauze en Paif-
line was de eerste, die ze verbrak.
„Verlangt u mijn antwoord dadelijk,
of mag ik er even over denken?"
Hij was zeer zeker innig in jyjn liefde,
maar hij was niet ontstuimig. Misschien
was hij in zijn vuur bekoeld door haar
(bekentenis d,at zij liefde had gevoeld
voor een ander.
^Natuurlijk, lieve kind. Geef mij je
antwoord, wanneer je wilt: over een
week, of over veertien dagen. Onder de
omstandigheden (geef ik toe, dat het een
zeer gewichtige slap voor je is, gewich
tiger dan voor mijt Als je toestemt, heb
ik als man van middelbaren leeftijd, al
les le winnen."
Als zij Easterbee nooit ontmoet had,
zou ze op datzelfde oogeiïblik 'toegestemd
hebben: dit ridderlijk aanzoek waarbij
cessie ingetrokken. Nu heeft de Staat
zelf het beheer in handen, dat over twee
honderd beambten loopt. De omliggende
dorpen leveren de noodige arbeidskrach
ten. Wij tuffen 25 Kilometer om de naast-
bijzijnde grens, van het middelpunt uit,
te bereiken; naar andere zijden heen be
draagt die afstand er ruim vijftig. Bij het
jachtslot zelf werd, het omringende park
niet meegerekend, een terrein van 4000
hectaren afgezonderd als natuurpark. Dit
blijft door menschenhand onaangeroerd.
Hier wordt de natuur vrij spel gelaten.
Boomen en takken blijven er liggen, zoo
als de storm ze ontwortelt en afscheurt,
of zooals ze er neervallen, ontkracht door
ouderdom. Een eik van zes eeuwen vormt
er het merkwaardigst curiosum. Het is
louter observatie-terrein, studieveld voor
't boschbeheer, waar allerlei wild en
vreemd gevogelte een paradijs vonden,
sneeuwwitte uilen, gieren en valken. Op
het dak van het jachtslot heeft de ooie
vaar zijn nest.
Dit land draagt allen denkbaren zegen
op zijn aanschijn en alle schatten der
aarde in zijn schoot. Ontroerd zie ik
daai-naast de erbarmelijke hutten zijner
kleine boeren, donker van planken saam-,
getimmerd, met zwart riet gedekt. Een
gemetselde haard is het pronkstuk der
eenige woonruimte. Op het „dak" van
dezen vuurhaard legt zich heel het gezin
voor den nacht ter rust. Dit volk heeft
nooit welvaart gekend, en was toch te
vreden. Het werd sterk in het harde le
ven, vol ontberingen en zorg. Het bleef
gezond van ziel en van lichaam, geluk
kig met zijn rijken kinderzegen, Eenvou
dig van hart, en trouw van aard.
Moet er geen gi'oote toekomst wegge
legd zijn voor dit volk, dat zooveel
prachtige mogelijkheden in zich sluit?
POLDER WALCHEREN,
In de Zaterdagmorgen onder voorzit
terschap van den heer mr. H. F. Lants-
hcer gehouden vergadering van het pol
derbestuur van Walcheren, waren met
.kennisgeving afwezig de heerera v. IÜ.
Minne, Van Dioorn en Gro,osman..
De notulen van de vorige vergadering
werden goedgekeurd.
Ingekomen was een adres van aange
landen van den watergang naar de Zui-
dersluis in de gemeente Ritthem', waar
in zij vergoeding vragen voor de schade
aan hun landerijen berokkend door het
uitbaggeren en uitdiepen van diein water
gang. Adressan ten welen, dat de polder
besloot geen schadevergoeding le betalen
in geval van uitbaggeren, doch zijl wijzen
er op, dat nu het wetfc met een bagger
machine gebeurde en ook uitdieping
plaats had de schade bijzonder groot is
en dezen zomer ernstig werd onder
vonden.
De VOORZ. stelt voor deze zaak ter
afdoening in bandon le stellen van het
Dag. bestuur en deelt mede, dat reeds
een adres is ingekomen hij! dat college
en dal toen adressanten te kennen is
gegeven, dal op een algemeen adres niet
kan worden ingegaan, maar hen is aan
geraden ieder afzonderlijk te adresseer-
ren, opdat kan worden nagegaan of ieder
bijzondere schade heeft geleden.
De heer JERONIMUS heeft geen be
zwaar tegen het in handen van het Dag.
Rest. stellen omdat de betrokkenen toch
altijd weder bij de algemeene verga
dering er op terug kunnen komen.
Aldus werd besloten.
Rekening 1928.
Door de financieele commissie werd
voorgesteld de rekeningen over 1928
1928 goed te keuren, zooa.ls die door het
Dag. toestuur waren aangeboden.
De heer JERONIMUS heeft enkele
opmerkingen. Ten eerste meent hij liet
lastig is, dat in de rekening zoowel de
hoofdstukken als de af deelingen met ro-
meinsche cijfers zijn aangewezen en in
de begrooting resp. met romeinsche en
gewone cijfers.
De VOORZITTER zegt hierop in het
vervolg te zullen leiten.
De heer JERONIMLTS wijst dan op de
grond hield, deed, een sterk beroep op
grond hield deed een sterk toeroep op
haar.
Zij nam zijn hand era bracht die aan
de lippen.
„U is zeer edelmoedig," zei ze op ha-
perenden toon. „Geloof mij, wanneer
ik zeg, dat ik in mijn hart d'e grootste
dankbaarheid voel voor al, wat u voor
mij gedaan heeft."
Hij sprak met een gretigheid, waarop
zij maar heel weinig voorbereid was1.
„En dankbaarheid kan makkelijk lot
liefde worden, Pauline. Ik zou wel' zor
gen, dat je mij ging lief hebben; je zoudt
niet anders kunnen. Ik zou mijn lieele
leven aan je wijden, iederen) wens'ch
ieder verlangen nakomen."
De tranen welden haar in de ongein
bij idit ongewone vuur van' e|en man, dien
zij enkel als haar vriend beschouwde.
,,(fk' (ben zeker. da,t u één en al toe-
'wjjding zoudt zijn; maar i'k' moet hel
nog eens overdenken. Ik wil niet leelijk
handelen 'tegenover u; zeker zijn, dat ik
u Sets aan geven, waar u mij zoo véél
schenkt!"
De (arme Pauline had wieer een slape-
looizen nacht en nu was het Os'car Bijs
hop, (die grootendeels haar gedachten
'bezig hield. liet 'was een keerpunt in
ha.ar leven. Zou het niet mogelijk' zijn,
om ,ecn nieuw hoofetsluk te 'beginnen
DE ELECTR. RIJWIELLAMP,
Verkrijgbaar bij eiken rijwielhandelaar.
Voor den handel bij de Firma
GEBR. KAAN, - Middelburg
(Ingez. Med.)
opbrengst van hakhout en boomen en
vraagt of dat wel ais kapitaal wordt be
schouwd.
De VOORZITTER zegt, dat het onder
houd der beplantingen er uit wordt be
ta, alld alleen bij' het verknopen van een
groot aantal boomen le gelijk iS het be
drag van beteekenis.
De heer JERONIMUS wil hel dan in
ieder geval als betaling' belegging be
schouwen.
De VOORZITTER zegt overweging toe.
De heer JERONIMUS wijlst nog op de
groote overschrijding: van den post voor
onderhoud van het polderhuis, graaind
was f 600 en uitgegeven f 919.21.
De VOORZITTER doet mededecling
van de posten op het betreffend mandaat
en speciaal ook van de sommen voorko
mende op de schildersrekening en op die
van den loodgieter, daarbij blijkt dat
f 85 schilderwerk voor borden eigenlijk
onder wegen behoort.
De heer JERONIMUS neemt genoé-
gen mei deze toelichting.
De heer PORTHEINE meent, dat de
rekening geen goede opsomming is van
de werkelijke inkomsten en uitgaven.
Zoo is er de post kosten van de wei"-
ken ter verbetering van afwatering ,ad
f 102.790.591/2, die geheel weer wordt
overgebracht naar den dienst .1929; wat
ook het geval is met f 205.401.82 van
den post ad f 220.437, voor herstel van
stormschade aan de Noord watering'. Het
is meer dan een formeele kwestie én
spr. vraagt of het dag. bestuur soms'
heeft opgezien tegen een groot nadeelig
slot lerwjjll er nu een gefingeerd voor-
deelig saldo is. (Dit wordt bij interrup
tie ontkend). Als de gelden niet zij'n uit
gegeven behooren zij niet op deze re
kening.
De VOORZ. meent dat het een theo
retische kwestie is. Men had natuurlijk
een onlvangslpost er tegenover kunnen
zetten. Er is reeds jaren lang zoo ge^
handeld en de afwaleringspost .blijft nog
jaren zoo loopen. Inzake de stomischaL
de is zoo gehandeld volgens een besluit
van de algemeene vergadering.
De heer PORTHEINE blijft er bij, dat
het nu geen goede rekening is'.
De heer DUMON TAK en de VOORZ.
zeggen ,dat het batig slot toch juist is1,
hel (dag. toestuur is echter bereid ;in
het vervolg dergelijke afrekeningen af
zonderlijk le geven.
De rekening werd z.h.st. goedgekeurd.
Dijkgeschot,
Aan de orde was vervolgens het voor
stel lot vaststelling van het dijlkges'chot
op f25 per II.A. s.choltoaar en-f 16.80
per H.A. vrijland en f 2 per f 100 ibe-i
lastbaren opbrengst voor het gebouwd.
De heer PORTHEINE vraagt of het
niet (beter is te spreken van f 19 gje:-
woon ciijkgcschot en f 6 extra.
De VOORZITTER zegt dat twee ko
hieren en twee stel biljetten weler exp
ire arbeid geven.
De heer JERONIMUS meent dat men
toch alleen op hel biljet de bcheiding
met dien vriendelijKen, behulpzame/a
Inan, (zon hoffelijk', zoo ridderlijk in zijn
verhouding 'lot vrouwen? Er bestond
reeds een schakel tusschen to,en, een
overeenkomst in :s'ma,ajk', in .toewijding ,a,a'n
hun kunst, die zeker blijk gaf van een
verwantschap van geeis't.
En tóch en tóch .-was dit al,
wat 'noriciig izou zijn voor een huwelijk?
Zij idt.cht aan Easterbee en haar hart
a,n t woord de on l kennend
Geen kus van dezen ouderen main zo.u
haar po it ontroeren, geen gevoelen,, war
nier (pan dankbaarheid voor al zijn toe
wijding, kou .ooit in haar hart opwellen.
Een achteloos gesproken woord van den
||nder izou ha.ar méér ontroeren, dan alle
4iet de, die hij 'bereid w,a,s, haar le schen
ken.
!F,n toen he t morgch'licht (ba,a,r vermoeid
hooifd 'bescheen, wis'l zij,, dat ze hem niet
het antwioora' kon geven, dat hij ver
wachtte. Het huwelijk', dat één-zijn naar
lichaam jen ziel, was een te heilig iéts,
om het zoo licht op te nfemen; toet eischic,
|e veej, van 'beidé partijen. Het zou niet
eerlijk Izijn, om hém zoo weinig te schen
ken, waar hij zoo veel zou geven. Eh
vurig als hij wezen mocht, zou hiji lang
zamerhand 'spijtig worden, .om haar kalme
dankbaarheid, 'haar lauwe genegenheid
vo,or (al wat hij haar schonk'.
(Wordt vervolgd.)