HMirpÉ Conl Een èezonae huid Cadum Zeep B IJ VOEGSEL De Kroonjuweelen. Maandag 1 Juli 1929 No. 152 BINNENLAND NAT. COMITÉ TOT BIJSTAND VAN DE Z.-HOLL. MIJ. TOT REDDING VAN SCHIPBREUKELINGEN. DE VARA OP 2 JULI. IR. J. A. KALFF. DIENSTPLICHTIGEN VAN DE VOOR- JAARSPLOEG 1929. UIT STAD EN PROVINCIE FEUILLETON (The crinkled Crown). Uit Zeeuwseh-Vlaanderen W. D. en mooie teint handt éeheel af van de zeep die U èebruikt. Geen betere zeep hiervoor dan (Ingez. Med.) NEDERL. CONGRES VOOR OPEN- BARE GEZONDHEIDSREGELING. VAN DB VAN In het Nationaal Comité tot Bijstand van de Zuid-Hollandsche Mij. tot redding van schipbreukelingen, dat zich ten doel stelt gelden in te zamelen "ter verkrij ging van nieuw* reddingmateriaal, enz., hebben o.a. zitting de heeren mr. J. F. van Deinse alhier, en Jan Smit Azn., te Vlissingen. Naar de Voorw'. meldt heeft Minister Van der Vegte in een onderhoud, met den voorzitter van de V.A.R.A. verklaard, de verkiezingsrede, welke de heer Vliegen op den avond van 2 Juli zou houden, te zullen verbieden. In de Vrijdagmiddag te Utrecht gehou den algemeene vergadering van aandeel houders van de S.S. en H.S.M., is a[ain den heer Kalff op diens verzoek met ingang van 1 Juli a.s. op de meest eer volle wijze onder dankbetuiging voor de vele en .zeer gewichtige diensten ont slag als directeur van die maatschap pijen verleend. Tot zijn opvolger is, zoo als men weet, benoemd, ir. E. C. W. van Dijk, thans chef van den Dienst der exploitatie van de Nederlandsche spoor wegen. Ir. Kalff is benoemd tot groot-officier in de orde van Oranje-Nassau. Het Tweede Kamerlid K. ter Laan heeft den minister dan defensie ge vraagd Is de minister bereid, de dienstplich tigen van de voorjaarsploeg 1929, die ten gevolge van de toen heerschendle koude en om ziekte te voorkomen niet werden opgeroepen, op de oorspronke lijk aangewezen dagen, waarop zij reeds gerekend hadden, doch enkele weken later, toch met groot verlof te laten gaan op de aanvankelijk daarvoor vastgestel de dagen? Uit Middelburg. De anti-revolutionaire kiesvereeni- ging Middelburg en 't Zand hield Zater dagmiddag een druk 'bezochten Land dag op de weide tusschen Seisjbrug en Noordbrug alhier, waarbij hel Ohr. fanfarecorps zijn medewerking verleen de. Sprekers waren Ds. J. Severijn, Ned. Herv. predikant te Dordrecht en oud Mi nister J. J. C. van Dijk. Na de gebruikelijke opening door mr. Dieleman waarna deze betoogde, dat de anti-rev. ook veel willen, wat de s. d. a. p. wil, al is 't op een andere manier doch niet staatspensioen, ontwapening e.d., zong de vergadering Ps. 68 10. <Söautoriseerde vertaling uit het Engelsch van William Le Queux, door Mej. E. H. 4) „Dat zullen wij wel nooit te weten komen tenzij jij werk maakt van die jonge dame en wat uit haar 'ziet te krijgen. Maar dat is zeker, dat wij heel wat van hèm weten. En je bent waar schijnlijk van plan wel werk van h®ar te maken, daar je zoo druk met haar danste. Had je nog eenige andere be weegredenen? „Ja, ik heb veel met \aar gedanst; 't is een alleraardigst meisje en ze danst verrukkelijk, maar ik had geen andere beweegredenen. Ze komt mij bijzonder onschuldig en ongekunsteld voor. En i!k betwijfel het, of ze wel weet van de werkzaamheden van haar ouden heer. Zoo ja, dan kan je er van op aan, Üat zij te goed afgericht zal zijn om iets los te laten, dat ons van dienst zou kun nen zijn.' i „Ze ziet gr onschuldig genoeg uit, daar heb je gelijk in", zei Pennington. „I'k heb geh,oord, dat de vrouw van Van der Wyck evenzeer een bolsjewiek' was Ds. S e v e r ij n zeide dat hij niet komt met beloften, evenmin om kwaad te spre ien. Dergelijk geschut past niet in het anti-revol. arsenaal. Doch wel z;al spr. zich niet weerhouden de waarheid te zeggen. Ook zal hij niet over practtische zaken handelen. Maar er blijft nog ge noeg over. Er is nog een beginsel bij de Zeeuwen. Als die gedragen worden door de hoogste beginselen, dan zullen zij en spreker elkaar verstaan. Spr. zal 't dus hebben over het be ginsel. Wat is anti revolutionair? 't Zegt niet positief wat we willen, 't zegt al leen wat we niet willen. Tegen de revo lutie. Er staaj bier nog een andere ge neratie die de werken van Groen e. a„ bestudeerd heeft. Is dat met de jongere nog zoo? Spr. denkt aan de Fransche revolutie, die ook hier haar invloed deed gelden. Die revolutie is veel ouder en gaat ook veel verder dan de grenzen van Frankrijk. Waar is het begin? Want daar moeten we zijn om) ook te vinden de wortel van het anti-revol. be ginsel. De revolutie is geboren in het paradijs, toen de zonde plaats kreeg in het menschenhart. Dat is het wezen van den revolutionairen geest. Die gees(t woelt en werkt door, en drijft al 't men- schenwerk, en maakt zich meester van de menschheid ook in haar innerlijke ontwikkeling. Groote talenten hebben hebben zich in dienst gesteld van dien geest. Om een maatschappij te constu- eeren van den menschelijken geest. Die revolutie is een machtig verschijnsel. Die keert zich voor alles tegen het gezag des Allerhoogsten. Bestudeert men het Bolsjewisme dan kan men onder den indruk komen van de fijnheid van geest, doch als men de praktijk ziet, dan is 't de revoutie die heerscht, en die geen plaats heeft voor de kerk van Christus. Die revolutie komt ook hier voor. Die breekt af de orde van het gezag, doet een greep naar de heiligheid van het huwelijk', en zou het geloof willen terug dringen tot de bin nenkamer. Wat is nu anti-revolutionair? Dan moeten we weer naar de wortel toe, daar kwam een strijd tegen de re- lutie. Jezus Christus is begonnen den strijd legen de rebellie, tegen den geest 'der zonde. Daarom God's volk is door alle tijden heen anti-revoli^tionair geweest. Zoo ziet men dat de anti-revol. geest heel dicht 'bij ons is. Zoo zien we dat ainti-revolulionair leven in het huis gezin. Zoo treedt dat anti-revolutionaire uit in de wereld, in de maatschappij. Er is maar één volk Gods. Spr. kan 't in de Schrift niet anders vinden, hij be schouwt dat als de waarheid. Hoe komt dan, dat het volk God stegen tegen elkander strijdt, 't Wordt als een 'burgeroorlog. Hoe kan dat nu Zegen wachten voor de toekomst. Spr. wijst op de groote dingen, die de vaderen heb ben gedaan, vier eeuwen lang, toen zij een kostbaar pand van God hadden ont vangen. Hoe hebben onze Vaderen dat bewaard. Onze Vaderen zijn niet zuinig geweest op dat pand hun toevertrouwd. Maar 't zijn ook onze Vaderen, die om de vrijheidsboom gedanst hebben, dat is nog slechts 3 a 4 geslachten geleden. Doch juist in het midden der vorige eeuw kwam de beweging op dat het beginsel naar buiten gedragen moest worden in de maatschappij. Dat be wij s't dat 't pand er nog is. God wil het pand nog aan ons laten. Wij zijn niet over geleverd aan de revolutie. Spr. behandelt wat het volk Gods scheidt: de kerk, het afscheiden van de staatkundig Gereformeerden. "Spr. vraagt dezulken recht te maken om de eenheid des geloofs niet te ver zaken. De beloften liggen er nog, die, opge volgd. zegen zullen brengen over' ons volk. Gehoorzaamheid is een gave Gods. Daarin ligt de overwinning dat wdj één zijn zoo wij gelooven. Wij moeten die eenheid zoeken. Ook de anti-revoluti onairen hebben er zegen verspreid voor ons land. als hij; even bitter als haar ma,n. D;it was natuurlijk ver vóór onzen tijd. Uit gaande van het idéé, dat twee negafeve een positieve vormen, is het mogelijk dat zij een zeer conservatief persoontje is geworden. Het zal: mij benieuwen welke beweegredenende oude man heeft getyad, om zijn dochter mee te brengen naar „De Motten". Misschien wel om voor haar een man te vinden. Ondanks zijn schelden op het kapitalisme en dat alles,, zou hij het toch zeker niet onaardig vinden,, om een rijken schoonzoon voor haar le bemachtigen." Easterbee lachte. „Ik kan ,De Motten" nu niet precies als een ideale wervingsplaats voor aan staande ecbtgenooten bescnouwen: jij wel?" Na nog wal gepraat te hébben, be gaven de jongelui zich ter ruste 'en, toen ze dien ochtend vroeg ontbeten hadden,, bracht Easterbee zijn vriend met zijn auto naar het station. Nadat hij hém weggebracht had ging hij naar het ministerie van Binnenlandscbe Zaken, waar hij een lang en gewichtig onder houd hiad met den secretaris van dit departement, sir Robert Blaydes. Het onmiddellijk gevolg van dit onderhoud was, dat sir Robert dienzelfden dag nog een particulieren brief schreef aan mrs. Kearns, gericht aan haar huiis te Elswick, bij Bedford, .waarin hij haar meldde, dat kapitein Easterbee haar binnen. Hierna zongen allen twee coupetten van het Wilhelmus, Oud Minister van Dijk betoogt, dat 't verklaarbaar is thans de vraag te stel len waarvoor de a. r. in den strijd gaan. We leven in 'n periode van 'n extra-parle mentair kabinet, dat opkwam toen het kabinet-Colijn was ten val gebracht, door de kwestie van het Gezantschap van het Vaticaan. Na verschillende .pogingen voor een parlementair kabinet is gekomen het ex- tra-parlementair kabinet. Daardoor wordt de volksinvloed niet vernietigd, doch op ernstige wijze benadeelt. Eenheid van beginsel is echter noodig voor een parle mentair kabinet en die is niet te viln- den bij de linksche partijen. Willen de anti-revolutionairen een parlementair ka binet? Dat hangt er van af, of de groe pen verbonden kunnen worden op een regeeringsprogram. Spr. hoopt dat er we der komt een parlementair kabinet van rechts. De anti-revolutionairen gaan in den strijd voor hunne beginselen, tot bewaring van de Christelijke grondslagen van ons volksleven, de noodzakelijkheid van het handhaven van ons gezag, bevei liging van d e heiligheid van het huwelijk, en meer. Elke politieke partij gaat uit van staat kundige 'beginselen. In levens- en wereld beschouwing is er echter een diepe scheiding ih het volksleven. De levens- en wereldbeschouwing die uitgaat van,.den mensch is die van de vrijzinnige richting van Vrijheidsbond, Vrijz. democraat en sociaal-democraat. Er zijn godsdienstige menschen die aan de linkerzijde staan, doch deze heb ben een tweeslachtigheid in hun wezen. Ook de sociaal democraten spreken van religie: het religieus socialisme. Dit zou volgens hen inhoud geven aan het Christendom. Dat is echter de religie van de mensch, 't zijn dan ook de beginselen van den mensch, waar men van uit gaat Daartegenover staat de levensbeschou wing van hen, die zeggen dat het geloof uitgaat van God Almachtig. De be schouwing die zich ook doet gelden in het politieke leven. Wij belijden dat in God's woord alles gegeven is ook voor het Staatkundig leven. Spr. legt dat ver der uitvoerig uit. Alleen als de beginse len levendig zijn in het volk, alleen dan kunnen wij een overheid naar die begin selen verwachten. Die overheid moet zich gebonden weten aan God's ordon nantiën. De overheid heeft te handhaven ons nationaal volksbestaan, komt er een vij and dat bestaan aantasten, dan heeft de overheid het recht dat 'tegen te gaan. Alleen een oorlog, wanneer t noodig is. Men zegge niet tegen de an li-re voluti- nairenGij wenscht den oorlog. De a. r. blijven strijden tegen die zonde. Doch zij weten, dat 't hier nimmer vrede zal zijn zoolang de zonde zal blijven in het menschelijk hart. Spr. behandelt hierop hét huwelijk, een ordonnantie Gods. Maar-allen, die uitgaan van de beginselen van den mensch, beschouwen 't als een burger lijk contract. De overheid heeft ook een laak op het maatschappelijk terrein. El ke kring heeft zijn levenswet, en de over heid heeft tot taak' die te beschermen. Spr. behandelt in dit verband het ver- whiJ tusschen staatspensioen en sociale verzekering. Spr. noemt staatspensioen staatsarmenzorg. De overheid heeft een taak' in he)t publieke leven, en op het terrein van kerk en religie. En wel een bescher mende taak. Doch kerk. geen consciëntie dwang. Dan worden alle vrijheid weggenomen, en men zal niet meer in staat zijn -re ligie uit te kunnen leven. Practisch is 't niet uitvoerbaar, en principieel is 't onjuist. Er is een strijd tusschen levens- ein wereldbeschouwing. Men strijde in de zen verkiezingsstrijd met eerlijke mid delen. Spr. hoopt op een uitslag naar de gezindheid der anti-revolutionairen. Doch veertien dagen een bezoek zou brengen. Het slot van den brief luidde aldus: U zult hem een allercharmanlsSt mensch «/inden en bijzonder bekwaam. Hij geniet ons volste vertrouwen, en als u voor ons werk betrekkingen met hem kon aanknoopen, dan zou dit van on schatbare waarde zijn." De tijd tusschen Pauline's eersten avond in „De Motten" en haar tweede ontmoeting met Easterbee kroop letter lijk voorbij. Hoe meer zij dacht aan den blonden jongen Engelschman, met de slanke, gespierde gestalte en zijn hoffelijke manieren, hoe meer hij vol deed aan het romantische ideaal, dat ie der jong meisje koestert. Onbetwistbaar had zij in dien korten tijd, dat ze samen hadden gepraat en gedanst, aan '.rem verloren haar jeugdig .ïart,, dat ze im mers ook nog nooit had l^oeven rem men in zijn uitingen. En toen eindelijk de dag daar was en zij aan het venster zat van de ultra-een voudige woning in Soho, juich,te zij in het vooruitzicht hem dien avond weer te zien. Maar, terwijl zij uitkeek in de drukike morsige straat, viel er weer een fechajduw over haar opgewekte droomen, toen zij de kleine, plompe gestalte van haar vader zag naderbij komen. Hij was vergezeld van een man, die druk bij hem aan h[uis kwam, een lange, magere Franschman. Gustave Lenoir; mocht 't niet zoo zijn, dan wéten zijwat God doet is welgedaan. Hierop zongen allen: „Zij zullen 't niet hebben." Be heer Dieleman, bracht dank aan de sprekers en het Chr. fanfarecorps voor zijn medewerking, en riep allen nog eens krachtig op te stemmen op de a. r. lijst op no. 1 de heer Van Diik Dit werd met een krachtig ap plaus beantwoord. Voorts waarschuwde de heer Dieleman. dat aan het hek ,.de Bazuin" werd uitgedeeld. Spr. maande •tan dit 'blad niet aan te nemen. Na zang en dankgebed gingen de vele aanwezigen hierop uiteen. Vrijdagmiddag vergaderde de Raad der gemeente Bresken s. B. en W. deelen mede, dat de gemeen te lid is geworden van de Nederlandsche Heide-Maatschappij, zij vragen thans den Raad goedkeuring van hun hpsluit. Wordt verleend. ,Jte jaarwedde en pensioensgrondslag van den Gemeente-ontvanger wbrdt mét ingang van 1 Juni jl. wegens 1 periodie ke verhooging met f 80 verhoogd, ter wijl de pensioensgrondslag van den doodgraver L. Maas opnieuw vastgesteld wordt. Deze laatste geniet een wisselval lig inkomen en om deze reden moet de pensioensgrondslag om de vijf jaar op nieuw herzien worden. Ingekomen is het verzoek van de afd. Breskens van Volksonderwijs, om een jaarlijksche subsidie voor de door de schoolkinderen der O. L. school I en II te maken schoolreisjes. B„ en W. stel len voor, het verzoek in te willigen, wat door den heer Nolebaart ten zeerste toe gejuicht wordt. De heer Cappon heeft er geen bezwaar tegen dat aan Volks onderwijs subsidie verleend wordt, doch zou liever Willen zien, dat de Baad niet het besluit nam dat het telken jare ge geven wordt. Het kan toch voorkomen dat er geen schoolreisjes gehouden wor den of wel dat bijv. vrienden van Volks onderwijs zoo' goedgeefsch zijn, dat een subsidie van de gemeente achterwege kan blijven. Na nog eenige discussie wordt besloten .telken jare aan dé Ver- eeniging voor Volksonderwijs een subsi die voor te maken schoolreisjes te ge ven, indien naar het oordeel van B. en W. behoefte blijkt te bestaan aan de gemeentelijke subsidie. Het kohier hondenbelasting 1929 wordt vastgesteld met een totaal van f 316.50. B. en W. stellen voor tot u(tvoerin|g van het geheele rioleeringsplan over te gaan. De kosten hiervoor zijn geraamd ten hard «tuk evep.dat tol het WM f*t laatste vliesje debruikt kan M a werden ar g- Wm Voor H.H. Winkeliers aan fabrieks prijzen verkrijgbaar bij de Firma J. G. J. J. VAN DER HARST, Groenmarkt, Middelburg. iemand van een jaar of vijftig, met een lijkwit gelaat, grijs haar en een langen puntbaard. Van der Wyck was druk aan het praten en gesticuleeren, terwijl ze al naderbij kwamen. Als hij soms over politieke onderwerpen begon, koin hij geweldig razen; in den regel was hij een man van een flegmatiek gestel, die zich vrij onverschillig betoonde voor de kleine kwellingen van het leven. DiLt .Was dus een bewijs, dat hij redenen van ver stoordheid meende te hebben en dat hij die aan Lenoir mededeelde. HOOFDSTUK II. Van der Wyck knikte zijn dochter eens toe toen beide heeren de kamér binnentraden. Ofschoon hjj over het gé- heel niet veel van vertoon hiield, was hij voor óaar toch altijd vriendelijk'. Deze vluchtigen groet versterkte Lipar dus nog in liaar vermoeden, dat hij ernstig verstoord was door de een of andere gebeurtenis. Voor een Franschman boort ridder lijkheid zoo onafscheidelijk tot zijn na tuur, aat hij wel geheel uit Izijn doen moet zijn, eer hij de hoffelijkheid tegen over vrouwen uit het oog verliest. Mon sieur Lenoir maakte dan ook een diepe buiging voor het mooie, jonge meisje, en bracht eerbiedig haar hand aan de lippen. Nadat hij hjaar op deze wijze de haar toekomende hulde had gebracht, ging hij haar in hoffelijke termen over :op f ,12.000. Deze zullen later uit een taan te gane. geldleening gevonden moeten wodern. De heer De Kruijter zou gaayne zien, dat in het bestek voor de aanbesteding de bepaling opgenomen wordt dat voor de uitvoering arbeiders uit de gemeente Breskens gekomen dienen te worden. Hierdoor zou misschien bereikt kunnen worden, dat de werkloosheid te Bres kens wat verminderd wordt. De Voor zitter vindt een dergelijke bepaling in het bestek op te nemen, wel bezwarend. Wel zou z.i. daarin opgenomen kunnen worden dat zooveel mogelijk menschen uit de gemeente aan het werk dienen gesteld te worden. Na vrij langdurige discussie wordt t&t uitvoering van het rioleeringsplan besloten. B. en W. zul len, indien het werk gegund is, met den aannemer overleggen om zooveel moge lijk arbeiders uit de gemeente te nemen. Van de vereeniging voor Vreemdelin genverkeer te Breskens is een verzoek ingekomen om een subsidie uit de ge- gemeentekas, gelijk aan het bedrag, dat zij reeds aan contributies en donaties heeft ontvangen. Het gemeentebestuur is zeer ingenomen dat de jonge verelen iging reeds zoo'n groot bedrag ontvangen heeft en stelt voor de Vereeniging gedu rende 3 jaar, een subsidie te verleenen van f 500, onder voorwaarde. Ter bevordering van het vreemdelin genverkeer en ontwikkeling der gemeen te ,als badplaats, zijn de vesten met visch bevolkt en wordt besloten met de eige naars dier vesten een contract te sluiten. De te treffen regeling komt hierop neer, dat zij, die in de Vesten willen visschen hiervoor tegen betaling van een nader vast te stellen bedrag, vergunning van het gemeentebestuur moeten hebben. De helft van de opbrengst komt ten bate van de eigenaars, van de overige helft wordt door de gemeente telken jare, als de behoefte daaraan blijkt te bestaan, weer opnieuw pootvisch aangekocht. De gemeente heeft het recht al zijn rechten en verplichtingen over te dragen aan de te Breskens gevestigde vereeniging voor Vreemdelingenverkeer of een gelijksoor tige, in het algemeen belang van Bres kens werkende vereeniging. Donderdagavond is langs den steen weg van Sluis naar Draaibrug, ter hoogte van het Pensionaat St. Joseph, de heer C. B. te Sluis met zijn motor, door het uitwijken voor een auto geslipt en dientengevolge gevallen. In den beginne liet het ongeval zich zeer ernstig aanzien eu vreesde men voor hersenschudding. Nadat de patiënt per auto naar huis vervoerd was en hij door den dokter nader onderzocht was, bleek dit geluk kig niet het geval te zijn. Volgens ooggetuigen treft den bestuur der van de auto geen schuld. (Voor verder Stad en Provincie zie men het Hoofdblad.) In het Zaterdagmorgen voortgezette 34ste gezondheidscongres in de Socië teit „St. Joris", kwam wel het voor naamste deel van de besprekingen aan de orde, en wel, die inzake, „de toja- komst der maatschappelijke gezond^- heidsregeling." Over dit onderwerp waren twee prae- adviezen uitgebracht en wel door dr. M. D. Horst, directeur van den Gemeen telijken Geneeskundigen Dienst te Lei den en door dr. W. Scliuurmans Stek hoven, uit Utrecht. Beide voerden al was het niet geheel op dezelfde gronden en ook niet geheel in den zelfden vorm propaganda voor de instelling van districts-gezondheids- diensten. Door beide heeren werden eerst de adviezen toegelicht, w'aarna een levendi ge discussie over onderdeelen volgde, zoo of de invoering meer of minder ge leidelijk moeten geschieden, of de in- haar uiterlijk complimenteeren. „Ik hoef niet te vragen, hoe u het maakt, mademoiselle. U ziet er uit, als een toonbeeld van gezondheid. Ik ben bang, dat ik u stoor met dit vroege bezoek, maar uw vader meent reden te hebben, om ernstig verstoord te zijn over het een of ander, dat heeft plaats gehad en als oud vriend wil hjj daar over eens met mij praten." Pauline prevelde een beleefdheids term terug. Onder de weinige kennissen die haar vader een enkelen keer mee bracht, moch.t zij Lenoir het best lijden, ofschoon ze nooit veel gedachten aan hem baa gewijd. Ze dacht wel, dat hij een goed hart en een vriendelijke na tuur had. Ze had opgemaakt uit gesprek ken, die ze volgde dat hij dezelfde revo- lutionnaire beginselen was toegedaan als haar vader; maar zijn manier van spre ken daarover was veel zachtaardiger dan die van zijn vriend. Van der Wyck was vol haat en wraakgierigheid jegens zijn tegenstanders. Lenoir bezat meer philosophische kalmte en wist verschil len van opvatting te billijken. Ze herin- neerde zich een geliefkoosde uitdruk king van hem, als haar vader weer bijzonder heftig was geweest: „Beste- vriend, willen we strikt rechtvaardig zijn. dan moeten wij altijd in het oog houden dat wij, in hun plaats, zeker op dezelfde wijze zouden denken en handelen als zij." (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1929 | | pagina 7