BESTEVAER
vr
yitggelajafSJa/mk
TWEEDE BLAD
U/I^INDCrVDLADj
/AIDDCLDVnC3^
CO\yWRAN"D
Liesje's
Ongehoorzaamheid
Zaterdag 4 Mei 1929 No. 105.
BINNENLAND
HAAGSCHE BRIEVEN.
GEMEENTERAAD VAN NEUZEN,
mei zor(D ^esorteerd.vol^ens
jarenlange vakkundige erva
ring verwerkt en gemelleerd
uit een keur der beste tabakken
/WBKffiELflAH .ROOSENDAAL
Bi VAN DE H
E3
VOOR DE KLEINTJES.
DE LENTE.
WAS' DB
4 i VAN
Bi- schijnt wel iets heel bijzonders te
zijn met het Haagsche vuil. Zonder dat
ik er nu zoo chauvinistisch tegenover
sta, dat ik denkend aan de woorden
van een jong enthousiast semi-arts, die
pertinent 'verklaarde „steriel vuil is geen
vuil" zou willen zeggen „Haagsch
vtiii is geen vuil", geloof ik toch, dal
het wel een heel buitengewoon soort
jjrjiil is. Vuil ook, o. a. dat vuil aantrekt
Eigenlijk begrijp ik niet goed, hoe ze
'dat in andere groote steden bolwerken.
Haar hoor je er nooit zoo veel van,
'daar verwerken ze hun vuil stil en zon
der opzienbarendhedens, net zooals je
in een behoorlijke familie je „linge"
ook niet aan de straat wascht.
Het Haagsche vuil is langen tijd een
question brülante geweest en daarom
kregen we een jaar of tien, elf geleden
ook de vuilverbranding. Ik was toen
jong verslaggever eu mocht mee het
Voorrecht genieten om met de collega's
de inrichting te bezichtigen, voordat die
aan het vulgus zou worden overgegeven
en in werking gesteld. We waren ef
toen allemaal erg verrukt .over, onder
den indruk zelfs en de groote vuilvejr-
brajndingsinrichting en de ingenieuse
werking van al die machines gaven je
'vreemde fantastische gedachten. Je
Èzöudt er, als je maar een beetje van
het genie van Dante of een van die an
dere 'geweldige kerels bezeten had, wel
een hellevaart over hebben vullen con-
tcipiëeren.
Maar die vuilverbrandingsinrichting is
gebleken een soort Trojaansch paajrd
geweest te zijn, dal we toen in triomf
hebben binnen gehaald. Wat een klach
ten over de asch, die in den omtrek
over huizen en menschen neerdaalde
als een plaag van Egypte. Wat een rom
mel in de huizen, wat een ontstoken
oogen, wat een. ingezonden stukken, wat
een interpellaties in den raad, Wat een
krantenartikelen en wat een beraadsla
gingen! Waarvan gewoonlijk de quintes
sence was: hoe komen we daar met
goed fatsoen weer af?
Er is vele malen en heftig en in al
lerlei toonaarden geklaagd en tenslotte
is er een commissie benoemd, die een
groot rapport heeft geschreven en daar
bij is aan het licht gekomen, dat er be
halve de vuilverbranding nog een schul
dige is en nog wel een hoofdschuldige,
een die veel schuldiger zou zijn dan
dan deze inrichting, en wel het gemeen
telijk electrisch bedrijf, dat sedert eeni-
gen tijd met kolenpoeder stookt, waar
door de vliegaschplaag hoofdzakelijk
moet zijn ontstaan.
Of het 't publiek erg veel schelen kan
wie het precies doet weet ik niet en
ook niet of het de menschen bijzonder
interesseert op welke wijze er een eind
gemaakt zal kunnen worden aan den
overlast, dien men ondervindt.
Dat die overlast niet zoo heel denk
beeldig is, blijkt wel uit het feit, dat in
de besprekingen, in artikelen, in inge
zonden stukken gerept werd van 'de
„(geteisterde wijken", als men het had
over de straten waar men er het meeste
hinder van had. En de ouders van kin
deren die de lagere scholen en de H.
B.S. aan de Waldeck Pyrmontkade be
zoeken, vlak bij het terrein van het
gemeentelijk electrisdi lied rij f en vuil
verbranding, hebben ook allerlei on
prettige ervaringen op dat gebied. Ver
scheidene leerlingen hebben heel wat
bezoeken aan den gemeentelijken eer
sten hulpdienst die gelukkig ook vlak
bij is of aan den oogarts gebradht
tengevolge van „wagenvrachten kolen
gruis" die hun 'in de oogen woeien, als
ze plichtgetrouw naar school trokken.
Soms liep het met zoo'h simpel be
zoekje af, soms ook was een vrije och
tend of middag er het gevolg van. Maar
het voordeel daarvan, als je oogen vuur
rood zien en pijn doen, is ook maar zeetr
problematisch en werd niet altijd door
de slachtoffers en zeer zeker niet door
ouders gewaardeerd.
En al moge nu het gemeentelijk elec
trisch bedrijf de hoofdschuldige zijn, er
staat me zoo iets van bij, dat de omtrek
daar, ook vóór den tijd, dat het stoken
met poederkolen werd ingevoerd, voor
menschen met zwakke of overgevoelige
oogen alles behalve veilig was en dat
hoogere burgers toentertijd in plaats van
over wagenvrachten kolengruis spraken
over „stukken ijzer" die in hun oogeai
raakten.
En hoezeer een hygiënische inrichting
als de vuilverbranding me Sympathiek
is, ik zou haar toch niet voor volkomen
schuldeloos kunnen houden.
Behalve de kwestie van vuilverbran
ding hebben we nu ook nog de kwestie
van vuilafvoer gekregen, die minstens,
even ingewikkeld schijnt te zijn. Zoo in
gewikkeld, dat je soms het gevoel krijgt
beter te doen je miaar niet al te veel
met die vuilkwesties te bemoeien, wat
weer iets anders is dan vuile kwesties.
En ook daar moet men gewoonlijk lie
ver met de vingers afblijven.
Intussehen schijnen er heel wat- lief
hebbers te zijn, die dol zijn op liet Haag
sche vuil. Ze willen het graag hebben,
en er nog wel aardig wat voor beta
len ook, als zij het krijgen kunnen. Voor
al in Drente schijnt men er bepaald om
verlegen te zijn. Maar wie denkt, dat
de zaak daardoor aanzienlijk vereen
voudigd is. heeft het toch leelijk mis.
Want dan doet zich weer opeens de
bijkomstige, maar ganscli niet onbelang
rijke omstandigheid voor, flat ét- met
het Haagsche vuil geknoeid zou zijn,
door schippers en door inladers en door
ik weet niet wie nog meer. En dat moet
dan toch weer eens eventjes uitgezocht
en rechtgezet worden. Zoo blijft er al
tijd wat te doen.
Dezer dagen is door de Koningin-
moeder het nieuwe kinderziekenhuis ge
opend, dat den naam van prinses Ju
liana zal dragen. Dit nieuwe ziekenhuis
komt in de .plaats van het betrekkelijke
kleine huis aan de Laan van Meerder-
voort, dat langzamerhand veel te veel
in de stadsdrukte-was komen te staan
en dat ook te klein was geworden, ter
wijl de inrichting natuurlijk niet zoo
heel modern was. Het nieuwe kinderzie
kenhuis, dat aan den rand der stad
in de duinen ligt. heeft het groote voor
deel dat het, h.ioe de stad zich nu ook
verder uitbreidt, nooit ingebouwd zal
(kunnen worden, het zal altijd zijn prach
tige vrije ligging met overvloed van fris-
sche lucht en zon behouden.
Uit de samenwerking van den genees
heer-directeur dr. Stheeman en den ar
chitect Ed. Cuypers die helaas tijdens
den bouw is overleden, doch waardig
werd opgevolgd door de heeren Bij-
laard en van Geyn, de laatste uit Am
sterdam is een ideaal-ziekenliuis ont
staan, dat een der modernste en besft
ingerichte mag worden genoemd, niet
alleen van Den Haag of Nederland, maar
zelfs van geheel Europa. Alles wat er
noodig is voor de verpleging' en 'thera
pie der patiënten Is er aanwezig. Men
beschikt over schitterende verpleegi'uim-
ten, zoowel voor babies en conveuse-
"kindertjes als voor oudere patiëntjes,
er is plaats voor ongeveer honderd zes
tig 'kinderen, de barak voor besmettelijke
ziekten meegerekend, de operatiekamers
zijn volgens de allerlaatste eischen in
gericht en men beschikt over alle hulp
middelen der moderne geneeswijzen.
Het nieuwe ziekenhuis is feitelijk te
gelijk sanatorium en de kinderen zijn
er in de gelegenheid nakuren te doen,
zoodat het niet noodig zal zijn ze half
genezen heen te laten gaan, maar ze
te versterken door openlucht- en zonne
baden. b^'drotherapie, massage, inhala
tie-, bewegings- evi Röntgentherapie, tot
dat de. ziekte als waarlijk overwonnen
beschouwa kan worden.
Bij de inrichting is echter niet alleen
aan het noodige, wenschelijke en prak
tische gedacht ,men heeft ook gedacht aan
de gemoedsstemming der kinderen die
hier zullen komen om genezing te vinden.
Zoo zijn de wachtkamers allergezelligst
gemaakt met muurversieringen, die aller
lei sprookjes voorstellen. Zoo hebben
de verschillende kamers(tjes) glazen wan
den, daar men rekening heeft gehouden
met de omstandigheid, dat zieke kinderen
elkaar graag willen zien om wat afleiding
te hebben. Dit en de lichte kleuren,
waarin het gebouw gehouden is, maken
dat het geheel een bijzonder opgewekten
prettigen, ik zou haast willen zeggen
fleurigen indruk maakt en niets heeft
van het somnere, dat in ziekenhuizen
van ouderen datum soms zoo neer
drukkend kan werken. Ziek zijn is nooit
prettig voor een kind, maar daar ziek
zijn moet voor de kleuters het verdrietige
er van wel tot een minimum beperken.
Het Juliana-ziekenhuis mag een groote
aanwinst voor onze stad aerekend wordt.
v. T.
In de Donderdag gehouden verga
dering van den gemeenteraad van Ter-
neuzen werd voor kennisgeving aan
genomen een adres van verschillende in
gezetenen over het optreden van de ge
meentepolitie tegen voetballende jon
gens, welke door een agent naar het po
litiebureau waren meegenomen en eeni-
gen tijd in de cel geborgen. Verschillende
raadsleden achtten dat optreden van de
politie ontactisch en te ver gaand. De
voorzitter betoogde, dat er over voet
ballen op plaatsen waar dit niet is toe
gelaten, verschillende klachten waren in
gekomen en dat de politie toen heeft be
raadslaagd hoe daartegen op te treden.
De houding der jongens tegenover de
politie kan aanleiding zijn dat men meer
doortastend optreedt. Men had ook pro
ces-verbaal kunnen opmaken. De ouders
hadden er dan meer last van gehad dan
thans het geval is. Het is een zaak die
buiten den raad staat. Indien men klach
ten over de politie heeft, behooren die te
worden ingebracht bij den officier van
justitie. Van verschillende zijden werd 't
adres der ouders als minder tactisch be
oordeeld.
Aangenomen werd een voorstel van B.
en W. om aan mevr. de wed. P. J. van
de Sande en aan mevr. van Borssum
Waalkes tegen den prijs van dertig maal
den canon te verkoopen een oppervlakte
erfpachtsgrond, gelegen achter het door
verzoeksters van de gemeente aange
kocht perceel aan den Smidswal, met 7
tegen 6 stemmen. Het voorstel werd be
streden door den heer D. Scheele, die
g,
(Ingez. Med.)
den prijs per meter op dezen basis te
laag achtte. De heer Hamelink voerde
hier tegen aan, dat dit nu niets anders
is dan een voortzetting van de regeling
waarmede de heer Scheele en anderen
tegen zijn advies begonnen zijn. Ook an
dere perceelen, veel gunstiger gelegen,
zijn tegen die voorwaarden verkocht.
Aan I. M. van Driel en L. Breepoel
werd afwijking toegestaan van de Bouw
verordening. De laatste afwijking heeft
ten doel mogelijk te maken het plaatsen
van een tijdelijk houten gebouw voor de
veilingsvereeniging aan den Stationsweg.
Voor de Hervormde school werden
gelden beschikbaar gesteld voor het aan
schaffen van gordijnen en voor het ver
harden van de speelplaats voor die
school, voor de Bijz. Chr. school aan de
door
C. E. DE LILLE HOGER WAARD.
„Nu, dag I.ie:\je,'' zei mevrouw De
Lange, terwijl zij vóór het geopende
•portierraampje stond. „Vrijdagmiddag
kom ik weer terug. En ik zal het
Tante Mies van het witte poesje wa
gen. "Wees gehoorzaam. Lies, en doe dus
geen dingen, waarvan je weet, dat ik
ze je niet zou toestaan. Beloof je me
dat
Liesje knikte. Die paar dagen zouden
gauw genoeg om zijn, had zjj z'ichzelve
telkens voorgehouden, maar nu 't oogen-
blüt aangebroken was. dat Moeder naar
Tante Mies en Oom Henri ging, vond
zij het locli wel erg saai, alleen thuisife
blijVen oij Vader en Rika. Vader was
dokter en had het heel druk met hel
afleggen van Bezoeken bij zijn patiënten
en Rika had liet ook al druk, met allerlei
schoonmaakplannen, die zij ten uitvoer
wilde brengen, juist nu mevrouw van
huis was.
Daar gaf de stationschef het sein lot
vertrek en zette de trein zich in bewe
ging.
Moeder en Liesje wuifden allebei. Ze
wuifden zóó lang, tot zij elnaar niet meer
zagen. 't Leek wel een afscheid voor
jaren in plaats van slechts drie dagen.
Toen de trein eindelijk als een ldeim
streepje in de verte verdween, ging
Liesje naar sciiool. Ze zou maar begin
nen met dadelijk na schooltijd haar les
sen 1e leeren en als' zo daarmee klaar
was. zou zij nog best wat tijd over heD-
ben om in het mooie, nieuwe boek te
lez#*.
„Je zult 't zien: drie dagen zijn om,
vóór je t weet", had Moeder gezegd
en aan deze woorden denkend, liep ze
vlug naar school.
Dien middag en avond gebeurde er
niets bijzonders.
W;el was 't natuurlijk akelig stil in
huis, toen ze om vier uur uit school
kwam en Moeder er niet was. Maar daar
was nu eenmaal niets aan te doen.
Vóór en na den korten maaltijd met
Vader leerde Liesje haai' lessen en ze
kon nog een heel eind in 't mooie boek
lezen, vóór 'ze naar bed moest. Rika
vroeg, of ze een kopje thee kwam drin
ken in de keuken en die uitnoodiging
nam ze gretig aan.
Wat smaakte de thee lekker uit de
eenvoudige, witte kopjes en wat zag
Rika's keuken er met het rood- en wit-
geruite tafelkleed en het glimmende
blaadje knus uit
Toen Lieslje later in bed lag, kreeg
ze wel een erg eenzaam gevoel over
zich, maar daaraan wilde zij niet toe
geven. Liever dacht ze aan het oogen-
blik van Moeders thuiskomst. Over drie
dagen was Moeder er al lang weer
De volgende dag was het Woensdag en
had Liesje dus 's middags vrij. Ze had
bij haar vriendinnetje willen spelen, maar
dat was 's morgens ziek geworden, zoo
dat dit gezellige plannetje niet kon door-
gaan. Wel erg jammer, dat dit juist
zoo trof, nu Moeder uit was
Wat zou ze dan eens gaan doen
Veel huiswerk, had ze niet en in le
zen had ze met dit mooie weer geen
zin. In haar eentje spelen was al te
ongezellig en Rika had het te druk om
zich met haar bezig te houden.
Juist was ze op het punt, zich te ^er-
velen, toen Mia, het buurmeisje, voor
bijkwam.
Mia had pas een nieuwe fiets en
vroeg door het openslaande raam, of
Liedje mee ging fietsen.
„Nee, vandaag niet 1" antwoordde Lies
je, die wist, dat ze niet alleen fietspn
mocht.
„Hè, flauw! Waarom niet klonk het
terug.
„Omdat Moeder uit is en ik het niet
aan Vader vragen kan", luidde het ant
woord.
„Flauw, hoor!" Je bent natuurlijk!
bang
Nee, dat was Liesje heelemaal niet
en ze zou het toonen ook Volstrekt niet
denkend aan hetgeen ze Moeder beloofd
liad, zei ze
„Een klein eindje dan".
Even later reden de Deide meisfjes
op hun karretjes naast elkaar. Rika was
ooven bezig en had er niets van ge
merkt, dat Liesfje haar stalen ros uit
de fietsenscliiiur gehaald had en er met
Mia op uitgetrokken was.
In het begin ging alles goed. Maar
Liesjje, die zich, toen zij nauwelijks op
de fiets zat, reeds haar belofte aan
Moeder herinnerde, had toch eigenlijk
geen echt plezier. Ze was stil onder
weg en stelde spoedig voor, weer naar
huis te gaan.
„Hè, wat ben je toch flauw viel Mia
uit, die niets geen zin had, nu het zon
netje zoo lekker scheen, al weer zoo
gauw naar huis te gaan.
Zwijgend hadden de meisjes een eind
gereden en zij waren op den terugtocht.
Het gesprelv wilde maar niet \vlotten,
want Liesje was zóó stil, als ze an
ders toch nooit was en Mia had het ein
delijk maar opgegeven, wat tegen haar
te zeggen.
Plotseling hij een kruispunt gebeur
de bet! Liesje, die meende, dat Mia
rechtuit wilde rijden, vervolgde haar
richting, terwijl haar. buurtje een zijlaan
wilde inslaan.
Een hotsing was onvermijdelijk. De
beide meisjes vielen en vooral Liesje
deed een leelijken val. Mia kwam met
haar fiets boven op haar terecht en
kreeg geen letsel, maar Liesje was er
erger aan toe.
Doodstil bleef ze liggen, zonder zelfs
de oogen op te slaan.
Hulpeloos en hevig ontsteld keek Mia
naar heer. Zou... zou Liesje?.. o, nee!
dat niet
Mia durfde niet verder denken en
schrikte plotseling op, toen zij de stem
van dokter de Lange, Liesje's vader,
hoorde, die juist voorbij kwam, uit zijn
auto stapte en vroeg
„Wat is hier gebeurd
Ook zonder dat Mia iets zei, zag hij
dadelijk, dat zijn dochtertje haar enkel
leelijk bezeerd had. Juist toen hij zich
over haar heen boog, kwam Liesje weer*
tot 'bewustzijn. Zij wist in Jiet eerste
oogenblik niet, waar ze zich bevond of
wat er ggbeurd was, maar langzamer
hand begon dit toch tot haar door te
dringen.
Zij
Uit Sprookjesland kwam Lente aan,
Die lieve Tooverfee;
Voor eiken boom en eiken struik,
Bracht zij haar kleurtjes mee.
Marietje en haar kleine zus,
Met kleurtjes op de wang,
Die luisterden te zamen naar
Dat liefelijk gezang.
HETTY BOREL.
werden wit en toertjes groen
En ook wel rozerood!
Een vogeltje werd toen zoo blij,
Dat 't plotsling luidkeels floot!
Vader bracht Liesje nu in zijn auto
naar huis, waar hij haar met de ook
al hevig ontstelde Rika vlug naar bed
bracht.
Zij moest eenige dagen haar bed hou
den en toen Moeder Vrijdagmiddag thuis
kwam, kon zij haar niet van den trein
gaan halen.
Snikkend sloeg Liesje haar armen om
Moeders hals, toen deze bij haar bed
kwam en vertelde zij het gebeurde. Ze
nam de schuld echter geheel op zich
en trachtte die niet op Mia te werpen.
"Wat was dat een ongezellige thuis
komst voor Moeder en dat alles,, omdat
Liesje zoo ongehoorzaam geweest was
Moeder bromde niet op haar dochter
tje. „Deed Moeder dat maardacht
Lieslje, die het zóó nog veel naarder vond.
Even later ging Moeder dé kamer uit
en kwam dadelijk weer terug met een
schattig wit poesje in de armen.
„Hier is Wiljje met de hartelijke groe
ten van Tante Mies", zei Moeder.
Maar nu barstte Liesje in nog hevi
ger snikken uit. Iedereen was zoo lief
voor haar en zij, ze had alleen maar
aan zichzelf en haar eigen plezier ge
dacht op dien ongelukkigen Woensdag
middag.
Liesje nam zich stellig voor, in het
vervolg nooit meer ongehoorzaam te zijn,
en toen Mia een uurtje flater kwart»
vragen, noe 't met haar was, liet Moeder
haar bij haar dochtertje komen.
,,'t Spijt me zoo, Lies, 't is alles mijn
schuld", zei Mia met een bevend stem
metje.
„Nee, het was net zoo goed m ij n
schuld", vond Liesje.
„Daar zou ik het nu maar niet over
hebben", ried Moeder aan. „A\s! je al
lebei je fout inziet, zul je in 't vervolg
wel beter oppassen".
Ja, dat zouden ze zeker!
Witje miauwde Behaaglijk, alsof ze
zeggen wilde:
Mauw miauw,