feest
B IJ V O E E S E I
De Plaatsvervanger.
Maandag 22 April 1929 No. 94
BINNENLAND
HAAGSCHE BRIEVEN.
FEUILLETON
stukken voor den polder
walcheren.
dank zij een goed verzorgde tafel»
gedekt met het voor elk gerecht pas
sende tafelzilver. De moderne mensch
behoeft zich niet meer te behelpen*
zooals vroeger met massief zilver
zooveel voorkwam. Een complete col
lectie GERO-ZILVER geeft in het
gebruik meer voldoening en is bij
aanschaffing belangrijk goedkooper.
(Wordt vervolgd).
VAN DE
VAN
Er is in onze residentie een jubileum
gevierd, waarvan velen misschien ge-
wenscht zouden hebben, 'dat het met
wat meer éclat gepaard was gegaan. Het
was het vijfentwintig-jarig bestaan van 't
Residentie-orkest.
Het meest opvallende van dit feest is
geweest ,dat het eigenlijk zoo stil en rus
tig gevierd is met zoo weinig uiterlijk
feestelijk vertoon naar buiten. Een of
ficieel gala-concert in het Gebouw van
Kunsten en Wetenschappen voor een
volle zaal en de Koningin-Moeder als
aandachtige toehoorster, een lauwer
krans aan den lessenaar van den dirigent
een ridderorde voor den eersten con
certmeester, wat oïficieele speeches en
telegrammen van gelukwenschen, enve
loppes met inhoud en daarmee is het af-
geloopen geweest. En onder "de talrijke
tmuziekvrienden, die Het residentie-or
kest een goed hart toedragen en nog wat
meer dan dat .waren er, die ons orkest
graag wat luisterrijker hadden zien ju
belen.
Intusschen, het zit hem niet in de
uiterlijkheid èn de orkestleden en hun
directeur weten heel goed, dat de Ha
genaars ..hun' orkest welgezind zijn. Het
orkest heeft zich aan Den Haag aange
past, heeft zich ingeburgerd en bestaans
recht verzekerd in den loop van die vijf
entwintig jaren en de tegenwoordige di
rigent ,dr. Anrooy, telt onder zijn gere
gelde toehoorders talrijke groote bewon
deraars. Hij leidt het Orkest sedert '17
en niets is hem te veel bij zijn pogingen
om hel op te voeren tot die hoogte, waar
hij vindt ,dat het staan en blijven
moet .Hij spant daar zijn uiterste krach
ten voor in en het is niet meer dan van
zelfsprekend ,dat hij ook van zijn or
kestleden diezelfde inspanning vraagt
welke tenslotte immers liun zelf, als on
derdeelen van het orkest ten goede ko
men.
'Maar Den Haag is nu eenmaal niet de
stad waar men bij voorkeur extra-hard
werkt en ook niet de stad, waar men lijdt
aan 'n te veel van chauvinisme. Dit laat
ste is misschien ook wel een van de re
denen, dat vele zoogenaamde muzieklief
hebbers „dwepen' met het Mengelberg
orkest ,waar het nu eenmaal bon ton is
heen te gaan en zich niet laten zien op
de Diligentiaconcerten ((om In dit ver
band van de volksconcerten maar niet
te spreken) o f er moet bij het residentie
orkest „iets bijzonders" te doen zijn, in
den vorm van een buitenlandsch dirigent,
verhoogde entreeprijzen of iets derge
lijks.
Nu mo'et uit het voor af gaanden alsje
blieft niemand concludeeren ,dat ik zou
willen zeggen, "dat het residentie-orkest
niet hard genoeg wérkt. Het heeft vol
strekt geen bijzonder gemakkelijk be
staan en het speelt zomer en winter,
's Zomers speelt het in het Kurhaus op
Scheveningen en in den winter hebben
we 10 diligentiaconcerten, flen volkscon
certen en elf matinee's op Zondagmid
dag. Dan wordt er nog gespeeld in ver
scheidene andere plaatsen: Rotterdam,
Leiden, Haarlem, Delft en dan is er nog
een viertal jeugdconcerten, een bijzon
dere instelling, als ik me niet vergis door
dr \an Anrooy zelf ingevoerd, en waar
voor hij Zeer enthousiast is.
Die jeugdconcerten worden door de
genen voor wie ze in het leven geroepen
zijn bijzonder op prijs gesteld. De leer
lingen van gymnasia en H. B. S. en an
dere inriichtingen van onderwijs wonen
ze altijd in groot aantal en met leven
dige belangstelling bij. En het is een
ideale manier om de jeugd te leeren
goede muziek te hooren te hooren
met oordeel des onderscheids wel te ver
staan. Ik ken kinderen, die uit bepaalde
muzikale milieus komen en' door het ge
regeld bijwonen van de jeugdconcerten
jaar in jaar uit, geleerd hebben te
luisteren naar goede muziek en er lang
zamerhand een heel aardigen kijk op
hebben gekregen.
En er moest eigenlijk een spreuk of
spreekwoord bestaan, dat beloofde: „wat
•.ij a„n de jc-'gd voor g ods hebt gml.nn
zal u tien- en honderdvoudig vergoden
worden".
Naast al die geregelde concerten zijn
er dan ook nog nu er» dan opera's te
begeleiden en vrij veel oratoriia, dan de
repetities, zoodat de dageai der orkest
leden flink bezet zijn. En dat dr. van An
rooy in een pers-gesprek volmondig
heeft kunnen verklaren, dat het orkest
bij de vele repetities zich zeer ijverig
toont en hard werkt, omdat het over
tuigd is van de noodzakelijkheid daarvan,
mag zeker voor een groot deel worden
toegeschreven aan zijn bezielende en
uiterst bekwame leiding.
Er is nog een aantal leden, die van de
oprichting af, deel van T orkest hebben
uitgemaakt en voor hen moet het een
groote voldoening zijn geweest op deze
vijf-en-twintig jaren te kunnen terugzien,
want het is in groei en bloei zeer sterk
toegenomen. Als men alleen maar eens
bedenkt ,dat het orkest bij de oprichting
acht eerste en acht tweede violen telde,
terwijl de overige partijen naar verhou
ding waren!
Er is nog ecu jubilaresse in onze
stad geweest, die haar feest slechts in
zeer intiemen kring heeft willen vieren
en er weinig drukte naar buiten van ge
maakt heeft. Dat was „Het Vaderland
dat dezer dagen zestig jaren bestond.
Verder dan het genouw der krant is de
feestviering niet gegaan, maar het
spreekt van zelf. dat tal van stadgenoo-
ten er nota van hebben genomen en
dal op verschillende wijzen hebben doen
blijken. Het „Vaderland" is steeds te
veel een Haagsche krant, een deel van
hel Haagsche leven geweest, om in zoo n
gelegenheid niet van alle kanten in de
bloemetjes gezet te worden, figuurlijk en
letterlijk. En nu moge zestig jaren in het
algemeen niet zoo'n geweldig tijdperk
zijn in het leven van een krant maar
dat begint in den laatsten tijd ook al
wat te veranderen voor den Haag
is het toch een heel aardige termijn.
Het wordt meer en meer gebruikelijk,
ook bij particuliieren, om feesten in in
tiemen en zeer intiemen kring te vieren.
Daar is ongetwijfeld veel voor te zeggen,
maar het is aan den anderen kant wel
heel sneu voor degenen, die van een
pretje houden, als de gelegenheid zich
daartoe voordoet. En als er nu toeval
lig in hun eigen intiemen kring niet veel
reden tot extra feestelijkheidsbetoon is
dan moeten ze of er van afzien, of hun
toevlucht nemen tot min of meer pu
blieke vermakelijkheden, waarvan de at
tractie is, dat ze min of meer het cachet
moeten behouden van een particulier
feest.
Daartoe behooren o.a. de bals, geeos
tumeerde, gemaskeerde en andere, die
door de verschillende dansinriehtingen
waarvan er ook wel een telkens jubi
leert geregeld aan hun leerlingen en
oud-leerlingen worden aangeboden. Voor
al gecostumeerde bals zijn den laatsten
tijd zeer en vogue, al moet bekend wor
den, dat hoofdzakelijk het vrouwelijk deel
van de danslustigen er voor zorgt, dat
de bijvoeging gecostumeerd niet al te
ridicuul wordt. Is het dat onze jongelui
tegenwoordig al zoo blasé zijlij dat ze
het aanschaffen van een fantastisch cos-
tuum Te veel moeite vinden of schuilt
het bezwaar in de kosten? Toch zijn er
genoeg, die dapper meedoen en dat zijn
vaak juist degenen van wie men het 't
minst zou verwachten.
door
v RICHARD MARSH.
rg naar het Engetsch door C. M. G. de W.
,,t v. oom vcas een rti-oole opkooper
l-^nnonU?nf e/ten' Z00als ik 11 recds te
°^n u aan tafel zat; k'osit'i
bare cunositeiten. au^i SQort Q lliets
wa verkehjk van waarde was. was de
7nf li ft' n bf€id een bod te doen.
SL r 00k een dingen v;an
mijnheer Johnson gekocht"
.-0, ja, hij heeft heel wat van im#
gekocht, niet altijd heeft hij er «oed
Voor betaald. Hij was een onbuigzaam!
man. lieel onbuigzaam en - het sniii
mij dat ik het zeggen moet. mijnheer
Uva, de oude heer was wreed Hij wou
graag wreed zijn, die oude man'; dat
weet u wel, mijnheer E.va."
Ik -weet wel dat hij een paar kfeed
een grapje mei je gehad heeft John
son."
.,-Een grap noemt u dat! Mijn hemel!
Mijn hemel! Maar hij is dood; laten we
jat laten rusten. Ga voort, mijnheer
Eva, u moet maar met mijnheer Talbot
spreken."
„Een paar keer had de oude heep
dingen van Johnson gekocht en ernaar
hij meende een goede som voor betaald."
„0. mijnheer Eva!" neen niet een goe
de som." Hij stak zijn handen omhoog
alsof hij Eva's woorden wou logenstraf
fen. Nu kwam Talbot tusschenbeiden.
„Kunt u nu een vau beiden niet wat
duidelijker spreken; wat hebt ge toch
te verbergen onder al die woorden! Eva
je spreekt van curiositeiten, die mijn.
oom gekochl moet hebben van Zulk een
man. Wat waren datt voor curiositei
ten
„Mijnheer Johnson heeft er vanavond
juist een paar meegebracht van dat
soort!"
Talbot had een pak op tafel zien
liggen. Eva maakte het open.
Heeft u verstand van colliers mijnheer1
Talbot? Hier heeft u er een paar die
u misschien wel eens wilt bekijken. Ze
zijn, geloof ik, nog al zeldzaam."
Vol vuur voegde Johnson er bij: „O
ja, zeer zeldzaam', ze zijn de mooistiei
ïvan die soort welke op de wereld [be
staan; zooals ik dien te weten."
„Ja, mijnheer Johnson zegt terecht
dat hij het wel dient te weten, hij heeft
kerstand van die dingen."
„Dat zegt mijnheer Elva terecht, ik
geloof dat er niemand in heel Europa
is, die er meer verstand van heeft dan
ik."
„Hier liaeft u vier colliers, mijnheer
Deze réunies dan heeten een sterk
particulier karakter te dragen. Maar daar
het nu eenmaal aan ieder vrij staat om
te leeren dansen en alle leerlingen na
tuurlijk op zoo'n feest welkom zijn, kan
het er toch wel eens wat gemêleerd
woTden. En daar het artikel „balmoe
der" in onzen modernen tijd niet meer
courant is, kan ik nie voorstellen, dat
sommige moeders, die in hun hart niet
al te modern denken, toch niet zonder
huiverig haar kinderen en speciaal haar
dochters naar dergelijke particuliere fes
tijnen zien trekken.
En misschien niet gansch zonder re
den. Een niet onvermakelijk staaltje
hoorde ik daarvan voor eenigen tijd. Een
bakvisch had bij moeder net zoolang ge
zeurd tot ze naar het gecostumeerde bal
van haar dansles mocht. Die en die gin
gen ook en moeder moest niet zoo ho
peloos antiek doem. Goed, moeder zwicht
te en het kind ging. En kwam verrukt
thuis van haar gecostumeerde bal, waar
ze gedanst had met een ridder, die niets
minder dan een soort prins Charmant
was geweest. Zij raakte over haar ridder
en zijn hoffelijkheid en voorkomendheid
niet uitgepraat totJa, tot! Tot ze
eenige dagen later op een tram stapte
en, juist op het oogenblik toen ze ge
reed was aan den jongen conducteur
van den motorwagen in een royale bui
een twee en een half centstuk te ver
eeren, opkeek. en met 'n gloeiende kleur
het geldstukje haastig in haar zak liet
glijden. Want de jonge conducteur, die
haar beleefd en vriendelijk en o, zonder
een enkelen blik van verstandhouding!
groette, was haar Prins Charmant, haai"
ridder, met wien ze dien avond op liét
bal zoo zalig had gestept en ijs gegeten
en
Nu ja, en wat doet het er toe. volgens
pemocralische beginselen, of die Jonge
man, die zich behoorlijk bewegen kon.
die blijkbaar wel wat balcoaiversa-tie
had en de kunst verstond hoffelijk [e
zijn, in zijn vrijen tijd tramconducteur
was? Inderdaad, het doet^er niets toe.
En toch kan ik me voorstellen, dat noch
de moeder, noch de dochter erg ver
rukt Waren en misschien heeft de bak
visch een oogenblik zij het ook in
stilte! erkend, dat moeders „antieke"
opvattingen niet zoo heel onmogelijk wa
ren. v. T.
Zaterdag a.s. wordt de gewone voor
jaarvergadering van het Polderbestuur
van Walcheren gehouden, waarin aller
eerst aan de orde komt
Het jaar ve rsl ag
over 1928.
In het verslag over den toestand van
den polder wordt er opgeweizen, dat 't
afgeloopen jaar niet onverdeeld gunstig
is geweest. Een voor den landbouwer zeer
goede zomer werd gevolgd door een
stormachtig najaar. Eind November trad
een storm op van ongekende hevigheid
er. duur ,die zeer belangrijke schade
toebracht aan de zeeweringen in de
Noord-, West-, en Zuidwatering. Volgens
voorloopige ramingen zal het herstel van
deze schaden een bedrag van rond
f 250.000 vorderen. Intusschen stemt 't
tot dankbaarheid ,dat de Polder voor een
ramp gespaard bleef. Een woord van
lof voor de kalme en ernstige wijze, waar
op zoo liooger als lager personeel zich
in de moeilijke dagen van zijn taak ge
kweten heeft, mag hier niet achterwege
blijven aldus bet verslag.
Het ziju echter niet allereerst de ge
volgen van dezen stormvloed, die het
jaar 1928 pog lang in de herinnering zul
len doen blijven veeleer zal het be
langrijke besluit voor verbetering van de
ontwatering van den Polder dit jaar blij
vend kenmerken. De vergadering besloot
m. a. s t. tot stichting "van een bema
lingsinrichting en verleende daarvoor
een crediet van f 200.000. Over de aan
vrage om een rijksbijdrage in de kosten
van verbetering der ontwateringsmidde
len was aan het einde van het verslag
jaar nog geen beschikking genomen. De
Talbot, de eene robijnen, de tweede
smaragden, de derde paarlen, de vier
de een mooi snoertje diamanten. Kijk
mijnheer Talbot, bier zijn ze. Wel de
moeite waard om ze te bekijken."
En bij hing de vier coüiers aan den
voorvinger van zijn rechterband. Mr
Talbot nam ze van hem over. Hij bekeek
ze zorgvuldig en hield ze bij het licht.
„Het zijn bijzonder mooie colliers."
Bijzonder mooi dat zijn ze. De dia
manten zijn niet kwaad, maar de paarlen
zijn mooier en de smaragden nog mooi
er smaragden zijn op het oogenblik
veel waard."
Ja heel veel, mijnheer Eva, en de1
prijs stijgt iederen ,dag. TT zou op het
^ogenblik een smaragden collier, zooals
dit voor geen geld of goede woorden-
kunnen krijgen."
Zonder op Johnson's woorden te letten
ging E[va voort en er was een gloed
in zijn oogen alsof hij een onderwerp
behandelde dat zeer in zijn smaak viel
„Maar de robijnen, mijnheer Perci'val
Talbot dat is het ware. De oude
heer had bijzondere voorkeur voor ro
bijnen; hij hield veel van die kleur. De
kleur van het bloed, dat het dichtst bij
het hart stroomt. En dan. als alles naar
de markt gebracht wordt, en dat zal
gebeuren, zal er een stroom van diaman
ten komen, maar robijnen niet. daar is
geen vrees voor, dat zijn de echt mooie
GERO
ZILVER
HAHSTRA
(Ingez. Med.)
abnormaal hooge waterstanden, welke in
den zomer van 1927 en den winter 1927-
28 optraden demonstreerden nog eens
duidelijk de noodzakelijkheid van dit be
sluit.
De schuldenlast van den polder be
droeg op 1 Jan. 1929 f904.100, tegen
f 907.550 op 1 Jan. 1928 en was dus
in 1928 met f 3450 verminderd.
Onder het hoofd „stormen en rampen"
wordt er opgewezen, dat de stormperio
den in 1928 talrijker waren dan het
vorige. Waren de stormen in 't begin van
het jaar niet bijzonder hevig en kort
van duur, anders was dit het geval met
de najaarsstormen. Terugkomende op de
Novemberstormen wordt nader uiteen
gezet welke schade werd aangebracht
en wordt deze afzonderlijk geraamd voor
de Noordwatering op f 180.000, Zuidwa
tering f 4000 en Westwatering f 70.000.
De lierstelkosten van de schade door
het Noorsche stoomschip „Freden" aan
he'c Nollehoofd veroorzaakt op 11 Oct.
'27 bedroegen f 18849 en. werden tot
een bedrag van f 18790 betaald voor
de assuradeuren van genoemd schip.
Buitengewone wer
ken Westwatering.
De stormvloeden vanNov. '28 hebben
ernstige schade toegebracht aan de Door
jiiksche steenglooiing van 'den zeedijk
aan de Westwatering nabij het Nolle
hoofd tusschen de dijkpalen 15 en 17.
Op twee plaatsen is de steenglooiing na
genoeg geheel weggeslagen en het dag.
bestuur wil daar een nieuwe glooiing
van zuilenbazalt doen maken. De vrijko
mende Doorniksche steen zal dan ge
bruikt worden tot het herstellen van de
glooiing tusschen de strandpalen 2 èn 4.
ts laatst Bedoeld werk te beschouwen
als herstel van stormschade, het eerste
valt onder de nieuwe werken volgens
het Dag. bestuur en zal de helft der
kosten ten' laste komen van de gebouw
de en de helft ten laste der ongebouwde
eigendommen. De kosten der nieuwe
werken worden geraamd op f 10.740 en
zal daar voor t. z. t. een geldleening
moeten worden aangegaan, terwijl de
andere kosten op f 7583.10 worden ge
raamd. Het Dag. bestuur stelt voor in de
zen geest te besluiten.
Aankoop grond voor
r ij w i e 1 p a d.
Voorgesteld wordt voor den aanleg
steenen. U zou de wereld af kunnen zoe
ken, dan zou u zulk eeu mooie collectie
niet vinden als u hier ziet."
„Als men u hoort praten, mijnheer
E[va, dan zou meu denken dat de heer
Johnson eeu vriend van u is, zoowel
als van mijn overleden oom."
„Waarom zegt u dat?"
„Is dat niet duidelijk? U zegt dat hij
hier komt om te verkoopen. Is het de
gewoonte dat de kooper in tegenwoordig
heid van den verkooper de waarde van
de goederen aanprijst. Zal iemand dat
doen wanneer hij niet een bijzonderen
(vriend van hem is?"
„Ik begrijp uw bedoeling, maar u praat
over iets waar u geen verstand van
heeft of lieiver dat u niet begrijpt. Als
het niet goederen waren van de aller
bovenste plank dan zou hij ze hier niet
durlven vertoonen. Hij heeft eens een
paar dingen meegebracht van twijfelach
tige waarde en de oude heer kon niet
nalaten hem dat eens goed te zeggjefci,
Niet waar mijnheer Johnson?"
Johnson keek alsof hij zich iets heel
onaangenaams herinnerde.
„O ja, hij was een bijzonder iemand.
Ik wil niets ongunstigs oiver hem zeg
gen, mijnheer Talbot, maar hij was een
echte flinke duiVel."
„Ik begrijp niet, waarom je dan nog
altijd zaken met hem wou doen, mijn
heer Johnson?"
van een rijwielpad tusschen Serooskerke
en Oostkapelle van verschillende eigen
aren ongeveer 357 c.A. grond aan te
koopen tegen f0.75 per c.A.
Uitgifte grond in erf
pacht.
Het Dag. bestuur stelt voor 131 vierk.
meter grond, welke tot 30 April a.s. in
erfpacht is uitgegeven aan de gemeente
Vlissingen opnieuw aan haar in erfpacht
te geven en dat ingaande 1 Mei voor den
tijd van 30 jaar.
Verpachting Jacht.
Op 31 December a.s. eindiigt de pacht
van de jacht in de duinen onder Vlissin
gen .Ivoudekerke, Biggekerke en Zou-
telande, welke thans berust bij den heer
A. F. de Pauw, die nu verzocht heeft
hem opnieuw voor 5 jaar de jacht te
verpachten tegen denzelfden, pachtprijs
van f 163.50 per jaar. Het Dag. bestuur
neeft daartegen geen bezwaar en steil
"■oor alzoo te besluiten.
Verbetering weg
W estkapelleM'burg.
Het Dag. bestuur wijst er op, dat voor
de uitvoeriing der plannen tot verbe
tering van den weg WestkapelleMid
delburg noodig wordt geacht f 617,000,
waarvan uit het wegenfonds f 463.000
wordt verwacht, zoodat nog te deklm
blijft f 154.000. De gemeenten Westkapel
le, Zoutelande, Biggekerke en Ivoudeker
ke, die tot nog toe gedeelten van den weg
in beheer en onderhoud hadden, hebben
f 139.000 gevoteerd, en blijft dus dan
nog te dekken f 15.000. De betrokken
commissie vraagt van den Polder een bij
drage van f 9000, terwijl het gemeente
bestuur van Middelburg de toezegging
deed aan den gemeenteraad voor te stel
len f 6000 te geven, zoodra de polder
vergadering een gunstig' voorstel op het
verzoek van de commissiie heeft be
reikt.
Verleden jaar hebben Ged. Staten ge
vraagd of het Dag. bestuur bereid was te
bevorderen, dat de Polder den verbeter
den weg in beheer en onderhoud zou
nemen. Dit zou met offers of althans
financieele risico voor den Polder ge
paard gaan, want ware het anders dan
kon de Provincie beter zelve beheer en
onderhoud op zich nemen. Op 7 Febr.
verklaarden Ged. Staten zich echter be
reid, onder voorbehoud van goedkeuring
door Prov. Staten, beheer en onderhoud
„Ach er ziju niet veel menschen die
over zoo veel geld te beschikken
hebben; hij had tonnen val tonnen vol
hebben; hij had tonnen vol tonnen
Vol; hij barstte in zijn geld. Je ontmoet
niet veel menschen met geld die zoo
veel smaak hadden als hij."
„Wat meen je daarmee?"
John Eva meende te hulp le moeten
komen.
„Ach Johnson kau moeilijk zelf een
prijs bepalen voor de dingen clie hij ver
koopen wil; hij moet aannemen wat men
hem biedt. Wanneer hem eens iets goeds
werd aangeboden, dan was liij de eer
ste om dat ;te erkennen, maar daaruit'
Volgde nog niet dat' hem buitengewoon
hoogen prijs werd geboden, neen in
tegendeel. BijV. het feit dat er geen en
kel collier van robijnen op de wereld
bestaat zoo mooi als dit maakt het aan
tal koopers beperkt. De oude heer had
geen lust er zooiveel voor te geven alst
het waard was, dat weet Johnson. Maar
hij weet ook, uit ondervinding, een har
de ondervinding somtijds, dat niemand
er meer voor zou willen geven, dat had
hij ook al eens ondervonden. Daarom
bleven ze zaken met elkaar doen. Ik
zeg nog eens: dit is het mooiste robijnen
collier dat er pp de wereld bestaat en
toch ben ik een bijzonder goede vriend
van Johnson".