Jlsplrin-
Gulzigaard!/
Raadselhoekje.
KUNST EN WETENSCHAP
Geen
ander
middel
overtreft de origineele
Tabletten
hoofd- en kiespijn»
rheumatiek, jicht,
verkoudheden.
Voor de Kleintjes.
De fjóqe-.vGafcJ
Oplossingen der raadsels uit 't
vorige nummer.
Voer grooteren.
Voor kleineren.
haas
Maastricht.
Om op te lossen.
Voor grooteren.
een nest of kippenhok.
Een 1, 2, 8 maakt deel uit zoowel
van je hoofd als van sommige
voorwerpen, die je dagelijks ge
bruikt
x
Voor kleineren.
deed,
jbjecten voor werkverschaffing zijn, zul-
en deze zeker ter hand moeten worden
genomen.
De activiteit van de aangesloten af-
leelingen was veel grooter dan het voor
baande jaar. Acties werden door tal van
ifdeelingen gevoerd.
Waren de omstandigheden in verschil-
ende bedrijven gunstiger geweest en de
>iganisaties sterker, dan zouden meer-
lere acties zijn gevoerd en meerdere
aiccesen zouden zijn bereijflt.
Herinnerd wordt aan de zgn. wilde
taking aan „.Oranjezon" en aan het op
lossen van enkele grieven,.
Eenige weken later bleken nog eein aan-
:al grieven te bestaan, waarover het
Jag. bestuur 7 Maart een conferentie had
met de Heide Mij1., den Directeur der Ge
meentebedrijven en den, wethouder On
derdijk. (In deze conferentie werden
eenige verbeteringen verkregen;. Hierna
werden nog verschillende keeren grie
ven der arbeiders mondeling en schrif
telijk met de Directie der bedrijven be
handeld. Verschillende brieven liet deze
Directie onbeantwoord. In deze zaak
heeft het bestuur gedaan wat mogelijk
was om het belang der betrokken arbei
ders te dienen.
Aan The Vitrite Works werd door den
Fabrieksarb. Boud, in samenwerking met
ie Christelijke en Katholieke Metaalbe
werkersbonden, een actie gevoerd om
verschillende grieven en loonsverbetering
te bereiken. Deze actie had ten deele
succes. Ook de Alg. Metaalbewerkers-
bond voerde hier kleine acties, welke
"eveneens ten deele succes hadden.
Bij de Kon. Mij. ,„De Schelde" werden
lie middelen om tot een vergelijk tus-
chen directies en organisaties te komen
angewend, doch stuitten af op den onwil
er directie, met als gevolg dat een sta
king onvermijdelijk werd. Deze groote
staking, welke van 25 Mei tot 2 October
duurde, bracht ook voor den B. B. zijh
werk mede.
Niet alleen aan de stakers' van de
„Schelde"; doch, eveneens wordt aan "het
personeel van de Ijzergieterij van Bod-
daert en Co. ,die weigerden om werk
ivoor de „Schelde" te maken, waardoor
zij voor een deel werdei^ ontslagen tot
pa, beëindiging der staking, wordt hulde
Igebracht.
Hier is een stuk kïassensstrijd gestre
den, zoo waardig en met zulk een vast
beradenheid dat tyet een evenement is
geworden in de geschiedenis der "Ne-
derlandsche vakbeweging.
Aan de collecte voor "de T.b.c.-vereen.
Zonnestraal werd medewerking verleend.
Voor de meeting op 16 Sept. te Dort
werd krachtig propaganda gemaakt in
samenwerking met de afd. Middelburg
der S.D.A.P.
Met de oommissie -Lot verbetering van
de huisvesting der Arbeidersbeweging
werden besprekingen gevoerd, met het
.gevolg dat in de vergadering van 11 Juni
werd besloten naar een nieuw pand uit
te zien. Een aantal leden betalen ge-
"trouw hun 2 cent per week voor dit
mooie doel, echter een nog grooter aan
tal leden offert voor dit doal nog niet.
Door L. Onderdijk wertl ontslag ge
vraagd als ambtenaar van het Bureau
voor Arbeidsrecht welke functie h/ij
ruim 20 jaar ten genoege van de geheele
(arbeidersbeweging vervulde. Dat zijn
heengaan voor de bij dit Bureau betrok
ken corporaties een teleurstelling was,
zal ieder die zijn werk aan dit Bureau
kende, begrijpen. Daar het bekend
was, dat drukke werkzaamheden hem tot
deze ontslagname noopten .meenden de
besturen van Coöperatie /.Vooruit", afd.
Middelburg der S.D.Aö.P. en Ben Be-
istuurdersbond hem dit ontslag te moeten
verleenen .In zijn plaats werd benoemd
Keimpema,, die nu in samenwerking met
P. M. Baijens de zaken ter hand nam.
Een welgemeend woord van dank
wordt aan L. Onderdijk gebracht voor
alles wat hij in het belang der arbeiders
deed als ambtenaar van het Bureau.
Pogingen om de afd. Middelburg van
den Bond van Nederl. Onderwijzers tot
toetreding in den B. B. te bewegen, ble
ven vruchteloos.
Herinnerd wordt aan "den bazaar op de
Kerstdagen gehouden, o.a. Boor den B. B.
Het ledental, dat op 1 Januari 1044
leden was, Was op 31 December 1073, een
vooruitgang dus van 29 leden. 7 Afdee-
lingen gingen in ledental iets achteruit
met een totaal van 35 leden, terwijl 3
afdeelingen hun ledental met een totaal
van 61 verhoogden. De Metaalbewerkers-
bond steeg met 40 leden, welke stijging
de grootste was.
In de jaarvergadering werden de af
tredende bestuursleden herkozen, en in
overweging genomen het bestuur met
2 leden uit te breiden, waartoe in de
vergadering van 11 Juni werd besloten,
zoodat het bestuur thans bestaat uit 9
leden en is samengesteld als volgt:
P. Ph. Paul (Ambtenaren), Voorzitter;
J. Wondergem (Fabrieksarbeiders), Se
cretaris; J. Eiff (Bakkersgezellen), Pen
ningmeester; J. Onderdijk (Typografen),
2e Voorzitter; D. ganderse (Handels- en
Kantoorbedienden), 2e Secretaris; K. D.
Maartense (Schildersgezellen), 2e Pen
ningmeester; D. C. Beaufort (Meubel
maker), W. Andriesse (Transportarbei
ders), L. J. Geers (Metaalbewerkejrs),
Bestuursleden.
In de Controlecommissie werden geko
zen: J. H. Akkerman (H. en Kantoorbe
dienden), J. Hanegraaf (Typografen), en
J. Rottier (Metaalbewerkers).
De samenwerking in het bestuur was
goed.
Uit de afdeelingsverslagen worden de
belangrijkste mededeelingen vermeld.
Bij het Bureau voor Arbeidsrecht was
het aantal behandelde zaken ever 1927
94 en over 1928 71 galleen 51 belas
tingzaken) een Baling dus van 23 zaken,
j Evenals het vorig jaar heeft deze da
ling v.n. plaats in zaken betreffende Be
lasting en Arbeidscontract.
Over 1927 werden 8 ongeorganiseer
den geholpen ,-in wier vak geen organi
satie bestaat; in 1928 is dit 5.
Voor zaken betreffende het Arbeids
contract werd f 10 schadevergoeding ver
kregen .terwijl in vele zaken met succes
werd gewerkt i
Zeeuwsch Ge nootschap der
Wetenschappen.
In de op Woensdagavond gehouden ge
wone vergadering van bovengenoemd .ge
nootschap hield de heer Ir. A. G. Ver
hoeven, ingenieur der Domeineh iin Zee
kind ,een voordracht over/Het ont
staan en dc inpoldering vah den Zuid-
Hollandsehen Biesbosch".
Hij wees er oj>, dat evenals de his
torie van de geographische wording van
Zeeland en ook die van het Dordtsche
eiland er eene is van een voortdurehdein
strijd legen het water, van landverlie-
zen en landaanwinningen, en dat tot
de grootste landverliezen, door storm
vloeden in den loop der eeuwen in
het deltagebied van onze groote beneden
rivieren veroorzaakt, toch voorzeker is
te rekenen het ten onder ga ah vain de
Zpid-Hollandsche of Groote Waard bij
den z.g. Sint Elisabethsvloed van 18 Nov.
1421, zijnde de streekj welke in het Noor
den werd begrensd door den dijk van
Woudrichem af tot aan Dordrecht, in
het westen door den dijk van Dordrecht
af tot aan Strijen, in het zuiden door
den dijk van Strijen af tot aan Geer-
truidenfcerg, den zuidelijken Maasdijk, de
Zijdewinde en den z.g. Heidjjk en in het
oosten door den oostelijken Maasdijk'.
De waterstaatkundige eenheid van deze
oppervlakte .groot meer dan 40.000 H.A.,
dagteekende van omstreeks 1270, in welk
jaar, blijkens de bekende onderzoekin
gen van Ir. J. C. Ramaer de westte-
lelijke Maasdam ter plaatse van het te
genwoordige dorp van dien naam en
de dam in de Dubbel waren gemaakt. De
oorzaken en de gevolgen van deze door
braak werden uitvoerig besproken, waaï,-
nij eenige kritische beschouwingen wer
den gewijd aan enkele naar het inzicht
van den spreker onjuiste voorstellingen
van de ramp Hij schetste den noodlot-
ligen invloed van de Hoeksche en Kabel-
jauwschc twisten, die in aanmerkelijke
mate eendracht van handelen eh klem
van gezag voor een krachtige doorzet
ting van de herstellingswerken belette,
zoodat men den tijd voor het herstel
der dijken liet verloopen. Verband legde
spr .tusschen de opkomst yan Dordrecht
na 1271 en de in dat jaar tot stand
gebrachte waterstaatkundige eenheid van
de Zuid-Hollandsche Waard. Deze stad
toch was machtig geworden in dit pol
dergebied gunstig als zij lag, eenerzijds
aan goede waterwegen, anderzjjds in den
Noordwestelijken hoek van een groot
vruchtbaar achterland en gesteund als
rij werd door de privileges, waarmede de
Ilollandscne graven de stad begiftigden.
Tengevolge van deze inundatie nam de
beteekenis van Dordrecht, die ten tijde
der doorbraak de hoofdstad was van
geheel Zuid-Holland, de zetel van de
vierschaar van het geheele gewest en
de belangrijkste handelsplaats, meer en
meer af. In 1421 toch bleef alleen de
stad met omgeving ter grootte van 100
H.A. voor de verwoesting gevrijwaaird.
Eerst in 1603 had hier de eerste in
poldering plaats, n.l. die van Oud-Dub
beldam ter grootte van 525 H.A., ter
wijl de laatste inpoldering was die van
den Nieuwen Biesboschpolder in 1926,
ter grootte van 1055 H.A., zoodat de
oppervlakte van het Dordtsche eiland
van 1421 af tot 1927 toenam van 100
H.A. 3700 H.A.
Door den aanleg van de Dordtsche Kil
in het Degin der 17e eeuw en het ma
ken van den nieuweh rivierarm, de
Nieuwe Merwede, welke dienen moest
om in tijden van hoog opperwater het
rivierwater sneller naar zee te doen
afstroomen werden de uiterste oost- en
westgrenzen van de toekomstige vergroo
tingen van het Dordtsche eiland bepaald.
De aanleg van de Nieuwe Merwede
werd begonnen in 1851 eh voltooid in
1885 Na deze voltooiing en de daarmede
gepaard gaande afsluitingen der killen of
zijdelingsche afleidingen, nam de aanwas
aan deze zijde van het eiland in sterke
mate toe en als natuurlijk gevolg daar
van zien wij, dat na 1900 verschillende
ontwerpen voor kleine omkadinge'n wer
den opgesteld. Het eerste ontwerp voor
een omkading ter grootte van 225 Il.A.
dagteekende van 1901 en was van de
hand van den heer A. Prins Pz., rijks
landmeter van „de Vier Polders'/ een
der twee groote Waterschappen op het
eiland. In 1921, derhalve vijf eeuwen
na de catastrophe, bracht de heer J.
Brouwer opvolger van den heer Prins,
een voorloopig rapport uit over de in
poldering van den Zuidhollandschein
Biesbosch. Deze belangrijke studie voor
een Dehuisden polder werd in handed
gesteld van een Technische en een Land
bouwkundige Commissie. De Landbouw
kundige Commissie achtte de bedijking
zonder finaucïeele medewerking vah rijk,
provincie of gemeente, ofschoon de gron
den van uitnemende hoedanigheid waren,
niet aan te Develen.
De Technische Commissie, waarvan de
heer Prins voorzitter en spreker secre
taris-rapporteur was, bracht in 1923 over
het technische gedeelte een .gunstig ad-
tegen
Elke verpakking moet den bekenden oruff
band met het Bayer-kruls dragen, en op en»
tablet moet duidelijk het woord „BilYER" in»
gestempeld zijn. Men lette dus bij het koopen
op deze onfeilbare kenteekenen. Prijs 75 ctm.
(fhgez. Med.)
vies uit. Zij stelde echter voor, om aan
den afsluitdijk een andere richting te
geven, waardoor bij dezelfde kosten 128
H.A. goeden poldergrond meer zouden
worden binnenjgedijkl dan bij het pian-
Bronwer. Hierdoor werd de rentabüitek
der onderneming dus gun,stig beinvioed.
Wegens de zeer uiteenloopende belan
gen van de bij deze bedijking betrokken
eigenaren was de kans op overeenstem
ming gering. Het gemeentebestuur van
Dordrecht vond echter in de uitkomsten
van gemeld onderzzoek een gereéde aan
leiding om die zaak door te zetten en wel
nit overweging, dat een middel moest
worden gezocht voor werkverschaffing
aan de vele in haar gemeente aanwezige
werkloozen. Op ee n bevolking van
55000 inwoners telde de stad toch 8000
arbeiders, waarvan in 1925 1500 ar
beiders zonder verdienste waren en der
halve op steunuitkeering aangewezen',
waarvoor in dat jaar besleed werd ruim
f570000, ongeveer cén derde van de
inkomstenbelasting. De regeeriag bleek
bereid een deel tewillen bijdragen itr
de meerdere kosten van de arbeidspre
staties der niet geschoolde arbeiders,
terwijl de provincie Zuid-Holland bereid
werd bevonden van het op de onderne
ming geraamde tekort ad f 774800' een
bedrag van f 250000 voor haar rekening
te mopperen, dat zijn ooren niet langer
dat valsche geluid konden verdragen,
dat hij zelf met de hamertjes maakte en
ook, dat hij geen oogenblik lijd had even
in te dutten, zooals hij in zijn eigen
huisje nog wel eens deed.
En op eens nam hij' een. kloek besluit:
„Ik wil hier niet langer zitten, waar ik
niet thuis hoor," dacht hij en meteen
wipte hij vlug uit de klok, de gang in en
riep aan de deur van zijn eigen, klok:
„Laat me alsjeblieft gauw binnen en
maak jij, dat je weer in je eigen huis
komt; ik wil niet meer op zoo'n raar uur
werk spelen. Is dat muziek, die er uit
komt? 't Lijkt wel het miauwen van een
kat!"
„En is dal een hamer, dien jij hier
hebt te tillen?" bromde de ander terug,
,,'t lijkt wel een smidshamer! Ik wil hier
ook niet langer blijven" en) in een oog
wenk was 'hij verdwenen in zijn eigen
woning.
Toen ze ieder weer op hun eigen
plaatsje zaten, voelden ze zich eerst
recht gelukkig; ze vonden hun eigen klok
toch een prachtig huisje en. met een tipje
van hun jasje poetsten ze de hamertjes
nog eens blinkend; ze wilden het nu eens
echt gezellig en mooi hebben.
En toen het tijd van slaan, was, klonk
het liedje zóó fijn en helder door de stil
le kamer, dat het gangklokmannétje er
bijna van huilde, zóó mooi vond vond hij
het en toen het zijn beurt was, klonk
zoo'n zwaar en vol geluid door het heele
huis, dat liet mannetje in de kamerklok
er even van beefde en dacht: „Zóó zon
ik hel toch nooit gekund hebben."
Den volgenden morgen was ieder in
huis verwonderd, dat de klokken nu
weer op slag waren, terwijl er toch
niets meer aan gedaan was. ,,'t Lijkt wel
tooverwerk", zei moeder
Maai- de maan, die nog heel bleek en
slaperig aan de lucht stond, wist wel
beter; die had alles gezien en ze dacht
nog, half droomend, terwijl ze bijna in-
1*1» V»
De rogl van Betje Krulstaart
Werd door den boer gevuld.
Caro, de waakhond, gromde;
Wat toch zoo'n varken smult'
Toe Betje, iaat een hapje
Voor mij, Carootje, staan;
Een trog voor jou, voor mij niets!
Nee Betje, 't zal niet gaan!
Maar denk je, dat het varken.
Wat aan den waakhond gaf?
Hij deed, of hij 't niet hoordé,
Verslikken was zijn straft
sliep van moeheid door haar heelen
nacht van waken: „„Ieder is tocli het
best op zijn eigen plaats; ik kan toch
ook geen zon worden
BASSOMPIERRE.
Richelieu, minister van Lodewijk XIII,
die koning van Frankrijk was, mocht den
veldmaarschalk Bassompierre niet lijden,
niettegenstaande deze een moedig en
trouw dienaar van zijn vorst was.
Richelieu rustte niet, vóór de Bassom
pierre in de Bastille (staatsgevangenis te
Parijs) opgesloten was. Deze opsluiting
duurde tien jaar.
Zoodra de veldmaarschalk in vrijheid
gesteld was, begaf liij zich naar den
koning.
„Hoe ond zijt gij?" vroeg Lodewijk
XIII hem.
„Vijftig jaar, Sire," antwoordde de ex-
gevangene.
„Hoe nu?!" riep de vorst verbaasd uit.
„Ik dacht, dat gij minstens zestig jaar
waart."
„Dat is ook zoo, Sire", antwoordde
Bassompierre, „maar ik tel de tien jaren,
welke, ik in de Bastille heb doorgebracht,
niet mee, daar het mij niet vergund was,
ze in dienst van "Uwe Majesteit te gebrui
ken".
1. Metslawier. Wies, mast, riet, atlas,
leem, water.
2. Correspondentie.
3. Olifant foliant.
4. stam turf
mond fout
deur duif
rood
1.
Oorvijgen.
2.
Ellebogen.
3.
Mot, Tom.
4.
Muur
g a n
mats
grot
inkt
acht
Ruhr
tuit
•Verborgen plaatsen in ons land.
Jan haalt den bal op, ik had hel
hem gisteren al gevraagd.
Heeft Mama u rijksdaalders laten
wisselen?
De thee stond veel te lang te trek
ken.
Wat is deze zaag oud; Anlon heeft
beter timmergereedschap.
Heeft Ko u de kerk laten zien,
Tante?
Schrijf in deze 16 vakjes
2 A 3 E 10 1B 1G 4M 4R
zóó,
dat je van links naar rechts cn van
boven naar beneden te lezen
krijgt:
lo verkorte jongensnaam.
2o een zeer oude stad in Italië.
3o een rivier in Noord-Brabant.
4o een zachte stof in beenderen en
hout.
3. Mijn geheel wordt met 8 letter» ge
schreven en noemt een hij ons zeer
bekenden vogel.
Een 4. 3 vindt men gewoonlijk in
4. 5, 7 is een meisjesnaam.
Een 2, 4. 5, 4, 8 vindt men langs
water.
3. 5, 2, 1, 8 is een ander woord
voor elpenbeen.
Een 6, 8, 4 is een vlaktemaat.
4. Op de kruisjeslijfien komt eea jon
gensnaam.
X X X X X X X
X
X
X
X
X
lo rij :t gewaagde woord.
2o rij een ander woord voor ver
duistering.
3o rij een frissche drank.
4o rij een deel van je gezicht
5o rij een visch.
6b rij een deel van een mast.
7o rij een medeklinker.
1. Ik noem een lichaamsdeel van een
roofdier. Verwissel mijn kop ea mijn
staart, dan word ik een ander woord
voor grap of humor. Ontdoet men
mij echter van mijn kop en staart,
dan blijft er slechts een bolgewas
over. Wie raadt dit?
2. Met b ben ik een viervoetig dier, met
B een jongensnaam.
S. Als je iemand in het gezicht kijkt, zie
je mij. Als je mij omkeert, moet je
mij misschien wel slikken als je.
ziek bent.
4. Hoog in de lucht houd ik de wacht-,
'k Sta op mijn post bij dag' cn nacht.
Ik draai mei alle winden mee;
't Zou vreemd zijn, als ik dat niet
neef staat in de kippenren
Zeg nu maar heel gauw, wie ik bent
P
te neme
boscligr
kon de
nemen
„De Bi
die datl
verantvl
Directie I
aan de
Sprei
den ver
schier
met ri
groeid i
ken, Wij
trekker I
plaatse!
door
den ge
ging vs
de har
doorsm
zijn tol
werker I
dering
doek vil
ken, dl
bouwh
zonder'
afsluitifl
geulen vi
en bij I
opbouv I
bij de I
was ve
Om ti
de heel
ken aal
oplegds
kracht»
tenen i
aan te
stuur sl
was v
verbaal
uitvoei I
dere c
beider
dere
men,
ontsla
toesla
en dc
deri
1926
verser
er te
genoei
waren
werkl»
het vi
of we
held c
te ga a
den c
gelma
delde
den, 1
b% e<
per w
deze
was
dogen
den g
bq w
werd»
getroi
te bel
On
opzie I
geEjkl
stedel
der
feme
belt
gelijk
Biest
ter d
Bp
kracl
heen
nenll
'A. I
part»
van
sidie
J. M
geni.
in
reiöi
sym-
verb
D
brac
lang
li
cirel
stur
pole
waJ
stiel
ge
las
vaa
in
me
wel
ArJ
tint
are
tin
de;
gin
vat
ees
toe
ree
wa
ric
m-
trti
(V o
üe