noemden het bedrijf „de vrije neeringhc". Fen enkele, die er tegen opkwam, was als een stem des roependen in de woes tijn. Door de groote verdiensten van 't scheepsvolk, dat van de reeders een aan zienlijk deel van de buit kreeg, kwam liet vaak tot uitspattingen, 't Gevolg dan ook was, dat de zedeloosheid toenam De kerkeraad te Vlissingcn verlangde daar om van de classis in een schrijven a d. 29 April 1628 het recht om strenger tucht te mogen uitoefenen tegen de on gebondenheid ou de werkeloosheid, die de gevolgen waven van de vrijbuUvaart Nog willen wij melding maken van een andere, eveneens minder edele brood winning van Zeeuwsche zeelieden, nl. de slavenhandel, al bloeide deze slechts een korten tijd. Voornamelijk waren liet de Vlissingers, die er hun beroep van maakten Zij haalden slaven van Guinea en Angola en brachten ze naar de eilan den Martinique en Guadeloupe, waar de slaven tegen suiker, indigo, cacao, goud en olifantstanden werden ingeruild Daar de "West-Indische Compagnie zich ook met dozen roemvollen( P) handel be zig hield, kwam er geduchte concurren tie, waartegen de Vlissingers hel ten B. B. J de M. (Ingez. Mcd.) DE ABATTOIRKWESTIE. Naar aanleiding van de nog steeds han gende kwestie van de abattoirs op Wal cheren, achten wij het niet ongewenscht te wijzen op artikelen over deze kwestie, die wij aantroffen in bladen van bij deze kwestie nauw betrokken, en wel in het Zeeuwsch Landbouwblad en in „De Vee- en Vleeschhandel'. In eerstgenoemd blad komt een artikel voor onder het hoofd „Eén of meer abat toirs op Walcheren", waarin in de eerste plaats er op wordt gewezen, dat met de oplossing van de slachthuiskwestie niet al leen de belangen van de bevolking, maar ook die van de boeren, van de vleesch- producenten dus, te maken hebben. Deze zijn gebaat bij vlotten handel en goede prijzen. Gemakkelijke aanvoer naar h^t slachthuis, geringe kosten van aanvoer, keuring en slachten zijn voor hen een groot belang. Voorts zijn voor hen van beteekenis geringe risico's van afkeuring en eerlijke behandeling bij de gewichts- bepaling. Waar er waarschijnlijk twee slachthuizen op Walcheren zullen komen, een aan de haven te Vlissingen, geëxploi teerd door de gezamenlijke slagers van Vlissingen en een gemeentelijk te Mid delburg, schrijft de schrijver van het ar tikel als volgt De oplossing die uit algemeen, maar speciaal ook uit een oogpunt van land bouwbelang te verkiezen ware, is stich ting van één slachthuis voor Middelburg en Vlissingen samen, geëxploiteerd door de overheden der beide gemeenten. Ver schillende argumenten, die in het belang van den landbouw voor deze oplossing pleiten, gelden ook evenzeer of nog ster ker voor de belangen van consumenten en slagers. Stichting van één abattoir zoo veel mogelijk in het centrum van Walche ren, is een zéér groot belang voor de veehouders, met het oog op den aanvoer van het slachtvee en den veehandel. Het moet voor ieder duidelijk zijn, dat de aan voer van 7000 tot 12000 slachtdieren per jaar, op één gunstig punt van Walcheren goedkooper en gemakkelijker uit te voe ren is dan op 2 plaatsen. Dit is allereerst een boerenvoordeel, die gewoonlijk fran co slachtplaats leveren. Maar er zit nog meer aan vast. De veehandel, zoowel aan- als verkoop, door de boeren staat op Wal cheren op een zeer gezonde basis. De ver koop op stallen en in de weiden is oneco nomisch, niet voordeelig voor den boer en ingemakkelijk en schadelijk voor de slageis. Vele menschan loopen voor dien handel degelijks het land af. De boeren zijn dikwijls slecht op dt hoogte met de prijzen. De slagers vinden moeilijk de ge- wenschte kwaliteit. Geregeld veemarkt was voor beide partijen veel beter. Jaarlijks koopen de boeren op Walche ren, West Zuid-Beveland en Noord-Beve land duizenden stuks vee aan voor stal en weide. Die aankoop geschiedt vooral in allerlei donkere en verspreid liggende stalletjes in Middelburg. Deze stallen zijn ernstige bronnen voor veeziekteversprei ding. Het is niet te zeggen wat een on-, heil ze in dat opzicht al gesticht hebben. Het is bekend, dat het niet gemakkelijk is een veemarkt te stichten. Als er éen centraal abattoir komt is daarvoor ech ter een basis geschapen. Dat is n.1. de gecentraliseerde wekelijksche behoefte aan een paar honderd slachtdieren. Daar mee ware vee-aanbod door den handel zeer wel te combineeren. Dit perspec tief is van zeer veel belang. Ook bij stichting van 2 slachthuizen krijgt een veemarkt al meer levenskansen, maar ne men de kansen af met de versplintering. Grootere abattoirs met veel slachtingen, leiden tot grossierderij in vleesch en con centratie van den handel in vet vee. Dit bevordert de kansen van een veemarkt zeer. Ook het feit, dat uit een oogpunt van kosten alles pleit voor stichting van één en niet van twee slachthuizen, is niet met behoorlijke argumenten te bestrij den. De schrijver zet uiteen, dat twee abattoirs beteekent guldens meer aan kosten. Dat is een ernstig bedreigen voor den Walcherschen varkensmester en vet weider. Komt er één slachthuis, dan is het Ze ker, dat daarin komt 'n behoorlijke koel machine en flinke koelruimten. Komen er twee slachthuizen, zoo blijft zulks achter wege of wordt noodzakelijkerwijze erg; beknopt opgezet. De groote voordeelen van een slachthuis voor alle groepen zijn gelegen in koelmachine en koelruimten. Allereerst is daarmee een groot hygië nisch belang gemoeid. Voordeelen voor slagers en landbouwers zijn verder o. a. meer kans op goedkeuren van voorloopig afgekeurd vleesch, grooter concentratie van afvallen, waardoor deze voordeeligar j kunnen worden afgezet; minder begeerde' kwaliteiten kunnen langer bewaard wor-j den er kan beter tegemoet gekomen worden aan de behoeften der slagers aan verschillende kwaliteiten van vleesch grossierderij van vleesch wordt in de hand gewerkt. j Nu moeten de slagers nog dikwijls be- paalde kwaliteiten vleesch van elders la ten komen. Dat kan andersom worden, i De overvloed van slachtvee is hier in de buurt aanwezig. Ten slotte kan de koel ruimte ook dienstig worden gemaakt aan het opslaan van boter, fruit en eieren. Die mogelijkheid biedt één flink abattoir. Bij verdeeling over 2 inrichtingen wordt het te duur en durft niemand ten deze eenig risico op zich nemen. Een slachthuis zonder koelruimte is 'n onding. Het brengt veel kosten en haast geen voordeelen. Groote concentratie en koelgelegenheid brengt zooveel voordee len, dat daartegenover matige abattoir- kosten weinig meer beteekenen. Stichting van twee abattoirs zal extra hooge belasting van 't ingevoerde vleesch ten gevolge hebben, waarvan de varkens- mesters en de arbeiders, die nu een half varken naar Middelburg of Vlissingen le veren, de dupe worden. De boeren en de consumenten zijn meer gebaat bij een slachthuis, dat door de overheid geëxploiteerd wordt, dan bij een of meer in handen van een belangen groep, n.l. de slagers. Het meeste vee wordt terecht op geslacht gewicht ver kocht en nu kan men, aldus de steller van het stuk, van iederen deskundige en van eiken boer met ervaring vernemen, dat in een bedrijf, geleid door de overheid, de belangen van den boer, ten opzichte van deze gewichtsbepaling, veel beter ge waarborgd zijn dan in een bedrijf, dat in handen van een der belanghebbende par tijen is. De hygiënische belangen van de bevolking zijn in een overheidsbedrijf ook beter gewaarborgd. Tegenover het klei ne nadeel van soms een paar K.M. groo teren afstand, bij één abattoir, staan zoo veel voordeelen, dat het om hygiënische en economische motieven een onvergete lijke fout zou zijn, wanneer niet alle mid delen werden aangewend die alsnog tot samengaan van Middelburg en Vlissingen kunnen leiden. Zouden ook de Vlissing- sche slagers wel voldoende aan 't spreek woord gedacht hebben „bezint eer gij begint"? In „De Vee- en Vleeschhandel" is het de heer Th. Gloude Jz., voorzitter van den Bond van Keurmeesters van Vee en Vleesch, die een artikel schrijft over „De Gorcumsche slagers niet beter af dan him collega's in abattoirplaatsen". Naar aan leiding van het verslag over het eerste jaar van het Coöp. Slachthuis te Gorkum zegt deze schrijver, dat algemeenheden als: „Gemeentelijke exploitatie werd te kostbaar"; „Ter wille van een beginsel, slachthuis in eigen beheer" „De gemeen telijke abattoirs maken te veel winst", enz. geen tegenwerpingen zijn, waarmede de argumenten voor gemeente-exploitatie worden weerlegd. Men vergeet daarbij maar al te dikwijls, dat de „winsten" van 'n openbaar slacht huis niet uitsluitend door de daar ver richte slachtingen worden opgebracht. Zelfs keuringen buiten het slachthuis kun nen daaraan debet zijn. Als voorbeeld wijst schrijver op de gemeente Amster dam, welke in 1925 uit de keuring van buitenlandsch vleesch ruim 1^ ton als batig saldo opstreek, waarvan 122.000.- afkomstig was van keuring buiten het slachthuis. In het algemeen worden de winsten gemaakt uit slachtrecht, gebruik maken van koelhuis en voorkoelhuis, van stallen met of zon;der voeder, wegen van vee en vleesch, steriliseeren en smelten van vet, gebruik maken van vrijbank, id. van vleeschverkoopruimte, keuren van in gevoerd vleesch, verhuren van terreinen en gebouwen voor huidenzouterijen, darmwasscherijen, verpachten der can- tine. Dat de slagers bij particuliere exploita tie „beter af" zouden zijn, is volgens schr. aan gerechte twijfel onderhevig. Ook Gor kum, niettegenstaande zijn gunstige uit zonderingspositie, geeft den slagers geen voordeel. De gunstige positie is een gevolg van het beschikken over een bestaand ge bouwencomplex, dat met geringe kos ten voor het doel was in te richten, alge- heele medewerking van de gemeente, bui tengewoon lage keurloonen, het aanwezig zijn van een Nortonpomp en zeer lage sa larissen. Maar toch is er geen koelinrich- ting, wat bij een goed openbaar slacht huis niet mag en kan worden gemist. En toch zijn de kosten van keuren en slach ten zoo hoog, dat in de meeste gemeenten voor hetzelfde geld bij gemeente-exploi tatie een slachthuis met koelinrichting kon worden onderhouden. Men moet bij slachthuizen in eigen be heer steeds twee gescheiden en dure diensten onderhouden. Eenerzijds de keu ringsdienst, anderzijd? het slachthuis. De slachtrechten moesten binnen 10 maan den reeds een- en andermaal verhoogd worden om een sluitende exploitatiereke ning te krijgen. Als dat aldus de schrij ver een gemeentebedrijf durfde wa gen Het slachthuis heeft één vasten knecht, die werkzaam is van 'smorgens 7 tot des avonds 6 uur en verder moet hij steeds beschikbaar zijn; hij verdient 10.en vrij wonen. Verder is er een arbeider 4 dagen per week van 1.50 per dag. De boekhouder, voor wien het een bijbaantje is, verdient 600.per jaar. Waren de loonen normaal, d. w. z. berekend voor een menschwaardig bestaan, geweest, er zou geen batig saldo, doch een „tekort" op de rekening zijn voorgekomen. In spijt van schandelijk lage loonen en meest gun- (Ingez. Med.) stige omstandigheden, betaalt de Gorkum- sche slager een hoog, te hoog slachtrecht in vergelijking met gemeente-abattoir, waar alle voordeelen van koelinrichting, vleeschhandel en ongedeeld bedrijf den gebruikers ten goede komen. APOTHEKEN. Zondag en de nachten dei- volgende week zijn de navolgende apotheken ge opend Middelburg Mevr. Wed,. .T. C Van der Harst. 1 Vlissingen A. J. van Ockenburg KI. Markt. Verschillende Berichte» Op den Botterdamschen Weg onder Zwijndrecht is de chauffeur W. v. L. uit Gouda met zijn auto, door verblinding van het licht van een aubo, gerpden op Iwee wielrijders, zekeren V. en diens 18-jarige zuster. De beide wielrijders ble ken bloedend verwond; te zijn. De auto werd in beslag genomen. Woensdagmiddag werd de brand weer gealarmeerd voor een verstiklcings- geval in de 2de Vogelstraat te Rotterdam'. Daar woont liet echtpaar A. de Vries. De echtgenoole was sinds eenigen lijd in het Gasthuis opgenomen, de man, 67 jaar oud, woonde alleen. De politie heeft hem dood in zijn woning gevonden, overleden ten gevolge van gasverstikking, Donderdagmorgen is de autobus van den heer F. te Zevenbergen even buiten de kom der gemeente in een vrij diepe sloot geraakt, De passagiers wisten zich door de achterdeur te redden. In het gehucht Laugercllcs, bij Rogc d'Agous, is, naar uit Chermont Een-and wordt gemeld een drievoudige moord gepleegd. Een grijsaard van 76 jaar, zijn schoondochter van 44, haar dochter van 21 zijn vermoord gebonden. De moordenaar had den vrouwen den hals afgesneden; den ouden man had hij En toonde een rij scherpe landen Berouwvol zei Keesje Ik doe liet nooit weer. Al zag 'k in de schuur honderd f manden! - NI0EDER HOORT HET NIET (Zie hel plaatje hiernaast Bij mijn opa in den tuin Staan drie populieren, Die als wij naar bed toe zijn, Stiekum feest gaan vieren. Dan komt 't maantj' en zegt gedag En de hoornen knikken. Zeg, ze ruischen soms zóó hard. Dat de vogels schrikken. Dan hoor ik een mt».u rerhaaJ Van een schoorsteenveger, Die zoo bang in 't donker was Hij was zelf een neger. Dat verhaal doet uan de maan Fn de boomen knikken Fn mijn klokje op de kast Hoor je goed zoo tikken. En die neger ging op reis Boven op de wolken Naar zijn eigen warme land Fn zijn zwarte volken. Ook van beesten is 't verhaal Van vier zwarte schapen. Vraag ik moeder: ho<o(ij u 't (o|»k 'Zeg zij: vent, ga slapen! TiRUUS YFRDONFR SALOMONS. Raadselhoekje. Oplossingen der raadsels uit 1 vorige nummer. Voor grooteren. Ze hebben alle twee een kurk (Cork is immers een stad in Ierland). 2. Ik kan vandaag niet bij je komen, want Han is jlarig. (NtoJ). Er iag ossetong voor het raam in den winkel (Lagos). Als je liever onaardig wjit zijn, moet je het maar zeggen. (Verona.) Is het jongmensch n rechts achter op gereden? (Chnr). 3. De molenaar, want die krijgt daarbij zwart 0(i> wif. 4. Biifmingliam. Han, ring, maag), big, maan. Voor kleineren. Matrozen. Fen trommel. Een stoel. akker kraai hamer i dwerg zweep Delft Kameel. 0m op te lossen. Voor grooteren. Wanneer je van een stad in Rusland het hoofd en den staart wegneemt, krijg je een meisjesnaam. Welken? Kruisraadsel Op de beide kruisjeslij nen Icorat de naam van een Fngelsch vorstin. lo rij 2o rij 3o rij 4r rij 5o rij 6o rij 7o rij rij XXXXXXXXX X X X X een klinker, een boom. een rivier in Frankrijk. iets wat sommige menschen op zee zijn. 't gevraagde woord, een rivier in Afrika, iets wat men zoowel in steden als in dorpen vindt, een bepaald soort teekening. een medeklinker. 3. Mijn eerste is een tijdsverloop, mijn tweede dient om een bepaald iets in te bergen of te bewaren en mijn ge heel wordt tweemaal 's jaars ïn Nederland gehouden. 4. Welk land is het armste van tic ge- heele wereld? Voor kleineren. 1. Zoek uit elk der onderstaand^ zin nen één woord, maar doe het zoo, dat de gekozen woorden in dezelffde volgorde genomen, een bekend spreekwoord vormen. Heb je een mooi, nieuw boek uit de bibliotheek gehaald Neen, ik nam per ongeluk een, dat ik al kende. Hoe komt liet toch, dat je tegen woordig zoo dikwijls suft? Vroeger heb ik dat nooit van je op gemerkt. Het is alleen, omdat ik alles vlug wil doen. 2. Welke noten kunnen niet gezongen en ook met gegeten worden? 3. Met k ben ik eén viervoetig dier, mot 'i lang en smal, met mi lig ik op den grond, met g ben ik een opening en met kr ben ik van hout. 4. Maak een gevaarlijk dier Van: dik rot K

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1928 | | pagina 6