TWEEDE BLAD TA» Zaterdói; 28 Jan. 1928 No. 24. BINNENLAND. HAAGSCHE BRIEVEN. (Nadruk verboden.) WSj leven in Den Haag in het volle vertier van het winterseizoen, bedoeld wordt het vermaak binnen de muren. Dat winterverlier is van aard wel overal in ons land gelijk, maar „het vorstelijk 's Gravenhage" heeft dan boven 'dc an dere steden des lands voor^ dat de Kon. familie er aan deel neemt. In zeer, zeer bescheiden mate, 't is waar. Naar wat wij over het karakter onzer koningin weten, is het ons bewust geworden, dat zij niet voelt voor „ijdel vermaak", voori wat wij „uitgaan"' noemen. Anders dau voorheen 3an andere hoven, anders dan nog steeds aan het Engelsche hof het ge val is, ziet men de koninklijke personen slechts zelden in den Schouwburg „de Koninklijke" genoemd, vaker in het „Ge bouw" bij groote concerten, waaraan de Koningin-Moeder vrij geregeld deel neemt. Maar sinds Prinses Juliana haar acht tien jaren telt, ontwaart men haar wel eens, 't zij in gezelschap van haar vader, 't zij met haar moeder, in haar loge, en voor zooveel de bezoekers het koninklijke meisje niet van nabij kennen, ziel men haar op aardige wijze vroolijk zijn en lachen, niet slechts als er in de ver tooning wat te lachen valit, doch ook gedurende de pauzes. En het schijnt wel of met haar in het hofleven van Den Haag iets vroolijks is gekomen, zooals hel trouwens op haar achttienjarigen leeftijd past. Want wanneer zal een mensch, koninklijk of gewoonweg bur gerlijk, vroolijk zijn, als het niet op dien leeftijd mag wezen'? De reeksen hof- soirées worden gegeven; de reeksen of- ficiêele maaltijden gehouden; maar dit keer werd een maaltijd gediend, uw le zers zijn er reeds van onderricht, wel- J ke wel heeiemaal op het Leidsche stu dentje Juliana van Buren sloeg, en waar bij al het jonge volk was genoodigd, waarmee „Hare Koninklijke Hoogheid, de Prinses Juliana der Nederlanden" in haar studententijd verkeert. Ilct zou misschien nog leuker geweest zijn, indien al die def tige „proffen" er niet bij waren geweest, cn het enkel een maal,lijd was geweest van jong volk. Maar een feest ten hove kan geen voortgaan hebben zonder sta tigheid, en hel was al aardig, dat bij hel begin van den maaltijd het „Io Vivat" werd aangeheven. Het lijkt wel goed, dat prinses Juliana in het optreden der koninklijke familjic naar buiten opgewektheid brengt. De taak der Koningin is moeilijk en zwaar. Zij heeft die vervuld en vervult haar op een wijze, welke bewondering afdwingt, en het is zoo begrijpelijk, dat de KoninklQjke vrouw vooral door haar ernst wordt ge kenmerkt. Sinds wij prins Hendrik heb ben leeren kennen, dus waarde ere n^Jeb- ben wij geleerd, dat hij gaarne opge ruimdheid laat blijken. Ieder die met hem in aanraking komt, roemt zijn een" voud, zijn jovialiteit, zijn gemoedelijkheid, en er is niet veel toe noodig hem tot een goedmoedig lachje te brengen, dat de menschen met wie het oogenblik hem I doet verkeeren, die, zooals van zelf spreekt, van allerlei stand en opleiding zijn, op hun gemak brengt. Daarover hoort men ifan in Den Haag menig ver haal, waaruit zijn gemakkelijkheid van omgang blijkt eu dat ieder den prins een aangenaam mensch vindt. Dc opvoeding der vorstenkinderen leidt hen vaak in I volwassenheid tot beschroomdheid in den omgang met gewone menschen, eii de geschiedenis leert, dat hun dit in de be- oordceling door hun tijdgenooten veelal geen goed deed. Het is daarom zoo ge lukkig voor hel jonge „meisje-studentje" van de Leidsche Hoogeschool, dat door haar vriendinnen gewoonweg „Juliana" wordt genoemd, dat zij in de omgeving der Studeerende Jeugd in*Leiden eh om geving, in aanraking komt, zeker niet mot iedereen, die hel graag zou wllljen, doch ook met jonge menschen, die niet „in de ^chaduw van een troon" zijn geboren. De meeste menschen d,enken er niet aan welk een nationaal voorrecht het geweest is en nog is, d,at aan het hoofd van het Nederlandsche staatsleven al haast een halve eeuw een vrouw1 heeft gestaan, twee vrouwen dan, en' dalt het waarschijnlijk is, d,at dit misschien voor nog een halve eeuw het geval zall zijn En welke twee vrouwen zijn dat ge weest? Koningin Emma, voor wie men eerlang het feest zal vieren, dat zij als jonge vrouw van Koning Willem III ons land en ons volksleven binnenkwam', welk een plaats heeft zij welen in fce nemen in onze beoordeeling en in ons hart. Haar dochter Koningin Willielmina! Is er een nadenkend merfsch in Neder land,, die haar niet de hoogste achting \vijd,t? Het is te hopen, dal zij nog lang haar verheven plaats in onls volksleven zal innemen Doch wanneer aan haar regeeringsvervulling, hoe dan ook, eens een eind komt, dan is er alle reden ooi te vertrouwen, dat Prinses Juliana, naar het voorbeeld, liarer koninklijke moe der en door de haar gegeven opleiding, de overlevering, dat misschien een eeuw lang aan het hoofd onzer regcering vrou wen stonden^ waardig zal voortzetten. Dit feit is zeer waarschijnlijk van groote en gelukkige beteekenis geweest voor ons staatsleven, want een vrouw heeft althans voor mannen zooveel meer, dat eerbied afdwingt, zelfs sympathie, dan een man, niet enkel van haar eigen volk, dpch ook van den vreemde. En of schoon dan, gegeven haar constitulioneo- le plichten, Koningin Emma en Koningin Wilhclmina geen werkzaam deel hebben kunnen nemen in wal men nog betrek kelijk kort geleden „de emancipatie citer wouw" noemde: het feit, dat er bij. ons zoo lang een wouw heeft gestaan," waar tot voor den oorlog in vele landen een man stond,, is toch niet zonder betee kenis geweest voor de betrekkelijk ge makkelijke overwinning der vrouwenbe weging ten onzent. Misschien zal mijn uitmuntende colle ga, mej. Emmy J. B. Belinfante, die kort geleden in de Haagsche Vrouwenclub vqrd gehuldigd, dit wel willen toegeven Uit een publicistenfai^Jlie stammende, die I in de Nederlandsche*«fagbl;Hlpers. dus in een belar^rijlti stuk geestelijk leven van ons volk, om zoo. te zeggen ook' een vaste plaats heeft gehad, heeft ook deze vrouw een mooie\familietraditie mooi voortgezet Ik geloof van de oprichting af van de „Nieuwe Courant"., toen dit orgaan het buitengewone voorrecht had geredigeerd te worden door mr. L. J. Plemp van Duiveland,, thans nog eere- voorzilter van den „Nederlandschen Jour nalistenkring", uitnemend, dagbladschrij ver zooals weinigen, heeft Emmy Belin fante op een wijze, welke niemand) barer schrijvende zusteren althans verbeterd heeft, de „wouwenbeweging" voorge staan, en dit zóó, dat zij *ook haar mannelijke lezers overtuigde en voor de goed,e zaak won. Het is in dc laatste jaren met de „Nieuwe Courant' niet goed gegaan Haar slechte lijden begonnen, toen mr Plemp om gezondheidsredenen als hoofdredacteur moest aftreden liet uitnemende orgaan heeft sinds, zeker allerminst uil gebrek aan toewijd,ing' of talent van haar twee volgende hoofd redacteuren, de heeren Bruna cu Bolhe- uius Brouwer, het grootste deel barer beteekenis verloren, terwijl nog slechts haar twee niet anonieme medewerkers aan 4e groote tijden van weleer (her inneren. Waarom verdwijnt gij niet uit hel geestelijk leven van Den Ilaag? Waarom moesten begaafde medewerkers heengaan? Mej. Emmy Belinfante behoorde tot hen Maar juist omdat liaarl dit ontslag trof op een manier, waarvan ieder 'ge tuigde: „deze begaafde en hoogstaande wouw had beter verdiend", is er 'een commissie uit de lezers, vooral lezeressen gevormd, welke haar de hulde bracht, dje haar „par droit de conquête el par droit de naissancc" toekwam Dit dpet aaarom een oud-publicislen- harl goed, omdat het feil op zichzelf, dat er een commissie wordt gevormd om een journalist(e) te huldjgen zoo zeld- z.aam is Och, journalislen, die anoniem Schrijven, verlangen djl ook niet Zij vinden dc hulde in hun plichtsbetrach ting, en in het feit, dat hun lezers lten zoo vaak tracleeren op ingezonden stuk ken naar aanlcidiug van het geschre vene, bewijs, dat zij dit althans hebben gelezen. Al blijkt het, dal zij het niet gleets hebben begrepen net feit d,us, dat Emmp Belinfante door haar lez.ers werd gehuldigd^ bewijst len eerste hoe voortreffelijk zij haar taak heeft vervuld, hoezeer zij de zaak der wouwenbeweging heeft gediend, e.n dat de vaderland.sche lezer toch niet steed,s zoo lauwtjes, sommigen beweren zelfs zoo ondankbaar, is, als hel den scbijn draagt c AD INTERIM STUKKEN VOOR DEN GEMEENTE RAAD VAN MIDDELBURG. Leeraar Aardr ij ksku 11 d e G y 11111 a s i u 111. B. en W. stellen den raad voor den leeraar in aardsrijkskunde aan hel Gym nasium, B. van den Bout ontslag uit zijne betrekking te vcrleenen met ingang van 15 April 1928, zulks in verband niet zijn benoeming bij het middelbaar on derwijs in Nederl. Oost-Indië. Curatoren Gymnasium Ter voorziening in de vacature van lid van het College van Curatoren over hel Gymnasium, ontslaan door hot over lijden van ds. dc Ligt, doen B en W. den raad de volgende aanbeveling toe komen 1 ds J de Visser, 2 ds. Li B Tjcbbes, beiden predikant bij de Ned. Herv. Gemeente alhier. "M a r k l w e z c 11 In de raadsvergadering van 25 Mei j 1. werd, overeenkomstig het Voorstel van B. en W. bestolen de lijdelijke re geling met betrekking tol hel Marktwe- PASTOOR HEUMANN'S Geneesmiddelen jtF sleedook voorradig in ■j het Alleen-depot: NV. Apotheek „Coronae" Bergen o. Zoom, Zutvelstr. 35, Tel. 62, Postgiro 3269, Het groote Pastoor Heii- mann-Boek 352 hls, 150, afbeeldingen ontvangt gratis enJranco ieder lezer, die zijn adres in zendt aon L. Heumann en Co., Amsterdam C 87, Staalkade 4, Briefkaart voldoende. (Ingez. Med.) zen wederom met 1 jaar te verlengen^ derhalve lot 1 Maart 1928. Evenals gedurende het tijdvak 1 Maarl 1926—1 "Maart 1927 heeft ook tot nu deze regeling lot volkomen genoegen ge werkt, en zijn B. en W. van oordeel, dat thans het tijdstip voor een defini tieve regeling van deze aangelegenheid is aangebroken. In verband daarmede geven zij in overweging met ingang van "1 Maart 1928 alle werkzaamheden betreffende het Marktwezen op te dragen aan de ge meentepolitie. den Commissaris van Po litie te benoemen lot 'marktmeester, en voorts voor hel verrichten van de desbe treffende werkzaamheden per jaar een totaalsom uit te kecren van f 350, ge splitst in 1' 300 voor het daarvoor in aanmerking komende politiepersoneel, en f 50 voor administratiekosten. B. en W. kunnen echter geen vrijheid vinden mede te gaan met het denkbeeld van <!en heer Paul, in de vergadering van 25 Mei 1927 naar voren gebracht, om voor den inspecteur van politic 2e klasse, die door den Commissaris van Politic daadwerkelijk is belast niet do werkzaamheden betreffende het Markt wezen, een salarisregeling te ontworpen, waarin dc belooning voor het Marktwe zen is verwerkt, aangezien zij van oor deel zijn, dat <loor een dergelijke rege ling de Commissaris van Politie beperkt zou zijn in de keuze \an diengenc van het politiepersoneel, die naar zijn mee- ning liet moest geschikt moe! worden ge acht de werkzaamheden, verbonden aan hel Marktwezen, daadwerkelijk uit lo voeren Dc C. v. l;in, vereonigl zich met het voorstel W ij z i gi 11 g sal a risveror il. De betrekking van loekenaar der Be drijven werd lot heden niet afzonderlijk san DE MISLUKTE TOCHT door AMBER. Het had dien winter al meermalen gevroren, maar telkens als het ijs bijna sterk genoeg was, viel de dooi weer in. „En dan kun je weer opnieuw begin nen,"' zei Henk, die met zijn twee vrien den, Jan en Chris, na schooltijd naar buis slenterde. „Wat bedoel je daar mee?" vroeg Chris, en ook aan het eenigszins verbaas de kijken van Jan was te zien ,dat hij de uitlating van zijn vriendje niet heeiemaal begrepen had. ..Wel," zei Henk, „ik bedoel, dat we dat ijs, dal er nu eenmaal is, maar moes ten houden ,dan zou het veel gauwer sterk genoeg zijn om te kunnen schaal-, senrijden, als het weer opnieuw gaat vriezen." „Dus jij wou, dal het ijs kalm in het kanaal bleef ,ook al dooide het?" in formeerde Jan. Chris schoot in den lach over die malle vraag, maar Henk antwoordde kalm: „Dal zou ik zeker willen, maar daarom begrijp ik heel goed ,dat hel na tuurlijk onmogelijk is. Ik wou alleen maar zeggen, dat we veel meer kans hadden om dezen winter nog op schaat sen te komen, als het eenmaal gevormde ijs niet telkens weer wegdooide." „Daar zal toch wel niet veel tegen te doen zijn," plaagde Chris. „Weel ik óók welt Of jij zou er soms een middeltje op moeten wetenI" kaatste Henk terug. „Ik niet, hoor," zei Chris. „Ik heb al genoeg te doen met mijn schoolwerk. Met liet weer bemoei ik me niet. Adieu, lui, ik ben al weer thuis". En hij ging de deur binnen, terwijl Henk en Jan, die verderop woonden, doorliepen cn voortgingen met het be- I spreken van de kansen, of zij dezen win ter nog zouden schaatsenrijden of niet. Het was al eind Januari en ze waren het er over eens, dal het natuurlijk niet onmogelijk was, maar dat de kans toch heel klein begon te worden. Maar hel kwam anders uil zooals ze niet verwacht, doch eigenlijk wel ge hoopt hadden. Nog geen week tater lagen namelijk niet alleen de slootjes, maar ook het groote kanaal stevig dichtgevroren. Dat kanaal had men eerst nog trachten open te houden misdadig' vonden dc jon gens dat maar dc vorst was de sterk ste gebleken en hel groote vaarwater naar hel naaste dorp, \ornvde nu ook een prachtige ijsbaan. De drie vrienden profileerden er van zooveel ze maar konden, waiTt je wist na tuurlijk nooit .hoe lang hel zou blijven vriezen. ,^En ik zou liet mezelf nooit vergeven, als ik ook maar een uur was lliuis geble ven, terwijl ik had kunnen schaatsen rijden. Van die paar dagen vorst per jaar die we tegenwoordig krijgen moet je halen wal je maar halen kunt." verkon digde Henk. „Morgen gelukkig Woeusdag,zuchtte Chris. „Dan gaan we 's middags zeker eens een fünken tocht maken, hè men schen?" „Natuurlijk," stemde Jan ïu. „Over het kanaal naar Vecndorp en dan langs Raas huizen over de slootjes terug. Dat is een tochtje v an een uur of driedat kunnen wo makkelijk halen. Wc hebben er den heelen middag den tijd voor." In het vooruitzicht van den vrijen mid dag, dien vrijwel alle jongens natuurlijk aan schaatsenrijden zouden besteden^ was 4e aandacht in de klas dier drie vrienden dien Woensdagmorgen niet al Tc groot. Gelukkig was hun onderwijzer „zelf ook jong geweest", zooals men dat wel eens noemt, cn dus deed hij dien morgen een oogje dicht. En zoo werd het ten slotte toch twaalf uur, zonder dat er strafwerk uitgedeeld had behoeven 1c wordjen. Zelden waren de drie vrienden na schooltijd zóó vlug thuis geweest als dien dag. Anders deden zc dat op liun dooie gemak en bracht bijvoorbeeld eerst Henk Chris naar huis en dan Chris Henk weer, maar ditmaal zetten ze er een ïlinken pas in, want ze hadden afgesproken el kaar om één uur a! bij de brug over hel kanaal aan te treffen. En vóór je een langen tocht gaat ondernemen, moet je natuurlijk eerst flink eten, wat ook al jer lijd kost. „Zoo, lol één uur dan," zei Chris, die het eerst thuis was. En om Jan, die nog al eens vergeetachtig was, een beetje te plagen, riep hij dien achterna- „Denk er vooral om, dat je schaatsen meeneemt!" Henk schoot in den lach en Jan zelf lachlte ook hartelijk mee, want hij wist dat het niet kwaad bedoeld was. Haas tig liepen ze toen met zijn tweeën door naar huis en hel eerste, wat zij dien dag alle drie bij hun thuiskomst vroegen, „Kan ik dadelijk gaan eten% moeder^ want we wilden vanmiddag een grooten J tocht gaan maken?" I Zij haastten zich zelfs zóó, dal hel kla- j verblad al om tien minuten vóór ééu bij de brug compleet was. Henk had een ouden wandelslok van zijn vader meegebracht en dal was dc reden, dat de schaatsen 110/ haastiger dan anders werden aangebonden, want rijden aan een stok hadden ze nog nooit gedaan. En het ging fijn. Veel harder nog dan dat je gewoon achter elkaar, rijdt en el kaar bij de handen vasthoudt, vonden ze. Verscheiden gi-ootcre jongens reden ze voorbij on dan konden ze nooit nalaten om even triomfantelijk om te kijken. Genoeglijk krasten de scherpe ijzers over het giadde ijs en Henk, die voorjp reed, zette er steeds meer vaart in „Zullen wc 1111 eens om het hards gaan rijden, tot aan dien molen daar stelde toen Jan op eens voor. „Gocd,zei Chris. „Best," vond Ilenk cn meLecn minder den ze hun vaart en stonden weldra stil,. Zoo eerlijk mogelijk gingen zc toen op een rij staan. Een jongen van hun school, die juist voorbij kwam, bood aan om hen te „starten". Hij zette een gewichtig gezicht en vroeg. „Allemaal klaar'" „Ja," zeiden de drie vrienden bijna tegelijkertijd. „Daar gaal ie dan zei de jongen. „Eén, twee, DRIE." En daar vlogen ze weer over de baan. Jan en Chris waren vrijwel naast elkaar maar Henk was al dadelijk een eindje voor. Die kon altijd hel vlugste wegko men. Maar daarom dachten de anderen er natuurlijk nog niet aan 0111 het op te geven. Het was nog wel duizend meter tot aan den molen en wie hel winnen zou, was nog lang niet zeker. Hel was wel meer gebeurd, dat Henk, zooals ge woonlijk,' in het begin voor was geweest en toch nog als nummer drie was ge ëindigd. En dus bleven ze alle drie hun uiterste best doen om de overwinning Ie behalen. Toen, op eens, in heel wal minder tijd dan noodig is om het te vertellen gebeurde het Er lag een lak dwars over de baan en Henk zag dien te Iaat. Ilij struikeRJe, pro beerde nog op de been te blijven, maar dal ging niet. Hij viel en schoof door slijn vaart o»-er het ijs voort, juist op een bijt aan. Van richting veranderen "kon hij in zijn liggende positie ook niet zoo gauw en vóór hij het wist, spartelde hij in het water. Brr, wal was dat koud! Jan cn Chris, die het ongeluk hadden zien gebeuren, gaven een schreeuw van schrik. Maar al waren zc dan ook ge schrokken, ze toonden, dal ze flinke jon gens waren, die in moeilijke omstandig heden hun hoofd niet verloren, maar wisten te handelen. Een paar seconden nadat hun makker in het ijskoude water kopje onder was gegaan, stonden zc allebei aan den rand van de bijt Chris greep Henk bij zijn rechterhand cn daarna slak de drenke ling zijn linkerhand &an Jan loc. Samen trokken ze hem toen vlug uit hel water. „Gauw naar die boerderij daar eom- J mandeerdon zc ,'lloud je schaatsen maar I aan I En toen grepen zc elk een druipenden I arm van llenk w aaraan je voelen kou, hoe kou dal water was geweest en hol den zoo goed als dat mêï schaatsen aan gaan wou, naar de boerderij die gelukkig niet ver weg was „Zoo," zei de boer. toen hel drietal bij"1 hem kwam binuenvalleii, „in oen bijt ge reden zeker? Trek maar gauw die natte spullen uit, ook je ondergoed Ilier is een wollen lap om je flink droog te wrijven Ga maar voor den haard slaan dan zal ik wat kleeren van mijn jongen voor je halen. Die kom je dan bij gelegenheid maar eens terugbrengen, dan kun ie met een vertellen, of je geen nadeelige ge volgen van je bad hebt ondervonden." En toen ging hij weg om de beloofde kleeren te halen ter wijd da twee vrienden Ilenk hielpen zoo gauw mogelijk zijn nat te plunje uil te trekken De vriendelijke boerin schonk onderwijl voor 4e j mgens koffie in. „Hè„ dat doel goed!" zuchtte het slachtoffer, toen hij het warme vocht naar binnen goot „Ik denk. dal het wel goed zal alloopen; ik voel me ten minste al weer veel beter." „Wel ja," troostte de boerin „Onze Rinus, waarvan jij nou de kleeren aan krijgt, is verleden jaar door het ijs ge zakt, maar die hefcït er ook niets van ge weien, hoor Maar je moet niet in dien kouwen wind naar huis rijden. Ga liever met de autobus." „Ta, dat Is misschien wek verstandiger", gaf Henklpe cn toen kwam de boer terug met de kleeren en moesten Jan en Chris al spoedig even hard lachen als hun gastheer eu gastvrouw, „omdat de jonge heer er toch zoo potsierlijk uitzag fn flat bocrenpakje." Na hartelijk bedankt te hebben voor al! de vriendelijkheid, die ze hadden onder vonden op'de boerderij, ging het drietal weer naar buiten „Zeg", begon Ilenk toen aarzelend, „jullie worden natuurlijk ook nog wel be dankt, dat je me zoo gauw er uitgevischl hebt, ik ,,'t Is goed, hoor", bromde Chris, eu Jan liet er op volgen ,,'t Was warempel nogal dc moeite waard, dat sprak toch vanzelf." „Nu, in ieder geval heb ik jullie tocli even willen bedanken," vond Ilenk „En ga nou maar gauw door, anders wordt het te Iaat om over Raashuizen terug te gaan. Ik zie mijn omnibus af aankomen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1928 | | pagina 5