liIitpÉ Courant FEUILLETON. Aspirin* B IJ VOEGSEL ▼AN DB ■AR Donderdag 13 Oct. 1927 No. 241 GEMEENTERAAD VAN -MIDDELBURG. Gisteren vergaderde de gemeenteraad- Voorzitter de burgemeester. Afwezig bij den aanvang de hoeren Mes en vj. d. Beke Callemfels. Ingekomen stukkien. Hel adres van den Ned. Federatieven Bond van personeel in openbaren dienst over de levering aan gasfabrieken,. De voorzitter stelt voor dit in handen van B,. en W. te stellen om adr viess. De heer Cornelisse vestigt er de aandaent op, dat een aantal leveranciers besloten zou hebben niets meer in minde ring te brengen, wat voor de gemeente nadeelig zou zijn. De heer Jeronimu s vraagt, tot wel ke bedragen door de in het adres bedoel de leveranciers geleverd is aan de Mid- delburgsche gemeentewerken in de jaren '24, '25, en '26. Besloten wordt het adres in handen van B. en W. te stellea om praeadvies. Bran dweer, Aangaande hel adres inzake de vrij willige brandweer en het praeadvies van B. en \V. dienaangaande, doet de heer IWonderge m hel denkbeeld aan de hand om de vrijwilligers te zetten aan twee spuiten. De 'heer Jeronimus vraagt of een kleine verhooging van het loon per uur, en een aanmerkelijke verhooging van het loon 'snachls niet misschien meer lief hebberij zullen geven. Een en ander zal nader worden me degedeeld aan het bestuur vlan de Brand weer. Het praeadvies van B. en W. wordt z. h. st. aangenomen. Abattoir. Bij het adres van slagers tegen het abattoir stelt de voorz. voor, dit stuk te voegen bij de stukken over de slacht plaats. Afgewacht moet worden het be richt van Ged. Staten, dat Middelburg en Vlissingeu op de bepaalde plaats een slachtplaats kunnen bouwen. De heer Jeronimus vraagt of nog op hel besluit door den raad teruggeko men kan worden. De voorz. zegt dat de zaak, nog be sproken kan worden, als het bericht van Ged. Staten in den raad komt De heer De Veer meent dat de raad op het principe besluit niet meer terug kan komen. De heer Onderdijk zegt, dat men aan het werk gaat, zoodra de beslissing van Ged. Staten is afgekomen. Als de raad op het principebesluit terug wil komen, zou dat uu moeten zijn. Of anders zouden B. en W. praead vies kunnen geven, als het besluit van Ged. Staten bekend is. De heer de Veer betoogt, dat de raad zich met liet principebesluit moreel en formeel gebonden heeft. De voorz. zegt, dal toch als het be sluit van Ged. Staten bekend wordt ge maakt, daarover kan worden gesproken. Het adres van de Ned- bond van Han dels- en kantoorbedienden ^,Mercurius" over de instelling van een bêdrijfskundi- digen ambtenaar nan het hoofd eener doelmatig ingerichte vakafdeeling, wordt in handen gesteld van B. en "XV. om er op te letten Ingekomen is nog een adres van het hoofdbestuur van den Algem. Bond van WIE IS EDMUND GRAY? Geautoriseerde vertaling naar het Bngelsch, van WALTER BES ANT, door Mej. B. HOOGEWERF. 74). „Een soort keukentje dus" dacht Elsie bij die ontdekking. „O, hoe vreeselijk, dat sommige heeren zeker wel dag en nacht in een dergelijke woning verblijven!" Mei een huivering keerde ze weer naar de zitkamer. Hier nam', ze een boek en ging er voor het open venster zitten, geen aandacht schenkend aan het feit, dat ze door een ieder op het Plein kon gezien worden. Het was zeven uur, eer mr. Edmund Gray kwam. „ïla, kindlief," zei hij teeder. „Je bent hier al vóór mij! Ik werïl opgehouden door zaken. Wal?... dat weet ik niet meer' Ik vergeet alles. Maar het komt er ook weinig op aan He ben nu hier en éér we een vigelante nemen, wil ik nog even de vragen van den nieuwen cate chismus met je doorloopeu. Ben je klaar?" „Geheel klaar, meester." Om half zeven stelde Oheckley zich weer verdekt op; eu niet eens zoo heel lang zal hij daar gezeten hebben, of politiepersoneel over de invoering van een vacanlietoeslag. Naar B- en W. om advies. Een schrijven van H. Hendrikse circu leert onder de raadsleden. Vraag-Panl. De heer Paul dankt voor de beant woorde vragen, 't Bedrag viel spr. echter tegen, 'lis wel zeer twijfelachtig of het wetsontwerp zoo wordt aangenomen. La ten B. en W» het oor te luisteren leg gen of er voor Middelburg nog een ver andering mogelijk is. Wachtgeldregeling personeel meelfabriek Aan de orde is de verlenging vaan öe wachtgeldregeling van het personeel der meelfabriek (25 pet. der bijdrage). De heer Jeronimus is tegen dit voorstel, dat hij een verkapte pensioenee- ring noemt. Het is de vraag nog, df het bedrijf hier ooit weer terug zal komen en bovendien als dit lang sti.1 staat, is er een groot bedrag noodig de zaak weer op gang te brengen. Spr. gelooft dat wij met deze regeling op den verkeerden weg zijn. 't Komt hem voor, dat er zoo geen einde aan is. Bovendien is verzocht de fabriek te gelde te stellen,. De voorz. betoogt, dat dat pogingen om de fabriek te koopen mislukt zijn. Men wil de fabriek hier houden. mevr. De Graaf vrapgt wat er voor de ontslagenen zou voortvloeien, als hef idee van den heer Jeronimus werd aange nomen. De voorz.. Die zouden dan'dcomen bij het Burgerlijk Armbestuur. Mevr. De Graaf meent, dat dit voor de gemeente nadeeliger zou zijn, zoo wordt er geen bezuiniging verkregen. De heer Paul vraagt wat de onderne ming voor reden zou hebben om ie on dersteunen, als zij niet van plan washier het bedrijf niet meer in werking te stellen. Spr. gelooft, dat 't daardoor juist niet uitgesloten moet worden geacht, dal dit wel zal geschieden, Heeft de heer Jero nimus eigenlijk bedoeld in het geheel geen steun te verleenen? Als deze re geling niet wordt aangenomen, wordt 't duurder voor de gemeente. De heer Onderdijk zegt, dat het al of niet terugkeeren van het bedrijf, het rijk wel zal beoordeelen, want die on dersteunt mede, zooals anders nooit. Voor de gemeente is 'l een rekensommetje. Zoo is 't voordeeligsl. Alls hot voorbeeld, door de Meelfabriek gegeven door de andere bedrijven hier Ier stede was ge volgd, dans zou er een betere regelfing zijn voor de werldoozen, en zou die ook minder kosten. Wij moeten dit dus met beiden handen aangrijpen. De heer Jeronimus erkent, dal de regeling zoo voor de gemeente voor- deeligcr is. Doch op den duur zullen wjj toch moeten overgaan tot den afvoer van gemeentekrachten, waar op het oogen- hlik geen plaats voor is. Het voorstel wordt z. h. st;. aangeno men. De heer Jeronimus wenscht geacht te worden te hebben tegengestemd Gemeenterekening '1926. Aan de orde is de gemeenterekening van 1926 "Wordt goedgekeurd, met alg stemmen (de wethouders bleven buiten stemming), nadat de heer Paul, naar aanleiding van een der posten er op gewezen liad, dal kleine herstellingen o a. ook bij eliec- trische installaties wel door gemeentebe drijven geschieden, waarop de heer de Veer antwoordde, dat in dergelijke ge vallen particulieren de herstellingen ver richten, als '1 goedkooper is dan bij de bedrijven. De heer Cornelisse wees er bo vendien nog op, dat hij heeft vernomen, dat verscheidene installateurs niet in aanmerking zijn gekomen. De heer O n d e r d ij k betoogt, dat er bij gemeentewerken een lijst ligt, waar door diverse vakmenschen regelmatig aan de beurt komen. Mochten er eventueel namen ontbreken, dan kan die lijst wor den aangevuld. zoo vrij en onbevangen, als maar immer mogelijk, vertoonde zich daar hef gelaat van miss Elsie Arundel aan het open vensterKijk, wat was er nu meer noodig. Edmund Gray was Atheislan Arundel of George Austin, of beiden, en Elsie was hun medeplichtige. Wat zou sir Samuel in z'n schik zijnDien zelfden avond, zou hij zich nog bij dien ouden heer aanmelden' Telkens keek Oheckley weer eens uit, om van zijn ontdekking te genieten. Maar op eenshij moest zich aan de deur posten vasthouden, hij kon zijn verba zing dan ook niet langer verbergjen, wantdaar zag hij, over de medeplich tige gebogen, met een uitdruldring van vaderlijke teederheid niemand meer of minder, dan mr. Dering zelve'... Ja, mr. Dering! Wat beleekende dat?.... Zou mr. Dering nu twelve het geheim oplossen van Edmund Grav?..., Was hij op diens leamers doorgedrongen en had hij daar nu niet Edmund Gray, maar Elsie Arundel gevonden? „Vriend," zei de politie-agent, zóó vóór hem staand, dat zijn uitzicht was onder schept, „je schijnt daar iets te zienj, wat je bijzonder interesseert?" „O ja, dat is zoo!" „Vindt je anders, dat je nu niet lang genoeg hebt gekeken naar dien ouden heer? En er is een jongedame óók. Om nu zoo lang naar haar te kijken, is heeleiuaat niet beleefd I" „Neen. neen. Daar heb je ook gelijk Godsh aizen Aan de orde zijn voorts de supple- toire begroo'ting 1926 en de rekening 1926 der Godshuizen. De heer V e r t r o g t zegt, dat de com missie gaarne de inlichtingen van de Godshuizen over de opmerkingen der C. v Fin., zal ontvangen. De voorz. zegt, dat dit zeker zal geschieden. De heer Jeronimus zegt, dat in derdaad verschillende posten de raming belangrijk hebben overschreden. De 0.v.F. is nu wel overtuigd van de noodzakelijk heid, doch heeft zij wel de noodige in lichtingen gehad? Mevr. W e ij 1 zegt, dat de C. v. Fin. die inlichtingen heeft ingewonnen. Alleen wanneer daaruit vraagpunten blijven, zouden die opnieuw in den raad ter sprake kunnen worden gebracht. An ders is 't fniet Ide bedoeling om met al die inlichtingen in den raad te komen, De rekening heeft bovendien ter visie gele gen; leden, die dus vragen willen stellen jcunnen dit doen aan B. en "Wl. die deze in de volgende vergadering zouden 'be antwoord hebben. Maar wij heb ben het beheer van liet Gasthuis nu een maal gegeven aan een college Van regen ten en bovendien zijn de uitgaven van het bestuur met de noodige waarborgen omgeven. Uitgaven bosten de* f 50 worden niet gedaan, zonder dat twee deskundige regenten daarin zijn gekend. Verdere be langrijke zaken worden in het gebedje college besproken. Spr. vindt dus niet, dat op den weg van den raad ligt, de di verse zaken verder uit te pluizen, tenzij de raad reden heeft voor gebrek aan vertrouwen. De heer Jeronimus zegt, dat er geen kwestie is van gebrek aan vertrou wen; maar van een onderstreeplng van den wensch der C. v. Fin,, voor een uitgebreidere toelichting. De suppletoire begrooling 1926 en de rekening worden z. h. st. goedgekeurd. Alsnu is aan de orde de begnooting 1928. De heer H o n d i u s vraagt of van de rente van het kapitaal van het weeshuis geen verpleeggelden worden besteed. Spfr. meent toch, dat dit kapitaal gegeven was als verpleeggelden voor een zeker soort van weezen. Sur. vraagt dit ook als in lichting, niet als een uiting van wan trouwen De voorz. zegt. dat de rente der fondsen verwerkt is in de algemeen© re kening der Godshuizen. De heer v. d. iW e e I zal de vragen van den heer Hondius aan het Jjestuur van het Godshuis voorleggen. Fen zeker ver trouwen in dat bestuur is toch wel ge- wenscht. De voo rz. gelooft ook niet, dat de vertrouwenskwestie er iets mee te maken heeft. Mevr. fWeïj I heeft dat vertrouwen ook niet in twijfel willen trekken. De begrooting wordt z. h. st .goedge keurd. Teruggaaf abonne mentsgelden duin water. Aan de orde is liet afwijzend praead vies op het verzoek van D. J. Jansen, om teruggaaf van f !1(33 van hel abonne mentsgelden over 1926 voor de duinwa terleiding. Na eenige discussie z. h. st, goedge- -keurd. Vragen Mes. Thans krijgt de heer Mes, inmiddels ter vergadering gekomen, evenals de lieer v. d. Beke Gallenfels, gelegenheid, tot na dere bespreking van zijn vragen en het antwoord van B. en W. betreffende de woningbouwvereniging. De heer Mes wees op een ingezonden stuk in de Middelburgsche Courant, waarin de heer J. P. van Hiel, secretaris der vereeniging, betoogend, dat alles in de beste orde was. Wanneer hij daar mede bedoelde de financiën voor het bestuur, de vergoeding van voorzitter, secretaris en penningmeester, dan gaat spr. hiermede accoord. Echter geeft het antwoord van B. en W, op de gestelde in." „En nu even in der minne die zaak behandeld, maar denk je, dat mr. Ed mund Gray, hier tegenover, het wel zoo heel aangenaam zou vinden, als hij wist, dat hij iederen avond werd bespied,? Dat kunnen we op den duur toch niet toelaten zie je, tegenover zoo'n infat- soenlijk man, als mr. Edmund, Gray." „Zeg agent, ken je hem dan, dien ouden heer, daar aan het venster?" hijg de Oheckley. „Zeker. Zoo lang ik hier nu al ojp post sta, dat wil zeggen, twee jaren lang. De menscheu hier in Gray's Inn hebben hem geloof ik, at tien jaar lang gekend. Het is mr. Edmund Gray. Hij komt hier niet geregeld. Hij heeft er ook uiet zijn kantoor Maai* hij vertoont zich zooi nu en dan Mr. Edmund Gray heet hij. Ik wou dal alle heeren in de Inn zoo royaal waren als hij!" „O, maar het is onmogelijk' Zeg het nog eens agent' Misschien ben ik een beetje doof. Ik ben al heel oud, weet je. Zeg het nog eens?" Wat scheelde den man toch! Want hij trilde over al zijn leden en zijn oogen stonden wijd opengesperd van schrik of verbazing Wat scheelde den man toch! Want hij trilde over al zijn leden en zijn oogen stonden wijd opengesperd van schrik of verbazing. Natuurlijk, dat is mr. Edmund Gray.' „Wal doet dat meisje bij hem? Waar- vragen een anderen kijk. Ofschoon spr. reeds bij voorbaat dpnk heeft gebracht aan B. en W-, wil spr. dit nogmaals doen, vooral voor hun uitgebreide beantwoor ding der vragen, waarin hem alsmede de belastingbetalers een groote surprise be zorgd werd, want eerlijkheidshaive moet spr zeggen, dat hij veel gehoord, had, maar niet alles wist. Echter meent spr. op deze zaak terug te moeten komen, daar het antwoord hem niet bevredigt en zeker ook nog wel een enkele vraag op zijn plaats is. Of schoon weinig ter zake doende, zeggjen B. en W. dat het beter is te sprekeui van een ongedekt verlies, dan van een tekort .Spr. meent dat als de schulden de baten overtreffen, men spreekt van een tekort, doch hij zal zich aan d,e ler- men van B. en W. houden In de verga deringen van 9 Sept en 21 Oct. 1925, hebben de heeren Vertregl, Boasson. Bosman, Portheine, Hondius, v. d. Beke Gallenfels en Streefkerk, allen meer of minder bij B. en W. op sterkere controle over de Alg. Woningbouw ver. aangedron gen en bij monde van d,eu voorzitter is dit toegezegd. Daarvan is niets meer gehoord, en nu krijgt de raad te hooren van een ongedekt verlies van f 5329 12'/s over de esploitatiejaren 1 Januari 1925 tot 31 Maart 1927 van hel complex Bagijnliof. Of er controlemaatregelen door B. en W. genomen zijn, weel spr. niet, maar zij hadden den raatl kunnen en moeten inlichten over dit verlies Dat binnenkort een verzoek van de Alg. Woningbouw vereniging te dier zake door B. en W zal worden overwogen, zal zeker de be lastingbetalers weer tol vreugde stem men. Op het complex Stijfsclweg was het op 31 Maart fi,l. niet beter en wel), een ongedekt verlies van f7709. Of het Dijkgeschot en de waterleiding daarop zooveel van invloed zijn, betwijfelt spr., men had toen de huren moeten opslaan, gelijk elke huisbaas terecht doet. Met het oog op vraagj 3 zou spr. willen vragen wanneer B. en Wu het een en ander ter kennis van het bestuur hebben gebracht want hij betwijfelt ten zeerste dc djrecte medewerking van hel bestuur. Op 20 September heeft hij zijn wagen ingezonden aan B. en W„ toevallig komt dien avond de oproep voor een algo meene vergadering en mei ingang van 2 October een toeslag op de woningen van 15 cent. Dat B. en W, overtuigd zijn er geen sluitende exploitatierekening zal zijn het volgende jaar, blijkt daaruit, dat zij zullen nagaan hoe het dan nog be staande ongedekt verlies ware te dek ken. Ieder zal moeten toegeven er bij de algemeene woningbouwvereeniging iets hapert. Wat bij „Volksbelang" kan, moet ook zeker kunnen bij deze vereeniging „Volksbelang" gaat goed en gaarne brengt spr. een eeresaluut aan dat hq- stuur. Echter meent hij dat men op deze manier niet voort kan gaan. Deze bouwvereeniging zal telkens met tekorten hebben te kampen en voortdurend zal dit aanleiding geven tot onaangename dingen met de gemeente. De bestuurs leden zijn ongetwijfeld van goeden wit, maar aan het hoofd staan personen, niet gewend dergelijke groote kapitalen te beheeren. De verliezen zullen télkên jare grooter en grooter worden. De voorz. zegt dat 14 dagen vóór de indiening der vragen al tusschen de wo ningbouw en het gemeentebestuur een bespreking heeft plaats gehad over een h uurbijslag. „De heer Paul erkent het recht van ieder raadslid om vragen te doen, doch ontkent het recht vragen te doen op de wijze als de heer Mes heeft gedaan. De heer Mes schermt met groole woorden, ierwij] hij volgens spr. niets van de zaak begrijpt. Heeft de heer Mes het accountants rapport gelezen? Als dal zoo is, dan heeft hij daarin kunnen lezen, dat er aan de administratie niets hapert. Maar het tekort is ontstaan door verschillende oorzaken, als in het antwoord worden genoemd. De conclusies van het rap port hebben niets dan lof voor de ad ministratie, die dan ook volkomen in or de is bevonden. om zijn ze daar samen?" "Hoe zou ik nu weteu, waarom zij hem bezocht? Het is een aardig jong ding Waarschijnlijk is hij haar grootva der." Oheckley liet iets hooren, wat het midden hield '„l(ussclien een kreun en een zucht, en zei: „Daar moet ik nog eens over den ken Neem me niet kwalijk agent. Ik ben een oude man, eeneenIk heb nogal een schok gehadGoeden avond agent!" Hij keek andermaal op. Ja, daar zat ze te praten! Even later trad Elsie van hel vensier terug en hij zag, dal ze haar hoed opzette. vHeb je er nog niet genoeg van, ouwe heer?" vroeg de agent. „Neen, nog even'. Ik wilde haar zien •uilgaan. Ja, daar gaan ze samen." „Je ziet er lilt, of je erg geschrokken bent, ouwe heer*! Als ik jou was, ging ik maar gauw naar huis, en dronk een hartig slokje.' Oheckley kwam dien avond vroeger dan anders in de Salutation. De wande ling daarheen had hem moeite gekost en niet zoodra was hij er de gelagkamer binnengetreden, of hij liet zich ïu een armstoel vallen „Goede Hemel, mr. Oheckley! Wat scheelt er aan?" vroeg de buffetjuf frouw Het gezelschap was toch al' vrij vol tallig en ze keken. Oheckley aan vol Brrrr wat een nattigheid, echt weer voor rheumatiek, neuralgiën, jicht en spit. Men vergete niet dat bij zulke aanvallen niets zoo goed is als Tabletten. Zij verzachten de pijnen en be vorderen de afscheiding van urine-zuur. Men eische echter steeds de origineele verpakking "fioyefc", ken- - baar aan den oranje bond en het Bayerferals. Prijs 75 ets. Weiger namaak of losse tabletten. (Inge*. Med.) Spr. wijst er nog op, dat men uit het onderhoudsfonds uiets heeft mogen putten om verliezen op vorige exploita tierekening te dekken. "Wat de controle betreft, in de ver schillende vergaderingen had ook de wethouder san fabricage zitting; daaruit mag worden geconcludeerd, dat ook B. en W. wel degelijk een oog in het zeil houden. Uit de vragen, zooals die door den heer Mes zijn gesteld, hebben ook raads leden opgemaakt, dat er iels aan de wo ningbouwvereeniging ,,los" was. Spr. ont kent dit en zegt, dat het bij de R. K. instellingen loch financieel ook niet al tijd even rooskleurig is geweest. Laat de heer Mes dus voorzichtig zijn met naai- anderen te kijken. Spr. meent voorts, dat de vragen blijk hebben gegeven van weinig waardeering voor de bouwvereeniging. En dat ver dient die wel. Als de woningbouwvereeniging de zaak niet had aangepakt, wie liad 't dan wel gedaan? De arbeiders hebben thans zelf gebouwd. De voorzitter acht 't beter te spreken van een verlies, dan van een tekort. Het woord „tekort" wordt meest al gebezigd, als er iets niet in den haak is. De heer Den Hollander betreurt het, dat de heer Paul zoo weinig onpar tijdig is opgetreden. Spr. is verheugd met het antwoord van B. en "W., waardoor alles onjuisi is geweken wat is gezegd. Er is Inderdaad veel, waar de ♦bouwver eeniging niets aan kan doen, en spr. gelooft dan ook, dat de oorzaak schuilt bij hen, die de berekening hlebben op gezet, zóó, dat er geen rekening is ge houden met een surplus. Men had voor onvoorziene uitgaven moeten zorgen. Zijn bijv. bij de woningen aan den Stijfsel- weg de huren niet al te krap opgeztet? Bovendien heeft men bij andere bouw- vereenigingen, dat meerder huur wordt gevraagd van hen, die meer verdienen. "Wilde de vereeniging dat niet doen, dan had ze de huren kunnen verlioogen. liet bestuur had voorzichtiger moeten zijn, waardoor veel zou zijn voorkomen. De voorzitter wijst er op, dat het hier gaat om een bijslag op de hu ren. Een verhooging zou voor »/4 aan het rijk komen, en daar zouden wij dus niets mee kunnen doen. De heer Hondius gelooft, dat de verbazing. „Geef me eens iets sterks Robert Gauw wat! En zóó, enkel Zonder wa ter!" Robert kwam met een klein glas bran dewijn, dal de oude man haastig uit dronk „O. riep hij. „Ik heb gezien „Zeker een geest'" meende het buf feljuffertje, dat met een glas water kwam aandragen. „Zal ik u wat koud water tegen het voorhoofd houden?" „Neen, dank je Ik ben nu weer be ter. Heeren Dit laatste op plech- tigen toon- „Ik heb vanavond een goe den man .een ouden man een rijken man gezien, die ten onder gebracht ■werd, van zijn geld werd beroofd en op zij gedrongen En, ten slotte, was er nog een jong meisje, die er zich zekier vroolijk over maakte, hem bespotte." „O, dat komt zoo dikwijls voor, mr. Oheckley, dat een rijke man zijn geld verliest," zei de geldschieter. „Maar, wie weet ook, hoe achterstallig hij was, met het betalen van zijn rekeningen en zoo voort. Nog vrij wat erger is het, als je met goed vertrouwen een man gehol pen hebt en het eind (is, dat je niets terug krijgt voor al je zorgen en je moeiten, dat je je eenvoudig troosten moet met de uitspraak- waar niet is, verliest de keizer zijn recht!" Wcedt r0rrotgd.\

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1927 | | pagina 5