TWEEDE BLAD
FEUILLETON,
WIE IS EDMUND GRAY?
m
f_ TA»
Vrijdag 23 Sept. 1927 No. 224.
Abonnementsprijs per kwartaal
op de buitenwegen om Middelburg,
'9n voor de andere gemeenten per post
12.50
voor Middelburg en agentschap Vlis-
«ingen f 2.30
weekabonnementen in Middelburg 18
«ent per week.
Advertentiên worden berekend
per regel plaatsruimte, met inbegrip van
omranding.
Gewone advertentiên: 30 ct.
per regel.
Ingezonden Mededeelinge»
-SO cent per regel.
Bij abonnement voor beide veel lager.
Familieberichten en dankbetuigingen
van 7 regels f 2.10, elke regel meer
80 cent.
Kleine advertentiên niet groo-
lUer dan vijf regels druks en waarbij is
aangegeven, dat zij in deze rubriek moe
iden geplaatst worden, 85 cent bij voor-
Adver ten tién onder brieven of bevra
gen bureau dezer courant 10 cent extra,
Bewijsnummer 5 cent per stuk.
Advertentiên moeten, willen ze nog in
ent blad van dienzelfden dag worden
opgenomen, uiterlijk 12 UUR en dea
fsTERDAGS uiterlijk HALF ELF aan
ona Bureau bezorgd zijn.
Postohèque- en Gironummer 43255.
de baten aa 15Vz pet- van den pensioens
grondslag de liasten zullen overtroffen,
zqgdat de na 1 Juli 1922 aangestelde
ambtenaren een voordeel voor het fonds
opleveren. Een uitzondering maken, ech
ter de militairen (die alleen voor wedu
wen- en weezenpensioeoi in het Alge
meen Burgerlijk Pensioenfonds deeige-
rechtigd zijn) en voor wie de bijdrage van
5Va pet. van den vollen, pensioensgrond
slag te eenenmale onvoldoende is, Eene
herberekening van dit percentage had
lot uitkomst dat deze bijdrage tot onge
veer 10 pet, moet worden verhoogd. De
nieuwe aanstellingen bij de militairen le
veren dus een nadeel op voor het "Algcf
meen Burgerlijk Pensioenfonds, datech-
Jter geringer is dan liet voordeel der nieu
we aanstellingen bij de ambtenaren.
De oorzaak van het nadeelig saldo van
bet Algemeen Burgerlijk pensioenfonds
moet hoofdzakelijk gezocht worden in de
weduwe- en weezenpeinsioenen,.
BUMEIILAII D.
«ET ALG. BURGERLIJK PENSIOEN
FONDS HEEFT EEN NADEELIG
SALDO VAN >54 M.UOEN4
Verschenen is de Eerste Wetenschap-
peiijke Balans van het Algemeen Burger
lijk Pensioenfonds, opgemaakt in de on
derstelling, dat in hel tijdvak 1 Juli 1922
30 Juni 1925 de Pensioenwet is toege
past zooals deze is opgenomen in het
Staatsblad no,. 240 vpn 5 Mei 1922 terwijf
van 1 Juli 1925 af rekening is gehouden
met de wijziging van 28 Mei 1925. De in
vloed van de verlaging der pensioenen
van 2 pet. tot 1% pet. is dus in rekening
gebracht.
Als rentevoet is 4 pet, aangenomen.
De balans sluit met een nadeelig sal
do van f254,411.998, waarin begrepen
zijn de volgende nadeelige saldi van de op
op 1 Juli 1922 opgeheven Fondsen.
Weduwen- en weezenfonds voor Bur
gerlijke ambtenaren 42.958.140. Pen
sioenfonds voor "de gemeente-ambtenaren
f 90,327.873. ^'eduwen- en weezenkas
voor de officieren der Landmacht
'17,701.865. Weduwen- en weezenïonds
van de militaire officieren bij de Zee
macht f6,601.483. Weduwen- en wee
zenfonds van de militairen en gepension-
neerde militairen der Landmacht
>yf 29.753.802. Idem der Zeemacht
f 27,570.289. Totaal f204.916,452.
Het nadeelig saldo, veroorzaakt door de
deelgereehtigden niet tot een dezer zes
fondsen behoorende bedraagt f 49,198.546
welk bedrag gevoegd bij de f 204^916.452,
het tot. nadeelig saldo van f254.414.998
oplevert.
Het totaal der lasten bedraagt
f 1.869.029.674 en het tataal der baten
1,614.614.676.
Als zeker kan worden aangenomen dat
UIT DE PERS.
Nationalistische
friesche beweging^-
Dezer dagen schreef G. A. F. in Het
Volk het volgende
Sinds den wereldoorlog is er in de
Friesche beweging een nationalistische
strooming, die zich in de laatste jaren
voornamelijk geconcentreerd herfft "In het
KrisUik Frysk Selskip. De leden van dit
Selskip roeren zich in den laatsten tijd
meer dan ooit. Daarmee hangt ongetwij
feld samen de -belangstelling, die de recht
sche partijen voor het Friesch en de
Friesche beweging aan den üag leg
gen. De vragen van de Eerste Kamer
leden Croles en de Vries aan den
(Minister van Onderwijs waarin ge
sproken wordt van rechtmatige grie-
van van het Frische volk ten aanzien
van de houding der regeering inzake
onderwijs in het Friesch op 'de lagere
school en de instelling van een leerstoel
in de Friesche taal en geschiedenis, zijn
hiervan een symptoon. En dat ook mr. v.
Harinxma thoe Slooten, de Commissa
ris der Koningin in deze provincie, zijn
rede ter opening van Jiet Groot-Frisch
congres in het Friesch hield, wijst bp
een terdege rekening houden met de
weuschen onzer nationalisten. Zelfs voor
vele vooraanstaanden in de Friesche be
weging was dit een groote verrassingt
Meer dan eens wordt in deze rede, ge
lijk trouwens ook in die door denzelf
den Commissaris gehouden ter galegenv
held van het eeuwfeest van het Friescli
Genootschap van Geschiedenis, Oudheid
en Taalkunde, gesproken van het gezonde
nationale besef van het Friesche volk,
Politiek: is aan deze houding echter niet
vreemd. De .politieke noodzaak van een
dergelijke plotseling opgekomen liefde
oor de Friesche beweging bij de ge
noemde regeeringspersonen kan den bui
tenstaander duidelijk; worden o,a. uit en-
kiele uitlatingen In het pas verschenen
proefnummer van het Christelijk; Friesch
weekblad „De SI jon fen Fry skin", een
poging van hel Kr, Fr. Selskjp om te ko
men tot een Friesche journalistiek. Daar
in toch wordt in een artikel over de hou
ding die de Friezen tegenover de poli
tieke partijen hebben aan te nemen, niet
meer of minder gezegd dan- „Eerst
Christen, dan Frie^. Maar ook eerst Fries
dan partijman." De schrijver pleit voor
een eigen Christelijke organisatie, maar,
voegt hij er aan toe, in een Christelijke
organisatie, die niet zou willen welen,
wat ons Friesche hart vraagt, i,s voor
ons ook geen plaats. In Friesland Fries
sche organisaties, is zijn leus.
De roerigheid van het Selskip schijnt
op den poiifieken Christen reeds zooveel
invloed te hebben, dat zij trachten aan de
eischen eenigszins tegemoet 'te komen,
door althans belangstelling voor te wen
den voor de Friesche beweging/'
Hoewel het niet in verband hiermee
slaat verdient toch ook de aandacht het
volgend beriehl uit Amsterdam;
De groole belangstelling, die de hier
ter stede woonachtige Friezen in het
voorjaar geloond hebben voor de door
Geautoriseerde vertaling naar het
Engel sch, van WALTEB BES A NT,
door Mej. E. HOOGEWERF.
59.)
,"Wat geloofde u in dien ouden lijd?
Gelijk de rest van de wereld aan de hei
ligheid van den eigendom?"
„Misschien. Hij stond vóór haar, het
hoofd wat gebogen „Mijn lieve jonge
leerlinge, iemand die gelooft als ik geloof
niet met half, maar met geheel zijn
hart, is ten zeerste ibereid den tijlcl te/ ver
geten, toen hij nog in duisternis ver
keerde. Hij wint er niets bij, zich dien
te herinneren. Ik heb er dan ook totaal
jnee afgerekend. Ik herinner mij niet
eens meer„ wat ik toen zgi en wat ik
\M?n dacht, cn met wien ik omging. Dit
is een gezegeude vergeetachtigheid. Mis
schien zou ik de herinnering aan dien
,tijd wel kunnen oproepen als ilc wilde,
maar dit zou mij pijnlijk wezen. Spaar
mij die vernedering als je kunt.
.Zeker, zeker!" stelde Elsie den
meester geruusl. „Ik wilde u geen leed
-doen Bovendien, wat zou het nog ge
ven?
j,Je weet kind, als de priester de
tonsuur en de pij aanneem 1, doet hij ook
afstand van alle wereldsche gevtoelens,
eerzucht, liefde, weelde en trots. Dit
alles vergeet hij en schuift hij op zij,
voor overpeinzing en gebed. Maar de
monnik peinst aileen voor eigen ziele
heil; ik 'beoog den vooruitgang van de
wereld. En dus, aag en nacht in ge
peinzen doorbrengend, weel ik niet,
meer, wat voorafging, en ik bekommer
er mij niet meer om. Het is een weder
geboorte, als het nieuwste geloof je zoo
danig vervult, dal je om nïels anders
meer geeft, aan niets anders meer denkt.
Ja kind, jij zult ook zoodanig vervuld ra
ken van dit geloof, dat je geest niet
meer afweet van iets anders dan van
de oogenbliltkcn, gewijd in dienst van
de groote zaak. Gisteren was ik hier
op' den middag. Jij kwam. Je praatte. Je
bood je aan, als mijn leerlinge. Ik herin-
per mij nog ietier woord, dat je zei. Zou
ik ooit een leerlinge kunnen vergeten,
die zich zóó nederig en zóó vol vertrou
wen bij mij aansloot? Maar toen je
kwam. Waar was ilc toen Zeker, hier,
aan het peinzen. Maar ilc weet er niets
van.... Fr zijn dingen, die een mensch
moet doen, om te leven, bijvoorbeeld: de
maaltijden gebruiken. Maar daar herin
.ner ilc mij niets van! Waarom ook?'"
Het is een groot voorrecht, dat een
mensch zich zulke minderwaardige din
gen niet meer hoeft te heriuneren."
„Neen.' prevelde zij. „Hel is ook maar
den kerkeraad der Neck Herv. gem. ge
organiseerde Godsdienstoefening in de
Friesche taal, heeft den kerkeraad doen
besluiten, meer dergelijke Godsdienst"
oefeningen te doen houden.
Dinsdagavond had de tweede Friesche
Godsdienstoefening plaats; deze werd ge
houden in do Nieuwe kerk aan den Dam
en bijna alle zitplaatsen in diit groote-
kerkgebouw waren bezet,
Ds,. R. Dijkstra, Ned. Herv. predikant J
te Amsterdam, op wiens voorstel indertijd
de eerste „Friesche preek" is gehouden,
leidde ook deze tweede samenkomst). Hij
preekte over MatL 19 vers 16.
Hel I ndo-E uropeescli veer
bond tegen het herstel
van de In 1 audsche meer
derheid i n den volksraad.
Onder dit opschrift schrijft \r. G O.
m De Nederlander
Het is een belangrijk bericht ,dat de
telegraaf ons een dezer dagen uit Neder-
landsch-Indië bracht, dat het Indo-Euro-
peesch Verbond unaniem zich verklaard
heeft tegen de wijziging van de Indische
Staatsinrichting, waarbij het zwaartepunt
au de Europeesche naar de Inlandsche
zijde zou worden gelegd. Er wordt zoo
dikwijls gezegd, dat hier in Holland de
fcteun uit Indië wordt verwaarloosden
duidt dan indien men tenminste
niet in chimères vervalt van een Indisch
olk. dal zou snakken naar den dag zijner
bevrijding op de stem der Inlandsche
intellectueelcn ,een kleine groep niet
temin te midden van de groote Inland
sche menigte, welke laatste vian politiek
en nog veel minder van het bestaan Van
den Volksraad iets afweet.
Met die Inlandsche intellectueelen wor
den dan blijkbaar verder niet bedoeld de
vele getrouwe .loyale Regenten cn an
dere Inlandsche ambtenaren, die sinds
jaar en dag de steun van ons gezag zijn
geweest, ook al omdat zij duidelijk voel
den, dat wanneer dat gezag heen /zou
gaan, dit ten verderve van hun eigen land
zou zijn en daarom dit gezag dankbaar
zijn. Die stem uit Indië wordt lieperkt
tot die intellectueelen, die als nationalis
tische leiders kunnen worden beschouwd,
en omdat zij nationalisten zijn, daarom in
principe, al mogen zij het om doelmatig
heidsredenen nog eenigen tijd dulden, te"
gen ons gezag moeten zijn.
Ten minste gelijk in aantal, ten minste
gelijk in ontwikkeling, zijn die kinderen
van Nederlandsch-Indië, die van ge meng
den bloede zijn. Oude papieren hebben
deze, van bouw en trouw aan ons Vor*
slenhuis en aan ons Vaderland. Doch het
schijnt de vloek van het huidig slreven
naar verzoening en vertrouwen te rijn.
dal het de tegenstellingen toespitst, en de
trouwe dienaren en loyale helpers van
ons gezag ten achter stelt bij hen, die
principieel daarlegen moeten staan. Om
do gunst van dr.. Soetomo werd gestreden,
doch de Motukken, die steeds ons tot
steun zijn geweest hebben geen vertegen
woordiger in den Volksraad.
De stemming van Indië is gepeild alvo~
reus door den Gouverneur-Generaal het
wetsontwerp tot herstel van de Inland
sche meerderheid is ingediend,. Thans
stellen kinderen van Indië, verzameld in
het Indo-Europeesch Verbond zich una
niem tegenover die wijziging .die den weg
opent tot politieke verdwazing en geen
rekening houdt door wie in werkelijk
heid hel stempel is gelegd op Indië, zoo
als hel zich in zijn huidige structuur ver
toont.
INDISCHE KRONIEK
door D. BALDUIN.
XXXVII.
Iels over Hollaudsche kinde
ren, hun groei, bloei en op
voeding in Jan Oost.
Wal is het Indische land, hel Indi
sche milieu voor onze kinderen? Ziedaar
een vraag, die al heel wat slof heeft
doen opwaaien en disputen heeft uit
gelokt en die behalve door verschil
lende menscnen op geheel verschillende
hel beste, enkel en alleen te leven voor
dc Groote Oorzaak.'
Intusschen vroeg ze zich af, lioe ze
toch enkele dingen in. zijn bewustzijn zou
kunnen roepen, als ze zijn herinnering
niet mocht wekken. Hel écne uur was hij
normaal, het andere abnormaal Hoe zou
ze den man kunnen krijgen in den ge-
combineerden loestaud?
Ilij vatte haar hand en sloot die va
derlijk in de zijne:
„We hadden juist zulk eon leerlinge
noodig.' zei hij, zich wal over haar lieen-
buigend. „Ondermijn volgelingen hcerscht
ernst, zonder een goed verslaan echter.
Ze gelooven in den gulden lijd. maar ze
zijn ongeduldig Ze willen een revolutie,
die immers verschrikkelijk is en slechts
•ernieligl! Soms waren "er groote ideeën
rond, als een vlam op een stoppelveld.
Maar de menschclijke geest moet cr eerst
toe voorbereid zijn. De wereld is nog
niet rijp voor mijn ideeën cn ik ben al
zoo oud Wij hebben leerlingen noodig.
Boven al vrouwen. Waarom willen do
vrouwen toch altijd de mannen nadoen,
terwijl er nog duizenden dingen zijn, die-
haar veel beier afgaan dan een man Ik
zou werk hebben voor honderden vrou
wen Kind. je zachte slem. je lief .ge
zichtje, je vriendelijke oogen, ik zon
ze zoo goed kunnen gebruiken in dienst
van de groole zaak. Het lean ook zijn,
dat je geroepen wondt om de eerste mar
telares le zjjn voor de schoonc zaak.
(Ingez. Med.)
wijze is beantwoord. Er zijn er, die
apodictisch beweren, dat Indië voor Eu
ropeesche kinderen een goed land is,
er zijn anderen, die even apodictisch
beweren, dat het een slecht land is
voor ons kroost. Zooals altijd ligt oók
hier weer de waarheid tussehen beidje,
misschien dichter bij het oordeel der
laatste groep. Het is moeilijk om over
zulk een precaire kwestie een genera-
liseerend en definitief oordeel te vellen,
omdat er zooveel afhangt van persoon
lijke ervaringen. De volgende opmerkin
gen zijn dan ook geenszins als zulk een
oordeel op te vatten, doch geven slechts
mijn persoonlijke indrukken en daar
naast eenige algemeene feiten, die voor
zoover ik weet. nfet ernstig worden be
twist.
Voor zéér jonge kinderen is Indië
inderdaad een zeer goed land. Ik heb
dit niet slechts uit eigen aanschouwing
begrepen, doch kan mij tevens beroepen
op de meening van deskundigen bij uit
nemendheid, van de doktoren en van
de moeders. Dal ligt ook eigenlijk wel
voor de hand. Wie een Indische baby
in zijn wiegje of mand ziet spartelen,
geheel vrij van de ondanks haar rao-
derniseering toch altijd nog eenigszins
knellende banden der kleedij van zijn
collega's in Europa, terwijl hij ligt te
koesteren in de broeikas-atmosfeer van
het Indische Hand en zijn eerste levens
jaren van af zijn geboorte steeds kan
doorbrengen in de buitenlucht, op be
schaduwde plekjes en nimmer vanwege
het klimaat lot kamerarrest behoeft te
worden veroordeeld, 'die zal tol een
zelfde conclusie zijn gekomen. Daarom
is ook de volgende phase voor de In
dische babie-s ideaal. IIuu eerste wankelte
schreden behoeven ze niet le zetten in
afgesloten vertrekken, hun eerste wan
delnigen niet te maken, tot over de
ooren ingepakt, door tochtige straten,
waar de wind giert om de hoekeu, veel
vlugger dan een Hollandsche baby lee-
ren ze loopen en buitelen over luet
Indische erf, gekleed in het luchtigstc
en gemakkelijkste van alle gewaden, ïlo.
tielann raonie, het apenbroekjo, het
hansopje, dat over hel blootc lijf wordt
gedragen en dat nog lien jaar 'rang hun
geüeftoosde huisdracht zal blijven. Door
deze vrijneid van bewegen en de voort
durende gelegenheid daartoe, zijn Indi
sche kinderen over het algemejen veel
leniger dan in Europa geborenen en
verbazen tijdens hun verlof in het moe
derland dan ook regelmatig grootouders,
ooms, tantes door hun katachtige vlug
heid. Wal de hier gebruikelijke kinder
ziekten betreft, mazelen krijgt een Indi
sche babv slechts zelden, kinkhoest ver
loopt voor hem veel minder onplezierig,
en ook sneller, roodvonk komt zelden
voor, tegen typhus en cholera worden
kinderen niet ingeënt, doch kunnen met
eenige nauwlettendheid tegen die ziek
ten zeer wel worden beveiligd, daaren
tegen komen ingewandsziekten vrij veel
voor en lijden ook kinderen niet zelden
aan lichte aanvallen van malaria. Over
het algemeen kunnen kinderen het war
me klimaat zeer wel verdragen en in
elk geval veel beter dan vohvassenfen en
is hun algemeene gezondheidstoestand,
minstens even goed als die van kinderen'
in Europa. Ook alweer door de ontzag
lijke groeikracht van het tropische kli
maat groeieu Indische kinderen als kool
en blijven dat doen, zoodat zij bij voort
gezet verblijf in de tropen veel spoja-
diger uil de kluiten zijn gewassen en in
het algemeen, vooral meisjes, veel spoe
diger lichamelijk rijp worden. Ik zal'
straks nog gelegenheid hebben er op
te wijzen, dat dit laatste intusschen geen
onverdeeld voordeel is.
Levert dus de gezondheid geen bij
zondere zorgen op, de opvoeding stelÊ
voor moeilijker problemen.
Het indisehe klimaat en de Indisch©
vernoudingen brengen nu eenmaal mee,
dat de Europeesche vrouw tal van
werkjes en tal van zorgen, die zij in
eigen land zelf ter hand neemt of zich'
aantrekt, in de tropen over moet laten
aan inlandsche bedienden. Zoo heeft dei
Europeesche moeder voor de tallooza
extra zorgen en bezigheden, die de ver
zorging van de baby medebrengt, de on
misbare hulp noodig van een baboe. Dia.
baboe is al spoedig het factotum, dag
meestal met veel handigüeid en rustigst
bedrijvigheid voor baby's speciale diens
ten optreedt en als zoodanig wordt gemo
nopoliseerd. Tussehen dit en den gelei
delijken overgang tot kindermeid il nV,
a qu 'un pas' Zoolang babv in de wiegj
ligl, bepaalt zich dal lot waken, oppassen,
als dc moeder moet uitgaan en derge
lijke. Naarmate het kind opgroeit en
begint rona le loopen, derhalve ook
meer vermoeiender toezicht noodig heeft,
begint de functie van kindermeid zich
te acceutueeren. Nu komt de baboe in
haar element. Als kindermeid is zjj, al
thans wal geduld betreft, niet te evena-i
ren Honderd 'en ook tweehonderd keei)
bukt zij om steeds weer hetzelfde voor
werp op le rapen, dal baby bij wijze
van spelletje laai vallen. Jongeheeren en
jongedames van drie, vier en vijf jaai
bedient zij met de lijdzaamheid eei^ej1
slavin. Aan elke kindergril, elke kinder-,
nuk gee'ft zij gehoor met automatische
onderworpenheid, ook wanneer men
haar tallooze malen op het verkeerde
van haar methode opmerkzaam maakt;
Dc baboe begrijpt niet de strekking van
dergelijke paedagogische wenken. Il|eJ
spelende kind op den weg of in den
tuin volgt zij schrede voor schrede, elke
hindernis ruimt zij op voor het kleine
wezentje, dal als een tyran haar zijn
bevelen toeschreeuwt en als die nie
worden opgevolgd, er met zijn knuistje-
op los slaat. Soms, als het jonge kinc
huilt en niet bedaren wil of als liet sla
pen moet en niet slapen wil, heeft die
baboe methodes om het te sussen, di<
in de inlandsche wereld gebruikelijk zijn
YreerauMaar zij, die zich enkel aan
geboden had. als zijn leerlinge, om hem
beter te kunnen gadeslaan en hel juiste
oogenblik af te wachten, jlal hij zieh-
zelven verklappen zou, ze voelde zich
waarlijk meegesleept door zijn geestdrift,
en prevelde, baars ondanks:
„Goed. Doe met mij. wal u wilt! Ik
ben uw leerlinge, ik wil ook uw marte
lares zijn.'
„Kom.' sprak mr. Edmund Gray. ,.G;
nu met mij mee naar mijn zaaltje
Eu samen gingen, ze daarheen: Mees
ter en leerlinge
„nier." sprak de meester mei groolen
nadruk., en daarmee bedoelende Gray'
flnn, j,wonen slechts degenen, die den
eigendom verdedigen En ze slikken al
vast een groot deel op, terwijl ze dit
doen. Ilecl© legers adivoealen en procu
reurs verdedigen hier den eigendom. En,
wat verderop, wonen de makelaars, assu
radeurs en financiers. Die allen azen
op het-beslag-leggen van een gedeelte
van wat een ander zijn eigendom noemt
„O", dacht Elsie, „dit moesten ze toch
eens hooren in Lincoln's Inn'"
Zoo nu en dan keek zo eens naar hem
op, zich afvragend, wat er wel gebeu
ren zou, als hij eens bijkwam, zichzelvc
weer werd' Wat zou hij dau denken?
En wat zou zij wel zeggen?'
^Intusschen liep de apostel steeds ver
der. vervuld van zijn groote zending
Dat mr Dering nu zou denken, dat
hij een zending had te vervullen'
Zc gingen met de tram en ond-erwey
maakte de meester zijn leerlinge uoj
steeds attent op den strijd, dien de bö
zitler voert, om zijn eigendom le ver1
dedigen
Eindelijk stapten ze u;J in een gedeelt
van Londen, dal Elsie natuurlijk geheci
onbekend was.
„Ligt hier uw zaaltje?" vroeg zij. I
„Ja .Te verwondert cr je misschim
over hoe ik hier kwam Want de men
scheu zjjn er niet allen uil den werken
üen stand. Er zijn ook kleine ambten:'
reu bij Maai- je zuil wel zien. Je zul
wel zien''
Het was als een drooin Elsie licj
naast haar geleider. Deu vorigen dag pa
had zij voor liet eerst kennis gemaakt m<
den man, in dezen lofeslaud Hij vva
beslist dwalende van geest. En vreem 1
toch. Etsie, die lot nog ioe vrees had'
koesterd voor den meest goedaardige
krankzinuige. liet zich nu door hem me
het volste vertrouwen geleiden naar ec
haar onbekende plaats, le midden va
een haar onbekende omgeving, als zij
volgelinge.
'Later zei ze lol George-
„Ja, boe het zoo kwam, weet ik n<i
niet, maar ik moest met Iiem meegaan e
ik moes! ook zijn leerlinge worden IR
was, of ik geen wil meer had. Ik vergi
zelfs, dat hij dwalende was en geloofc
al, wat hij zei. Hoe kreeg hij die macl