ifelwpÉ (ent 60 ct. per t pond FEUILLETON. BIGGELAAR '5 TWEEDE BLAD TAN DB Zaterdag 3 Sept. 1927 No. 207. Abonnementsprijs per kwartaal: op de buitenwegen om Middelburg, en voor de andere gemeenten per post f 2.50 voor Middelburg en agentschap .Vlis- wngen f2.30 weekabonnementen in Middelburg 18 «ent per week. Advertentiën worden berekend per regel plaatsruimte, met inbegrip van omranding. Gewone advertentiën: 30 ct. per regel. Ingezonden MededeBlingeB 10 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen van t—7 regels f 2.10, elke regel meer BO* cent. Kleine advertentiën niet groo- ïer dan vijf regels druis en waarbij is aangegeven, dat zij in deze rubriek moe ten geplaatst worden, 85 cent bij voor- Uitbetaling. Advertentiën onder brieven of bevra gen bureau dezer courant 10 cent extra. Bewijsnummer 5 cent per stuk. Advertentiën moeten, willen, ze nog in ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des fcxfERRAGS uiterlijk HALF ELF aan ons Bureau bezorgd zijn. Postohèque- en Gironummer 43255. BINNENLAND. HAAGSCHE BRIEVEN. (Nadruk verboden). Eind Augustus, eind van de vrijheid, de heerlijke onbezorgdheid en ongebon denheid van de zomervacantie. Einde ook van het verblijf /buiten", al is dat buiten vaak veel minder buiten dan de perma nente woonplaats. Ziet men niet inwo ners van Laren en andere plaatsen in het Gooi, van Wassenaar, Kijkduin, Voor schoten en Voorburg hun woningen ver huren, gemeubileerd en met zóó en zóó veel bedden, om heen te trekken naar andere oorden, waarbij Den Haag en Scheveningen een geliefd verblijf zijn! En ziet men de Hagenaars zich niet in groo- te drommen naar de stations begeven om zich te gaan verpoozen.nu ja, na tuurlijk in het buitenland. Een goed Ha genaar gaat nooit anders dan naar het buitenland, zelfs al komt hij niet verder dan Bilthoven of daaromtrent. En nu de vacanties ten einde zijn ziet men weer de massa-verplaatsing in om- gekeerde richting. Ieder keert terug naar zijn eigene woonplaats. Door de stad rij den auto's beladen met koffers, kinder wagens, wiegen, badjes, boxen en wat er verder tot een degelijke familie-uitrus ting behooren mag, terwijl binnenin va der, moeder en „juf" zitten, ieder met een kind op schoot en dan misschien een van de grootsten nog naast den chauf feur. 'De pensiongasten trekken weg en de pensioenhouders maken hun rekening op en zuchten. Beide partijen zijn ontevre WIE IS EDMUND GRAY? Geautoriseerde vertaling naar hót BBngelsch, van WALTER BESANT, door Mej. E. HOOGEWERF. 46). ,,/k zou zeggen van neen, althans geen vrienden, die djaar bij hem komen. Ik heb nooit iemand op zijn kamers gezien, of gehoord. Het is dan ook een uiterst kalm medebewoner. Je merkt hem haast niet." „Hoe ziet hij er uit?" „Een knappe man, van een zeventig, met een heel vriendelijk gezicht, 'lang en nog kaarsrecht, draagt een gekleede jas. Maar dit is nu ook al, wat ik van hem weet."' - j,Is dat al, wat u mij vertellen kunt?" „Ja, mr. Oheckley. Alleen dan nog, dat hij een heel merkwaardigen brief heeft geschreven in de „Times" van v-qtv ochtend." „Als dat alles is, d,an is het niet veel voor uw grog, dat moet ik zeggen!" De pleitbezorger stond op en wierp de rest van den inhoud van "zijn glas weg. „Laat ik dan ook vooral niet méén drinken, dan mijn inlichting waard was!' sprak hij hooghartig. Heel de gelagkamer stond versteld en mr. Oheckley was ontzet. HOOFDSTUK XVI. De stem vhn den Plicht. Elsie Was op haar atelier aan 't werk den, de gasten, omdat ze veel geld heb ben uitgegeven, meer waarschijnlijk dan precies voor het vacantiereisje was uit getrokken, want op reis vallen alle din gen altijd tegen, en feitelijk weinig genot hebben gehad van hun verblijf aan zee of waar dan ook door al het natte en koude weer, en de pensionhouders, om dat ze gedurende het hoogtepunt van het seizoen niet „vol" zijn geweest, daar vele naar vacantie en buitenlucht verlangen den het met den ongunstigen zomer niet hebben aangedurfd. Het is in alle opzichten een slecht sei zoen geweest. Ook Scheveningen heeft geleden onder de omstandigheden, die maar niet mee wilden werken. Voor de groote inrichtingen is dat zoo erg niet, die maken dikwijls nog veel goed door een congres, zooals de internationale vliegerconferentie, die van 1 tot 10 Sep tember op Scheveningen gehouden wordt, door een feestavond van een groote corporatie als de Middenstands bond, die verleden week haar vijf-en- twintig-jarig bestaan vierde en waarbij op het programma van het te dier ge legenheid te houden congres een feest avond op Scheveningen niet mocht ont breken. Die feestavond echter is ook al weer ten deele in het water gevallen. Want het vuurwerk, dat ter eere van den jubelenden bond zou worden afge stoken en dat tevens het laatste van het seizoen zou zijn de maatschappij had gelijk er maar meteen een eind aan te willen maken, want 't'is zonde de kostba re stukken te zien natregenen en in rook in plaats van in schittering te zien op gaan moest worden afgelast wegens het slechte weer. Het werd toen uitge steld tot Donderdags, den gewonen vuur werkavond, maar toen was het ook al weer misère. iMaar toch, niettegenstaande al die te genslagen, kunnen de groote inrichtin gen met bun dancings en vele attracties het nog wel eenigszins bolwerken, ook al is het slecht weer. Want juist bij kou en regen zoeken zoowel badgasten als Hagenaars daar hun troost, de badgas ten, omdat ze toch ergens heen moeten en niet den heelen middag en avond op hun kamer of in de conversatiezaal kun nen zitten en de Hagenaars, omdat je nu eenmaal 's zomers naar Scheveningen gaat om je vertier te zoeken, daar er meestal in Den Haag weinig te doen is. Intusschen, een slechte zomer is toch ook wel ergens goed voor, hebben in Den Haag ditmaal de schouwburgen vrijwel den heelen zomer hun deuren open ge houden, nu eens voor dit troepje, dat enkele gastvoorstellingen kwam geven, dan weer voor 'n ander. En Fritz Hirsch heeft in den Princesse-schouwburg met succes Wiener operettes gespeeld in plaats van in Seinpost en van die ver andering van tooneel in den meest strik ten zin zal hij waarschijnlijk geen spijt hebben. Ook is bet een gelukkige in val van hem geweest om te breken met de moderne zoogenaamd, Schwank-ope- rettes, vaak niet meer dan muzikale clowneries zonder veel aantrekkelijk heid, om weer met de operettes te ko men, die ons een jaar of tien, vijftien geleden zoo hebben bekoord. De Wal- zertraum, Der Fidele Bauer, Fledermaus, Dollarprinzessin en andere oude lieve lingen blijken hun attractie voor het uit gaande publiek te hebben behouden en de operette in den Princesseschouwburg is wel een ernstige concurrente geweest voor de vermakelijkheden op Scheve ningen. Toch zal Pisuisse met zijn cabaret in de Kurhausbar dunkt me ook geen reden tot ontevredenheid hebben, als hij na af loop van het seizoen zijn balans eens opmaakt. De keeren, dat ik er geweest ben, en dat 'waren niet steeds de pre mière-avonden, wanneer het er stamp vol is, was het kleine zaaltje steeds goed gevuld, zag men weinig gapingen van leege stoelen. En dat niettegenstaande en aan het genieten van de hervorming, die zij had. aangebracht op het gelaat van den ouden mr. Dering, alleen wildie ze die nog wat nauwkeuriger uitwerken. „Waarlijk,"^ sprak ze in zichzelven, „zóó keek u, toen u mij mededeelde van dat onverwachte fortuin, dat me ten deel was gevallen, en ook, loe,n ,u sprak van uw droom, van uw illusies, zóó edelmoedig, zóó weldjadig en zóó verhe ven van uitdrukking!" Het was een warme Juli-middag, en, ofschoon liet venster wijd open stond,, was het binnen nog haast wel zoo warm als huiten. .Op tafel lag een portret van haar verloofde, hoven den schoorsteen hing een pasLel van George, om haar vinger droeg ze zijn ring, om haar hals een ketting van hem, dus genoeg om telkens aan hem herinnerd Lc worden, ofschoon dit waarlijk nieL' no'odig zou zijn. Het was Vrijdagmiddag vier dagen na de grooLe ontdekking. Elsie had er natuurlijk óók van gehoord, maar niefc mand kan toch verwachten van een jong meisje, die op hel punt van trouwen staat, dat zij al te zeer ontsteld zal wezen, doordat haar voogd, een rijk man, tijdelijk een verlies lijdt van enkele aanj- deelen. Het liep tegen vijven. Elsie begon le denken, dat ze nu genoeg gedaan had en dat, na dp thee, een wandeling in de Gardens wel heerlijk zou zijn, toen, zonl- der eenige aankondiging, haar zuster Hilda verscheen, en met vrouwelijke in tuitie begreep Elsie dadelijk, dat dit .iets slechts beleekende. Want vooreerst ging de deur zoo bijzonder zachtjes open en dan, bleef Hilda daar eenigen tijd staan men, voor den aanvang van het seizoen, de ruimte zoo voordeelig mogelijk is gaan indeelen, zoodat er nu aanmerkelijk meer, minder ruime, zitplaatsen zijn. Maar, om op mijn schaapjes terug te komen, wie er door het slechte seizoen minder goed aan toe zijn, dat zijn de pensioenhouders, die zich den heelen zomer zelf opbergen in keuken en op zolder, soms in een schuurtje in den tuin, waar ze een zeer provisoire slaapplaats inrichten, om al hun beschikbare woon ruimte productief te maken, en dc eige naars van de tentjes op „de plank". De laatsten hebben het hard te verantwoor den gehad, vooral omdat de hemel het eenige malen zoo beschikte, dat het na een paar matig mooie dagen, Zondags regende en de plankmenschen moeten het voornamelijk van de Zaterdagmid dagen en de Zondagen hebben. De eige naar van een ververscbingstent en die zijn dan altijd nog weer een beetje beter af dan de menschen van de schiet-, fruit-, foto-, gebak- en andere tentjes ver telde me op een middag, dat de regen neerplaste op het gegalvaniseerde dak en ik er met mijn dochtertje, dat, weer of geen weer, dagelijks naar het strand moet, was binnengevlucht, dat hij zelfs bij een goed naseizoen, nog geld op toe moest leggen en dat er van zijn plank- genooten waren, die „stonden te wag gelen", waarmee hij niet hun verregen de tenten, maar hun financieelen toe stand bedoelde. Als het naseizoen nu nog wat mooi weer mocht brengen wil en dan voor de plankmenschen bij voorkeur op Woensdag, Zaterdag en Zondag, dan kun nen ze nog wel iets goed maken, hoe wel ze van nu tot den derden Dinsdag in September, als na de opening der Sta- ten-Generaal nog eens alles wat provin ciaal en dagjesmensch heet naar Scheve ningen trekt, toch niet meer zullen dek ken, wat ze in het hoogseizoen (wie geeft een beter woord voor dit afschuwelijk germanisme?) aan winstderving hebben ingeboet. Want de pacht van de plank is vrij hoog. Zoo gaan we den winter weer tege moet. In de stad is het weer veel druk ker dan in de vacantiedagen. De winkel straten worden onveilig gemaakt dit alleen in het overdrachtelijke, want de kinderen gedragen zich werkelijk heel behoorlijk door heele benden jongens en meisjes, die hun boekhandelaar ko men aanvuren, om te zorgen, dat ze hun niewe boeken, benoodigd voor een hoo- gere klasse of voor de eerste klas van gymnasium of H.B.S. tijdig thuis krijgen, Enkele winkels, die zich speciaal op den handel in schoolboeken toeleggen en ze zoowel nieuw als tweehandsch verkoo- pen, worden eenvoudig bestormd. Daar staan de discipelen der wijsheid in files, trappelend van ongeduld, maar ik geloof, dat hun verlangen meer uitgaat naar hei bezit der boeken en vooral van de mooie, gewichtige uitziende agenda, die voor de aanstaande eerste klassers een interessant bezit is, dan naar de in die boeken vervatte wijsheid. Tenminste tot die conclusie zou je komen, als je na 'n paar maanden, al 't gezucht hoort van in hun kroost teleurgestelde ouders, bij het inzien van de voorloopige rap porten. En zelfs voor de voorloopige rappor ten komen, zullen heel wat ouders zuch ten, omdat hun jongen of meisje, dat toch overigens geen domoor en geen stuntel is, zoo'n moeite heeft met Fransch op de middelbare school. Geen wonder. Dat Fransch is een bron van ellende. Het Fransch op de lagere scholen is im mers officieel afgeschaft en van de leer aren op H.B.S. en gymnasium wordt nu verwacht, dat ze, met het begin begin nende, toch een bepaalde hoeveelheid leerstof zullen verwerken, wat practiscb nu al eenige jaren achtereen een onmo gelijkheid is gebleken. Wat is nu het ge val? Dat de leeraren zich instellen op in artisliekdroeve houding, met het hoofd wat naar links gebogen en de oogleden half-gesloten. Nu is het vrouwen gegeven, maar dan ook alleen, zoo lang ze nog slank en schoon zijn, om in haar houding alle gevoelens uit te drukken. „Kom binnen.. Hilda.." noodde Elsie „Ik hen zeker, dat je mij iets droevigs hebt te vertellen." Hilda kuste haar het voorhoofd.: „Arni kind." preveldjp zij. „Had het je toch maar door iemand anders kunnen verteld zijn!" „Is het dan zoo verschrikkelijk? „Cf; ik zie er vree sel ijk tegen op, het je to vertellen. Maar je moet hek weten." „Hoe gauwer je er dan mee voor den dag komt hoe heler!" „Het is van George." „O," zei Elsie, met vlammende kleur. „Ik heb al zooveel ellende over George gehad, d,at ik nu meendp, dat het wel genoeg was geweest!" „Maar lieve kind, dje eerste tegenstand was immers geheel opgeheven. Dit is iets anders. Yeel erger1" „In 's hemelsnaam, spreek toch uit Hilda „Hij heeft je verteld van den vreesie:- lijken diefstal? Natuurlijk heb je over niets anders gepradt, sinds dat gebeur de? Ik vond moeder er geheel van veiv vuJd." „Ja. George heeft het onderzoek op zich genomen. Hij zegt, dat alles wel onh- dekt zal Worden en dat mr. Dering tea slotte geen andere schade er door zal hebben dan de onaangenaamheid van het geval." de kinderen, die reeds Fransche privaat les hebben genoten, terwijl zij nog op de lagere school waren, voor den vorm en omdat het nu eenmaal moet, de eerste lessen met hen doorvliegen en dan rus tig verder gaan van het punt af, waar ze ook zouden zijn begonnen als hun leer lingen officieel eenige jaren Fransch ach ter den rug hadden gehad. Want anders komen ze niet klaar. Nu zijn er in iedere klas wel altijd een paar leerlingen, wier ouders naïef genoeg zijn om te denken, dat, als het Fransch nu voor de toelating niet ver- eischt wordt, men bij den aanvang van den cursus ook niet zal verlangen, dat de kinderen er iets van weten. Maar voor kinderen, die nog nooit een letter van die taal hebben geleerd is het tem po, waarop bijv. op het gymnasium door de eerste beginselen wordt heengevlo- gen, eenvoudig niet bij te houden. Met het gevolg, dat er óf een soort stoom cursus met privaatles voor hen moet worden ingesteld, óf een slecht cijfer op het rapport. De beweging om bet Fransch op de lagere school weer ingevoerd te krijgen is hier in Den Haag buitengewoon sterk, zoowel van de zijde der leeraren als van die der ouders, daar er jaarlijks een per centage kinderen is, die dupe worden van dezen eigenaardigen toestand. Intusschen wordt er aan kinderen, die over een of twee jaar voor een inrich ting van middelbaar onderwijs in aan merking komen en wier ouders inzien, dat ze dan maar on-officieel moeten lee- ren, wat op school niet wordt onderwe zen en wat ze toch moeten weten, heel wat uurtjes privaatles besteed, evenals aan hen, van wie na eenige weken blijkt, dat ze bijgewerkt moeten worden. De leeraren zelf mogen dat niet doen, er zijn buitenstaanders voor noodig en over een paar weken kan men de kranten zien wemelen van advertenties, waarin Fransche lessen worden aangeboden, soms voor twee kwartjes per les. Als ik kiezen moest, nee, dat zou ik toch niet erg vertrouwen, geloof ik. v. T. VOOR DE HUISVROUW. September. Kleine kleuters blank en blij, Stappen in een lange rij Nu beleven we weer den tijd van het „voor 't eerst naar school gaan", een emotie zoowel voor de moeder als voor de kleuter, die van min of meer ver troetelde baby, levend in de heerlijke veiligheid van huiskamer en beschutten tuin, plotseling gepromoveerd wordt tot maatschappelijk menschje; die van zeer waardevol wezentje daalt tot onverschil lige spaak in het groote wiel, waarin we allen wentelen, wei-tevreden of tegen strevend, wat toch niet baat Als nu de moeder haar kleine wereld reiziger maar toegerust heeft met die twee niet te ontfutselen schatten: zelf beheersching en altruisme dan mar cheert het alles wel in kalm opgewekt tempo. „Wat een zware woorden in be trekking met een zesjarige", zal wellicht iemand denken, maar inderdaad zijn het geen holle klanken, doch fundamenteele gegevens. Hoe moeilijk is dikwijls hei schoolleven van een „eenigst" kind, waarin egoïsme maar al te gemakkelijk als roode draad loopt, bedervend het gebeele weefsel. Wie niet al als baby de vreugde leert kennen van uitdeden der zoo vurig begeerde olienootjes en koek jes, zal nooit opgroeien tot een waar lijk geslaagde Lebenskünstler, waarvoor we het passende Hollandsche woord mis sen. En het kind, dat de tafel mag ranselen waartegen hij zijn onhandig kopje stootte, wordt de eerste kans tot zelfbeheersching ontnomen, evenzeer als de dreumes die dagelijks luidkeels mag brullen als het uur van slapen of was- schen is aangebroken. Zelfbeheersching „Dat kan zijn, Elsie, ik durf het je haast niet zeggen, maafr er is een aan wijzing, die Oheckley heeft gevond,en en die hij sir Samuel heeft meegedeeld. O, 't is verschrikkelijk als ik daaraan denk!" „Betreft die aanwijzing mij?" vroeg Elsje met een gebaar van ongeduld,. „Ik heb op mij genomen, moeder en jou de geschiedenis te vertellen. Luister dus kind. I Herinner je je wel nu acht jaar geg leden die ellendige zaak van onzen on'- i'aardigen broer?' „Ik herinner het mij. Maar niet min waardige" „ongelukkigen" broer! Vers beeld je, ze hebben nu de banknoten gevonden, die hij gestolen zou hebben. Precies op den dag toen zo die andere, ontdekking deden. Hebben ze je dat niet verteld?" Oheckley heeft het sir Samuel vers teld. Hij herinnert zich nu ook, dat hij Alhelstan het bundeltje in do safe heeft zien leggen." „O! Durft hij dat zeggen?... Als hij dal daar gezien heeft, waarom hjeeft hij er dan, acht jai*en lang, het stilzwijgen over bewaard?" Hilda schudfle droevig het hoofd: „Ik wees", zei ze, „hoewel toch niet kunnen aannemen, dat onze broer ons schuldig was. Athelstan werd; ten laste gelegd, d<at hij het handschrift van mi\ Dering had nagebootst. En dezelfde ver- valsching heeft nu weer plaats gehad." „Dan is het toch juist nog al duidelijk, dat het Athelstan niet kon wezen?" „Ja juist wel. Wanjt zie je, Athelstan moet al dien tijd in Londen hebben geJ- OIGGCLAAR 5 KOFFIE BOOtl VOOR Boon KWALITEIT waapdeept néme eens een proêfmët KOFFIE^ <be Gouden jbom A»v.|P^B'(5|Q ELAAP R0Q5EF1 DAAL (Inger. Med.) worde niet verward met sponfaniteif, drift niet met openhartigheid. Een spon taan kind is als een bruischende berg beek, die zonnige bewegelijkheid en dar telen overmoed verspreidt, tot verkwik king van de ouderen, vermoeiden.... Er was een aardig Marietje, die in Middelburg voor bet eerst naar school ging en zij zat in de bank, plechtig van ernst om dit groote gebeuren zij hield de bloote armen roerloos gestrekt uit ge stijfselde pofmouwtjes, precies zooals de juffrouw aan al die dertig menschjes ge leerd had. Marietje had twee groote blauwe oogen met tintellichtjes en twee blonde vlechten, waaruit fijne krulhaartjes sprongen, niettegenstaande moeder ze na het borstelen, met haar vlakke hand had gladgestreken. Marietje vond de juf frouw, die een kleur had van inspanning en toewijding ('t was een heel nieuw bakken schoolgeleerdheid) o zoo lief, en er kwam een moment dat Marietje de bank uitstapte en de juffrouw een stevi- gen zoen moest geven, zoo maar voor de klasse en zeggen: ,,Ik vind je lief, ik hou van je." Het jeugdig juffrouwtje werd rood als een mooie roos en gaf haar ook' een zoen en zei tegen een paar flauwe kinders die elkaar aanstootten, dat ze Marietje niet uit mochten lachen.... Datzelfde Marietje ging een jaar later naar het hooge Noorden en woonde daar in die koele gewesten op een heerlijk buiten waar veel bloemen waren en de boomen rustig ruischten. En Marietje ging weer naar school in de naburige, groote stad, waar ze alles van asfalt ma ken en op de school was weer een aar dige juffrouw die mooie verbalen voor las. Marietje was wel een jaartje ouder geworden, maar er was nog niet de klein ste schaduw in haar hart en dus kwam het er van dat ze ook deze juffrouw wilde omhelzen maar.... heel effen werd teruggewezen, omdat deze paeda- woond, in Oamberwell, ecu noodlottig© buurt, waar allemaal van die menschen moeten wonen, die iets op het geweten hebben. Nu pas is hij in Gray's Inn ge zien blijkbaar onder zijn eigen naaint doorgaande. Oheckley heeft hem gezien en nog een ander ook!" „Ben je me nu dus komen 'vertellen dat Atheïsten van de nieuwe misdaad be schuldigd werd ,.Dc vervalscher moet een 'medeplich tige opliet kantoor hebbengehad, iemand die in de safe kan komen, die de brieven kan onderscheppen, dje bekend is met de gewoonten van mr. Dering zoo een als bij voorbeeld Oheckley, of de ander die <l,an alleen nog overblijft, George!" Hilda hield even op. „O, maar dat is toch al te gek Deuk je nu nog, dat George, mijn Geor ge," herhaalde ze vol troljs, „djb bond genoot was van Athelstan, of nu, van een vervalscher?" „Ze werden samen gezien. 55e werden samen gezien in het huis, vanwaar uit dc vervalscher zijn brieven verzendt- Heeft Geoi'ge je verleid, dat hij al zoo lang, wel acht jaren, heeft geweten, waar Athelstan in Londen was?" Let wel, hoe die enkele' opmerking in de gelagkamer van dp „Salutation Inn," dat Alhelstan zeker in Oamberwell 'had gescholen, nu tot een erkende daad zaak was geworden, die dan nog uitge werkt was tot een medeplichtigheid van acht jaren! Hilda twijfelde er in het minst niet aan. Het was haar immers genoeg, dat Oheckley dit zoo had [gezegd. 1 „Als George mij dit niet heeft veh-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1927 | | pagina 5