Middelnrgsebs teil FEBILIETOB. Bij Ruwe Schrale Huid PUROL 8 IJ VOEGSEL L VAN PB 'I VAN Dinsdag 18 Mei 1926, No. 115 de viering van een volkenbondsdag. D© Vereeniging voor Volkenbond en Vrede tracht het denkbeeld ingang te doen vinden oin van den 18den Mei (he den), als herinnering aan de opening van de eerste Vredesconferentie in Den Haag, een Nederlandschen Volkenbonds dag te maken. Zaterdag hebben we de circulaire vernield, aan de hoofden van inrichtingen van onderwijs gezonden, met verzoek op 18 Mei in de klassen een korte bespreking aan de vredesgedachte te wijden. We weten niet in hoever de resultaten van deze circulaire overeenstemt met de verwachtingen van de vereeniging. We hebben wel bemerkt dat de vereeniging ook rekent op de medewerking van de pers. Immers er werden ons eenige arti kelen toegezonden ter huldiging van de vredesgedachte op dezen, dag. De lezer zal ze niet in ons blad vinden. Nu zouden we kunnen volstaan met ze naast ons neer te leggen zooals we bijna dagelijks, en zeker cenige malen per week, propaganda-artikelen voor een of ander denkbeeld, naast ons neerleggen. Maar we geven er den. voorkeur aan met een enkel woord toe te lichten waarom we ons niet kupnen opwekken tot de warmte die noodig is om vandaag een waardeerend artikel te wijden aan de vredesbeweging. (Of we dat artikel zelf schrijven, dan wel een ons toegezonden artikel daarvoor gebruiken, komt op het zelfde neer). De reden waarom we ons niet tot de warmte van een herdenkingsartikel kun nen brengen, is gelegen in het zeer ge ringe vertrouwen dat de werkelijkheid ons geeft in de naaste toekomst van toe passing der idealen van volkenbond en vrede. Dat vertrouwen is in de laatste maanden zelfs zoo geschokt dat we het een fout achten om de menschen nu voor te spiegelen dat er werkelijk iets gerust stellends bereikt is met d© vrejles-actie die 18 Mei 1899 begon. Zieker, we hebben in Den Haag een vredespaleis, waarin het Permanente Hof van Arbitrage werd gevestigd benevens het Hof van Intern. Justitie, instellingen van groote beteekenis voor het weg werken van een deel der geschillen tus- schen de volkeren. Maar de grootste ge schillen en ook de andere factoren die voornamelijk de brandstof vormen voor een oorlog, worden door die instellingen niet bereikt. Die schoof men op 'l ter rein van den Volkenbond. Dat zou het groote volkenparlement worden, waar de ernstige wrijvingen tusschen de volkeren zouden worden bezworen. En is er nu iemand ter wereld, -die durft zeggen, dat de toestand is den Vol kenbond grond geeft voor het vertrou wen, dat hij gewapende^ botsingen on mogelijk zal maken? Het visioen van Lo carno T dat een oogenblik stralend aan den hemel stond, en dat dichterbij be zien, veel van zijn straling verloor, is geheel verbleekt, sedert het weinig ve^ heffende schouwspel van den strijd om de Eaadszetels in dien Pond, aan het licht bracht hoeveel tegenstellingen in den boezem van dat lichaam werkten en werken. We hebben gedacht dat het dooi den Volkenbond uit zou zijn met onder linge afspraken. Maar ze zijn er nog bij de vleet, en er komen er telkens weer De Hof der Lengenen. Naar het Engelsch van JUSTUS MILE FOSMAN. Door J. S. 46). „Het is in der daad verwonderlijk, dat men mij niets daanvan gezegd heeft. Niet dat het er iets toe doet, maar ik had graag hem mijn dank, mijn groote erkentelijkheid betuigd voor den dienst, dien jhij mij heeft bewezen. Ik vind het vreemd ,dat hij met iden Prins mede- gaat om zich in een strijd te mengen, waarmede hij niets te maken heeft. Ik vermoed ,dat alleen zijn vechtlust hem daartoe gedreven heeft". „Mevrouw"! zei ik, „de dapperste man in Europa zou zich nog niet aangetrok ken gevoelen tot een strijd in de Balkan uit vechtlust ITij ging alleen, omdat hij daarin het eenige middel zag om u ver der van dienst te zijn. Ik begrijp niet, dat u, die hem kent,, zoo onrechtvaai-dig tegen hem zijn kunt. Zijn kracht, zijn moed, en zijn krijgskunde gaat hij geven om Prins Karei te bevestigen op den troon zijner vaderen en u naast hem, en hij verwacht daarmede tegelijkertijd zijn leven te zullen verliezen. Hij heeft "dj gezegd, dat hij nooit jmeer zou terug komen." nieuwe hij. Duitschland, dat zich door die ruzie om de zetels den toegang tot den Volkenbond voorloopig versperd zag, heeft zijn heil inmiddels al gezocht in een nieuw verdrag met Rusland, dat geen lid is van den Volkenbond, en zelfs geen gelegenheid nalaat om zich een tegen stander daarvan te toonen. Neen, een aanleiding tot het vieren van het doorwerken van de gedachten van Volkenbond en Vrede kunnen wij in de huidige omstandigheden niet vinden En de instelling' van de een „Volken- boiulsdag" lijkt ons een maakwerk, dat niet gebaseerd is op een bij breede lagen der bevolking bestaande overtuiging. We waardeeren wat werkelijk op arbitrage- gebied bereikt is. Maar er is nog zoo veel onzekers, dat we nog geen her inneringsdag kunnen vieren. Daarvoor kijken we met te veel zorg naar hetgeen er uit de toestanden van het oogenblik geboren kan worden. „herstfallngsoord west hove". Zaterdag vond alhier de installatie plaats van het bestuur der stichting „Herstellingsoord Westhove" te Oost- kapelle, in het leven geroepen door wij len Vrouwe W. J. de Bruijn, Douairière W. A. Graaf van Lynden. De erflaatster heeft deze stichting be stemd voor de verpleging gedurende drie k vier zomermaanden van tenmin ste twintig zwakke, mei zieke kijndercn van zes tot twaalf jarigen leeftijd, van arme ouders, zonder onderscheid van godsdienstige gezindte, in Middelburgen VHssingen woonachtig. Behalve met de buitenplaats „West hove" heeft zij de stichting gedoteerd met een kapitaal van T 150.000. In het bestuur heeft zij zelve voor zien. Als bestuurders zijn door haar aan gewezen de burgemeester en een der wethouders van Oostkapelle, de burge meesters van Middelburg, Vlissingen en Domburg en haar neef mr. dr. R. Wi Graaf van Lynden, wonende te BJoe- mendaal. Naar wij vernemen was het het ver langen der erflaatster, dat de tegen woordige directrice, jonkvr. Baronesse van Till, die functie zou blijven beklee- den, waartoe het bestuur deze bereid heeft bevonden. Dank zij de mildadigheid van de erf laatster is liet voortbestaan van „West hove", dat in 1889 door de toenmalige eigenares, mevr. de Bruijn geb. jonkvr. Boddaert, tot her steil ingsoord werd be stemd en dat sedert, met een korte tus- sclienpoos in de oorlogsjaren, toen het kasteel door militairen was bezet, die bestemming heeft behouden, dus verze kerd hetgeen door iedereen, die| het fraaie kasteel met zijn niet minder mooie omgeving kent, zal worden toe gejuicht. Vermeld zij nog, dat de* vrije wandeling op de buitenplaats op de thans be staande wijze bestendigd zal blijven. de ziekemiuiskwestie te vlissingen. Tegen gisterenavond had het comité van 12 te Vlissingen, hetwelk ton doel heeft actie tegen het raadsbesluit te voeren inzake den ziekenhuisbomv een aantal der personen, die adhaesi© mei het streven hebben getoond, lot eene 1 vergadering bijeengeroepen. De voorzitter van liet comité, de heer J. C. Paap, hield eene inleiding, waar aan het volgende is ontleend Spr. heeft getracht de leden van den gemeenteraad een ernstigen wenk te go- ven om toch niet overijld te handelen, maar kalm den lijd te laten om het rap port van Burg. en Weth. te overwegen. Dit heeft helaas niet mogen halten en de meerderheid van den raad heeft ge meend in dc zitting van 16 April le moeten doordrijven een voorstel, d3t bij gebrek aan behoorlijke toelichting, on voldoende voorbereid genoemd moet En ik vertelde haar, wat er gebeurd was na haar redding ,toen de Prins zou heengaan. Geërgerd, ging ik nog verder en verzweeg haar niets van alles wat De-i nis gedaan had .dag en nacht, toen zij ontvoerd was. Van het een kwam ik op het ander, en ik schilderde haar de ver leiding, waaraan hij had blootgestaan, toen hij haar dagelijks in den hof zag, hoe hij gevochten had met den Prins en diens leven spaarde. Ik deelde haar ook iets mede van zijn strijd tegen de absinth en hoe hij ook daarin overwon nen had, maar ik spaarde haar niet het schrikkelijke -tooneel in den nacht, volgende op den dag, waarop Denis het laatst haar in den tuin gesproken had, toen ik hem in zoo erbarmelijken toe stand bewusteloos op zijn kamer vond Zoo ging ik voort met den man te verdedigen, die mijn dierbaarste vriend was, en ik vertelde haar, dat wij allen, Mac. Kensie, Von Altdorf, de Prins, hem beschouwden als den edelsten, meest on- zelfzuchtigen man, die wij ooit hadden leeren kennen. En de Prinstes luisterde met neergeslagen oogen, en zonder een woord te spreken gretig naar al wat ik haar te zeggen had. Dat drong toen niet zoo tot mij door, want ik was beleedigd in mijn vriend, maar nu ik mij alles weer voor den geest roep begrijp ik, dat ze hongerig was naar de woorden van lof over den man ,die ze liefhad, maar (dat ze het niet worden. Wiaartoe die haast9 Is een voor stel dat heden goed is misschien over een maand niet meer goed? Neen, daar voor moet zijn geweest een andere grond en wel deze de voorstanders waren overtuigd ,dat indien de ingezetenen vol doende op de hoogte zouden zijn van de finandjeele gevolgen ,van dit voorstel en den omvang van denl last die daardoor op de schouders van de ingezetenen zou worden gelegd, de kans op aanneming van het voorstel zou verkeken zijn. De heer Hoogkamer heeft de behan deling ingeleid en heeft in zulke schrijlle kleuren een beeld gegeven van den toe stand in het tegenwoordige Ziekenhuis der gemeente dat alleen het feit, dat het den tegenstanders bekend was, 'lioc schromelijk hier werd overdreven, een verklaring geven kon, dat die tegenstan ders den moed gehad hebben toch te gen te stemmen Spr. wijst op een brief door rëfeénten van het Gasthuis d.d. 22 Februari 1926 geschreven aan Burg. en Weth. waarin zij woordelijk zeggen „Moge de inrichting in enkele opzichtten, als niet voor het doel oorspronkelijk ge bouwd, te wenschen overlaten, toch kun nen (naar men ons van deskundige zijde verzekert) de belangen der patiënten als zoodanig zeer zeker voldoende behar tigd worden geacht, om daarin geen re den tot overbrenging der patiënten naar een ander ziekenhuis te zien". Deze verklaring van de tegenwoordige regenten durft spr., die ©enjige jaren liet voorrecht had regent van het Gasthuis te zijn, evenals dr. Vermaas, de vroegere voorzitter van Regenten, volkomen tc onderschrijven Dat Regenten er steeds op uit zijn het tegenwoordige ziekenhuis zooveel mogelijk te verbeteren, kan nogi daaruit blijken dat in de jaren 1925 en 1926 nog ongeveer voor f 20 000 voor dit doel is besteed, Wat toch zeker niet had behooren te gebeuren, indien men zoo spoedig tot nieuw-bouw had willen over gaan. Maar is dan misschien nieuw-bomv noodzakelijk, omdat er te kort is aan verpleegruimteSpr. zegt: „Er is niet alleen geen gebrek aan verpleegruimte, maar een zeer voldoende overschot." In 1925 zijn in 't Gasthuis verpleegd pa tiënten uit andere gemeenten,, die werden opgenomen a f 2.50 per dag, terwijl de kostprijs volgens Burg. en Weth. zelf is f 2.94. Hier werd dus een subsidie van 45 cent per verpleegdag gegeven aan an dere gemeenten, waaruit toch zeker geen patiënten behoeven te worden opgeno men als er werkelijk gebrek aan plaats ruimte is. Nu is het spr. bekend dat in >de laatste weken misschien maanden, het gemeente ziekenhuis buitengewoon be zet is, veel meer dan in vorige maanden. Waar het aantal inwoners der ge meente niet vermeerderd is en in Vlis singen geen epidemie heerscht, is het niet gemakkelijk de oorzaak van dezen buitengewonen toeloop van patiënten aan te wijzenmen kan er slechts naar gis sen. In 1925 werden in het gemeente-zie kenhuis verpleegd 313 patiënten ge durende 15525 verpleegdagen, elke pa tiënt verbleef dus gemiddeld 50 dagen in het gemeente-ziekenhuis. In het St. Joseph-zickeuhuis is de gemiddelde ver- pleegduur der patiënten 24 dagen. Het abnormaal groot aantal' verpleegdagen per patiënt in het gemeente-ziekenhuis wijst er op, dat er patiënten verpleegd worden met abnormaal langen duur. Daaronder zijn ouden van dagen en t b. e.-Iijders. De ouden van dagen, die blijvend ziek zijn, kunnen véél econo mischer .verpleegd worden in een zie kenzaaltje'elders in het, gesticht b.v. in het nieuw aangekochte huis, en d© t. b. c-lijders in een sanatorium. Spr. gelooft niet, dat de ervaring lot deze noodzakelijkheid brengen zal, maar ware dit het geval dan zou de gemeente met vrij geringe kosten door alle moei lijkheden heen zijn. Wat verpleegruimte betreft is nieuwbouw dus volstrekt niet noodzakelijk. Tegenover de bewering van den heer Hoogkamer „zoo kan het niet Janger blijven", wil spr. de zijne stellen: „Er zijn in ons land weinige gemeenten van den omvang vaii Vlissingen, waar wilde laten merken. Toen ik uitgesproken had, rees ze overeind in haar stoel met een gebaar van vermoeidheid. „Deze gentleman," zei ze koel,schijnt geen gebrek te hebben aan yriendéjU, die voor hem in de bres springen. Ik wensch er niet met uover te redetwis ten. Ik herinner mij hem alleen als iemand die me slecht heeft behandeld en wreed Willen we over iets anders spreken?" Maar ik werd rood van kwaadheid. „Als hij u slecht behandeld heeft, me vrouw dan was het om uw leven te red den. Als het oneervol was, révat hij deed, dan was het, omdat uw leven hem bo ven zijn eer ging. En als dat nog niet niet genoeg is, hij heeft uw leven een tweede maal gered en geeft nu het zijne1 in uw dienst! Ik vraag u verlof om heen te gaan mevrouwt" De prinses strekte halfweg haar hand naar mij uit en keek mij smee- kend aan. „Ach neen, mr. Creigbtont Ga niet weg. Ik had niet bedoeld „Ik vraag u verlof om heen te gaan mevrouw!" zei ik nog eens want ik was heel boos. „Ga uw gang sir," zei ,ze, en ze zonk weer in haar stoel terug. „Ik verlang volstrekt niet, dat u heengaat, maar als u weg mo'et, wil ik u niet terughouden. Alleen alleen verzoek ik u wel te tbe- ziekenhuisverplegmg zoo uitstekend ge regeld is als in Vlissingen zelf met een nieuw ingericht, goed geoutilleerd zie kenhuis als het St Joseph-ziekenhuis en een gemeente-ziekenhuis waarvan Regen ten volkomen naar waarheid getuigen, dat de belangen der patiënten als zoo danig daar zeker voldoende behartigd worden." De burgemeester heeft in zijn inleiding gezegd: „Gij hebt te beslissen of de ge meente zelf voor haar zieken zal blijven zorgen dan wel of die zorg zal worden overgedragen aan een particuliere ït. Kath. instelling." Hij heeft verzuimd te wijzen op de mogelijkheid: „Zie van uw plan tot nieuw-bouw af en ga met regen ten voort dc bestaande inrichting, die aan alle redelijke eischen voldoet, zoo goed mogelijk te houden en spaar daardoor de gemeente een financieelen last, dien zij niet dragen kan." Nu dc raadsmeerderheid, met voorbij zien van financieele bezwaren, het be sluit doorgedreven heeft, rest den te genstanders wemig anders dan een be roep op Ged. Staten, die uitsluitend de zaak van financieele zijde bezien kun nen. De voorstanders van nieuwbouw hebben dus zelf de idieele zijde van de zaak buiten debat gesteld. Spr. komt dan tot de financieele zijde van het vraagstuk. Hij geeft een uitvoerige becijfering om aan te toonen dat Vlissingen de ver hooging der jaarlïjksche uitgaven, ver bonden aan nieuw-bouw, niet kan dra gen, en zegt dan o.m. dat in de begroo ting voor 1926 onder ontvangsten is ge bracht een saldo van f154.000 (dienst 1924), waarvan Burg. en Weth. bij vaste stelling van het vermenigvuldigingscijfer der Inkomstenbelasting op 1,53 meenden! f 75.000 te kunnen reserveeren voor 1927. Berekend werd dat toen het belastingjaar 1D26—'27 zou moeten opbrengen f456.000. Door vaststelling in de laatste raadszit ting van het vermenigvuldigingscijfer op 1.34, moet deze raming worden terugge bracht tot T 115.000 en valt dus te vree zen, dal voor het dienstjaar 1927 weinig meer uit dit dan opgeteerd potje zal overblijven. Ook dit bedrag zal dan weer uit belasting gevonden moeten worden. In de laatste dagen is nog eens gewezen op een groote vordering die de Maat schappij „Zeeland" bij de gemeente schijnt te zullen indienen. Zoodra de haven zal zijn voltooid, moet de gemeente zorgen voor de inrichting daarvan, waar mede een zeer aanzienlijk bedrag ge moeid is. De plannen tot stichting van een abattoir verkeeren in vergevorder den slaat van voorbereiding. Het nu ge nomen besluil tot nieuwbouw van een ziekenhuis, waardoor de gemeentelijke belasting wederom met 12 pet. zal moe ten worden verhoogd, is de laatste drup pel, die d«n emmer doet overloopen De gemeentekas komt in de eerstvol gende jaren voor zware eischen en de belasting-betalers moeten goed begrijpen dat door het complex van genoemde be sluiten, het vermenigvuldigingscijfer misschien weer zal verhoogd moeten worden tot ongeveer hetzelfde bedrag, waarop dit in het zware jaar 1921—'22 moest worden vastgesteld. Waar het van algemeene bekendheid is, dat de invor dering van de tegenwoordige belastin gen in deze gemeente reeds buitenge woon moeilijk is, durft spr. 't nemen van besluiten, waaruit een soortgelijke be- lastingverhooging zal moeten voortvloei en, onverantwoordelijk en èen financi eele ramp voor de gemeente te noemen. En nu denkt hij niet in de allereerslte plaats aan de zeer weinige ingezetenen die in deze belastingverhooging 'n groot bedrag zullen moeten dragen. De ge meente telt slechts een gering aantal aanslagen boven een belastbaar inkomen van f 7000 en deze weinige belasting betalers kunnen te samen zeker slechts een klein gedeelte van het betaalde be drag opbrengen. Maar spr. denkt voorna melijk aan den middenstand en de arbei ders, van wie hij uit persoonlijke ervaring zeggen kan, dat zij door de tegenwoordige belasting reeds zwaar worden gedrukt. Deze personen nu zijn het in de eerste denken, dat u altijd welkom bent hier in den tuin, en dat ik altijd blij zal zijn er u te ontmoeten." Ik boog en liep weg; On ik zeil tot me zelf dat het lang zou moeten duren voordat ik weer zou gaan wandelen in den hof van het oude klooster. HOOFDSTUK XXIII. Uit de kranten werden we niet veel wijzer en nieuws dat we direct uit het Zuiden kregen, was schaars. Ik kreeg een brief van Denis, geschreven onge veer een week na 'zijn aankomst. Hij vertelde vaag over de plannen om de hoofdstad te verdedigen en Man de maat regelen die de Prins genomen had. Eerst aan het eind kwam de oude Denis te voorschijn. „Hou je werkelijk het oog op haar, beste vriend? Spaar je wel alle onaangenaamheden? Schrijf me over haar nu en dan ,hoe ze er ui te iel, of ze gezond is, of ze at wat gelukkiger lijkt? Dat is het eenige, wat voor mij van be lang is, dat zij gezond en gelukkig is." Ik sprak over den brief met de Prin ses toen ik haar den eerstvolgenden keer in den tuin ontmoette, want toen mijn •drift voorbij was, had ik mijn besluit om niet weer terug te komen laten va- reu ,en zoodoende ontmoette ik haar dkiwijls en ik trachtte haar te verstrooi en en op te vroolijken door over allerlei dingen met haar te praten. Toen ik haar het slot van den brief mededeelde, beefden baar handen, maar ar» van ^ar,den ien Gelaat fè v. Doos30-60-90ct (Lügeï. Med.) plaats, die verhooging van belasting-druk allerminst kunnen lijden. Het is om deze redenen dat spr. met de hulp van de ver gadering en de gelijkdenkende inwoners tfan de gemeente trachten wil het on zinnige besluit, dat de gemeenteraad heeft genomen, zoo mogelijk nog tc doen vernietigen en de gemeente daardoor le bewaren voor wat hij nog eens noemen wil: „een financieele ramp' Besloten werd door de vergadering) om lijsten 'te laten circuleeren in de ge meente, met het aoel te trachten liet raadsbesluit van 16 April dngedaan te doen maken. handel, nijverheid en visscherij, Werkeloosheid. Als werkloos staan ingeschreven 3 typografen, 10 grondw., 14 opperlieden, 1 schilder, 2 steenhouwers, 11 timmer lieden, 2 meubelm., I houtdraaier, 1 stoelmaker, 3 kleermakers, 3 schoenma kers, 1 zadelmaker, 13 bankwerkers. 3 etectriciens, 1 machinist, 1 monteur (leerling), 2 stokers, 5 bakkers. 9 boeren arbeiders, 2 boomkweekers, 7 winkelbe dienden, 2 chauffeurs, 12 kantoorbed., 2 huisknechten, 9 van andere groepen, 38 inet vakkenis (zonder bep. beroep), 159 zonder vakkennis (ongeschoolden). Verder 13 vrouwen w. o. 1 boekbind- ster, 4 kantbed., 1 dtenstb., voor dagen nacht), 2 werkvr., en 3 waschvr., 'voor wasch aan huis). Totaal 328. vorige week 296 personen. sport. Op Zondag 9 Mei hield de Postdui- venvereeniging ..De Snelpost' alhier een wedvlucht van uit Novon (Frankrijk) afstand 219 K.M. De duiven werden te 7.10 in vrijheid gesteld met N.W. wind. D© eerst aankomende duif werd gecon stateerd door den heer C. J. Witte te 10,45 u. De prijzen werden als vol^t behaald: le, lie en 14e prijs C. J. Witte; 2e, 6e en Te prijs F. O. Poppe; 3e A. de Kraker; 4e J. de Buck; 5e B, Baasi; 8e 0. F. Poppe; 9e, 10e, 15e en 16e pr. J. de Brec, 12e E. Polvliel. Bij het Zondag op de baan der Haagsche Golfclub plaatsgevonden ont moeting tusschen het Hollandsche en het Belgische team was de uitslag 8t. Ingezonden Stukken. de bezwaarden der geref. KERKEN. Geachte Redactie! Sta me toe een enkele toelichting te geven op het verslag van de vergadering der bezwaarden uit de Gereï. Kerken van Walcheren. „De belangstelling uit verschillende plaatsen was grooter dan verwacht kon worden aldus vangt het het veïslag aan. Gelukkig, dal de ver wachting niet hoog gespannen was. want er waren uit heel Walcheren slechts 20 leden eener Geref. Kerk tegenwoor dig, waarvan nog één als niet-bezwaar- de, maar als nieuwsgierige den kleinen lering moest verlaten Zegge 20 van de 10.112 leden! Door bedoeld verslag is over de opkomst ongetwijfeld een ver keerden indruk gewekt en het lijkt me goed dien weg te nemen. Heeft die slechte opkomst den leiders dier ver- ze zei niets. Daarop deed z© eenige vragen die me gelegenheid gaven, op nieuw over hem te sproken. Ik was toen dom genoeg om niet te merken, dat het opzet was, maai- ze legde het altijd zoo aan dat ik weer over Denis begon. Nu was dit niet moei lijk, want ik was zoozeer over hem vol, dat ik het als volkomen van zelf sprekend beschouwde .dat we het pver hem hadden. Ik vertelde haar en ik moest het telkens weer overtellen van den eer sten avond in het café d'Alen^on. toen we Denis hadden uitgekozen om haar te redden van haar melancholie Ik ver telde over alle volgende voorvallen.tot van het diner bij Voisin en het vertrek aan de Gare de l'Est. Ik verhaalde iiaflr ook van zijn lotgevallen, zijn avonturen te land en ter zee in vreemde landen, zijn gevechten met zeeroovers en zijn zooken naar mijnen. En prinses Eleanor luisterde zonder een woord te spreken. Intusschen wachtten wij maar af, wat er gebeuren zou, hopende op goede en vreezende voor slechte tijdingen Kolonel Von Altdorf kreeg af en toe telegrammen .waarin hem mededeeling over den toestand werd gedaan. Eerst vertelde hij een en ander van den in houd; al spoedig zei hij niets meer maar ik merkte op dat Ibij ieder volgend, telegram zijn gezicht zorgelijker werd. (Wordt vervolgd J

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1926 | | pagina 5