FEUILLETON, BIJVOEGSEL MAN DM MAM Maandag 8 Febr. 1926 No. 32. KUNST EN WETENSOUrPEN. E u r li y l li m i e-m a t i n e. Schouwburg. Er waren gistermiddag het was ook een zeer welkome afleiding op een natten Zondag zeer velen naar den schouw burg gelrokken ter hijwoning van de aan gekondigde opvoering van Eurhylhmie. Of we nu begrepen "hebben wat Eu rhylhmie bedoelt? In zoover we), dat we volkomen begrepen de zeer duidelijke inleidende rede van mevr. KJojipers, uit Amsterdam, die daarin de bedoeling van dezen kunstvorm uiteen zette. Maar toen we na die theorie de prak tijk zagen in den vorm van een aantal dansen door een vïerlal jonge dames, (waarvan drie uit Den Haag en één uit Dornach, Zwitserland) toen is 't ons niet mogelijk geweest in die vertooning te vol gen wat ons te voren in die rede was geleerd. De spreekster heeft eerst kort verteld, hoe dr. Steiner, de leider der Antliropo- sophen, gekomen is tot zijn gedachten over het geven van een geestelijken in houd aan de behoefte om lichaamsbewe gingen te maken. Vervolgens heeft ze meegedeeld dat Eurhythmie geen danskunst wil zijn, geen persoonlijke uitbeelding van wat iemand voelt bij bet hooren van een muziekstuk. En evenmin wil zij mimiek zijn, wat im mers slechts nabootsing is. Zij wil zijn een zichtbare taal, en zicht bare muziek, d. i. Laut-Eurhythmie en Ton-Eurhythmfe. Daarvoof is zij, aldus de spreekster, gebonden aan strenge wet ten. De bewegingen zijn niet willekeu rig. Uitgaande van de gedachte dat klin kers zoowel als medeklinkers een ge voelselement tot uiting brengen, wil zij dat element doen spreken in de lichaams bewegingen. En eveneens meent zij bij muziek verschillende lonen te kunnen weergeven door lichaamsbewegingen, vooral door handen en armen, de meest geestrijke onzer organen. Toen kwam de praktijk. Afwisselend kregen we muzieknummers, van een groepje medewerkers (piano, viool en cello), en voordracht van gedichten door mevr. Kloppers. En bij ieder van die nummers zagen we op hel tooneel, in een zorgvuldig voorbereide en steeds vari- éerende kleurbelichting, een oï meer dan seressen optreden. Misschien is dit woord danseres on juist. Een dans zagen we immers niet. De beenbewegingen waren meest eenvou dige loop-passen. Maar zeer beweeglijk waren armen en handen, wat nog ver sterkt werd door de fladdering der aar- aan gehechte sjaals. Die bewegingen wa ren ontegenzeggelijk aesthetisch, en de aanblik was mooi, ook dooi* de verlich ting. Maar die bewegingen moesten voor de toeschouwers een taal zijn. Die laai ver stonden we meerendeels niet En Ms die bewegingen een taal voor ons werden, dan, ja, dan hadden wij hel blijkbaar mis, want dan was het beslist géén Eurhythmie, gelet op de inleidende toe lichting van mevr. Kloppers. "We hebben bijv. heel sterk de uil- beelding in dansvorm gevoeld in het Adagio en Allegro van Handel (het laatste nummer vóór de pauze.) Vooral hel le vendige en opwekkende van liet Allegro door Mrs. C. N. WILLIAMSON. Ned. vertaling van ADA VAN ARKEL. 27). „Zij heeft hem aan hem gegeven heel ongemerkt en in het geheim dachl het meisje. „Dan moet ze ook aldoor geweten hebben, waarom hij hem draagt; het kan voor haar geen geheim zijn geweest, anders zou ze wel iets gezegd hebben. Nu ben ik er zeker van, dat er een verstandhouding tusschen hen be staat. Zij is woedend op hem om lady Viola. Hij weet dat wel, maar hij tart haar; en om de een of andere reden durft ze hem ondanks alles, niet in den steek laten als hij haar hulp noo- dig heeft." Sheila had het gevoel of ze omringd was door een atmosfeer van geheim zinnigheid. Er gebeurde iets heel vreemds om haar heen, iels zóó ingewikkelds, zoo veelzijdigs, dat ze lot nu toe nog geen enkele aanwijzing tot de puzzle gevonden had, hoewel ze vaag iels van een weg kon zien, die ze volgen moest nu ze half verward, half verstrikt in het duister naar het licht tastte. wist de bijzonder gralieuse danseres ons door haar suggestieve gebaren en bewe gingen zeer slerk voelbaar te maken. We vonden dat mooi. En het publiek vond dat ook, blijkens het luide applaus jja dit nummer. Maar stemmingsdans is geen Euhryth- mie! Wat wij daarin zagen is de persoon lijke uitbeelding van wal iemand voelt hij 't hooren van een muziekstuk. En we had den juist tevoren gehoord dat Euhrythmie dat niét wil zijn! Zoo hebben wij b.v. bij de voordracht van Vcrwey's „De grondtoon" heel sterk in de begeleidende bewcgiugeu op het tooneei een uitbeelding gevoeld vau het stuwen en van het woelen vau een wa terstroom, in overeenstemming met wat we hoorden voordragen. Maar we hadden tevoren hooren verkondigen dat bij de voordracht het gedachte-clement op deu achtergrond werd gebracht om "klank element en rylhme naar voren te bren gen Immers klinkers en medeklinkers zouden grondslag van de bewegingen zijn. We hadden d,us blijkbaar ook hierin, en in zoovele andere nummers, het vér- keerde, leu minste niet het bedoeld^ uit het vertoonde in ons opgenomen. En liet wel bedoelde niet begrepen. Ligt dat aan ons niet-ingewijd-zijn in de taal der Eurhythmie? Of ligt d^at aan dien kunstvorm zelf, die meer theorie is dan praktijk? We hebben herhaaldelijk bewegingen zien maken, die ons geheel in overeen stemming lekón met wat we na Isadora Duncan, Dalcrozc e a. hebben leeren be grijpen van uitbeelding in dansvorm van de stemming die muziek of gedicht in pos opwekte. Maar de uitbeelding van klin kers en medeklinkers en tonen is door ons niet begrepen. Wel meenen we dat de vooropgezette theorie het aantal bewegingen beperkt. Wie een beweging vasthecht aan een klin ker of medeklinker, moet daarmee wel telkens terug komen. En er trof ons ook een eentonigheid in de bewegingen, die de aandacht vermoeide, behólve wan neer we stemmingsuitbeelding meenden te zien, die we volgens de inleiding juist niet moesten zien. ONDERWIJS. - Voor de afdeeling van den Ned. Bond van Leeraren en Leeraressen bij het Nijverheidsonderwijs en de cursus voor voortgezet Nijverheidsonderwijs hield Zaterdag in de Ambachtsschool al hier de heer H. A. Enklaar, leeraar aan die school eene lezing over: „Een stapje in de Oudheid en Toetank-Amen". Spr. begon er op te wijzen, wal het begirip „Oudheid" is. Ook de dagen van Pompeji zijn voor ons „oudheid". Doch wat een verschil tusschen «je Oudheid van Pompeji en de eerste Egyptische Pliarao Menis d.i. ongeveer 5000 ja ren geleden. Als regel wilt men dan be ginnen met de oudheid, waarvan ons veel bekend is. En dan is het begin wel ongeveer bij Pharao Menis, heerscher oveir Egypte, zoo omstreeks 5000 jaar geleden. Omstreeks dien tijd begint do oude geschiedenis en bevinden wij ons plotseling in een geheel beschaafde we reld. Wat daar vóór is geweest, kunnen wij slechts vermoeden, daar gegevens, go- schriften of inscripties in steen enz. ontbreken. De belangstelling voor Egypte is niet van vandaag of gisteren. Reeds zijn be schrijvingen gevonden van archaeologen die 20 tot 2000 jaar voor Christus reeds Egypte bereisden en hun ondervindingen meedeelden. Nog grooler is de belang stelling der duizenden Amerikanen, die jaarlijks Egypte bezoeken en die het hoogtepunt wel bereikte bij de ontdek king van hel graf van Toelank-Amen, toen als het ware passagiersschepen vol Amerikanen in Egypte wei-den ont scheept. En die belangstelling is gewet- '-'-jd. Aan de hand van lantaarnplaatjes en vooral gekleurde platen, die door de epidioscoop op het doek gebracht wer Het gaf een heele beroering in het Glentorly-hotel, toen bekend werd, dat. er een ongeluk was gebeurd met de. prachtige aqto van mr. Carrington. Gelukkig voor de slachtoffers, waron er weinig menschen in de buurt, toen ze in lady's Ethington's auto aankwamen. Stoffig en gehavend konden ze naar hun eigen kamers ontsnappen, zonder dat meer dan drie. of vier personen hen haaden gezien, maar de geschiedenis van het ongeval verspreidde zich als een loopend vuurtje door hel heele hufs. Groepjes stonden met elkaar er over te pralen in de groote hall. Zij, ,die konden zeggen, dat ze de eliectrische: auto hadden zien thuis komen, Bemerk ten dal ze plotseling ontzettend populhir waren geworden bij al hun kennissen. eH werden bestormd om inlichtingen Hoe haa lady Viola er uit gezien? Was* het waar dat mr. Carrington's hoofd zoo vreeselijk gewond was? En was wer kelijk dat aardige typistetje bij hen in. den wagen geweest? Gravin Karovski bleef in haar kamer' i en mr. Franklin hield zich ook schuil, en daardoor werd lady Ethington ia. haar privé-zitkamer mei bezoeken over stelpt. Het was haar wagen die te hulp» was gesneld en daarom dacht men ook, dat zij meer zou kunnen mededeelen dan iemand anders. Zij had daarentegen heel weinig te» vertellen. Al wat ze zeker wist, wasw den ,liet spreker eerst eenige pyrami- den, sfinxen en beelden zien uit het Oude Egyptische tijdperk. De beelden vooral bewezen, dat ook de kunst toen op een zeer hoog pleit stond. Daar tus schen door werden meubelen vertoond, die dan hier, dan daar in tempels, rots graven of pyramiden zijn gevonden en welke van <ien fijnen smaak der Egypte- uaren getuigden. Hierna werden de voor naamste Pharao's genoemd, voorafgaan de aan de regeering van Toe tank-Amen. Bij de vraag, hoe wij aan al de kennis komen, omtrent hun zedeq, leefswijze en gewoonten, werden muurschilderingen vertoond met de hieroglyphen, hel Eglp- tische figuurschrift, waarvan hel geheim voornamelijk werd ontdekt door liet vin den van den steen van „Rosetta", waarop voorkwamen twee Egyptische en een Grieksclie beschrijving en waardoor het den geleerde gelukte al de gevonden ge schriften en muurschilderingen te ont cijferen. Tevens werd een blik gegund in het zieleleven van de Oude Egyptenaren en hoe o.a. de schrijver „Ani" zijn reis maakt door de onderwereld naar de godheid „Osiris". Even werd slilgestaan bij de Kellersche Pharao Aknaton, schoonvader van Toelank-Amen, om daarna te vertellen van de opzienbaren de ontdekking van het graf door lord Carnavon en Castor, welke weerga ech ter waarschijnlijk weer zal gvertroffen worden door de nieuwste ontdekking van de graven van Cheops en Snefroe. Hierna ving de ver looning. aan der plaatjes van in de graven gevonden voor werpen als stoeltjes, praalbedden, troon van Toetank-Amen en de buitenzijde van de sarcophaag en bij het zien van al dal sprookjesachtige is hel niet te ver wonderen dat de ontdekkers mei verba zing al deze dingen hebben aanschouwd. Ook werd nog een kijkje gegeven bij de gebruiken en gewoonten der begrafe nis, het in gereedheid brengen der mum mies, liet treuren in den (graf tempel', de begrafenis op| vaartuigen op de Nijl, het dichten van het graf enz. De ontdek kers hebben daarom zooveel succes ge had van hun .vondst, omdat het graf van Toetauk-Amen het eenig nagenoeg on geschonden graf is geweest wat ooit ont dekt werdnog werd getoond een plaatje waarop een ontdekt graf, hetwelk echter totaal vernield -was door hel bezoek van grafschenners, misschien reeds duizen den jaren geledem. De lezing werd beslo ten met twee plaatjes, welke deden zien op welke wijze d'eze wonderen zijn ge wrocht en met enkele mededeelingen betreffende de laatste ontdekkingen op kunst-historisch gebied, de opgravingen in Mexico, die -wijzen op een nog veel' en veel oudere cuaunr en beschaving dan de Egyptische en die beloften in zich houden van onovertroffen kunst schatten. Na de belofte van den spr. nogmaals een voordracht te houden en dan over „Indische tempels", dankte de voorzit ter der afdeeling, den heer Enkelaar voor zijn onderhoudende en leerzame le zing. KAMER VAN* KOOPHANDEL VOOR ZEEUWSCII-VLAANDEREN TE TER L NEUZEN. Het verdrag met België. In de Zalesrdag gehouden vergadering herdacht de voorzitter in zijn overzicht over het afgeloopen jaar de werkzaam heden der Kamer, waarbij hij aanstipte hoe in het bijzonder de aandacht was gewijd aan het verdrag met •België, dat, hij alle bezwaren die daartegen kunnen worden aangevoerd, een bijzondere te leurstelling was, Qmidlat met de onder tekening daarvan niet gepaard ging hel herstellen van de positie die de haven van Terneuzen bezat vóór 1911 (sinds t-10 jaren) ten opzichte van hare gelijkstel ling voor wal betreft de speciale spoor wegtarieven op de Belgische spoorwegen met de Belgische havems. Op grond van ontvangen toezeggingen' had met alleen grond dat herstel bij de tot standkoming van het verdrag te verwachten, te meer nog waar in communiqé's uiting werd dat ze op het punt had gestaan gravin Karovski mee te nemen voor een ritje in haar auto, toen mr. Franklin in groo te haast naar haar toe was komen hollen en gevraagd had of hij haar auto mocht deenen. Hij had zooiets gezegd, dat er iets niet in den haak was met de auto van mr. Carrington en dat hij die wilde volgen. Daar hij den wagen kon be sturen had hij liever geen chauffeur willen meenemen, maar de gravin had er op gestaan mee te gaan. Zijzelf was zoo ontdaan geweest, door de gedachte dat er een vreeselijk ongeluk kon ge beurd zijn, dat ze genoodzaakt was ge weest, naar haar kamer te gaan en te gaan liggen, terwijl haar kamenier haai aldoor had moeien be waaien en haar reukflacon vasthouden, anders zou ze stellig bezwijmd zijn. Noch de gravin, noch mr. Fx*anklin hadden haar opge zocht nadat ze thuis waren gekomen, hoewel ze dat stellig verwacht had en ze had nu een boodschap gestuurd naar juffrouw Douglas om haar alles te ko men vertellen precies zooals het gebeurd was. Het jonge meisje was schijnbaar licht geschokt en gekneusd door den val uit de auto en was nu haar stoffige kleeren aan het verwisselen. Ze zou een paar dagen wel niet in staat zijn haar secretaressenwerk te doen, daar haar arm had bezeerd, maar ze zou wel naar de kamer van lady Ethington kunnen komen en alles vertellen van JAN' 3IOKKS Toen de heer Morks 6 October j.1. op zijn 60sten verjaardag gehuldigd werd, is het nog een oogenblik een, punt van overweging geweest of zijn gezondheid hel zou toelaten die hul diging bij te wonen. Want behalve zijn oogkwaal, die hem reeds een half jaar tevoren dwong den dirigeerstok neer te leggen, ging het ook in ander opzicht niet naar wensch met zijn gezondheid. En dal is de laatste weken in zeer snel tempo verergerd. Zondagochtend is hij overleden. We behoeven waarlijk niet meer uit te weiden over de verdiensten van den heer Morks. Ze zijn den 6den October nog weer in het licht gesteld Hij was hier zeer populair geworden door het geen hij in de ruim 34 jaar van zijn leiding van het Middelburgsch Muziek korps heeft gedaan als dirigent en als componist. Zoo'n korps dat immers bijna geheel uit liefhebbers beslaat, te vormen, te leiden en óp te voeren, vereischt veel geduld, veel werk en veel overleg. De gehechtheid van de muzi kanten aan hun dirigent getuigde van de gave van den heer Morks om hen aan zich en aan hun korps te binden. En de groote toeloop naar de openbare con certen op het Molenwater en in de Abdij getuigden van de waardeering door het publiek van do resultaten door dien arbeid verkregen. De heer Morks heeft zich trouwens ook in zijn composities bovenal gericht op de groote menigte. Hij was niet de man voor intieme muziek in de zaal, maar voor de muziek buiten, in de mu ziektent. Zijn grootste populariteit heeft hij ook elders verworven met zijn be kende marschen, waarin hij ook de kin deren liet meewerken met "kleppers, trommels of trompellinen En voorts door werken als de Zeeuwsche reien, die tegelijk vertoond konden worden. Muzikaal hooger stonden echter zijn „Miniaturen". En de leden van zijn korps kunnen wel het best waardeeren, wat hij gedaan heeft door de bewerking van composities van anderen voor harmonie Van officieele zijde is zijn verdienste erkend door zijn benoeming in 1894 tot luitenant-kapelmeester (bij de toen malige Schutterij}, en in 1907 door zijn benoeming tot ridder in de orde van Oranje Nassau De Ier aarde bestelling van het stof felijk overschot zal plaats hebben Woens dag le één uur van hel sterfhuis. Over eenkomstig den wensch van de familie zal aan het graf niet worden gesproken. gegeven van de wederzijdsche welwil lendheid die bij de onderhandelingen over hel Verdrag had voorgezeten. Te genover al de vergaande concessies die aan België worden gedaan, bleek daaren tegen hare welwillendheid niet vorder te gaan dan het weer toepasselijk ver klaren der speciale tarieven ook voor Terneuzen, mits met 10'pet. verhoogd, hetgeen begrijpelijk concurrenlie nog on mogelijk maakt en alzoo omdat daar van geen resultaat kon verwacht worden als onaannemelijk is afgewezen. Sinds is. ondanks herhaalde beluigingen van welwillendheid, die kwestie onveranderd gebleven en bleef herstel voor de haven van Terneuzen uit, die dus feitelijk nog steeds gedrukt gaat onder de gevolgen van den oorlog, hetgeen zich afspiegelt in de groote werkloosheid onder de transportarbeiders. Over 1925 is van ge meentewege aan uitgetrokken werkloozen niet minder dan ongeveer f 30.000 uitge- het ongeluk. De ervaringen, die de arme Sheila op deed nadat ze thuis was gekomen, waren zeker niet bevorderlijk om geschokte ze nuwen weer op dreef te helpen. Vol medelijden met de zwakte van lady Vio la was ze met het meisje meegegaan haar haar kamer, daar lady Marsden en haar dochter door armoede genoodzaakt wa ren zonder kamenier te reizen en Viola, geheel gebroken en op het punt een zenuwtoeval te krijgen, hulp noodig had „Ik zal bij u blijven, lieve lady Viola, tot de dokter komt, tenzij lady Marsden al van haar wandeling tertg is gekomen," zei Sheila. „Ik heb geen dokter noodig. Ik voel me volmaakt wel", antwoordde Viola. „Ik ben alleen wat geschokt. Ik kan er niels aan doen, dat ik zoo beef, maar ik zal wat gaan liggen en dan ben ik tegen etenstijd weer heelemaal in orde 1 „Laat ik u helpen met uitkleeden", zei Sheila. „U heeft zelf hulp noodig", zei Viola. „U is zoo bleek als een doek.* Maar Sheila lachte maar eens en be weerde, dat ze zelfs geen hoofdpijn had. Ze liet lady Viola gaan zitten, nam kalm haar hoed af, die tot een vormelooze massa verknoeid was en begon haar japon los te maken. Ze had verscheidene knoopen open gedaan toen er iets, dat in een klein kanten zakdoekje was ge wikkeld, uit lady Viola's japonlijf op keerd, heigeen op een inkomstenbelasting van circa f 150.000 van grooten invloed moei worden genoemd. Geen wonder dat verlangend naar verandering wordt uitge zien. Spreker meende dat het Verdrag niet tot stand behoort te komen alvorens we- derkeerig is voorzien in de behoefte van Terneuzen, dal de Belgische spoorwegen voor zijn ontwikkeling noodig heeft, zoo als de Belgische havens Nederlnndsch watergebied. Reeds vóór de afdeelings- vergaderiug der Tweede Kamer is van wege de Kamer de toestand vau Ter neuzen en bezwaren tegen het Verdrag onder de aandacht der Kamerleden ge bracht en het Voorloopig Verslag gaf ge lukkig blijk, dat men niet aan doovemans deur had geklopt en de aangevoerde be zwaren zeker onder de oogen waren ge zien. Ook werden belanghebbenden te Phili- pine gewaarschuwd voor de bedreiging den grond viel. Sheila wilde vlug bukken om het op te rapen, doch met een onderdrukte kreet en een gloeiende blos gleed Viola van de stoel op haar knieën, tastte een paar seconden zoekend naar hetgeen ze ver loren had, en toen ze het had, knee.p ze de in elkaar gedraaide zakdoek zeer stevig vast in haar hand, alsof ze vast besloten was, dat Sheila geen kans zou krijgen te raden wat er in zat. Deze verlangde heelemaal niet om in lady Viola's geheimen te dringen en was niet nieuwsgierig, maar ze kon uiel hel pen, dat ze moest denken, dat het ding, dat in de kanten zakdoek gewikkeld was er uit gezien had als juweel of mis schien meer dan een. Het batist was zoo fijn, dat het gjoud ér doorheen had geschenen, maar Sheila verlangde zelfs niet te weten, wat lady Viola verborgen wilde houden of waarom het noodig was het zoo te verstoppen. Geen der heide meisjes repte een woord over het kleine voorval en 'Sheila ging voort met Viola le helpen. Ze had de jrpon, die gescheurd en vuil was uitgetrokken en haar mooie vriendin een ochtendjapon aangedaan, toen lady Mars- den haastig de kamer binnen kwam. Sheila was juist naar een kast gegaan, die in een alcoof stond en ofschoon zij de deur hoorde opengooien, kon de bin nenkomende haar niet zien. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1926 | | pagina 5