MissBlanche licht slag vereischt, en werd warmbloed ingevoerd, omdat ook bij de leiders oen drang was naar warmbloed. De uitvin ding van de stoom gal weer een omme keer, omdat het paard noodig werd voor het vervoeren van zware vrachten, /oo- als te Antwerpen. Volgens spr. is de ver betering der wegen een maatstaf voor de fokkerij van liet zware paard. Het Belgische -type is alleen door se-, lectie en eigen ras te verbeteren. Spr. herinnert er aan hoe indertijd do hengst Brian een eerste internationale prijs be haalde, welke door meerdere werd ge- völgd, zeer ten spijl van den Fivuisclien warmbloedfokker Caillaux Vroeger verschenen zelfs legerdeskun- digen op de keuringen van Jiet koud bloed, doch zij bleken niet opgewasschen tegen den geest der fokkers. Aangehaald werd het dankbaar werk van den kolo nel Goossen en eeue uitlating uit een blief van het Remontedepol. de eigen lijke motor van het leger is het trek paard, niet het rijpaard. Nog worden rijpaarden voor het leger in het buiten land aangekocht, omdat men schermt met de snelheid van het warmbloed- paard. Volgens spr. bereikt men niets .met een warmbloed op natte en slijkerige ■wegen. Vervolgens had spr. het over de ver meende concurrentie van don tractor, dien hij noemt den beer of leeuw van den weg. Het paard vervangen kunnen de tractors niet, evenmin als electrische trekkracht en lastauto's, hetgeen hij ver duidelijkt met voorbeelden uit liet leven. Zelfs groote zaken als de Ileinekeus Bier brouwerijen vervangen hunne auto's door trekkracht van paarden. Ten slotte zegt hij, dat bij eene vergelijkende proef te Glasgow bleek, dat het paard 88 pet. goedkooper was dan electriciteit. Voor het zware paard vreest spr. derhalve geene concurrentie maar wel voor liet tuigpaard, door de luxe auto's. Het al lernieuwste is zelfs begraven per auto. Verschillende staten voeren tegenwoor dig zware paarden in. Hij schetst den afzet van het gebruikspaard en het fok- paard. Zeeland heeft afzetgebied naar binnen- en buitenland. Eene zwenking dus ten goede voor de Zeeuwsche en Zeeuwsch-Vlaamsche fokkerij, maar daar tegenover staat zeer scherp eene nadee- •lige zwenking, dat n.l. het rijk de subsi dies inhoudt. In dit verband herinnert hij aan een uitspraak van den paar denkenner Quadekker van ongeveer 50 jaar geleden. Verder wijst hjj even op het Prov. reglement voor de keuring van dekhengsten van 1818. gewijzigd in 1845 en ingetrokken in 1851, waardoor de fokkerij achteruit vloog. Hij behan delt ook de aanvraag van de landbouwers in de jaren 80 om subsidie. Toen de Z. L. Af. daarvoor f 2200 vroeg, was daar tegen ernstig bezwaar. Later werd de subsidie verhoogd tot f 1000 Tegen woordig is liet evenwel met de sub sidie van het rijk een droeve toe stand voor dezen belangrijken tak van het volksbestaan .zoodat per slot van rekening te kiezen valt tusschen stad en .platteland. Hij eindigt zijne rede met een vers van René de Clercq over iiet paard. De voorzitter der bondsvergadering, de heer Bom, bracht den heer Zonnevijlle hartelijk dank voor deze zeer boeiende, leerzame en belangrijke rede. VERSCHILLENDE BERICHTEN. -- Vrijdagmiddag heeft bij een buren- twist de 24-jarige arbeider L. te Oolt- gensplaat de 60-jarige vrouw van P. v. P zoodanig met een riek toegetakeld, dat zij ernstig gewond moest worden vervoerd O. a. bleek een pees in den arm te zijn afgesneden De dader, die zeer slecht bekend Staat, werd door de politie gearresteerd en na een lang ver hoor in verzekerde bewaring gesteld De timmerman li. V., te Steen- wijkerwold sneed bij het scheren een puistje op zijn gezicht open. Al spoedig zwol het geheele hoofd erg op. Op ad- ivies van den dokter zou de mau naar een ziekenhuis te Zwolle overgebracht worden, doch nog onderweg, ongeveer bij Staphorst, overleed hij aan de bloed vergiftiging. In Februari 1921 is te Straussberg bij Berlijn een autobus door drie gemas kerde roovers aangevallen. De reizigers moesten hun portefeuilles, geldbeurzen, horloges en sieraden werpen in een kof fer ,die de roovers bij zich hadden Te vergeefs zocht de politie de daders. Vier jaar later lag de vrouw van een der roovers op -sterven. Daar haai- huwelijk zeer ongelukkig was geweest, deelde zij aan de politie nog per brief mede wie (bij den aanval te Straussberg de hand in het spel hadden gehad. Daarop konden de daders spoedig worden gearresteerd. Een hunner bleek agent van de schupo te zijn geweest. Het drietal had zich gister voor de rechtbank van Berlijn te verant woorden. Daar het zich nog aan andere misdrijven had schuldig gemaakt, werd het tot 9, 6 en 5 jaar dwangarbeid ver oordeeld. Bij het bestijgen van de Haeusl- Herne is een zoon van een geneesheer uit Berchtesgaden door een groot rots blok ,dat plotseling losliet .getroffen en in de diepte geslingerd. Zijn begeleider een student uit Miin- chen hield hem echter aan het touw vast en kon hem, na 6 uur Jang aUerfljeit vergeefsche .pogingen in het werk te heb- gesteld, tenslotte, hoewel ernstig ge kneusd en bewusteloos, weer boven bren gen. Nabij Milaan is een ernstig vlieg ongeluk gebeurd. Een vliegtuig vloog zóó laag, dat het tegen een muur stortte. Door den schok, werd de motor zóódanig be schadigd ,dat het vliegtuig op de binnen plaats van het huis viêj waar net een paar kinderen aan het spelen waren. Door een toeval werd slechts een hunner gewond. De bestuurder en zijn begeleider werden op slag gedood. Door den val werd het benzine-reservoir vernield. De brandende benzine stroomde in een op de binnenplaats gelegen werkplaats die weldra in lichtelaaie stond. De eige naar van de werkplaats en een arbeider werden zwaar gewond De moeder en de broeder van den vlieger waren getuigen van het ongeval Te Cothen krabde de 18-jarige dochter van O. een puistje aau haar wang stuk, met het gevolg, dat zij bloedver giftiging kreeg. Zij werd naar Utrecht overgebracht, waar zij is overleden De 11-jarige zoon van een als badgast op Borneholm (Denemarken) verbl ij veilden Duitschen arts uit Berlijn is bij het zwemmen verdroukeu. Twee andere badgasten, een jonge Deensche dame en een heer, die den knaap wilden redden, kwamen zelf in de golven om. De dokter, die ook zijn zoon te hulp was gesneld, kon met moeite gered wor den. 't Is verloren moeite te trachten d,en rooker wijs te maken, dat er nog iets beters is. Hij blijft toch zeggen en terecht: Geef MIJ maar (Ingez. Med.) BUITENLAN D. VERDAGING EN VACANTlE. De Brusselsche medewerker van de Msb. meldt. Verdaging van de netelige vraagstukken en danbinnen enkele dagen met vacanliel Het vraagstuk van het begroo- tingsevenwicht, het groote financieele de bat en de nieuwe belastingen zijn ver daagd tot na de vacantie, vanwege „het beroep van den nieuwen Min. van Fi nanciën op hel geweten van de belas tingschuldigen", waarvan hij een paar honderd miljoen francs verwacht, bij uit blijven waarvan hij weer met de nieuwe belastingen op de proppen zal komen. Het vraagstuk van het vrouwenkies recht heeft de laatste dagen tol heel wat gedaas aanleiding gegeven. De „echt Bel gische" oplossing is ook hiervóór weer gevonden. De ministerraad heeft zich met de zaak bezig gehouden en men verwacht algjemeen, dal het vraagstuk, waarvoor Pouilet in bel begin des jaars geen af stand wou doen van den voorrang op de agenda, wat den val, of althans het heengaan van Theunis tengevolge van de Kamerontbinding, tengevolge had, thans nu Pouilet premier is verdaagd zal worden. Men moet echter nog afwachten of in het katholieke blok inderdaad alle, leden er zich aan houden zullen deze week, voor de vacantie. niet meer van het amendement inzake het vrouwenkiesrecht voor de provinciale raden te repen. Er is 'n derde netelig vraagstuk gere zen, dat echter van internen aard is, n.l. de verhooging van de vergoeding van de Kamerleden van 12.000 tot 15.000 franc, wffer de socialisten voor waren. De mi nisterraad heeft er zich mee beziggeh- liouden en de katholieke en zoogenaamde liberale ministers hebben als hun mee ning te kennen gegeven, dat een derge lijke verhooging alleen bij grondwetsher ziening mogelijk is. Ook deze zaak is dus van de baan, tenzij de Kamerleden toch het leven te duur en hun belooning "te gering mochten vinden, alle grondwette lijke bezwaren ten spijt. TOESTANDEN IN DE RERLIJNSCHE ARTSEN WERELD. De Maasbode ontleent aan hel „Berl. Tageblatt": Ergens in* het Westen van Berlijn bevindt zich een kleine Kueip, die van bijzondere beteekenis is. De her bergier is een oudere heer met een jo viaal karakter, waarin men oen vroe- geren corpsstudent herkent; de her bergierster, die haar stamgasten met bij zondere lieftalligheid bedient, is een dame van kóp tot teen. De oude gasten reiken het echtpaar de hand en betitelen den heer des hui zes als „Herr Doktor". Eigenaar van de inrichting is namelijk een gediplomeerd geneesheer, specialist voor maag- en darmziekten. Op een Iaat uur, fcoen weinige uitver korenen met den heer dies huizes een ge- zelligen kring vormden, vertelde de „Ilerr Doktor" waarom hij zijn acade misch beroep er aan gegeven had en de percussiehamer met het bierglas verwis selde. Het was in den inflatietijd. Hef in tien tallen jaren werkens bijeengegaarde ver mogen was waardeloos geworden. Een bloedverwant in Amerika zond het nood lijdende echtpaar eenige honderden dol lars en zoo ward de geneesheer herber gier. „En betreurt u deze beroepsverwis seling dan volstrekt niet, Herr Doktor?" werd hem gevraagd. De arts schudde lachend het hoofd. „De geneesheer van thans, mijn waarde, leeft van onbetaalde rekeningen. Hier verdien ik baar geld." Het antwoord slaat den spijker op den kop. De toestanden in het artsenberoep, vooral in Berlijn, zijn verschrikkelijk. De verhouding van de patiënten tegen over de geueesheeren is vaak diep be schamend. In den vooroorlogstijd gold de arts algemeen als een wei-gesitueerd man. Ilij zond jaarlijks zijn rekeningen aan zijn patiënten, en ontving vaak een half jaar later zijn geld. Maar hij was huisarts, bezat een kleiner of grooter vermogen en kon het volhouden. Thans is zijn vermogen verdwenen. Hij leeft, zooals de beoefenaars van alle andere zoogenaamd vrije beroepen, van de hand in de tand. Hel publiek echter kent dezen nood toestand niet. De rekening van den man, die vaak als levensredder, als bevrijder van ondragelijke smarten, als helper in groölen nood is opgetreden, wordt het allerlaatst betaald. Eerst betaalt men den" "kleermaker, de reis naar een had plaats, het verjaringsgeschenk voor zijn echtgenoote. Een jonge Berlijnschc arts, bijzon der begaafd, met een voortreffelijke praktijk, bewees mij aan de baud van zijn boeken, dat hij 3500 Mark le vor deren had, waartegenover 1200 Mark schuld stonden voor noodzakelijke in strumenten en medicamenten. Hij is niet in staat deze schuld te betalen, ofschoon men met inbeslagneming van zijn be zittingen dreigt, daar de patiënten niet betalen. Een van hen, wien hij reeds driemaal een rekening heeft gezonden het is en patiënt, wien hij door een chirurgischen ingreep het leven gered heeft zond hem uit één der duurste anode-bad plaatsen een aanzichtskaart met „harte lijke groeten" en de mcdedeeling, dal hij gelukkig was voor een maand van zijn schuldeischers ontvlucht te zijn. „En ik weet waarachtig niet, waarvan wij morgen moeten dineeren!" zeide de arts. „Waarom laat u de nalatige betalers dan niet vervolgen?" vroeg ik. „Wijl ik dan gevaar loop, mijn practijlc te verliezen", was het antwoord. Do nood der artsen is geweldig groot. In het afgeloopen jaar wendden zich niet minder dan 443 geneesheeren tot de art senkamer, met een verzoek om steun. Dit jaar zal het aantal aanvragen nog wel hooger zijn. In Berlijn leven meerdere artsen van meer dan S0 jaar, mannen, die in jte wetenschap een grooten naam hebben, die van -100 tot 150 Mark steun in drie maanden moeten rond komen. Niemand weet, dat de dochter van Rudolf Virchow, de vrouw van Robert Koch, van ondersteuning der stad Berlijn moeten leven. Niemand mag het weten, dat een der meest beroemde professoren, die lange jaren aan het hoofd van een universiteifs- instituut stond, zijn kolen en zijh aard appelen zelf uit den kelder naar zijn vijf verdiepingen hoog gelegen woning moet sleepen, ofschoon de man reeds meer dan 70 jaar oud is, dat' één der meest be kwame urologen op 75-jarigen leeftijd een kommervol bestaan leidt. Waarom schreien deze mannen hun 'ellende, hun bitterheid over den ondank der menschen niet tegenover de heele wereld uil? Waarom mag men hun na men niet noemen? Wijl him standsbe wustzijn hun boven alles gaat, wijl zij vreezen den wetenschappelijken naam, waarmee ze hun naam gesierd hebben, 'te bevlekken. Den jongeren gaat het niet heter. Wei nige dagen geleden werd een jonge vrou welijke arts, die als assistente-volontaire in een Beriijnsche inrichting werkzaam is, nog op het laatste oogenblik van een poging lot zelfmoord teruggehouden. Zij wilde zich het leven benemen, wijl zij niet genoeg meer bezat om haar schoe nen te laten repareeren en zulks, terwijl zij dagelijks den weg van Lichletloerg naar hel centrum der stad te voet moest afleggen. Oolc de geringe huur voor haar ellendig slaapkamertje kon zij niet meer betalen. In Berlijn leven artsen, die als stads- reizigers en loterijcollecteurs in hun onderhoud voorzien. De artsenkamer kan het geld dat noo dig zou zijn om de ellende althans in geringe mate te beteugelen, niet opbren gen. Zij streeft thans naar een oudei*- domsverzekering voor de artsen op wet telijke basis, om ten minste de nakome lingen der artsen voor de ellende te bewaren. In 1904 werden djeze strevingen door "den toenmaligen staatssecretaris Wer- muth verijdeld. Zij zullen thans weer hervat worden. De bevolking echter, die in licha- melijlcen nood en zielelïjden den arts als helper tot zich roept, moest toch vóór Jalles indachtig zijn. dat het haar heiligste plicht is, niet alleen zijn hulp in te roepen, maar den man der wetenschap ook in staat te stellen om te leven. HET BUREAU VAN EEN MODERNEN INQUISITEUR. (Van onzen Parijschen Correspondent). (Nadruk verboden. Parijs, 13 Juli. Er bestaat in Frankrijk, midden in Pa rijs, onder de gewelven van het Paleis van Justitie, een martel-kamer, voorzien van een verzameling folter-werktuigen, als zelfs Torquemada zich nooit heeft kunuen droomen. De groot-inquisiteur liij heet- Edmond Bayle en zijn ge leerde helpers-beulen bezitten machines, zoo verschrikkelijk volmaakt en verfijnd, dat ze kreten van bekentenis afpersen zelfs aan de levenlooze stof. De Haag- sche Gevangenpoort was hierbij verge leken, maar ketterij. In de Gevangen poort zetten men hem op een kruk, knelde zijn voeten tusschen een paar schroeven, Ik beu een_goed christen 1 jammerde de man. Draai de schroeven een streep aan! Bij de "tiende streep waren de voe len verbrijzeld en de ongelukkige mur melde zwakjes Ik ben een ketter! Hij leverde trouwens niet liet bewijs, dat hij er een was. Hierin schuilt de superioriteit van den heer Bgyle Men verdenkt van ketterij niet meer een mensch met zenuwen, van wien het begrijpelijk is Mat hij „ja" of „teeen" antwoordt alnaar t men dit weuschl, wanneer men hem kokend lood in de ooren giet... neen, men verdenkt van ketterij een ,,Bon de la Defense Na tionale" bijv. Uiterlijk is het een behoorlijk papier van tieu duizend francs, dat aan den blik van den leek slechts de meest geruststel lende kenleekenen biedt cener volmaakte orthoQOxie. Hel draagt de nummers, de handteekeningen, de data, de vignetten, de letters en de kleuren van een echten bon. De heer "'Bayle neemt den verdachte onder tl en arm, en zegt tot mij „Gaat u even mee?" Wij passeereu drie ver trekken, gevuld met de meest mdrukwep4- kende instrumenten, en komen ten slotte aan een donkere kamer. De inquisiteur wijst mij een soort tooverlantaren. Dit toestoel geeft mij licht van elke ge wenschte kleur; in den tijd van enkele seconden heb ik precies de nuance wel ke ik noodig heb. Deze kleurenproef is een van de eenvoudigste methodes van onderzoek en de meeste schuldigen door staan hem zonder blikken of bljogen. Een enkelen keer komt het niettemin nog wei eens voor, dat ze erin loqpen. Nog giste ren heb ik op deze manier een gemak kelijke bekentenis gekregen bij den ©er- sten oogopslag. Een andereu verdachte belichtend met rood licht, precies in denzelfden toon als liet rood van de ljjst, had ik deze lijst voor den j>lilc geheel weggewerkt. In mijn oog wordt dan liet rood wit, en zoo komen er op de echte stukken de woorden: „Trésor Public" te voorschijn geschreven in blauwe letter.** waai* de roode lijst overheen gedrukt is. Op het stuk dat ik gisteren onderzocht ontbrak dit onmisbaar kenteeken, en on middellijk wist ik dus met absolute ze kerheid, dat mijn verdachte een ketter was. Als u wilf, zullen wij nu qens de zelfde vraag voorleggen aan onzen nieu wen klant." Mijn gastheer maakt, met behulp van een combinatie van verschillend gekleur de glazen, precies dezelfde tint van rood op het projectiescherm als hel steen rood van het encadrement van den Bon de la Défense Nationale dien hij in zijn handen 'heeft. Hij behoeft niet lang te zoeken, want hij doet deze proef zoo dikwijls dat hij reeds om zoo te zeggen met dichte oqgen weet welke lenzen hij,' noodig lieeft. Dan houdt hij het stuk in dat licht. De lijst is verdwenen en wij lezen, ditmaal de woorden- ^.Trésor Pu blic", duidelijk zichtbaar in blauwe inkt De verdachte heeft nog niet bekend. Ny. krijgen we.den tweeden proef: den ultravioletten lichtstraal. Wij wenden ons tot een andere lan taren. Ik maak "hém niet open, zegt de heer Bayle me, want als u-zonder bril in de lichtbron keek, zoudt u onmid dellijk blind zijn voor heel de rest van uw leven.... U kunt den lichtstraal be dijken door deze speciale bril., die hel go wone licht niet doorlaat en alleen maar het ultra-violette licht. Bekijk uw han den eens Door de bril jgezien, stralen mijn han den licht uit^ pen mooi geel licht; mijn nagels zijn als gaten van fosforus en ik zie enkele matte vleklkfen tscherp af- geteekend op den wijsvinger en den mid delsten vinger. Dit laatste bewijst, dat 'ik vrij vaak sigaretten rook. Kijk eens naar-mijn tauden. .Mijn metgezel heeft een mond om bang van te worden; den mond van een levenden 'duivel! Elk zijner landen is een klein groen vlammetje! Hoe zal onze Bon de la Défense Na tionale zich houden in het licht van dit diabolische toestel? In spanning zie ik toe. Om te beginnen zie ik het stempel van den vervaldag: 20 Décembre 1920, dof worden en lyjna verdwijnen. De inkt 'waarmee het gedrukt is, is vet èn fluo resceert niet onder de ultra-violette licht stralen. Doch dit verschijnsel is zon der belang voor den inquisiteur. Hij grijnst opnieuw met zijn vurige tanden en wijst met zijn licht-uitstralenden wijs vinger naar het rechthoekje, dat op den Bon bestemd is om er met de hand den datum van uitbetaling in te schrijven. Tot dusver hadden we daar gelezen: 27.1.21. Thans zien we onder dezen da tum een anderen verschijnen- 25 aout 1920. De vervalscher had dezen datum uitgewiseht, maar liet chemische product waarvan hij zich bediende om hem te doen verdwijnen heeft te zamen met de inkt een combinatie gevormd welke ge voelig is voor het ultra-violette licht en vormt thans vurige letters. Dat ïs de bekentenis. De levenlooze stof, op de pijnbank gelegd, schreeuwt 'ben een ketter!" En levert tegelijk liet onloocheubaar bewijs ervan. Een pak Bons, tot een waarde van een miilioen, waren gestolen uit <le brandkast vau een postkantoor De d\p- ven hadden met de liaud erop geschreven datums weggewasschen, en ze voor een tweeden keer ter betaling aangeboden.. Eindelijk straalt liet goede wnte licht weer aan het plafond. Jk bekijk het do- kument, tuur scherp en van dichtby op hel vierkantje, waarin ik zooeven de be kentenis stralen zag. Niels bizonders is eraan te zien.... geen spoor van de woor den welke we er daareven lazen. De on schuld is niet alRjd blank; in dit geval is zij ultra violet. De voornaamste schuldige ïs nu ont maskerd. Maar misschien neeft hij een medeplichtige gehad. Ook dat wil die lieer Bayle eens even nakijken, en hij neemt uit eeu dossier een klem stukje rose papier met witte cliloorvlekjes erop. De beul maakt zich gereed eeu stukje vloei papier op de foitertafel te leggen Degèen bij wien aan huis de vervalsch- le Bon is gevonden had een vriend, dien hjj herhaalde en langdurige bezoeken bracht. Terecht of ten onrechte ver denkt men dezen vriend ervan, te heb ben geholpen bij devervalsching. Van zijn schrijftafel werden daarom enkele, stukjes vloeipapier meegenomen, en de groote vraag is nu deze Is dit vloei papier iu aanraking geweest met den vervalschteu Bon? De heer Bayle moet daartoe aantoo- neu, ,dat beide stukken papier: de Bon zoowei ais liet vloei aangeraakt zijn ge worden niet alleen door eeu zelfde vlgei- stof, maar door een vloeistof... uit het zelfde fleschje. Hij stelt daartoe een eiectro-chemiscli onderzoek in. Hij legt iai een heel klein hadkuipje een rondje gekuipt uit het stukje vloei en in een ander dergelijk bad een rondje van de zelfde vorm en afmeting geknipt uit den vervalschten Bon. Daarop meet hij den electrischen weerstand der twee vloei stoffen welke hij aldus verkrijgt. Dank zij deze methode waarmee lot een tien duizendste van een miligram gewogen kan worden, slaagt hij erin het bestaan van alkali-hypocliloryt aan te tooien in elk van de beide oplossingen. Het feit zelf had ook kunnen worden aange toond door een chemische analyse maar in hel electro-cheniische bad kan men de hoeveelheid wegen, gelijk gezegd nauwkeurig tot op 1/10 000 milligram, eu aangezien er in beide baden precies dezelfde hoeveelheid blijkt te zitten, is liet bewijs geleverd, niet alleen dat de .vervalschte Bon en het bij Men vriend van den vervalscher in beslag genomen vloeipapier in aanraking zijn geweest met chloor maar met chloor uit het zelfde fleschje. Het vloeipapier beeft zijn medeplichtigheid bekend. In de voorkamer wachten andere ver dachten: een bijl, stukjes katoen en een paar stof-pluisjes. Het is een guillotine- kwestie, een ernstige misdaad. Is de bijl schuldig aan den moord? Zullen de vod jes katoen, de stof-korreltjes hun ge heim pnthullen?..-.. Morgen verschijnen ze voor den ^groot-inquisiteur, zullen ze op de pijnbank worden gelegd en onder worpen aan honderd folteringen; beken tenissen, bewijzen of kreten van onschuld zullen hun worden ontrukt Het kabinet van den heer Bayle, aan de Seine, onder het Paleis van Justitie heeft al heel wat aan het licht gebracht en dagelijks worden er misdadigers ont maskerd en him schuld en schuldigheid aangetoond op de wonderbaarlijkste wij ze. LEO FAUST. GEVONDEN VOORWERPEN. Als zoodanig zijn aangegeven de na volgende voorwerpen, welke terug te bekomen zijn a. Op het Politiebureau: Port. met inh., Kindertaschje met inh. Rolcvlinder, Huissleutel, een Das, Lees boek getiteld. ,de Pleegvader," Bril met een glas. Lederen ceintuur, "Ceintuur, Sleutel, Gedeelte van een belaslingpl., soort dolkmes, Potlood. b. Bij particulieren: Boerinne doekje, J. Schipper, Bastion N 58, Huissleutel, N. de Jonge, Bagijn- hofstr. E 172. Lederen étui van polshor loge, P. Visser ,Lombardstr. C 54, Baby mutsje, Gillissen, Bozenstr. Wi 244. Een milts, W Bostelaar, .Tasmijnstr. W 139. Zilv. theelepeltje, L. Hubreclitse, Singel straat N 195. Sleutel van een melkbus, Vreeke, Seisweg, B 172 Alpaca beursje, Reijers, L. Viele K 386. 2 duiven (meeuwtjes). Rozenmond, Gravenstr. I 199. Port. met inh., Jac. v. df. Sloot, .Tulianastr. W 3. Zwempak, handdoek, kam enz., J. de Poorte, Walhelminastr. Wi 79. Alpaca étui met inh., J. Klerk. K. Noordslr. I. 106. Zwempak en handdoek, B. Buijs, Zusterstr'. I 71. Zilv. Afanchet- lcnoop, Mesu, Achtersingel Q 128. Paar* Kinderschoentjes, Schuilwerve, Segeers- weg V 78. Port, met inh., J. Peene, N. Oosterschestr. N 70. Zilv. Kinderarm bandje, Boone, Karelsgang T 13. Duif, Poortvliet, Seisweg, R 146. Port. met inh., A. Minet, Beenhouwerssingel IC 70 Een pet J. Behage, Puntpoortstr. Q 205a. Goud ringetje, J. Jongepier, Nederstr. O 202. Pal<je inh. 2 borstrokjes'., P. Moor mam Dwarsstr. T 9. Inlichtingen te bekomen aan het Bu reau van politie alleen des Zaterdags tusschen. 7 eicu 8 uur namiddag Electrische Drukkerij G. W. den Boe?, Middelburg.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1925 | | pagina 6