FEUILLETON. ONTVOERD 56 den eelen E) ten W. 8 IJ VOEGSEL SSAN DE 'ES» 1 Dinsdag 24 Febr. 1925, No. 46. loonen), en bovendien kan liet voor ons en voor alle bezoekers slechts winste zijn, wanneer op de dan te houden kunst tentoonstellingen ook andere landen met l:e! beste komen, wat zij op kunstgebied kunnen geven. De uitwerking zal slechts te sterker zijn, naarmate ieder land zich tot het allerbeste moet beperken. Voor dat onderdeel voelen we meer dan voor de sportwedstrijden, wier nut voor de sport in het algemeen nog vra gen doen rijzen. En dus zeggen we laten de Staten Generaal die viermaal 2% ton toeslaan. Dat kan er nog wel af, en wat meer be kendheid van ons land in andjere lan den bij andere volken, kan zeker geen kwaad. EEN MILLIOEN VOOR DE OLYMPISCHE SPELEN. We vermoeden dat van dc volwassen Nederlanders er zeker eenige millioenen volkomen onberoerd zouden zijn geble ven, wanneer de eerstvolgende beurt voor de vijfjarige Olympische Spelen niét aan Nederland ware toegewezen. En één millioen uil de openbare kas voor dat doel, klinkt onaangenaam in een lijd, waarin de ambtenaren adergelaten wor den, en allerlei nuttige dingen uit zuinig heid moeten worden nagelaten. Maarhet is een zaak van natio nale eer geworden, zoo betoogt de regee ring, Eigenlijk is hel dal geworden, toen de voorloopige toewijzing aan ons land van de eer om de Olympische spelen in 1928 hier te krijgen, aanvaard werd door de Nederlandsche vertegenwoordigers. Die zullen dat wel niet op eigen houtje hebben gedaan. Maar heeft toen de re geering al een rekensommetje gemaakt? In ieder geval zitten we nu daar nog al stevig aan vast. Als Nederland nu wei gerde zouden we een onbehaaglijk figuur maken en voorbereid kunnen zijn op een hoon in het buitenland, die vertaald kan werden met krenterige krentenweger Landen, die veel meer door cjjbn oorlog geleder, hebben, zooals Frankrijk en Del gichebben wèl de noodige gelden toege staan. .Moet Nederland dan zeggen, dat hel er geen geld voor heeft? Zonder ook maar eenig enthousiasme voorzien we dat dit voorstel zal moe ten worden aangenomen. We erkennen, dat er ook iets tegenover staal. Dat de dan te houden wedstrijden van sportlui van de geheele wereld méér zullen bijdragen lot bevordering der sport dan de nu reeds geregeld plaats hebbende- internationale wedstrijden, dat is iels waarvan de sportlui misschien be ter begrip hebben dan wij. Ook de bcteeU kenN van deze spelen als ideëele winst voor de toenadering der volkeren, ons niet heel duidelijk- Er wordt zoo vaak gekibbeld bij die wedstrijden. Maar we erkennen, dat er moreele en ook malerieele wiust zit in liet feit dat in die weken een groote stroom vreemdelingen naar ons land zal trek ken. Een malerieele winst als de belang stelling even groot blijft als ze eerst was, De jongste spelen in Parijs hebben een groote teleurstelling voor dc belangheb benden opgeleverd in materieel opzicht. Enfin, laten we 2i/2 ton per jaar ge durende vier uilgeven. Dal is nu ook niet zoo verschrikkelijk voel op een slants- begrooting van totaal 740 millioen. Maar dan hopen we één ding: De regeering legt er in haar toelich ting den nadruk op, dat d,eze spelen niet slechts de sport betreffen. Er is een kunslafdeeling aan vast gehaakt, die steeds grootere verhoudingen aannam, en die tol resultaat had dat de landen eikaars kunst heter leerden begrijpen Vooral in Parijs was die kunst zeker niet hel minst belangrijke onderdeel. Onze hoop is nu, dat bij de voorberei ding dier Olympiade In ons 'land hij zonderc aandacht aan die afdeeling zal worden gewijd. Wij zelf hebben op dal gebied iets merkwaardigs en eigenaar digs te laten zien (méér dan wij op die Spelen op Sportgebied vermochten te RO B ER® LOUIS STEVENSON. Geautoriseerde vertaling van J. C. L. B. PET. 47). Maar je hebt ongetwijfeld gelijk, dat je aan hem gehecht bent, want hij is ook aan jou gehecht. Hij was je trouw ka meraad, en 'niet minder, paribus curis vestigia figil, want ik geloof, dal jullie beiden hard over de galg dachten. Wel wel, deze dagen zijn gelukkig voorbij, en ik denk, dat je menschelykerwijze gesproken nu aan het eind van je ellen de bent." En terwijl hij zoo moraliseerde over mijn avonturen, keek hij mij aan met zooveel humor en welwillendheid, dat ik nauwelijks mijn voldoening kon ver bergen. Ik had zóó lang gezworven lusschen buiten de wet geplaatsten en geslapen op de heuvels, onder den blooten he mel, dat het een heele vooruitgang was, weer eens in een schoon, gemeubeld huis le zitten en vriendelijk te praten met een lieer in fijn zwart laken. En juist, toen ik dat bedacht viel mijn blik op mijn outoouhare lompen en BINNENLAND. DE PRINSES. rinses Juliana heeft Zaterdagmiddag in gezelschap van Jonlcvr. v <1 Poll per auto een bezoek gebrachl aan de Blocmendaalsche school ,,ITel Kopje". Op den terugweg wérd een loer ge maakt door Haarlem. In een ander bericht lezen wé dat «le Prinses Ihans fietsen leert, HANDENARBEID In ons nummer van Donderclag j 1. kondigden wij aan eenigszins uitvoerig te zullen terugkomen op de rede door den heer J Vreeken uitgesproken voor de Vereeniging voor Huisvrouwen over „Handenarbeid' aan welke loeze.gginf wij thans willen voldoen. Na er op gewezen te hebben, dat er op het gebied der opvoeding van liet kind te weinig uilwsselng van gedachten tusschen man en «touw wordt gezocht, kwam spr. lot de vraag wal Handenar beid is. Spr. verstaat daar niet onder liet wer ken door een timmerman, smid, of an dere vakman, evenmin het maken van een handwerkje door meisjes of van een of ander Voorwerp bijv. uit een sigaren kistje door een jongen in hun vrijen lijd, maar hij bedoelt, dal een jongen of meisje na geestelijk eenige uren inge spannen werkzaam te zijn geweest oiid« deskundige leiding <?enig voorwerp van hout, karton, klei, dun metaal, raffia, piti'iet e. d. maakt. Dit voorwerp voldoet aan bepaalde eischen vjafn maat, vorm afwerking, in overeenstemming met zijn of haar leeftijd en vermogen t is en blijft kinderwerk. Deze kinderen .ver richten Handenarbeid. Terwijl voor den arbeider iiet alge- leverde werkstuk alleen beleekenl finan- cieele bate, is voor den beoefenaar van huisvlijt hel doel niet zijn tijd in geld om le zetten, maar hel voorwerp is hem lief geworden om de zorg, dc volharding aan zijn werkstuk Besteed om den groei van zijn kunnen, om hel belangstellende medeleven van zijn Iiuisgenooten, om de knusse gezelligheid, welke rondom hem ïieersclite. Wanneer men een kind zet aan dc methodische beoefening van den Handen arbeid dan is dat niet om iu 'l verschot lachend geldelijk voordeel. Ook niet <>m de vervulling van vrijen lijd mol aange name» arbeid en als tegengif van den lediggang maai- opdat oog en hand onder de heerschappij van den wil zullen wor den gebracht; opdat zuinigheid, orde. netheid en bedachtzaamheid hem lol een tweede natuur zullen worden; opdat ken nis van lijnen, vlakken en meetkundige lichamen langs den weg der ervaring zal worden opgedaan; opdat hel kind or- langc voor zoover dat in onze onvol maakte samenleving mogelijk is, een op voeding, in overeenstemming met zijn bestemming, een harmonische op voeding. Aan deze bedoelingen van spre ker ligt een opvoedkundig plan ten grondslag, een paedagogisch streven, dat schaamde ik mij weer. Maar de advo caat zag dat en begreep me. Hij stond op, riep over de trap, voor een persoon meer le dekken, en bracht me naar een slaapkamer op de, bovenste Verdieping. Hier zette hij water en zeep en een kam voor me klaar, legde een stel klee- ren van zijn zoon uit en liet me met nog een toepasselijk citaat alleen voor mijn toilet. HOOFDSTUK XXVIII. Ik ga op onderzoek naar mijn erfenis. Ik veranderde mijn uiterlijk zooveel ik kon en toen ik in den spiegel keek, zag ik met blijdschap, dat de bedelaar een ding van het verleden was en David Balfour weer in hel leven was geroe pen. En toch schaamde ik mij over de verandering en bovenal over de leende kleereu, Toen ik klaar was, trof ik mr. Ranheillor op de trap, die mij zijn compliment maakte en me ween naar hel kabinet bracht. „Ga zitten mr, David", zei hij, „en laat me. nu je weer een beeljc jezelf boni, probeeren jc wat nieuws te vertel len Je verbaast je ongetwijfeld over je vader en je oom? Het is een wonder lijke geschiedenis en het spijt me, dat ik je de uitlegging moet geven, want", zei hij, werkelijk verlegen, „dc zaak draait om een liefdesgeschiedenis." „Op mijn woord", zei ik, „dat kan ik me bijna niet voorstellen van mijn oom." „Maar mr. David, je oom was niet zich als doel stelt de vervolmaking van hel heerlijkst goed, dal de Schepper man en vrouw vermaakte hot kin<! Spr. erkent dat in zijn desiderata het weten slechts een ondergeschikte plaat» in neemt, maar hij la ebt het ook een vloek van onzen lijd, dat men d<> kin deren volpropt met allerlei kennis, on? dal zij door den rijstenbrijberg van talen, wiskunde enz. heen moeten dit alles om dat het "kind zoo gauw mogelijk zal gaan verdienen en om hel' zelfstandig le maken in financieel opzicht. Nu ontkent spr. niet, dat men do dingen moet nemen zoo zc zijn, maar hel is zeer onverstan dig niet te streven naar verbetering van het bestaande, als dat bestaande ons niet voldoet. Waarom verzet men zich niet j tegen de eenzijdigheid der leerplans op welhaast alle scholen in Nederland. Heeft een mensch dan geen anderen dan in- telleclueelen aanleg? Wat komt er te recht van de vorming van den aestheti- schen smaak? Of heteekent dat soms niets? Dal de jongelui zich zoo intens wijden aan sport is een natuurlijke re actie op de eenzijdig geestelijke cultuur en als die sport tot excessen ontaardt en de studie gaal schaden aan wie dan dc schuld? Dit is aan hel stelsel, «lat alleen aanstuurt op ontwikkeling naar eene kant, naar de zijde van hel weten. De laatste twee eeuwen is er herhaal delijk voor gewaarschuwd, dal hel hui dige onderwijsstelsel als opvoedingssy steem onmogelijk kan bevredigen, en toch in plaats van op hel aantal kennisvak ken te besnoeien, hebben verschillende wetgevingen dat aantal nog uitgebreid, waarbij spr. o. a wijst op hel z i. ten deze ongelukkige jaar 1857. En toch, men moet niet alleen opvoeden een ziel, niet alleen een lichaam, maar een mensch. De hedendaagsche school maakt zich schuldig aan geestesoverlading en het kind is de dupe van de nalatigheid der opvoeding ten aanzien des lichaams Er is in ons onderwijssysteem geen' plaats voor gezamenlijk en gelijkmatig lciaen van ziel en lichaam Het gymnas tiekonderwijs moet zeker worden uitge breid, doch ait is niet voldoende, daar door dc gymnastiek we] de gi-ootcre spieren van romp en ledematen geoefend en gestaald worden, maar niet de han den, volgens Ilerbarl s m enschen vooi-- naamsle werktuigen, die van werken aan werktuigen eer na- dan voordeel le wach ten hebben Wie harmonische ontwik keling van den jongen mensch wil, moet niet alleen den geest, maar ook zijn li chaam harmonisch ontwikkelen. Het ge- ihcelc lichaam, dus ook de hand. Dc voor standers van een opzettelijke oefening der hand zien de gebreken van de uit sluitend intellectueclc schoolsche ont wikkeling in en schromen niet, dal te zeggen. Ilun doel is cellier veeleer te waardeeren dan le kleineeren Zij staan de lichamelijke oefening, ook door spel en sport voor, maar doelmatig geleid lot sterking van hel organisme, lot ge wen schle afwisseling, tot saneering niet hel minst van dc ziel, aan wellce het le ven zulke groole eischen stolt opdat het noodzakelijk welen worde mogelijk ge maakt. „Nalura Artis Magislra" Natuur de Leermeesteres der Kunsten verdient een plaats hoven elke schooldeur, moest gegrifd zijn in ieders geest. Ware dal zoo, dan zou dc school niet langer de duidelijk zich uitsprekende neiging van het kind negeeren. Hot kind en de uitin gen van zijn innerlijk leven moge het voorwerp van veler gezette studie zijn geweest, wc slaan nog maar aan het begin van oen periode, welke de ver vulling moet brengen van wat zich als noodzakelijk manifesteerde. Men moet zich afvragen «val leert ons het kind, hoedanig is zijn aanleg, waarheen gaan zijn neigingen? Wal zegt ons de na tuur? En dan moet men zich daarnaar richten. Spr. «vees er vervolgens op, dal Han denarbeid ook een uitmuntend tuchtmid del is, en vraagt dan waai' te Middelburg de ouders blijven, die «-oor hunne kinde ren, die R. B. S H. S. of Gymnasium! bezoeken, de stelselmatige beoefening «•an den Handenarbeid «'erlangen. Men mag zich daarbij niet laten leiden door onwil der kinderen zel«re, geboren uit onkunde, maar door zijn eigen redelijke o «-er wegingen. Nog steeds blijft „ledig heid des duivels oorkussen." Spr. bezag «'er«-olgens een andere zijde van de zaak in kwestie. Het valt z niet te ontkennen, dat de arbeid der han den in het algemeen niet e«'en hoog wordt aangeslagen als die «'an den geest, en het ge«'olg is jalouzie, wangunst, enz. De arbeider kan zich «vellicht niet zoo hoog op«verkcn. dat hij anderer geestes arbeid op den juisten prijs weet te laxee- ren, hel omgekeerde kan \«'el gebeuren Hij, die met geestesarbeid in zijn onder- houd^A'oorzict, kan zich door het aan- leeren van een "bepaalden lichamelijker! ai-beid een «oorslclling maken van de «vaarde \rau dien arbeid in liet algemeen. Wanneer alle «verkgevers in bun jeugd als leerling, lïall'was en gezel hadden ge arbeid, zooals dal in vroeger eeuwenge- sclhecute, dan zonden zij op de juiste «vijze hun werknemers kunnen «vaardee ren en omgekeerd zouden dc werkne mers in hun eischen worden geremd, door de overweging, «lat de baas ,..'an wanten weet". Door het verrichten van lichamelijken arbeid leert men achting krijgen voor dien arbeid en de kinderen- worden behoed voor eenzijdig oordeeleu. Dil kan ««orden bereikt door invoering «•an handenarbeid Slöyd) op de lagere scholen «mi op de inrichtingen «'oor 'voortgezet onderwijs. Na ern paar aanhor iingen van ingenieur Tutein Noifhcnius- en van Rousseau, die duidelijk hel «er- keerde van laag neer zien op hnndcuar- beid aantoonden, wijst spr. er op hoe bel beoefenen van slöyd, de mannen handig maakt en hun in staat stelt verschillen de huilioudelijke werkzaamheden te ver richten, -«val zeker ook «vel zonder slöyd kan, maar slöyd zou dit algemeen ma ken. Spr. kan zich niet hegrijpen, «lat de voorstanders van huisvlijt al niet lang krachtiger hebben gegrepen naar him ideaal, door de beweging voor die iuvoc- ring van den handenarbeid op dp scholen te steunen. Spr. cilecrl dan uil een rede «•an den lieer W. Jansen, destijds dis trictsschoolopziener le Middelburg ge houden in 1907 o«'er „De ethische betee- kenis van den Handenarbeid", «vaarin deze o a zeide. jtol '1(d evenwicht tus schen ons kennen en ons kunnen moet «vorden hersteld. Ons denken moet dpn- kend handelen, ons handelen handelend denken zijn De heer Vreeken zegt, dal dat den kend handelen, is denkend, «verken met de hand, dat handelend denken niet le verwerken is laugs den «veg van onthou ding van den arbeid iljer handen. Dat «vorcll verkregen door methodisch uitge voerde oefeningen met ïïe hand. "mis schien niet alleen, maar tqch zeker ook door handenarbeid. Als er moeders zijn. die bang zijn cioor te ijveren «-oor han denarbeid le veel van hun kind te zuL ten vergen, dan kan spr. die geruststel len, want op reeds vele scholen heeft men de beslissende slap gedaan én ner gens «vordl die slap betreurd, die scho len komen ten opzichte der gewone vak ken «'olslrekl niet bij anderén ten ach ter, waarbij spr. wijst op de rijksleer school alhier. Dat er onderwijzers zijn die te kortzichtig en rraag van geest zijn om zoo iets aan le pakken, is geen rede, liever «vijst spr. er op. dal mi nister .De Visser hij de wet van 1920 handenarbeid onder «Ie leervakken dei- lagere school heeft opgenomen. Zeker hel geldelijk bez«vaar geldt in dezen tijd, zeer, maar spr. verzet zich tegen bezuini gingen, die schadelijk zijn voor ons volk. Voor alles gaal bij hem de verplichting, van de gemeenschap om het onderwijs zoo goed mogelijk le maken. Met hel uit spreken, dat hij overtuigd is niet Alle toehoorsters tot voorstandsters te hebben gemaakt, maar dat hij reeds tevreden is als meerdere ernstig over dit vraag stuk zullen gaan nadenken, eindigde spr. Op de rede «'olgden enkele vragen uit de vergadering, die door spr. beantwoord werden en waaruit bleek, dal hij reeds belangstelling had ge«vekt, die «vellicht het begin zal kunnen zijn voor een her nieuwd*? jjoging in de door spr. verde digde richting. KUNST EN WETENSCHAPPEN. •altijd oud", antwoordde de ad«*ocaat, „en «vat je misschien meer verwondert, niet altijd leelijk. Hij Jiad een mooi, hoofsch uiterlijk, de menschen ble«-en staan om hem na te kijken, als hij op zijn vurig paard voorbij kwam. Ik heb het met mijn eigen oogen gezien en ik beken het rond uit, niet altijd zonder afgunst, want ik was zelf een eenvoudige jongen en de zoon «'an ecu een«'oudig man, en in die dagen «vas het een ge «'al «Tan Odi te, qui bellus es, Sabelle." „Hel klinkt als een droom", zei ik. „Ja, ja", zei de ad«'ocaat, „zoo is het als je jong bent of oud. Dat was nog niet alles, maar hij had een geestdrift, die groole dingen scheen te bekwen voor de toekomst. Liep hij in 1715 niet weg om zich aan dc zijde van de opstan delingen te scharen? Hel was jou«v vader, die hein achtervolgde, in een sloot vond en hem multum gemeulem terug bracht, tol vreugde «ran de heele streek. 'Echter, majora canamus, de twee jongens «ver den verliefd en «vel op hetzelfde meisje. Mr. Ebenezer. die de bewonderde en dc beminde en de ver«veude «vas, achtte zich zonder twijfel zeker van de over winning, en toen hij ontdekte, dat hij zich «'ergist had, schreeu«vde hij moord en brand. Het heele land liooi'de ervan, nu eens lag hij ziek thuis, mei zijn dwaze familie huilend om hel bed, dan reed hij van dc eene herberg naai- de an dere en schreeuwde zijn «'erdriet in de ooren van Jan en alleman. Je vader, mr. David, «vas een beste kerel, maar zwak, Ter herinnering aan het feit, dat vóór 850 jaren de beroemde Hugo de Oroot zijn wereldvermaard werk „De jure belli ac pacis" (Over het recht van oorlog en vrede) deed verschijnen, zal, op uilnoodiging der afdeeling Middel- b u r g van de Vereeniging voor Volken bond en Vrede, prof. jhr. mr dr Wi.' .T. M. «'an Eysinga, hoogleeraar in bet Vol kenrecht aan dc Lcidschc Universiteit, Dinsdag 7 April in de koine Concertzaal een rede houden, getiteld „Huig de Groot". treurig zwak, hij zette een lang gezicht bij al die d«vaashcid en op een goeden dag, denk even na, stond hij de dame 'af. Maar zij was niet gek, van haar moet je je goede verstand hebben geërfd en ze weigerde van den een naar den an der gegooid te «vorden. Beiden lagen „op hun knieën \'oor haar en het eind van de zaak «vas voorloopig, dat ze lxun beiden de deur «vees. Dat ««-as in Augus tus, goede genade,, hetzelfde jaar, dat ik «•an de universiteit kwam. Hel moet een hoogst vermakelijke scène zijn geweest." Ik vond zelf ook, dat het een gekke geschiedenis «vas, maar ik kon niet «'er- gelen, dat mijn vader erin heirokken was geweest, „Maar er was toch ook iets tragisch in", zei ïk. „Wel neen, meneer, hcelemaal niet", anhvoordde de ad«rocaal, „want hel tra gische vereischt iets gewichtigs, eenige dignus vindice iiodus, en dit alles ging om de humeurigheid van een jongen ezel, die verwend was en nergens meer behoefte aan had, dan aan een flink pak slaag. Maar, dal «vas niet de opinie «-an je vader en hel eind. «vas, dat nu cxra- cessie op concessie «*an den kant ^an je vader en de eene uiting vaii hui lerige, sentiinenlecle zelfzucht na de an dere «-an den kant van je oom, ze tot een soort besluit k«vameu, «vaarvan jij de onaangename ge«'olgen hebt onder- «•onden. De een nam de dame, de ander het landgoed. Nu «vordl er «'eel o«'er liefdadigheid en edelmoedigheid gepraat, mr David, maar ik geloof, dat het in VERKEERSWEZEN, POST EN TELEGRAFIE. D o r u s R ij k c r s-b r iefk a a r t Do Doms Rijkers-briefkaart zal a.s. Woensdag verschijnen. Het is, zooals reeds gemeld is, de gewone rijksbrief kaart van 7\ cent ««elke «'oor 5 cent verkrijgbaar zal zijn hij hockverkoopers, niet aan de postkantoren Het verschil in prijs wordt «-oor het Dorus Rijkers fonds meer dan gedekt door de op de adreszijde \'an de kaart aangebrachte re clame RECHTZAKEN. Onbevoegd uitoefenen van de leiding van een a pot li eek. Zooals wij reeds gisteren niet een en kel woord onder Nagekomen Berichten hebben gemeld, «verd gisteren voor liet Kantongerecht le Goes behandeld de zaak tegen den 23-jarigen A. C. v. d. R. aldaar, die terecht stond ter zake dat- hij in de maanden Januari en Februari 1925. althans op 6 Februari '1925, des namiddags ten plus minuli 2 uur in de ge meente Goes als apotheker-assistent (hulp apotheker) in de apotheek van de firma A 0. «'an de Rest, gelegen Groote Markt 9, anders dan onder toezicht van een apotheker of van een geneeskundige, bevoegd tol liet leveren van geneesmid delen, werkzaam is ge«vccst De kantonrechter, mr. O. Lucasse, be gon met ondervragen van bekldie zeide, dat dc provisor, mevrouw Snijders-Peters te Goes gedomicilieerd is, .waarop de kantonrechter opmerkte, dat zij toch wel bij haar man tc Fijnaart zal \«-onen en vroeg Jiij of mevrouw geregeld te Goes in de apotheek bomt, bij«'. een paar uur op den dag. Bekl. geeft toe dat dit niet het geval is, dat de provisor builen Goes woont, maar dit alles aan den inspecteur bekend is. Deze inspecteur, A. H. van de Vel de, als eerste getuige, levens deskun dige, gehoord, zegt, dal een apotheker kennis geeft als hij. of in dit ge«fal z<ij, een apotheek wcnscht te vestigen en daarbij de namen opgeeft van de assis tenten, die er werkzaam zijn. De bedoe- is we], dat de apotheker in de nabijheid van de apotheek woont De grondstoffen moeten gecontroleerd ««-orden om de deugdelijkheid er van te onderzoeken. Beklaagde zegt dal de inspecteur de apotheek heeft bezocht en goed be vonden, dal ook mevrouw Snijders kwam en eveneens alles in orde bevond. Getuige zegt, dat het niet tot zijn taak behoort do apotheek te controlee- ren. Hij heeft bekl. gevraagd, waar me vrouw Snijders woonde en kreeg ten ant woord te Goes De kantonrechter vraagt of bekl. zoo iets maar voetstoots aanneemt zon der verder onderzoek. Getuige zegt, dal hij alleen een na- dergelijke betwistbare toestanden altijd het beste is, ook voor de toekomst, als dc man zijn advocaat raadpleegt, en alles neemt, «vat de «vet hem toestaat In ieder ge«'al bracht deze Don Quichot- teric van je vader die op zichzelf al onrechtvaardig «vas, een heele sl«?ep on rechtvaardigheden mee. Jc vader en moeder leefden en stierven als arme lieden, je werd in armoede opgevoed en bovendien, welk een tijd is het voor de pachters van het landgoed Shaws ge weest. En ik zou daaraan kunnen toe- «'ocgen, als het een zaak «vas, die me veel kon schelen, wat een tijd «'oor mr. Ebenezer." „Maar «vat ik hel wonderlijkst van alles vindt" zei ik, „is dat iemands ka rakter zoo kan veranderen." „Ja", zei mr. Ranheillor, „en toch geloof ik, dat 't heel natuurlijk «vas. Hij kon niet meenen, dat hij een mooie rol had gespeeld. Degenen, die de ge schiedenis kenden, lieten hem links lig gen, anderen, die haar niet kenden en een broer zagen verdwijnen, praatten van moord, zoodal hij door iedpreen ge meden werd. Geld «vas alles «vat hij door de zaak kreeg, wel tenslotte dacht hij aan niets anders dan geld. Hij «vas zelfzuchtig, toen hij jong was, hij is zelfzuchtig nu hij oud is en hoever die eigenschap kan gaan heb 'je zelf on dervonden." - (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1925 | | pagina 5