Zaterdag 1 November 1924 De Kluizenaar van Far-End Hfy fygpgm Ret 009 ,/DU|gW iéde*e®kpéeftb* lïïaiaeria' v a es i a. Tmmmumr No. 2S9. 167' Jaargang. MIDDELBUR 0OURINT. Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. EERSTE BLAD. Abonnementsprijs per kwar- laal: op de buitenwegen om Middelburg, en voor de andere gemeenten p. post f2,50; voor Middelburg en agentschap Vlis- ilagen f2.30; weekabonnementen in Middelburg 18 cent per week, Advertentiên worden berekend per regel plaatsruimte, met inbegrip van omranding. Gewone adverfcntiën: 30 cent per regel. Ingezonden Mededeelin- 3 n 50 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen: van 1—7 regels f2.10, elke regel meer 30 cent. Kleine advertentiên niet frooter dan vijf regels druks en waarbij Sb aangegeven dat zij in deze rubriek moeten geplaatst worden, 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiên onder brieven of bevra gen bureau dezer courant 10 cent extra. Bewijsnummer 5 cent per stuk. Advertentiên moeten, willen ze nog in ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des ZATERDAGS uiterlijk HALF ELF aan on» Bureau bezorgd zijn. IN EN OM DE HOOFDSTAD. CU. Werkverschaffing. Half werk. De telephoon. De zaken herleven zegt men. 'k Wil het gaarne gelooven, als mij de verzeke ring, dat het zoo is, nu en dan gegeven wordt door mannen, die met bankwezen en groot-industrie in nauwe betrekking staan, maar tóch, het is blijkbaar nog lang niet wat bet wezen moet, wanneer men ziet, dat van overheidswege nog langs „kunstmatigen" weg de werkloos heid moet bestreden worden. En dat zulks zoo is blijkt het best uit het feit, dat de gemeenteraad deze week een voordracht moest behandelen om uit de gemeentekas een subsidie van twintig duizend gulden te geven. een even groote som als het Rijk ook geven zal ten einde gedurende een klein half jaar een driehonderd arbeiders aan het werk te houden. Het geldt hier de zaak Du Croo en Brauns. Deze fabriek van werktuigen kan door bemiddeling van het „NederlandChina Syndicaat" de opdracht krijgen voor China te bouwen honderd spoorwagens, waarvoor aan de firma het bedrag van f 555.000 zou wor den betaald. Met dat bedrag kan de fabriek niet uitkomen, winst is er heele- maal niet door te maken, maar indien zij den bouw dier wagens niet voor het genoemde bedrag mocht willen aanvaar den, zou de opdracht naar concurrenten in het buitenland gaan. Vandaar dat de Rijkscommissie voor werkverruiming er zich voorspande en er, na heel wat door MARGARET PEDLER. Geautoriseerde vertaling van W. E. PONT 46.) „Dan moest ik eigenlijk even ecu tele gram zenden aan Sara", stelde Geoffrey voor. „Nee, doe dat niet. Ik wil haar juist verrassen". Elisabeth glimlachte en met de kuiltjes in haar wangen zag zij eruit als een kind, dat een geheim weet. „Ik zal er tegen dinertijd zijn en denzelfden avond aan Sara schrijven." Majoor Durward lachte, hij had er ple zier in. „Wat een dwaze baby ben je toch nog Bets!" riep hij uit, terwijl zijn openhartig gezicht straalde van vereering. „Niemand zou denken, dat je moeder bent van een volwassen zoon!" „Zouden ze niet?" Een oogenblik rust te Elisabeth's blik gesluierd, raadsel achtig als altijd op Tim's gestalte, zoo als hij daar stond op een afstand, in gesprek verdiept met den tuinbaas. Toen dwaalden haar oogen weer terug naar hef gelaat van haar man en zij lachte luchtigjes. „Niet iedereen bekijkt mij door een roze bril, zooals jij, lieveling." moeite naar 't schijnt, in slagen mocht het werk hier te houden, mits Rijks- en Amsterdamsche schatkist ieder door bijpassen van f 20.000 zouden zorgen, dat de firma Du Croo en Brauns althans geen verlies zou lijden. De „Bond van Metaalbewerkers" was wel zoo goed toe te stemmen, dat de werklieden, die de wagens zullen hebben te bouwen, niet 'zullen eischen, dat wordt vastgehouden aan den 48 uren werktijd, doch dat 51 uur zal gearbeid mogen worden. Dit zijn in korte woorden de feiten. Op zichzelf geeft het natuurlijk reden tot verheugenis, dat in den slechtsten tijd des jaars althans drie honderd arbeiders, men mag aannemen allen of anders toch zeker voor het grootste deel hoofden van gezinnen, tegen werkloosheid gevrij waard zullen zijn. Beter dat die men- schen met eerlijken arbeid den winter zullen kunnen door komen, dan dat zij voor hun bestaan afhankelijk zullen zijn van werkloosheid-uitkeering, maar tóch, de kwestie heeft ook haar niet onbe denkelijke keerzijde. Immers, hier wordt het bewijs geleverd, dat het herleven van zaken toch niet volkomen is, omdat de concurrentie-strijd tegenover buitenland- sche fabrieken nog niet in het voordeel van onze industrie gevoerd kan worden, waardoor in dit geval kunstmatige werk verschaffing noodzakelijk werd. Men herinnert zich, dat men den bouw van het nieuwe passagiersschip voor, de Maatschappij „Nederland" aan een Fransche werf moest opgedragen zien, omdat geen Nederlandsche scheepsbouw maatschappij tegen de prijsopgave der buitenlandsche concurrenten den bouw kon aanvaarden. Toen hebben rijk en gemeente Amsterdam den bouw van dat schip voor deze stad niet kunnen ver zekeren en blijkbaar heeft men zich thans die bestelling uit China, welke van veel minder beteekenis is dan de bouw van het groote stoomschip zou geweest zijn, ook niet willen doen ontgaan. Dat men er in geslaagd is, is een geluk voOr de werklieden, die door de subsidie aan den gang zullen gehouden worden, maar kunstmatige werkverschaffing blijft het niettemin en het zal belangwekkend zijn te zien of het bij dit bijzondere geval zal blijven, dan wel of hier een prece dent wordt geschapen, waarop men zich te zijner tijd zal beroepen als de een of andere industrie van beteekenis aan den gang zal willen blijven door steun uit de stedelijke schatkist. Met de belangrijke gemeentewerken langs den openbaren weg loopt het nu voor dit jaar zoo wat op zijn einde. Het gróóte werk- is, zooals ik u reeds vroe ger schreef, geweest de verbetering van den Dam en omgeving. Daar is men nu nagenoeg met den arbeid gereed, we kunnen tenminste weder over het stads plein gaan. zonder onzen weg te moeten zoeken langs „loopgraven" en over plan ken en sieenhoopen. De Dam heeft er nog nooit zoo deftig uitgezien; hreede asphaltwegen iggen nu om het midden gedeelte vóór het Paleis; nieuwe politie- regelingen, die het rijtuigverkeer in be paalde richting leiden, zijn in werking gekomen, maar toch volmaakt schijnt het nog niet. Dat men vóór het Paleis de „historische" kleine steentjes heeft behouden men heeft de oude verwij derd en vervangen door nieuwe, in keu rige lijnen gelegde nieuwe straatsteenen kan er mee door, men zou, indien daar óók geasphalteevd was geworden, moeilijk van het „kleine asphaltje" heb „Er is geen sprake van een „roze bril", protesteerde Geoffrey met alle ge weld. „Geen sterveling ter wereld zou je een dag meer geven dan dertig jaar wanneer hij niet zoo'n booin van een kerel als Tim had gezien als bewijs voor de onhoudbaarheid van zijn ver onderstelling. Elisabeth sprong overeind en gaf, als bij plotselinge ingeving, haar inan een zoen. „Geoffrey, je bent een schat", zei ze warm. „Maar nu moet ik gauw Fanchetle gaan zeggen, dat ze mijn koffer pakt." Zoo gebeurde het dus, dat Sara den volgenden Dinsdag lol haar verbazing en verrukking een brief kreeg van Eli sabeth, die haar vertelde van haar aan komst in het Cliff Hotel. „Gunst, Elisabeth is al hierl" riep zij uit tegen de heele familie van Sunnyside tegelijk. „Zij is gisterenavond al geko men. Selwyn keek op van zijn brieven mei een vriendelijken glimlach „Dal is goed. Dan kun je tenslotte toch de ontmoeting tot stand brengen tusschen mevrouw Durward en jouw klui zenaar die, tusschen twee haakjes, tegenwoordig toch wel aardig uit zijn schulp is gekropen", voegde hij er on deugend bij. En Sara, nog volkomen onbewust, dat ben kunnen gewagen. Maar waarom men het middenterrein, binnen de asphalt- rijwegen, nu bezig is te bestraten met een klein soort keien, die, al legt men ze nóg zoo mooi in heele en halve cirkels, toch deze hebbelijkheid, of beter gezegd ón-hebbelijkheid bezitten, dat ze erg puntig zijn en den voetganger geen aan gename gewaarwordingen bezorgen, is ondoorgrondelijk. Het beeft zoo iets van half-werk doen, terwijl men er vaak over hoort klagen en met altijd geheel ten onrechte dat de voetgangers te veel in den rijweg loopen, dwingt men hen nu het asphalt van den rijweg te verkiezen boven die nijdassige puntkeitjes op het midden-terrein. Het Damplein schijpt door de nieuwe aankleeding grooter geworden; het maakt den indruk niet af te zijn. Wijlen „Naatje Eendracht" was er in haar tijd geen schitterend gedenkteeken, tóch stond het daar in het midden vóór het Paleis niet misplaats. De huidige open vlakte vraagt als 't ware om eenige op siering. Men beweert, dat het gedenk teeken voor generaal Van Heutsz er te zijner tijd komen zal, 't is mogelijk en het zou er niet misplaatst zijn. Als we nu nog verlost zullen zijn van het on ooglijke, „beroemd" geworden terrein achter de schutting, zal de oude Dam althans een voor stadgenoot en vreem deling behoorlijk aanzien hebben ge kregen; maar daar schiet men niet hard mee op mogelijk wordt nu weer met eene beslissng gewacht tot de Rokin- commissie haar rapport zal hebben uit gebracht. Nog een paar weken scheiden ons van den aanvang der jaarlijksche „groote voorstelling" op het Prinsenhof, welke men met den naam „begrootings-discus- sies" betitelt en waarbij de dan optre den de dames en heeren van het stede lijk bestuur de gelegenheid zullen krij gen om over alles en nog wat, ons Am sterdam betreffende, hun op- en aanmer kingen te maken en sommigen hunner weder de „gebruikelijke vriendelijkhe denzullen kunnen richten tot de leden van het Dagelijksch Bestuur. Een voor- loopig voorproefje van hetgeen ons te wachten staat hebben we reeds kunnen krijgen door het lezen van het deze week verschenen af dee lings ver slag, waarin de opmerkingen van „een lid" en van „een ander lid" en van „meer dere leden" zijn weergegeven. Als straks de „heusche voorstellingvoor het pu bliek in de plaats .zal zijn gekomen van deze gehouden „generale repetities", zul len we nader le weten komen wie de opmerkingen maakten, want achterwege blijven zullen ze niet, ook al werden ze straks in de Memorie van Antwoord van B. en W. nog zoo weerlegd. Redenen waarom sommigen zich wel eens afvra gen, waartoe die voor-behandeling van de begrooting in de afdeelingen eigenlijk dienen moet. In dat afdeelinsverslag wordt ook even de geraeente-telephoon aangeroerd en o.a door „een lid" gevraagd of B. en W. geen vergelijkenden staat kunnen over leggen van de telephoon-tarieven in an dere steden van Nederland en ook van die in buitenlandsche steden, met name in Zweden, omdat in de Scandinavische landen de ontwikkeling van de telephoon van zoo groote beteekenis is geworden. Ik kom nog even op deze voor een han delsstad als Amsterdam zoo belangrijke kwestie terug in verband met hetgeen ik enkele weken geleden meldde over het antwoordde glimlachend: „Ja. De Voorzienigheid heeft ditmaal afles eens goed geregeld." Een half uur later liet zij zich aan dienen in liet Cliff Hotel en werd naar mevrouw Dunvard's zitkamer op de eer sle verdieping geleid. Elisabeth verwelkomde haai' ïitet haar gewone harlelijkheid eu zachtheid. Er was een schaduw van ernst op haar ge laat, toen zij sprak over Sara's verloving, maar geen schijn van ergernis. Zij legde alleen den nadruk op de teleurstelling van Tim en haar zelf, maar loonde daar bij geen bitterheid, alleen een droevige spijl, dat een ander geslaagd was waar Tim had gefaald. „En nu, zeï ze, ze, Sara meetrekkend op het balcon, „vertel me nu eens wat van dien gelukkigen man". Sara vond hel wel wat moeilijk een beschrijving te geven van den man, dien zij liefhad, aan de moeder van den man dien zij niet liefhad, maar tenslotte slaag de Elisabeth door handig vragen er "toch in achter alles te komen wat zij weten wilde. „Drie en veertig!" riep zij uit, toen Sara zijn leeftijd noemde. „Maar dat is veel le oud voor jou, beste kind! Sara schudde het hoofd. „Heelemaal niet" zei ze glimlachend ,,Ik vind van wel", hield Elisabeth Elisabeth op dat oogenblik de rechten vol, haar met kritischen blik bekijkend. door B, en W. gedane voorstel, om de tarieven hier te verlagen. Wat noodig is, want als men weet dat men hier ter stede voor zijn telephoon-abonnement jaarlijks mag neerleggen een bedrag van f 112.50, plus den daarop sedert Novem ber 1920 gelegden „tijdelijken" toeslag van 50 pet., dus te zamen f 168.75, dan behoeft men zich niet te verbazen, dat we hier, op een bevolking van 706.194 zielen (Gemeenteverslag 1923), slechts 24.265 abonné's telden, en onder dat cij fer van bezette telephoon-nummers wa ren nog 1015 gemeente-posten; mijn cij fer van bij de 40.000, destijds genoemd, was dus nog veel te hoog. Wat willen B. en W. nu doen? Een verlaagd tarief ze noemen het zelfs een „belangrijker lager tarief" van f 120 invoeren voor particulieren, d.w.z. voor niet-zaken-menschen en het tarief voor de zaken-menschen verlagen met dien tijdelijken toeslag van 50 pet., dus brengen op f 112,50.... Indien ge dat denkt, vergist ge u; dat tarief f168.75 blijft misschien een beetje afgerond want de tijdelijkheid van den 50 pet. toeslag wordt omgezet in iets blijvends! Recht duidelijk is het niet hoe men dit alles als tarief-verlaging kan bestem pelen en onbegrijpelijk is het handhaven van het hooge tarief, wanneer men zich herinnert, dat destijds is geschreven, dat het omzetten van het vroegere verbin- dings-systeem in automatische verbin ding goedkoopev exploitatie zou ver oorzaken, doordat men bij dat nieuwe stelsel zooveel minder telephoon-jui- frouwen zou noodig hebben. Het behou den van een zoo hoog abonnementstarief voor handelsmenschen en neringdoenden lijkt in een zoo groote stad dus ietwat zonderling, en ik kan mij niet voorstellen, dat er heel veel menschen zullen ge vonden worden, die als particulieren het „belangrijk lager tarief" van f 120 zullen aanvaarden. We zijn nog een heel eind verwijderd van den telephoon-toestand in Denemarken, waar de lage tarieven, zooals ik dezer dagen vermeld vond, den vèrspreker een mogelijkheid doen zijn n de woning van den gezeten werkman. Maar, we zullen cr nog genoeg over hooven als de nieuwe tariefswijziging eerlang aan de orde komt, vermoedelijk ook» bij de begrootingsdebatten. Of ooit de „goede oude tijd" op dit gebied terug zal keeren, toen de „Bell" met Dr. Hubrecht als directeur zoo knusjes ge huisvest was in de Damstraat en we, ik meen, f 75 voor onze telephoon be taalden? Ik twijfel er even hard aan als aan den terugkeer van „dat pondje boter, dat maar een stooter" oftewel 12»/, cent kostte SINT SANA (Ing. Med.) EN" STIK GESCHIEDENIS VAN I1ET STA DUITS. KI. Toen Karei de Stoute in 1-177 bij Nan cy nas gesneuveld, werd hel er oud» ne regeering van zijn dochter Maria niet beter op hel waren jaren \an oorlog, duren lijd en hongersnood Na haai- dood (1482),. toeu Maxuniliaau van Oosten rijk (haar man) als voogd optrad «oor haren minderjarigen zoon Filips de Schoone), werd liet nog erger. Wal cheren leed veel last van de Vlamingen eu de Engelscheu. En later kwamen daarbij nog de hernieuwde binnenland- «IBS» ^,5» ..rscMreseno- ttfeftsedert 18oÖreeds velen millioenen Ménsehen groote diensten als „Eerste-bulp" bewezen- Weiger namaak en neem slechts ortgmeele fleschjes aan, vcrpskt door: ortgmeele fleschjes aan, verpakt door: (Ing. Med scbe l wisten tusschen 'HtK-ksclvcn en Ka.- beljauwscbeu (gelukkig liet laatste De- drijf van dezen strijd Dat alles kostte hel stadsbestuur hoepen geld. voor oor logskosten aan den heer voor hel beleg van Sluis moest Middelburg 6000 An- driesguldens betalen 1 Sch waarvoor de stad bij» de poorters 1280 13 1 leende. Later nog aan Maximiüaau ruim 311 voor onderhoud van eigen bur gers, die uitgetrokken waren voor ver sterkingen aan de stad en wachten op het eiland, want het kwam zelfs zoover, dal Vliisingen en Westkappel door de Vlamingen werden geplunderd. In Aniemuiden had Middelburg .30 ruiters liggen a s gr. daags. In 1489 had de stad 715 oorlogskosten eu leende ze nog 100 aan den lieer. Geen wonder dal er aan hel nieuwe stadhuis niet veel werd verwerkt. Wel schijnt er in 11S1 een plan le hebben bestaan tol verbouwing oï vergrooting, maar l is bij een plan gebleven. Eerst in 1192 wordt dal plan weer opgeval. In dien tussehenlijd was er sled its gelei voor kleinere uitgaven: zoo werd c in 14SS een altaar gemaakt 111 de groote raadzaal, waarin eiken dag de mis werd gelezen, en allerlei benoodigdheden daar toe gekocht. Ook voor ander gebruik werden kleinigheden gekocht, te veel om le noemen. Als iets bijzonders wil ik nog vermel den dal er in Antwerpen twee sijuy- doel mij altijd aan lente deuken. Je bent zoo slank eu recht en levenskrach- lig als een jonge boom. Maar misschien heeft mijnheer Trent ook dat jeugdige. Jeugd is tenslotte geen kwestie van ja- voegde zij er peinzend bij, en ver volgde na een poos: „Kom ga 1111 nog eens verder, vertel me eens, hoe hij er uit ziet." Sara lachte en begon een beschrij ving van Garth's uiterlijk te geven. „En hij heeft eigenaardige oogen bruin als die van een hond", vertelde ze, „met een grappig blauw vlekje blauw bij elke pupil." Elisabeth hoog zich voorover en haar horst ging sneller op en neer onder de zachte kant van haar japon. „Blauwe vlekjes?" herhaalde zij. ,(5a het klinkt alsof de kleuren door- geloopeu zijn, niet?" vervolgde Sara, lachend. „Maar het maakt Werkelijk een eigenaardig effect. „E11 je zei, dal' zijn naam Trent is, Garth Trent?" vroeg Elisabeth. De kleur 0111 haar mond was grauwachtig en zij maakte met de long haar lippen nat vóór zij begon le spreken. Ilaar stem had een ongeloovigen klank. „Ja. Het is geen mooie naam, vind je wel?" glimlachte "Sara, „Het is een eigenaardige naam," zei Elisabeth zich herstellend. „Ik ben wer kelijk heel benieuwd dien vreemden man van het lot voor zich had opgeëischt, „Tij maakt zoo'n jeugdigen indruk. 'Jemet die bruin-blauwe oogen en dien grappigen naam te zien." ,Je zult hem vandaag wel zien'be loofde Sara. „Andrey Mayuarcl geeft 'n picnic in hel Havenbosch, en daar komt Garth ook. Je gaat toch met ons mee, niet wraaf1 „Ik denk, dal het wel zal moeten" ant woordde Elisabeth. Hoewel picnics niet zoo buitengewoon in mijn smaak vallen", voegde, zij er achteloos bij. ,0, de picnics van Andrey zijn niet zooals die van anderenzei Sara op geruststellenden loon. „Zij zet die in elkaar, zooals ze alles, in elkaar zot. in de puntjes en tegelijk niets stijf! De lunch zal hel werk zijn van een Fran sche» kok eu het gezelschap zal bestaan uit enkele, zorgvuldig bijeengekozen in tieme vrienden. ..Best, ik zal komen, wanneer je er zeker van bent, dat mevrouw Maynard er geen bezwaar legen beeft, dat een volkomen vreemde meekomt Sara keek haar hartelijk aan. „Heb je ooit iemand ontmoet, die ..be zwaar' tegen je had?' vroeg zij ondeu gend. Elisabeth antwoordde niet. Inpluats daarvan wees zij naar de Monniksklip, waar de grijze steen van Far End glans de in hel zonlicht legen den donkeren achtergrond der boomen. „Wie woont daar!-1' vroeg /.ij. Sara's oogen volgden de richting van haar hand en zij glimlachte.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1924 | | pagina 1