1 No. 169 Zaterdag 19 Juli 1924 167" Jaargaiv BIJINENL/4J31L fEUILLï miKHTENWAFELS URGSCHE COURANT. Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. EERSTE BLAD. Abonnementsprijs per kwar taal; op de buitenwegen om Middelburg, en »oor de andere gemeenten p. post f2.50; voor Middelburg en agentschap Vlis- ■ïingen f 2.30; weekabonnementen in Middelburg 18 cent per week. Advertentiën worden berekend per regel plaatsruimte, met inbegrip van omranding. Gewone advertentiën; 30 sent per regel. Ingezonden Mededeel» n- e n 50 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen: ^an 17 regels f 2.10, elke regel meer 30 cent. Kleine advertentiën niet grooter dan vijf regels druks en waarbij it aangegeven dat zij in deze rubriek moeten geplaatst worden, 85 cent bij -vooruitbetaling. Advertentiën onder brieven of bevra gen bureau dezer courant 10 cent extra. Bewijsnummer 5 cent per stuk. Advertentiën moeten, willen ze nog in -.ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des ZATERDAGS uiterlijk HALF ELF aan ons Bureau bezorgd zijn. IN EN OM DE HOOFDSTAD'. LXXXVII. JLl,oyd en W erkspoor. Op de Prins Hendrikkade hoek Marte laarsgracht. verheft zich een reusachtig gebouw, dat daar nu al maanden lang gesloten en renteloos slaat en waarvan de indeeling daarbinnen van dien aard schijnt te Wezen, datl het yoor niets ander dienstbaar kan worden gemaakt, dan voor het doel, waarmede het in de dagen van hoogconjunctuur; in de dagen toen er bij rijk en gemeenten; hij tal van groot opgezette ondernemingen; bij hon derden en nog eens honderden particu lieren geen opkomen aan het geld scheen te zijn, verrezen is. Het is het gebouw van den „Koninkl. Hollandschen Lloyd", sedert de dagen, toen jliet (met die'scheep vaart-maatschappij snel achterwaarts ging, door de spotzieke, gevoellooze „men" met den naam van het „praal graf" gedoopt. En wanneer men de hoofstad in oostelijke richting met den trein ver laat, of haar van den oostkant bereikt heeft, ziet met aan het einde der Han delskade zich verheffen andere groole kantoorgebouwen, geflankeerd door een vierkanten toren met tijdwijzer, en een ander bouwwerk, waarop het woord „Lloyd-Hotel" prijkt en dat daar opge richt werd tot herberging der landver huizers, welke de maatschappij naar het „beloofde land" zou overbrengen. En aan den anderen kant ziet men hoven die gebouwen uitsteken de masten en schoorsteenen der oceaan stoomers, de enkele, die de maatschappij nog over heeft, liggende aan de kaden, waaraan nog maar enkele jaren gemeerd lagen die geweldige „Limburgia" en „Bra- bantia", die, helaas slechts gedurende Geautoriseerde vertaling naar het Bngelsch, van E. PHLLIPS-OPPENHEIM, door Mevrouw v. d. W. o 38). „Wie zal dat zeggen? Ik wensch u de verzekering te geven, dat hetgeen op dien bewusteu avond voorviel in café Grand, nieteen opwelling was van iemand, die een moordmanie heeft, maar het nood zakelijk gevolg van een reeks van ge beurtenissen. D kent de bijzondere ver houding, die bestaat tusschen Isobel en mij. Ik had niet het recht haar te nade ren of een openlijke voogdij over haar op mij te nemen. Elke toenadering mij nerzijds zou onmiddellijk alle kansen in gevaar gebracht hebben, die zij had om weer haar rechtmatige plaats in Wal denburg in te nemen. Ik kon dus alleen over haar waken door middel van spi onnen. Dit heb ik steeds gedaan." „Met welk doel, monsieur Feurgères? U kon toch nooit tusschenbeide komen." „De zorg voor Isobel was mij opgelegd door haar moeder. Dat was mij daarom heilig. Ik vertrouwde op mijn goed ge sternte om iemand te vinden, die kon tusschenbeide komen, wanneer ik hel zoo korten tijd dc (rots dier onderne ming en van de Amsterdamscbe havens waren, doch die men moest zien gaan naar elders, verkocht tegen lagen prijs toen het trotsche gebouw aan de Prins Hendrikkade moest worden ontruimd en gesloten, en gered moest worden wat nog te redden was. Het is 'n groot scheepvaart-drama dal die gebouwen en die enkele schepen ons te zien geven; een tragedie van ge weldigen voorspoed, gevolgd door -sohier plotselingen, bijkans totalen ondergang. „Een sprekend bewijs", zeggen sommigen „van misdadig wanbeheer, voortgespro ten uit hoogmoedswaanzin." Ik geloof niet, dat die strenge uitspraak geheel juist is. Wie zich de geschièdentió van het Lloyd-draina herinnert zal, wan neer hij ?erlijk oordeelt, moeten toe geven, dat voor hetgeen daar gebeurd is vele verzachtende omstandigheden te pleiten zijn ook al behoeft men niet het oog te sluiten voor de ontegenzeggelijk begane fouten, 't Afgespeelde drama was niet alleen droevig voor hen, die daarin direct, als beheerders der maatschappij en als houders der aandeelen, een lei dende en lijdende rol speelden, doch het trof ook de slid Amsterdam als groot haven en zoovelen, die aan het scheep vaart-lichaam als loontrekkenden verbon den waren. Hoeveel honderden beambten 7.ijn daar niel, loen de dagen van glorie voorbij waren, ontslagen moesten worden en zulks in tijden, loen het voor hen zoo moeilijk was weder elders een bestaan te vinden, en hoevelen dergenen, die nog gelukkig genoeg waren er hun positie te behouden, hebben zich in huu le vensomstandigheden danig moeten be krimpen. Toen de geheele ondergang der maat schappij voor de deur stond, is geschied datgene, wat vele meenden dat gebeuren moest: is de Staat ter hulp gekomen, zulks omdat men begreep, dat te niet la ten gaan van een zoo groot lichaam, niet in het belang der gemeenschap zou kun nen zijn. De Regeering verklaarde zich bereid aan de maatschappij een voor schol van zeven tnilliocn gulden uit de staatskas te verstrekken, mits de gemeen te Amsterdam als eerste belanghebbende bij haar voortbestaan uit de gemeentekas het vierde gedeelte van dat bedrag zou voorschieten; ingrijpen was hier noodig hulp verleenen plicht en die hulp moest dan dadelijk flink en niet schriel zijn. liet gezond verstand bij de leden der wetgevende vergaderingen heeft de Re- geering gesteund en men weet dat deze het crediet van 5 1/4 millioeu gulden voor de te verleenen voorschotten toe stond daarna was het aan ons ge meentebestuur om zich te verklaren voor 't uit de stadskas aan te vullen l3/4 mil- lioen en ook hier heeft men de noodza kelijkheid begrepen en verleden week dat bedrag gevoteerd. Zulks na betrekke lijk zéér geringe en vrij onbeduidende discussie, maar een discussie, die weder eens een eigenaardigen kijk gaf op de zonderlinge wijze, waarop degenen, die zich steeds het „brevet "uitreiken de eenige ware wakers voor het heil dei- handarbeiders Ie zijn, tot bevordering van dat heil medewerken. Immers, hel gold hier een stoomvaart maatschappij, die van de gemeente groo- te haven-inrichtingen in huur heeft en daarvoor jaarlijks ongeveer een kwart millioen huur betaaltdie aan ongeveer 2700 arbeiders werk verschaft en daaraan jaarlijks zoowat drie millioen aan loonen uitbetaalt. Dit wetende, zou men denken dat de communistische Raadsleden alles zouden hebben gedaan om die menschen niet kon en mijn goed gesternte zond mij op een zeer kritiek oogenblik mijnheer Greatson. Lady Delaliaye, kwaad te moeten spre ken van een vrouw is iets zeer onaange naams om kwaad te spreken van de dooden is nog pijnlijker. Toch moet ik eenige feiten noemen. Dc aartshertogin was bereid tot liet uiterste te gaan om Isobel's eervol (tferugkeeren in .Walden burg tegen te gaan. Het was de aarts hertogin, die, na wat zij noemde haar zuster's schande, Isobel in het geheim naar het klooster zond. Het was uw echtgenoot, die haar bracht, en het was ook uw echtgenoot, die haar vandaar te rughaalde. En het was zijn bezoek aan hel klooster en een onvoorzichtige uit lating aan een vriend op 'zijn club in Parijs, die mij terugbracht naar Enge land. Ik wil «daarmede zeggen, dat ik vol doende redenen had om majoor Dela liaye te wantrouwen als beschermer van Isobel zelfs dc aartshertogin was niet bekend met de rol, die hij speelde. Sinds ik tooueelspeler werd, zijn er velen, die vergeten, dat mijn familie adellijk is. Ma joor Delaliaye was een van hen. Hij zond een brief, dien ik hem schreef, te rug met een minachtende opmerking. Mijn vriend de Hertog d'Austrien, be zocht hem op mijn verzoek. Van hem ontving uw echtgenoot een tweede en zeer duidelijke waarschuwing. Hij sloeg - om nu maar niet eens te spreken van het administratief personeel aan den Lloyd verbonden door liet mede-vo- teeren van dat gemeentelijk voorschot van nog geen twee millioen gulden, de zekerheid van hun bestaan te waarbor gen. Inplaats daarvan waren het juist diè vertegenwoordigers der „arbeidende bur gerij", welke zich tegen het verleenen dier steungelden verklaarden; omdat „door zulk protectionistisch streven de Maatschappij locli niet le redden zou zijn"; omdat hier kapitalistische belan gen in het spel waren"; „omdat dit be- leekenen zou steunen der groot-kapita listen, die de arbeiders uitbuiten", „om dat door dien steun de Koninklijke Standaard bij den Lloyd in top zou blij ven" dit laatste was wel héél erg, de roode vlag in top zon in de oogen dier heeren natuurlijk ncller hebben gestaan! De geheele redeneering werd blijkbaar niet goed gesnapt door de andere leden van den Raad, althans deze stonden in navolging van hetgeen 's lands regcering en des volksvertegenwoordigers gedaan had, de voorschotten toe. Die meerder heid achtte liet wél zoo verstandig er een millioen aan te wagen, welke op den duur, naar men mag hopen en ver onderstellen, wel terecht zullen komen ,en waarmede althans tal van arbeidersgezin nen aan het werk zouden gehouden zul len worden, in plaats van door het wei geren van steun aan den Lloyd eenige honderden arbeiders werkloos le maken, die dan door werlcloozen-steun gehol pen hadden moeien worden. De commu nistische hoeren hadden vermoedelijk lie ver gewild, dat de „kapitalistische" Am sterdammers meer belastingen zouden moeten opbrengen om de werkloozen te steunen, dan ben te helpen een door al lerlei omstandigheden in ernstige moei lijkheden gekomen bedrijf op de been te helpen houden Aan de handelskade blijft men dus bij den Lloyd aan den arbeid en einde lijk is ook na zoovele weken van stilstand de arbeid aan Werkspoor weder hervat. Door de bemiddeling, die uit Den Haag aangeboden werd, is ten slotte overeen stemming bereikt, zonder dat door de werklieden, die tot deze noodelooze sta king hadden besloten, daaruit eenig noe menswaardig voordeel is verkregen. Het tegendeel is waar. Zij hebben voor dit jaar, vacantie-loeslag, een winstaandeel- regeling verloren; zij hebben nadeel in hun pensioenregeling en duizenden gul dens loon moeten derven, lerwijl de standskas der hielaalbewerkers-vereeni- ging natuurlijk een danige J5veer" moesl laten. Maar bovendien is het groole na deel geweesl, dat vau Werkspoor belang rijk werk, hetwelk geen uitstel lijden kon. naar het buitenland is gegaan en dal andere nijverheids-ondernemingen, die lol dit groote bedrijf op Kattenburg in betrekking staan en daaraan leveranties van beteekenis doen, als alles er gere geld op gang is, ook schade hebben gele den. En dit alles, omdat het gemeen overleg tusschen werkgevers en werklie den in slede tot een voor beide partijen bevredigende regeling, in verband met de huidige economische omstandigheden, tot geen resultaten had geleid. Men gaat zich, gezien de gebeurtenissen der laat ste maanden, eerst met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden der gemeente werklieden, daarna bij een zoo belang rijke particuliere onderneming als Werk spoor is. zeker afvragen, waartoe al die mooie regelingen met betrekking tol ge meen overleg wel dienen, wanneer het slot der onderhandelingen toch tot re sultaat heeft, dat een der partijen niet er geen acht op. Ik Mciireel hem nog eens. Ik waarschuwde hem, dat hij, als hij Isobel uit het klooster haalde, hij den dood tegemoet ging. Dat is alles". Er volgde een stilte. Lady Delaliaye was zeer ontdaan. Zij keek mij smeekend aan. „Monsieur Feurgères", zeide zij, „ik ben uw rechter niet. Ik wil niet wraak zuchtig zijn. Wilt u ,mij een paar minuten alleen laten met mijnheer Geatson?" „Mevr., dat lean ik niet. Afgeschei den van het feit, dat ik niet wensch, dat mijn veiligheid voor mij gekocht wordt, ia het bijzonder door iemand, aan wien ik reeds veel verschuldigd ben, is het noodzakelijk, dat mijnheer Greatson dit huis binnen een kwartier verlaat." Tk sprong op. Ik vergat lady Dela- hayc. Ik vergal, dat Feurgères' leven en vrijheid in baar handen was. De grootste zelfzucht had zich van mij mcesler ge maakt. „Ik ben gereed 1" piep ik uit. Lady Delahaye keek op cn zij uit greep alles. Langzaam verrees zij uit haar stoel en ging paar de deur. Ik slond verstomd. Ik Hel haar gaan en zeide niets. Feurgères opende de deur voor haar en riep zijn bediende om haar uit te laten, maar met baar wisselde hij geen woord meer. Toen wendde hij zich tot mij. Hij uitte zich op zeer beslisten toon. „Arnold", zeide hij, „het overige is onduidelijk met staking drejgde en iu het andere geval daartoe inderdaad over ging. Want het is toch wel een zonder linge manier van overleg plegen, wan neer een der partijen al van le voren te kennen geeft „Ge kunt overleggen wat ge wilt, maar wij zeggen vooruit dat we tóch niet voornemens zijn van onze eischen, althans op de hoofdpunten daar in, waarover men samen spreken zal, ook maar iéts te laten vallen." En zulk een redeneering is zeker tè bedenkelij ker. wanneer, zooals bij de gemeente bedrijven en bij zulk een voor de ge meente beteekenisvolle grootindustrie, zóóvele belangen gemoeid ziju. die di rect duizenden burgers en indirect de geheele burgerij raken. Dau Werkspoor werkt weer en de Lloyd-booten kunnen hun diensten -over dp 'wijde zeeën tusschen de Amstcrdam- sche handelskaden en Zuid-Amerika blij ven verrichten. Hopen we voor de hoofd stad. dat voor beiden de goede tijden met hun voorspoed cn hun welvaart spoedig gekomen zullen zijn en ernstige conflicten verder zullen uitblijven, of werkelijk door gemeen overleg tijdig bezworen zullen worden. Want. nog lang niet genoeg is bij een groot deel der Amsterdamscbe burgers het besef doorgedrongen, dat deze stad haar opkomst, haar bloei, haar ontwikkeling en grootheid door alle eeuwen heen te danken had allereerst aan den rustigen en rusteloozen arbeid in haar havens en beteekenisvolle in- duslrieèn. SINT SANA. GEMEENTERAAD VAN TIIOLEN. Onder voorzitterschap van weihouder Goossen. kwam Woensdag de raad van T hol en iil openbare zilting bijeen. Af wezig mei kennisgeving de heer Aertsen Eenige ingekomen stukken worden voor kennisgeving aangenomen Proces-verhaal kasopname bij den ge meente-ontvanger wees een onverklaar baar tekort aan van f 07.— Door het bestuur van het Groene Kruis alhier wordt aankoop verzocht van een stuk gem. grond groot 200 vierk M tegen den geslelden prijs van f2 50 per vierk M. Dc gevraagde strook bleek echter bij opmeting 318 vierk. M. groot te zijn, en werd afgestaan Legen den genoemden eenheidsprijs Verzoek van G. Boelier Gz lid Prov. Staten om adhaesie aan zijn voorstel om landaanwinning te verkrijgen in de Mosselkreek en aanleg van een vlucht- liaven le St. Philipsland. De voorzitter deelt mede. dat B en W. meenen geen adhaesie te kunnen be tuigen, omdal ze dit plan niet kunnen beoordeelen. De heer Geluk is er voor om steun te verleenen. De heer Goedegebuure bepleit rond zending bij de leden, dan kunnen die er grondig kennis van nemen De heer Moelker meent, dat hel plan voor wat verbetering van waterverkeer betreft, zéér goed is. hetgeen ook voor \Tholen van belang kan zijn De heer Ridderhof kan niet anders dan oppervlakkig oordeelen over een voor gestelde aanwinst van duizenden Hec taren grond; hij had hel daarom beter van den heer Geluk gevonden, dat deze bij zijn voorstel om adhaesie le beluigen, met steekhoudende motieven was geko men, wanl spr. kan nu niel nagaan waarom we adhaesie kunnen betuigen. Hij steunt zijn partijgenoot Goedegebuurc bij diens voorstel om hel stuk le laten circuleeren. aan jou. Zij brengen haar terug naar het klooster. Machard is hier met den kar dinaal ,de Vaux. Er is een complot maar dat doet er niel toe. Als zij den drempel van het klooster over is, is zij verloren. Aan jou, om dat te beletten." „Ik ben gereed!" Hij opende een lessenaar en gaf mij1 een revolver, „Estère wacht beneden mei hel rijtuig. Hij zal je naar hel station brengen. Gij neemt den gewonen Lrein naar Mareon. Daar wacht een automobiel en gij gaat daarmede naar het klooster. De chauf feur kent deu weg. Onthoudt dit. Gij moet hen overvallen. Gebruik zoo noo dig geweld. Als gij faalt, dan is Isobel verloren!" „Ik zal niet falen!" „Breng haar Icrug, Arnold. Ik wil haar nog eens terugzien!" Ik verliet hem en terwijl ik uit het rijtuig naar boven keek, groette ik met mijn hand naar een slanke, donkere ge stalte voor liet raam, wier fletse, ver moeide oogen ons vertrek gadesloegen met een uitdrukking, die ik toen net kon begrijpen, liet was niet voordat ik in den trein zal, dat mij inviel, wat lady Belahaye's stil afscheid kon beduiden. HOOFDSTUK V. Onze plannen waren uitstekend voor bereid, maar de aartshertogin had ook niets over het hoofd gezien. Wij vlogen WARME DAGEN! DE LINDEBOOM (WED. D. VAN DOESBURG) IJSWAFELS 4 natuurlijke vruch- Censraaken.) Zéér verfrisschend! MANOR! MANDARINO- wafels (gevuld met de natuurlijke mandarijnvrucht, geen essence.) Bijzonder lekker als het heet is. VOOR DE LUNCH een paar pakjes ESPERANTO- WAFELS (voedzaam, croquant, edel van smaak. Hyg. verpakt.) Bil DE AARDBEIEN smaakt verrukkelijk DEOR1G1NEELE FROU-FROU (met den Lindeboom) gevuld metslagroom, MOCCA-TRIC-TRAC, pikante koffiesmaak-wafel, jnist geschikt voor 't warme seizoen. (Ing. Med.) M. a. st. wordt dit voorstel aange nomen Een schrijven van de vereeniging ter bevordering van Geref onderwijs, dat zij een lagere school wil stichten in de Venkelstraat, in den Doel weg of Molen- vMetsche straat In verband hiermede is ingekomen een schrijven van het bestuur van de pchool met den Bijbel, waarin dit be stuur er op wijst, dat een tweede bijzon dere school overbodig is, omdal haar ver eeniging op denzelfden grondslag staat als de aanvragende vereeniging De voorzitter merkt op. dat het ver zoek niets positiefs bevat; het is ondui delijk. Wal wil de aanvraagster lokalen van de O L. scholen? Wordt met ide Venkelslraal gevraagd om ruimte in de U. 1-. O. school? De lieer Moelker wijst op de groote fi- nancicele offers, die van de gemeente gevraagd zullen moeten worden. De heer Ridderhof beaamt dit, doch in de aanvraag schuilt een onjuistheid; deze vereeniging moet niet aanvragen een bijzondere, doch een „bijzondere bijzon dere school". wrant een bijzondere school op denzelfden grondslag beslaat hier reeds. Dal iedere gezindte een eigen school sticht vinden do S D. A. P.'ers goed; Ifiat echter de bevolking onzer gemeente zoovele stroomingen heeft, kan oorzaak zijn van hel begin van uitgaven, waar door liet dorp St. Argueil zonder iets van het rijtuig gezien le hebben cn het was niel, voordal wij den mei wijngaar den afgezetlen weg hadden bereikt, dat wij het ten laatste langzaam den laatsten heuvel voor liet klooster zagen opstijgen. „Zullen wij hen inhalen?" riep ik uit. „Mijnheer kan gerust zijn," zeide hij, terwijl hij de vierde versnelling aanzette, ondanks de geringe stijging van den weg. Hal weg den heuvel waren wij onge- vcr honderd meter achter De chauf feur keek mij vragend aan. „Blaas met je hoorn." zeide ik Hij gehoorzaamde. Het rijtuig ging aan den kant van den weg. Wij reden voorbij en ik zag een glimp van drie gezichten Ik kreeg hoop. Er was alleen mijnheer von Leibingen, waarmee ik rekening had te houden. Madame Richard en Isobel waren de andere inzittenden „Stop en zet je wagen dwars over den weg," beval ik De chauffeur volgde mijn bevel op. Ik sprong uit de auto. De heer von Lei bingen stak zijn hoofa uit het rijtuig en de koetsier ranselde op zijn paarden. „Als je niet stil houdt," riep ik uit, „schiet ik je paarden neer!" De koetsier luisterde daar niet naar. Hij had zijn paarden in galop gezet en kwam recht op mij af. Ik vuurde, een der paarden stortte neer en trok het an dere mede. waardoor de boom brak. De

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1924 | | pagina 1