HIEÖWÏZOÜTEYISCe de kosten voor onze gemeente wellicht wat minder zouden kunnen worden. Ove rigaas adviseert zij tot goedkeuring der begrooting. Naar aanleiding van het nader uitge bracht rapport, merken B. en W. nog het navolgende op De door ons college verstrekte cijfers der begrootingen van andere districts beurzen in ons land geven een volkomen juiste vergelijking van kosten, zij het dan ook toegegeven dat in verschillende dier plaatsen meer industrie is gevestigd. Een vergelijking tusschen een arbeidsbeurs als te Middelburg bestaat met een cor respondentschap te Vlissingen, gaat ten eenemale mank. De beoordeeling of een dergelijke arbeidsbemiddeling als die te Vlissingen voldoende is, hangt geheel en al af van de waarde die men aan deza bemiddeling bccht. Men kan ook van oordeel zijn dat werkgevers en werkne mers toch wel tot eikaar komen zonder tusschenkoinst der Arbeidsbeurs. De zaak zou züiverder gesteld zijn, indien de meerderheid der 0. van Pin. het prin cipe naar voren had gebracht of het in stand houden van een arbeidsbeurs in de huidige omstandigheden al dan niet gewettigd is. Immers uit de door ons college verstrekte gegevens blijkt dat de arbeidsbemiddeling te Vlissingen van geen beteekenis is. In 1923 werden be handeld 28 aanvragen van werkgevers waaraan in 22 gevallen kon worden vol daan. In Middelburg daarentegen wer den door de arbeidsbeurs behandeld 872 aanvragen van werkgevers, waaraan in 614 gevallen kon worden voldaan. Dat de districtsbeurs in tijden van werkloosheid een voorsprong heeft daar alle aanvragen van buiten het eerst tot haar komen, behoeft geen nader betoog, doch is zeer zeker als een groot voor deel aan te merken, daar zulks een ster kere vermindering van de werkloosheid in de hand werkt. Dat evenwel bezuiniging waai- mogelijk geboden is zijn wij met de commissie volmaakt eens en ons college zal dan ook nader onder het oog zien of die bezui niging niet is te vinden op de wijze als in ons eerste antwoord aangegeven. Voor hel overige merken wij nog op dat de begrooting voor 1924 voor zoover de daarin vermelde cijfers het aandeel der gemeente betreffen reeds in dé raadsvergadering van 19 December 1923, bij de behandeling dér gemeentebegroo- ting is vastgesteld en de definitieve be grooting der Arbeidsbeurs thans alleen nog wordt overgelegd, omdat daarop de goedkeuring van den Minister van Arbeid is verkregen. Woningbouw Ba- gijnhof. Op verzoek van het Bestuur der Rijks verzekeringsbank, die als geldgever op treedt voor de eerste hypothecaire geld- leening van f 138.000, door de Alg. Wo- ningbouwvereeniging voor den bouw van het Bagijnhof aangegaan, onder garantie van de gemeente, wordt door B. en W. voorgesteld het daarvoor genomen besluit te wijzigen zoodat daarin wordt ge sproken van ten hoogste f 138.000 en van een constante rente van ten hoogste 5y* pet., inplaats van 5 pet S e c r t a r i e-1 e g e s. Overeenkomstig een wenk van Ged. Staten wordt door B. en W. voorgesteld? de leges voor jachtacten niet te be palen op 25 pet. der kosten, wat de Kon. goedkeuring niet zou verwerven, maar op 20 pet.; n.l. voor groote acte voor alle jachtbedrijf f 6; groote acte met uitzon dering van valkenjacht f 3; logeeracte 12; kleine jachtacte voor waterwild,met netten, f 1. ZONDER GRAAT. LEIJNSE GRAVENSTRAAT HOEK MARKT. (iDgaz. Med.) op de gebeurtenissen van de laatste maanden. Het was Feurgères, die de stilte verbrak. „Mijne heeren," zeide hij, „er is nog iets anders wat ik u moet vertellen." „Geheel Europa vond er een genoegen in, om de zoogenaamde vlucht van de prinses Isobel met Feurgères, den too- neelspeler, te bespreken. De pers vulde haar kolommen met opzienbarende en schandelijke leugens. Wij hebben daarop nooit geantwoord. Dat diende tot niets. Als ik nu het stilzwijgen van jaren ver breek, is het, opdat Isobel de waarheid zal weten De echtgenoot van haar moe. der was een schurk, een man, die niet in liet gezelschap van een fatsoenlijke vrouw thuis behoorde. Zij had een el lendig leven, toen ik werd uitgenoodigd aan het hof van Waldenburg te ver schijnen. Ik was daar wellicht te meer welkom, omdat ik zelf een afstammeling ben van een oude en voorname Fransche familie. Ik ontmoette prinses Isobel dik wijls en wij begonnen elkaar lief te krij gen. Van den strijd, die er voor haar voortvloeide uit haar plichtsgevoel aan den eenen kant en mijn overreding aan den anderen kant, zal ik niet spreken. Zij was een zeer gevoeliige en ont wikkelde vrouw en zij had een vaste overtuiging van het onbetwistbare recht van een vrouw, om haar leven naar haar vermogen dienstbaar te maken en gij deed, wat naar haar meening het beste ARBEIDSBEURS. Aan het verslag over het le halfjaar 1924 van den Gem. Dienst voor Werk- loosheidsverz. en Arbeidsbemiddeling( te vens Districtsarbeidsbeurs) ontleenen wij het volgende Hier ter stede was de werkloosheid over het eerste halfjaar van 1924 be duidend geringer dan over hetzelfde tijd vak in 1923. Deze vermindering is in hoofdzaak toe (e schrijven aan de voort durende opleving in de bouwnijverheid; uitvoeren van groote werken, zooals het maken van een duinwater-reservoir lij delijke opleving in de ijzergieterij; vlieg tuigindustrie te Veere enz. In beide laatstgenoemde bedrijven trad echter na de opleving weder een periode van slapte in, wat tengevolge had, dat aan dfe, vliegtuigeufabriek een aantal arbeiders werden ontslagen. Door deze verminderde werkloosheid was het mogelijk de gemeentelijke werk verschaffing den 26 April stop te zetten, terwijl het steuncomité in een harer ver gaderingen besloot om met ingang van jl7 Mei de steunuitkeering te beëindigen. In het tijdvak van 1 Januari tot 17 Mei was door haar uitgekeerd een bedrag van f 5367.95. Het mocht ons gelukken enkele van de meest steuntrekkenden onder te bren gen in particuliere bedrijven, terwijl voorts aan een zestal jonge werkloozen de gelegenheid werd gegeven een niéuw vak te leeren. Het resultaat hiervan was niet groot; twee van de. zes leerlingen wisten het tot een goed einde te brengen. Mede door de bovengenoemde inge treden opleving mocht het ons gelukken het aantal werkgevers-aanvragen bedui dend te doen toenemen, namelijk van 277 over het eerste halfjaar 1923 tot op 713 over hetzelfde tijdvak 1924. Ze ker wel een bewijs, dat er steeds meer gebruik wordt gemaakt van het orgaan der openbare kostelooze arbeidsbemid deling. Districts-arbeidsberaiddeling. Tot April van dit jaar was er in de vliegt luigen-industrie te Veere een toenemen de vraag naar arbeidskrachten. Voortdu rend werd met de fabrieksleiding voeling gehouden om in de aanvragen van puitsch personeel zooveel mogelijk te voorzien door Hollandsche werkkrach ten, Op 1 April j.l. waren er in genoemd bedrijf werkzaam 224 Nederlanders en 99 Duitschers. Gedurende de eerste 6 maanden wer den door de districtsbeurs 22 verkla ringen afgegeven voor het bekomen van een pas-visum; terwijl 159 verklaringen werden afgegeven voor verlenging dier visa. Op drie ingekomen aanvragen kon door ons geen beslissing worden geno men en moesten die ter afhandeling door gezonden worden naar de Centrale Rijks arbeidsbeurs. Emigratie. Alhoewel er in Frankrijk en België voortdurend vraag was naar arbeidskrachten, was het aantal emi granten naar die landen gering, namelijk 7 naar België en 5 naar Frankrijk. De meesten keerden na verloop van korten tijd terug. Voeding en huisvesting, alsmede taalmoeilijkheden, zijn hieraan niet vreemd. Door den Rijksdienst voor W. V. en A. B. en Re Emigratie Centrale Holland werd te Goes een vergadering gehouden, waar de emigratie naar verschlleude landen werd besproken. Werkloosheidsverzekering. Door de hier gevestigde organisaties werd over het eerste halfjaar aan contributies ont vangen een bedrag van pl.m. f 6100, terwijl aan werkloozen werd uitgekeerd de somma van f 5228.79. In 4 gevallen werden de uitkeerin- gen onrechtmatig geacht en tot een be drag van f61.60 teruggevorderd. Van de besturen der afdeelingskassen werd alle mogelijke medewerking ont vangen. De Directeur van den Dienst voor W. V. en A. B. H. P. STAAL. was. Haar positie op Waldenburg was onmogelijk geworden. Dat bewees ik haar. Ik zegevierde. Maar.f Hij zweeg een oogenbiik, daarna ver volgde hij: „De geheele geschiedenis van onze vlucht was een leugen. Er was geen sprake van vluchten De prinses Isobel verliet haren echtgenoot, vergezeld van een hofdame en een dienstbode. Zij leef den rustig te Parijs, zoolang de scheideng niet was uitgesproken. Daarna trouwden wij, maar tot op dat oogenbiik hadden we elkaar, sinds ons afscheid op Wal den burg niet gezien. Isobel's moeder was een reine en heilige vrouw. Vertel dat aan rsobei. Zeg haar, dat de grootste en meest bewonderenswaardigste opof fering, die zich een vrouw ooit heeft ge troost, zeker de hare was toen zij af stand deed van haar eigen dochter. Zeg haar dat, opdat zij zich in haar later leven nooit voor haar moeder behoeft te schamen. Ik heb altijd over haar ge waakt, maar op een afstand. Daarom kan ik'er in berusten om mij ook nu ter zijde te houden en mijn plaats aan vrienden af te staan." Wederom was het Arthur, die hem een vraag stelde. „Monsieur Feurgères", zeide hij, „u heeft ons verbazingwekkende dingen om trent Isobel verteld. U heeft ons over het verleden gesproken, maar over de toekomst heeft u geen woord gerept, ls Overzicht van aanbiedingen van werk zoekenden en van de aanvragen en vol- idane aanvragen van werkgevers. Aanbiedingen van werkzoekenden Mannen Vrouwen Januari 134 (145)2 12 (13) Februari 124 (107) 7 (15) Maart 77 (175) 8 (8) April 88 (160) 5 (4) Mei 87 (144) 4 (5) Juni 89 (117) 6 (22) Totaal: 599 (848) 42 (67) Aanvr. v. werkgevers1 Mannen Vrouwen Januari 148 (20) 16 (9) Februari 138 (7) 8 (7) Maart 71 (31) 13 (4) April 61 (45) 17 (7) Mei 67 (58) 16 (15) Juni 97 (69) 61 (5) Totaal 582 (230) 131 (47) Voldane aanvragen Mannen Vrouwen Januari 126 (16) 3 .(7) Februari 74 (12) 6 (3) Maart 37 (26) 5 (3) April 39 (27) 3 (4) Mei 41 (53) 3 (-) Juni 57 (67) 5 (3) Totaal 374 (201) 25 (20) Bij de werkgeversaanvragen zijn niet gerekend de voor de werkverschaf fing gevraagde weifcloozen. 2) De tusschen haakjes geplaatste cij fers zijn die van het eerste halfjaar* 1923. LEGER EN VLOOT. Het vaste vliegkamp te Tandjong Priok wordt aan het einde van het jaar vermoedelijk naai* Soerabaja overge plaatst. Tandjong Priok blijft echter hulpvliegkamp van de marine. Hr. Ms. „Tromp" en „Ileems- kerek" zullen deze maand naar de Noor- sche wateren vertrekken voor een oefe- ningstocht met de adelborsten van het oudste studiejaar. De élat-major van de „Tromp" be staat uit commandant kapt. t. zee T. A. van Hengel, le off. kap.-luit. t. zee A. F. H. Dalhuisen, luit. ter zee le kl. J. C, H. H. Mackaij, luits. ter zee 2e kl. J. Kui per, F. J. Kist, P. A. Gallas, P. van. Popta, M. Schoo, kapt. der inf. II. P. van Vuuren, officier van gezondheid le kl. P. II. M. de Roo, off. van adm. Ge kl. M. J. Kruys, off. van adm/. 3e kl. J. Bouma, officier M. S. D'. le kl. F. H Heubelman, chef machinekamer, officie ren M. S. D. 2e kl. A. van Strij, H, Embroek, J. H. van de Laar, F. Busse- maker, W. van Leeuwen Hmzn., offi cier M. S. D. 3e kl. P. Loekemeijer. Die van de „Heemskerck" uit- com mandant kapitein-luitenant ter zee K. A. Telders, le officier luit. ter zee le kl. C. ter Poorten, idem P. A. Willemsen, P. Koenraad, luits. ter zee 2e Id. E. H. ten Broeke, jhr. N. J. C. Versluys, IÜ W. Bornkamp, W. R. van der Ben, off. van gez. le kl. E. P. Hartlieb, off. van adm. le kl. A. van Houte, off. van adxoi 3e kl. J. J. van Houten, off. M.S1D.» le kl. chef mach.-kamer F. A. Bou- man, off. M.S.D. 2e kl. W. H. Ivam, H. Gorter, G. A. J. Veen, H. de Roode, g. P. Visser, J. D. Bruinier, H. de Vries, M. P. J. Pover en A. E. de Jong. Salarissen militair personeel. Aan de commissie van. georganiseerd overleg bij de landmacht zijn thans om advies toegezonden de voorstellen tot vermindering van de salarissen van het militaire personeel. Deze voorstellen behelzen, volgens de „Avp.", een vermindering van die sala rissen van- 12 pet. voor den luit.-kolonel, 14 pet. voor den majoor; 19 pet. voor oen kapitein; 15 pet. voor den len luitenant 22 pet. voor den 2en luitenant; 21 pet. voor den adjudanten onderofficier; 25 pet. voor den serg.-majoor en 26 pet. voor den sergeant. Voor den luitenant-generaal, den gene- het uw wensch, dat zij naar Waldenburg terugkeert of moet zij rsobei de Sorrens blijven?" Feurgères keek Arthur onderzoekend aan. Het gelaat van den jongen was rood van opwinding. Hij deed geen poging om zijn persoonlijke gevoelens te verbergen. „U doet mij de vraag, die ik mijzelf herhaaldelijk heb gesteld. Isobel's plaats is op Waldenburg en toch zijn er vele en ernstige redenen, waaïom ik er tegen op zie, dat zij daarheen gaat. De koning is een oude man, het hof wordt gere geerd door de aartshertogin, een harde, gewetenlooze vrouw. Zij heeft reeds op verschillende manieren getracht het kind in haar macht te krijgen. De gedachte, dat zij daar alleen en zonder vrienden zou zijn, beangstigt mij. Haar moeder sprak mij daarover op haar sterfbed. Zij huiverde steeds bij de gedachte, dat zelfs de schaduw van dien vreeselijken laster, die op haar eigen leven drukte, een en kel oogenbiik dat van Isobel zou ver duisteren. Ik geloof, wanneer zij op dit oogenbiik hier was, dat zij het aan Isobel zou overlaten om een beslissing te ne men. En dat moeten wij, naar mijn meening, ook doen. Arthur stond op. Hij keek ongeduldig. „Monsieur Feurgères," zeide hij, heb Isobel lief. Geef haar aan mij en ik zal verder voor haar zorgen. Ik ben niet rijk maar ik zal haar een thuis geven. Zij raal-majoor en den kolonel wordt een salarisverbooging voorgesteld van onder scheidenlijk f300, f400 en f300. Voorgesteld wordt, deze herziening van de salarissen met ingang van( 1 Janu ari 1925 definitief in te voeren. BUITENLAND. UIT HET PBOCESrCOPPÊE. Er is een opfrissing gekomen in de belangstelling voor het te Brussel voor 't Assissenhof van Brabant nu reeds in een 25ste zitting gevoerde strafgeding tegen Coppée, den bejaarden groot-in dustrieel op olie-gebied, die, na langen tijd mei succes door zijn politieleen vrienden een vervolging te hebben doen belemmeren, nu dan toch terecht staat wegens ongeoorloofde leveringen aan de Duitsche bezetting. De mindere aandacht werd niet ver oorzaakt door een lauwe stemming in de rechtzaal. Het gaat daar bijna, iedere zitting zeer heftig toe tusschen het open baar ministerie en de talrijke verdedi gers. Maar Maandag was er iets bijzonders, want toen werden o.a. gehoord als ge tuige de 'Belgische pud-minister de Brocqueville, van wien men zegt dat hij Coppée zoo lang heeft beschermd tegen vervolging; en voorts den Fran-' sche oud-Minister, Briand. Ter karakteriseering laten we hier en kele deelen volgen uit het verslag in „Het Laatste Nieuws". Allereerst betreffende hel verhoor van den Brocqueville; Voorz. In Juni 1924 hebt gij ver klaard dat gij niet meer wist of Coppée ,n gesproken had van de distileering der kolen, wel van de cokes. Coppée heeft kort daarop verklaard, dat er geen spra ke was geweest van bijprodukten. Later hebt gij echter gezegd, dat er wel van de bijprodukten is gesproken. Gij liadt nola's dienaangaande teruggevonden. Get. Ik heb na een onderhoud met Mr. Renkin (advocaat van Coppée) in mijn dossiers gaan zoeken, ook in mijn vertrouwelijke papieren in mijn kasteel te Postel. Ik heb daarin mijn nota's weergevonden en heb Mr. Renkin op de hoogte gebracht. Voorz. Het parket heeft op die nota's beslag gelegd, ook op een doku- ment van u in de Société Générale. On der die dokumenten was er een, dat slechts een kopie was van u, en niet het oorspronkelijke stuk door den onder zoeksrechter gevraagd.... Deze was dus eenigszins gefopt, want gij hadt hem niet gezegd, dat het slechts een kopie was. Get. De rechter moet het geweten hebben. Voorz. Waarom hebt gij het oor spronkelijke stuk niet gegeven"? Get. Ik heb dat reeds in de Kamer uiteengezet. Die dokumenten hadden, naar mijn inzicht, geen andere waarde dan dat zij mijn geheugen hadden opge- frischt en ik er door, onder eede, be paalde verklaringen kon afleggen. Ik heb trouwens bevestigd, dat mijn kopie echt echt was. Zoo men mij de oorspronke lijke dokumenten had gevraagd, ik zou ze geweigerd hebben, maar zou een on derhoud hebben gevraagd met den mi nister van Oorlog, die zeker zou gezegd hebben de dokumenten niet te geven. Ik had geen vertrouwen in hen, die mij de dokumenten vroegen, want ik had opgemerkt dat wanneer ik dokumenten gaf, kort daarop deze vervalsclit ver schenen in de pers, in „Le Soir" en an dere bladen. Had ik het gerecht willen misleiden dan had ik anders gehandeld. Ik zou niet zoo dwaas geweest zijn. Voorz. Maar dit neemt niet weg, dat gij bij den onderzoeksrechter den indruk hebt gewekt, dal hij het oorspron kelijke stuk voor zich had. Mr. Braun. (advocaat) Waarom aan de goede trouw van den get. twijfelen'? Voorz. Ik houd er ook niet van, dat het gerucht wordt bevestigd dat de on derzoeksrechter is gefopt geweest door is te oud, om langer hier te blijven. Ik zal haar gelukkig maken. Heusch, dat zal ik." Monsieur Feurgères zweeg een oogen biik. Op zijn gezicht was niets te lezen. „En Isobel?" vroeg hij ten laatste. „Ik heb nog niet met haar gesproken. Er is tusschen ons, mannen, een af spraak, dat wij, zoo we haar lief hadden, zouden zwijgen, zoolang zij onder onze hoede is."- Monsieur Feurgères richtte zich tot mij. „Dat lijkt mij een afspraak, door u voorgesteld, Arnold Greatson," zeide hij „Wat moet ik aan uwen vriend antwoor den?" „Het is," zeide ik, „aan Isobel om te beslissen. Dit is weer een ander punt, dat aan haar oordeel moet worden on derworpen. U zegt, dat u morgen naar St. Petersburg vertrekt. Wilt u haar nog spreken?'1 Hij schudde zijn hoofd. Zijn lippen tril den, uit zijn oogen sprak een oogen biik een innig verlangen. „Ik wil haar met meer zien," zeide hij, „het is verstandiger, dat ik het niet doe. Indien zij mocht besluiten naar Walden burg te gaan, clan is het beter, dat zij mij zoo min mogelijk ziet. Ik maak geen aan spraak op de voogdy over haar. Haar moeder'» eenige wensch was, dat aan haar de geheele geschiedenis zou wor den verteld, zoodra zij haar tegenwoor- een politiek man. De onderzoeksrechter zocht h et echte stuk. Mr. Braun. Hij had niet het recht om het te Rebben. Voorz. Goed. Maar get. had den onderzoeksrechter moeten waarschuwen. Gij hebt dal niet gedaan. Ik laat er u alle aansprakelijk voor! Mr. Braun. En de pers! Voorz. Gij hadt het stuk in goede bewaring kunnen geven. Get. Ik mocht het beroepsgeheim niet verraden. Voorz. Waar zijn de oorspronkelijke stukken? Get. Ik heb ze vernield. Wanneer een egeeringshoofd zijn post verlaat, mag hij zijn vertrouwelijke stukken aan niemand geven. Op een latere vraag van de vervol ging waarom hij de echte documenten vernietigd heeft, antwoordde Brocquevil le Ik heb de waarheid willen dieneu, Ik heb de stukken vernield, omdat er in sprake was van een hooge persoon lijkheid. Toen was het niet bekend dat baron Coppée een bezoek had gebracht aan den Koning. Nu weet men het Ik heb willen verhinderen, dat de Koning in opspraak werd gebracht. Het verhoor van Briand was minder belangrijk van inhoud. Ilij was door de verdediging opgeroepen om te bevestigen dat Coppée vredeswenschen van de Duit schers had aangebracht, in 1917. BEKENDMAKINGEN. Burgemeester en Wethouders van Mid delburg maken bekend, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, hun heeft medegedeeld, dat het in ver band met het feit, dat de verjaardag van Hare Majesteit de Koningin, dit jaar op een Zondag valt, gewenscht is voor eventueele te houden feestelijkheden, 1 September a.s. te bestemmen. Middelburg,. 7 Juli 1924. Burgem. en Weth. van Middelburg, P. DUMON TAK, Voorzitter. M. VAN DER VEUR, Secretaris, —o VERPLAATSING WEEKMARKTEN. Burgemeester en Wethouders van Mid delburg brengen ter openbare kennis dat de weekmarkten van Donderdag 31 Juli en Donderdag 7 Augustus 1924 niet op de Markt, doch op de Groen markt en de Balans zullen gehouden worden. Middelburg, 7 Juli 1924. Burgem. en Weth. van Middelburg, P. DUMON TAK, Voorzitter. M. VAN DER VEUR, Secretaris. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders der ge meente Middelburg brengen ter openbare kennis dat van 7 Juli 1921 af op de ge meente-secretarie ter visie is gelegd een verzoek met bijlagen van de N.V. Mid- delburgsche Machinefabriek en Ketelma kerij te Middelburg om vergunning tot uitbreiding der reparatiewerkplaats in perceel, kad. bekend, Sectie C no. 2170 wijk P no. 125-126; gelegen aan de Mais- baai dat op Maandag den 21 Juli a.s. des namiddags te 2 uur ten raadhuize gele genheid zal zijn tegen het verzoek be zwaren in te brengen en deze mondeling of schriftelijk toe te lichten, alsmede dat zoowel de Verzoeker (als zij, die bezwaren hebben in te brengen, gedurende drie dagen vóór genoemd tijdstip op de ge meente-secretarie van de ter zake inge komen schrifturen kennis kunnen nemen, dat ingevolge Circulaire van den Com missaris der Koningin d.d. 2 November 1907 A no. 4688, 3e afd. niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeen komstig art. 7 der Hinderwet voor het gemeentebestuur of een of meer zijner leden zijn verschenen ten einde hun be zwaren mondeling toe te lichten. Middelburg, 7 Juli 1924. Burg. en Weth. voornoemd, P. DUMON TAK, Voorzitter. M. VAN DER VEUR, Secretaris. digen leeftijd had bereikt en tevens dat zij moet doen, wat zij het beste acht. Deze opdracht geef ik aan u," vervolgde hij, met een blik naar mij, „en ik weet, dat u die wensch zult volbrengen. Ik zal u mijn adres geven, voor het geval u mij; om de een of uandere reden noodig mocht hebben.'1 Hij stond op om te vertrekken. Arthur hield hem tegen. „Als Isobel mij wil hebben," zeide hij, „heeft u er geen bezwaar tegen?" „Isobel moet haar eigen keuze doen.'1 antwoordde hij. „Daarop wil ik niet den minsten invloed oefenen en indien de eeh of andere beslissing moet genomen wor den, dient u zich tot mijnheer Greatson te wenden.'1 Arthur keek mij even aan, doch wend de zich daarna weer tot monsieur Feur gères. „Of u daarop al dan niet eenige aan spraak maakt, in werkelijkkheid is u haar voogd en niet Arnold. Ik zal haar zeggen, dat u haar vrij laat in haar keuze'1. (Wordt vervolgd.), Electr. Drukkerij G. Wi den Boer, Middelburg.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1924 | | pagina 6