Zaterdag 22 Maart]i924 De onzichtbare hand. No. 70 167° Jaargang Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. EERSTE B3LAD. Abonnementsprijs per kwar taal: op de buitenwegen om Middelburg, en voor de andere gemeenten p. post f2.50; voor Middelburg en agentschap Vlis- siagen f 2.30; weekabonnementen in Middelburg 18 cent per week. Advertentiën worden berekend per regel plaatsruimte, met inbegrip van omranding. Qewone advertentiën: 30 cent per regel. Ingezonden Mededeelin- g e n 50 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen: van 17 regels f 2.10, elke regel meer 20 cent. Kleine advertentiën niet grooter dan vijf regels druks en waarbij U aangegeven dat zij in deze rubriek moeten geplaatst worden, 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiën onder brieven of bevra- geü bureau dezer courant 10 cent extra. Bewijsnummer 5 cent per stuk. Advertentiën moeten, willen ze nog in ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des ZATERDAGS uiterlijk HALF ELF aan ons Bureau bezorgd zijn. 3SKMEÏJLAMÖ, IN EN OM DE HOOFDSTAD. LXX. Vernieuwing cn veiligheid voor den voetganger. We zjjn bezig ons hier wat op te knappen ,niet alles- op eens, maar ge leidelijk. De goed adminislreercnde va der en moeder, die zoo tegen den tijd dat de zomer in uitzicht is we bemer ken er nog wel niet veel van op dit oogenblik, doch 't is toch zóó, want n'cn déplaise mynheer Braat hebben B. en W. al doen afkondigen, dat 30 Maart a.s. de zomertijd zal beginnen en de schoonmaak in het land, dit of dat ver nieuwd willen hebben in de vertrekken in de kleerkast of op de linnenplank, raadplegen eerst hun budget vóór zij aan het vernieuwen gaan. Dat heeft in dit geval ook ons goed-ad- minlstreerend gemeentebestuur gedaan, alleen met dit onderscheid tus- schen dit bestuur en den ge- zinsvader, dat het voor de vernieu wing en verfraaiing een leeniug heeft gesloten. En uit die leeuinggelden wordt Amsterdam nu geleidelijk opgeknapt de Raadsleden hebben er hun goedkeu ring aan gehecht elk jaar wat, dan zal Amsterdam er in 1928, wanneer de als dan kier te houden Olympische Spelen den vreemdelingenstroom uit zoovelen landen der wereld naar Amstel en IJ zullen doen gaan, piek-fyn uitzien; we moeten toch trachten onze gasten een uitnemenden indruk te geven van het toilet der Amsterdamsche Stedemaagd. Of déze overweging voorgezeten heeft by de Amsterdamsche „vaders" en „moe ders", toen zij de voorstellen tot veran dering en verfraaiing der stad aanna men ,weet ik niet 't is mogelijk, Door DOUGLAS VALENTINE. (Schrijver van De maa met den Klompvoet). Geautoriseerde vertaling van W. E. P. (Nadruk verboden). Sfr). Een zware voetstap weerklonk op de steenen. Desmond bleef onbewegelijk stil. Het was een geweldige inspanning voor zjjn armspieren. Wanneer Strangwise tot aan het hek ging om den heelen tuin te khnnen overzien moest hij, dat kon mei missen de gedante in het oog oog krijgen ,die daar aan het kozijn hing. „Wat duivel ,waar zit die hond?" zei Strangwise. Toen floot hij en riep weer: „Rufusl Rufus!" Desmond spande zich tot het uiter ste in ons zijn spieren niet te laten ver kappen. De aderen waren gezwollen op zija voorhoofd en hij voelde het bloed suizen in zijn ooren. Nog éón minuut en zou vallen, dat wist hij. Hij had niet meer de kracht om zich naar het kozijn omhoog te werken. Een luid geblaf klonk door den tuin, maar naar buiten heeft men van derge lijke overweging niets vernomen. Naar buiten is slechts verluid: dat al die ver anderingen in bestraling en beplanting noodzakelijk waren ter wille van het moderne verkeerdat daarvoor moest worden verbreed en nieuwe straatbedek king op tal van plaatsen noodig Was; dat zulks schallen gelds en veel tijd zou vorderen, en eenige jaren daarmede gemoeid zouden zijn. 't Is te hopen, dat men aan dat ver keer niet èlles zal opofferen, want dan kon het wel eens zijn, dat de verfraaiing der stad op vele plaatsen danig in het gedrang zou komen. Dezer dagen heeft het „Handelsblad" daarop eens flink ge wezen toen het er het blad sprak zeker in den geest van de Amsterdam mers, die hun stad lief hebben en met diepen weerzin het vandalisme, waarvan men hier den laatste» tijd zulke be droevende staaltjes ziet, aanschouwen op wees, „dat er ergens on der het-de-lakens-uitdeelend-ombtcnaars- personeel iemand moest schuilen, die, volgens het blad, aan dendrophobie, boo menvrees, lijdt", gezien het feit, dat hij maar steeds boomen laat rooien. Zulks werd geschreven naar aanleiding van het feit dat men, nu met de nieuwe bestrating van den N Z. Voorburgwal be gonnen is, in de nabijheid van het Spui een aantal boomen had doen vallen. La ter is in verband met dat schrijven wel gemeld, dat de bestaande boomen moes ten vallen ter wille van de nieuw te leggen trottoirs en dat er nieuwe boo men zullen worden geplant, doch on- dertusschcn zijn we die oudere kwijt Een geluk is, dat men blijkbaar gewaar-1 iwd is en met het roekeloos vernie-1 len wat zal ophouden. Er is terwille van dat verkeer in de j Plantage-Middenlaan al genoeg vernield1 Ik heb eenige weken geleden vermeld, j dat men daar al „flink" aan het vellen en verplaatsen van boomen was gelogen nu men daar met het werk „op schiet" ,b'en ik er nog eens gaan kijken tot de conclusie gekomen, dat er van de oude Plantage niet veel meer over is. In den aanvaüg der achttiende eeuw I heeft men die Middenlaan ook onder- handen moeten nemen ter wille van het verkeer, maar men leze er Wage- naar maar op na zonder de boomen to mishandelen De Plantage was aangelegd in 1630 en „de westelijkste der lanen, welker boomen netjes geschoren worden, loopt", I dus schreef Wagenaar, „regt op de Mui- derpoort aan", Maar in 1700 „werd de weg door de Plantaatje van de Hortus Medicus of artsentuin af, tot aan de (Muiderpoort toe, só sterk bereeden en gebruikt, dal deselve geduriglijk her maakt moest worden 't welk niet zonder zwaare kosten voor de stad, geschieden kan. Men vondt derhalve in September deeses jaars 1700, geraaden, dien we» te bestraaten 't welk als het met en-; kelen Brabantschen steen, ter breedte van anderhalve roede geschiedde, ge - rekend werd, ruim 8000 guldens en in de eerste twintig jaren, honderd guldens 's jaars onderhoud, te zullen koslcn. 't Werk werd kort hierna, vollrokkeu en de straatweg wordt nog tegenwoordig onderhouden". i Men ziet, ook hiervan geldt alweer niets nieuws onder de zon. Gelijk thans, ook twee eeuwen geleden, verkeersver-1 betering ter wille van het verkeer; hooge uitgaven alleen komt men er thans niet met 8000 guldens af die over een aantal jaren verdeeld moesten worden, doch men had ten minste eerbied voor de boomen en geen lijders aan den drophobie gelukkig, anders zou men de Plantage en de mooie boomen langs on ze typische grachten niet zoo lang ge spaard hebben. N.U is de boel daar hopeloos bedorven De breede laan ligt open met een paar rijen boomen en wordt geütsphalteerd, maar het is niet meer de Plantage van weleer; het is een gemoderniseerde ver keersweg, tevens „getooid" met nieuwer- wetsche straatlantaarns, die zoowat den vorm hebben van een sigaar, welke met het dikke einde in den grond staat, ter wijl op het boveneinde het kapje met het eleclrische glogilampje staat. Even boven hel ondereinde heeft die lantaarnpaal een gleuf, waarom, passend bij den si» gaarvorm, inderdaad het „belasting-ban derolletje" zou passen, 't Is zeker hoogst modern, maar met den besten wil ter wereld kan ik het niet bewonderen en geloof ik, dat electrische lichtbollen over dezen weg, zooals hij nu wordt, gehangen of booglampen, het beter zouden doen dan deze nieuw-modische sigaarvorm lantaarnpalen. Bovendien zouden voer tuigen dan niet de gelegenheid hebben mei die dingen in botsing te komen, wat een voordeel zou wezen, wanneer wij uit de statistieke gegevens omtrent verkeer en verkeersongevallen zien, dat in het vorig jaar niet minder dan 297 lantaarn palen door auto's of andere wagens om ver gereden zijn. Gedeeltelijk sneuvelden die palen overdag, doordat roekeloos rij dende bestuurders er mede in botsing kwamen, voor een ander deel gebeurde zulks, omdat na het invallen der duister nis de vluchtheuvels niet altijd zichtbaar waren; de een of andere auto daartegen op reed en de lantaarnpaal, die er op slond, tot slachtoffer maakte In ver band daarmede gaat men nu proeven nemen met het aanbrengen van roode lichten in het onderste gedeelte van lan taarnpalen en wil men zien of autobe stuurders daardoor de vluchtheuvels be ter zullen ontwijken. Waarom neemt men geen proef met het Londensche stelsel, waarbij men op de einpunten van vlucht heuvels wit-geschilderde ijzeren palen plaatst, die 's avonds den bestuurders van voertuigen blijkbaar duidelijk ge noeg in 't oog vallen? Dat er voor de verkeersregeling nog genoeg le doen valt in deze stad, wordt uit de verkeersstatisliek over 1923 dui delijk genoeg bewezen. Er werden er 3157 door de politie genoteerd, waar onder 464 ernstige, waarvan 37 den dood en 283 ernstig lichamelijk letsel ten ge volge hadden. Daarbij wordt geconsta teerd, dat meer dan 25 pet. van het totaal aantal door fietsen is ontstaan, terwijl van de ongevallen, welke dood of ernstig letsel ten gevolgd hadden, 22 pet. op rekening dier voertuigen komen Groot is, dus heet het verder, het aantal ongevallen door toedoen van personen- en vrachtauto's, niet minder dan 45 pet. van het totaal aantal komt-op rekening van fietsen en personen-auto's. Dit zijn mededeelingen die te denken geven. Natuurlijk, er komen lal van on gevallen voor, die aan dengenen, die ze troffen, zeiven te wijten zijn. Er zijn altijd menschen, die nooit schijnen te leeren hoe zij in een groote stad een straat of plein moeten oversteken; die niet uitkijken en slachtoffer kunnen worden van hun nalatigheid, doch het valt niet te loochenen, dat nog héél wal voor de verkeerspolitie te doen over blijft om het roekeloos jakkeren van een zeker soort fietsrijders tegen te gaan en het zou werkelijk in een stad als deze geen overdreven maatregel kunnen genoemd worden., wanneer men er toe kwam om een fiets op een andere wijze evengoed van een duidelijk zichtbaar nummer te voorzien als aan de auto's verplichtend is gesteld. Bovendien, de verkeerspolitie mag zich heusch ook wel eens af gaan vragen of zy zich niet te herzien heeft. Het streng vasthouden aan den regel dat voetgangers in sommige straten steeds rechts moeten houden, is op zich zelf prachtig, mits men daarbij niet verzuimt den voetganger ook tegen het voertuigen- verkeer in bescherming te nemen. De verkeerspolitie zal wel beweren, dat zij zulks doet, ik ben zoo vrij te meenen, dat dit geenszins het geval is. Men moet maar eens in de noodzakelijkheid ver- keeren bij het hoofdpostkantoor de Raadhuisstraat over te steken of zulks to moeten doen op den hoek van Dam en Rokin, dan komt men wel ttot de wetenschap, dat de bescherming van den voetganger bij de verkeerspolitie feitelijk niet bestaat en moet men' eigenlijk ver baasd zijn, dat de statistiek nog niet heel wat méér ongelukken te boeken krijgt Amsterdam vernieuwt zich het aan tal straten en piemen dat „ter wille van het steeds toenemend verkeer" onderst boven wordt gekeerd om een solieder en aangenamer bodem-bedekking te krij gen is zéér groot prachtig, ieder be weegt zich liever over een gladden dan over een ruwen keienweg. Doch een der gevolgen er van zal toch óók wezen, dat fietsen en auto's enz. dan nog wat hürder zullen kunnen rijden en wie er de dupe van wordt de voetganger natuurlijk. Meer asphalt - goed, roode lichtjes in lantaarnpalen best; als 't niet an ders kan, zelfs enkele boomen gerooid of verplaatst als de veiligheid van het verkeer er door bevorderd zal worden, maar daarnevens allereerst ook „her nieuwing" van de bescherming van den voetganger in een steeds „drukker" wor dende stad. SINI SANA. VOORSTELLEN VOOR DEN GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG. Afwatering woningen S e i s w e g. Naar aanleiding van het adres van J. Vergouwe en 61 andere bewoners van den Seisweg, hetwelk in de vergade ring van 30 Januari j.l. om advies in handen van B. en W. werd gesteld, be richten B. en W. 't volgende Inderdaad liggen ter plaatse geen rioolbuizen. De slooteu langs de zijkanten van den weg zijn geruimen tijd toegevroren ge weest. Gewoonlijk nemen zij een groot gedeelte van het afvalwater op, hetgeen in de vorstperiode onmogelijk was, en de klacht van adressanten omtrent af watering van weg en woningen is om die reden volkomen begrijpelijk, i Geheel afdoende verbetering kan vol gens B. en \V. alleen worden tot stand gebracht door aanleg van een riool met voldoend grooten doorlaat en aanslui ting op een tevoren systematisch ont worpen rioolnet yoor het volledige stads kwartier aan die zijde der Gemeente. Daarbij zou ook rioleering van den Noordsingel en verschillende aldaar aan sluitende wegen moeten worden over- 1 wogen. j Het behoeft nauwelijks gezegd, dat Hheumaüek, Verkoudheden' influenza Snede genezing. De heer B. M. Ititler, Koningin Sophie - straat 102. Den Haag schrijft „Bij mijn terugkeer uit Indië werd ik aangetast door zware verkoudheden, wel ke van dag tot dag erger werden. Welke middelen ik gebruikte, niets hielp, totdat mijn oog viel op een annonce van Togal- tabletlen. Ik pro beerde een flacon en mocht reeds da delijk verlichting vinden en na een tweede flacon was mijn verkoudheid totaal verdwenen". Dergelijke erva ringen en nog ver rassender resultaten verkregen vele an deren. die Togal niet alleen gebruikten tegen verkoudheden, maar ook legen ge- wrichtsrheumatiek, spierrheumatiek, rheumatische knobbels, ischias, jicht lumbago, zenuwpijnen, hoofdpijn, slape loosheid Genezing en onschadelijkheid gegarandeerd Tegen billijken prijs by alle Apothekers en Drogisten verkrijg baar lugez. Med een en ander een nauwkeurige opme ting en lange voorbereiding zou ver- eischen. Als tijdelijke voorziening is daarom nu reeds begonnen met het uitbaggeren en voor wateropneming weder geschikt maken der slooton langs den Seisweg. B. en W. stellen voor hen te mach tigen aan adressanten, als beschikking op hun adres, in den geest van het vorenstaande mededeeling te doen. Open bebouwing Singels. Naar aanleiding van het besluit in de vergadering van 30 Jan j.l. om de nog niet bebouwde terreinen, gelegen langs de Singels in deze gemeente, van de Domburgsche watergang af tot aan den Veerschen Weg, eventueel alleen voor open bebouwing te bestemmen, bieden B. en W thans den raadsle den een kaart aan, op welke de per- ceelen zijn aangegeven, die, naar hunne meening, behooren te worden aange merkt als bestemd voor open bebouwing, met dien verstande, dat de groen ge arceerde terreinen zullen zijn bestemd voor villabouw en de rood gearceer de voor bouw van middenstandswonin gen. De terreinen aan de Singdcls, welke op de kaart voorkomen en, naar hunne bedoeling, niet voor open bebouwing be hooren te worden aangewezen, zijn thans •eeds vol gëbouwd. Alleen aan den Veer schen singel is nog een klein perceel open. Doch daar verder de geheelo Veer- sche singel aaneengesloten is vol ge bouwd, schijnt B. en W. het belang van dat perceeltje niet zoodanig te zijn, dat het met een bepaling nopens open bebouwing zou behooren te worden be zwaard. Derhalve slellcn zij voor een besluit in bovenbedoelden zin te nemen. Ce C. v. Fabr. vereenigt zich met het voorstel. Brandweer In hun voorstel van 21 Dec j.l. maak- gevolgd door het getrappel van honde- pooten. Desmond hoorde Strangwise tot don hond spreken en het huis weer bin nengaan. Toen was alles weer stil. Met een geweldige krachtsinspanning zwaaide Desmond zijn beenen dwars over de buis, greep die met zyn rechterhand, toen mei de linker en begon zich langzaam naar beneden te laten. De buis trilde onder zijn gewicht ,maar zij hield toch en in een minuut stond hij op het dak van den uithouw en tuurde behoedzaam door den dikken mist, die over den tuin hing. Hy maakte zich onzichtbaar door ach ter den grooten waterton te kruipen en begon de achterzijde van de herberg te verkennen. Het bovengedeelte van het huis was in duisternis gehuld, maar een breede s troom van licht doorkliefde de j mist vanuit een halfopen deur en een smal venster op den bcganen grond. ,Door het venster keek hij in een gezellige, kleine bar, waar Strangwise, met een glas in de hand, b ij de toonbank stond. Ter wijl Desmond naar hem keek hoorde hij een gesmoorden kreet ergens in het huis Strangwise hoorde het ook, want Des- mond zag hem zyn glas op de toonbank neerzetten cn scherp luisteren. Toen volg de een doffe smak ergens binnen in de herberg en het volgend oogenblik zag. Desmond den man met het vaalgele ge zicht, die volgens zijn meening Rass moest zijn, in de verlichte ruimte bin nenkomen. Hij zeide iels tot Strangwise, terwijl hy met zyn duim achter zich wees, waarop deze hem goedkeurend op den schouder klopte; toen gingen bei den haastig heen. Hoewel zijn nieuwsgierigheid geprik keld was door het tooneel, dat hy juist had gadegeslagen, durfde Desmond toch niet langer le blijven, waar hij was. Het dak van den uitbouw was niet meer dan een voet of tien boven den grond, hy kon zich gemakkelijk naar beneden laten vallen. Geruischloos deed hij dit en toen hij zonder ongevallen aangeland was, ren de hij 't tuinhek uit. Terwijl hij dit deed hoorde hy ,dat de deur van de herberg, die op den tuin uitkwam opengerukt werd en dat de stem van Strangwise riep: „Wie is daar?" Maar Desmond lette er niet op. Hij I vloog het venster uit. Eer hij een twaalf- j lal slappen verder was, had de mist hem verzwolgen. Vanuit de witte wolk achter hem hoorde hij allerlei geroep maar hij schoot snel om het huis heen en bereikte zoo den weg. Toen hij eenmaal den vrijen open weg weg bereikt had beramende Desmond. De dikke niist die hem omringde en de harde weg beneden zijn voeten gaven i hem een gevoel van veiligheid dat hij ge mist had,zoolang hij in de atmosfeer van dat sombere, eenzame huis was geweest. Hij zette er den pas in naar huis, met één gedachte, n.l. onmiddellijk om hulp te telefoneeren om de „Dyke Inn" en allen, die zich in het huis bevonden, tc omsingelen. Nur-el-Din, dit was dui delijk of zij een spion was of niet (en Desmond geloofde haar verhaal) was de eenige persoon, die eenig licht kon wer pen op de geheimzinnige omstandighe den in verband met den moord op Mack- wayte. Haar arrestatie zou haar .boven dien vrijwaren tegen het verdere optre den van Mortimer .hoewel Desmond ver moedde dat deze, nu hij het juweel bezil had, de danseres met vrede zou la ten. Wat Strangwise betreft, die moest dan maar eens uitleggen zoo goed hij kon, waarom hij voortdurend in betrek king stond tot een vrouw, op wier aan houding een belooning was gesteld. Desmond ging met den sleutel binnen De huishoudster was teruggekeerd en was bezig de tafel voor hel middagmaal te dekken. In de bibliotheek waren de gordijnen opgetrokken en een vroolijk vuur brandde in den haard. De kamer zag er behagelijk en gezellig uit, in te genstelling met het ruwe weer buiten. Desmond sloot en grendelde de deur en ging toen naar de telefoon op het bureau. „Bel Stanning 700 op" zoo herhaalde hij zijn instructies bij zich zelf „en vraag naar mr Elias. Bin nen vijftien minuten zal er dan hulp komen opdagen." De pendule op den schoorsteenmantel wees kwart voor zeven. Wanneer er da delijk hulp kwam, konden ze met eee auto omstreeks kwart over zeven bij de Dyke Inn zijn. De telefoon gaf geen leeken van loven. Desmond rukte ongeduldig den haak op en neer. Dezen keer zou hij tenminste niet in gebreke blijven op te bellen, zei hij lot zichzelf. Voordat hij dien avond naar bed ging, zouden Nur-el-Din, haar kamenier, Rass en als het noodig was ook Strangwise (die een lesje in be scheidenheid noodig had) in verzekerde bewaring zijn. Nog steeds geen antwoord. „Hallo! Hallo!" riep Desmond, den haak heen en weer rammelend. .Hallo, de centrale!" Maar er kwam geen antwoord Toen bemerkte hij, dal de lijn afgesloten was; hij hoorde geen enkel geluid of dat gezoem, dat men altijd in de telefoon hoort, wanneer men op aansluiting wacht. Vijf minuten lang deed hij vergeef- sche pogingen om antwoord to krijgen; toen had hij er genoeg van en hield er mee op. „Ik zal den motor moeten nemen en naar Stanning rijden", zei hij bij zich zelf, „hoe ik den weg zal moeten vin den in dezen mist, mag de hemel we ten! En ik weet niet eens tof wien ik

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1924 | | pagina 1