FEüiLLÈTOli,
De onzichtbare hand
BIJVOEGSEL
VAN DE
Vrijdag 14 Maart 1924, No. 63.
KERKNIEUWS.
Donderdag 20 Maart zal mevr. dr.
A Mankes—Zernicke in de Doopsgezin
den Gem. alhier spreken over „Gods
beelden".
Donderdag vierde te Souburg de
Ger. Jongelingsvereeniging „Repos Ail-
leurs" haar 32 jarig bestaan in „Reho-
both."
Uit de jaarverslagen bleek dat het le-
ledental klom van 29 lot 35; de vereeni-
ging heeft 110 begunstigers; de biblio
theek telde op 1 Januari 1923 537 num
mers, 10 nieuwe boeken werden aan
gekocht.
De avond werd doorgebracht met de
behandeling van een paar opstellen, een
memorisatie-wedsfrijd en een voordrach
ten-wedstrijd.
Het godsdienstig element in
de moderne litteratuur
Over bovengenoemd onderwerp sprak
gisterenavond dr. P. H. Ritter Jr. van
Utrecht voor de leden der afdeeling Mid
delburg van den Ned. Protestantenbond
in het gebouw in de St. Pieterstraat.
Spr. wil geen overzicht geven van wat
de christelijke schrijvers hebben gepres
teerd, maar bij het beschouwen van het
godsdienstig element in de moderne lit
teratuur uitgaan van de gedachte, dat
het godsdienstig gevoel is het centraal
levensbesef, waaruit alle levensverschijn
selen dienen te worden bezien, en waar
aan geen enkel geestelijk levend mensch
ontkomt. Spr. gaat de vraag na hoe ons
letterkundig denken zich heeft ontwik
keld en gaat daarbij terug tot den tijd
van den eersten opbloei in de Nieuwe
Gidsbeweging.
In dien tijd toen de litteratuur stond
in den dienst der waarneming, en in den
dienst der schoonheid.
Het proza was naturalistisch, maar
niet zooals in Frankrijk bezag het de
ontwikkeling Yan sociale groepen, maar
gaf 't de analyse van de waarneming
van een persoon (v. Deyssel) in alle ver
fijndheid doorgevoerd. Dit individualisme
was bij uitstek passief. En daardoor
werd er een prijs gegeven, een alge-
meene levenswet, dat het godsdienstig
besef is het centraal levensbesef. In het
centraal levensbesef is ondenkbaar zon
der activiteit, het kiezen van een stand
punt, een meening.
En dat miste dif proza. Hef is dan ook
doodgeloopen.
De poëzie stond in dienst der schoon
heid, als de kern van alles, wat ons om
geeft. Aldus zijn vele schoone gedichten
van Kloos en van Eden te verklaren. De
schoonheid werd aanbeden als God zelf.
Daaruit is 't ook te verklaren, dat die
litteratuur van '80 zoo weinig gespro
ken heeft tot ons volk.
De ontwikkeling na de tachtiger ja
ren, ging bij het proza in de richting
van het menschelijke. D.w.z.: de weer
gave en vertolking van gevoelens, die
de mensch krijgt, niet wanneer hij al
leen is, maar in de samenleving. (Ro
mans van Robbers, Geertje van de
Meester).
Maar wanneer men in de plaats stelt
van het schoone het menschelijke, dan is
men er nog niet.
Door DOUGLAS .VALENTINE.
(Schrijver van De man met den
Klompvoet).
Geautoriseerde vertaling van W. E. P.
(Nadruk verboden).
De tijd viel Desmond zwaar, Hij had
al langen tijd geleden de lijst van Bcll-
ward's vrienden uit zijn hoofd geleerd
en vernietigd. Eiken morgen besteedde
hij minstens een uur voor den spiegel
in zijn slaapkamer aan het besludeeren
van zijn rol. Met den dag werd hij meer
vertrouwd daarmee; met den dag ook
werd zijn .verlangen grooter om naar
Londen te gaan en den stier bij de
rens te pakken, door stoutweg een van
Mr Bel!ward's kennissen op te zoeken
en te zien, wat de uilwerking van de ver
momming was.
Maar van hel hoofdbureau kwamen
geen orders om hem uit zijn opsluiting
te verlossen. Nur-el-Bin liet evenmin
een woord van zich hooren en Mortimer
zond ook geen boodschap en bracht geen
tweede bezoek aan Miel House Het stil-
Deze litteratuur had groote verdien
sten, doch gaf anderzijds een verkeerde
uitlegging van het maatschappelijk vrij
heidsbesef. Het overspel werd verheer
lijkt, en de rebellie van kinderen tegen
de ouders. Spr. komt krachtig op tegen
deze tendenzen in de litteratuur, al mag
dan niet alle overspel direct worde u
veroordeeld, evenmin als alle rebellie
van kinderen.
De reactie kwam dan ook, en Adama
v. Scheltema is de grondlegger eener
nieuwe poezië. Van hem is het woord
dat wanneer de kunst werkelijk zal zijn,
ze zich niet verrfëemden mag van het
volk. De bedoeling was de kunsl te laten
opbloeien uit het leven zelf.
fn de beweging van „de Stem' (Dirk'
Coster en Just Havelaarj wordt 't voor
"t eerst gezegd, dat thans is ingeluid een
nieuwe periode n.l. van het leed. Niet
het leed van een individu persoonlijk,
maar van het leed dat wij met elkander
dragen, waar wij met elkander verant
woordelijk voor iijn.
Een verantwoordelijkheid, die offers
eischt. Spr. leest naar aanleiding hier
van voor „De daad van het offer",
van Henriette Roland Holst.
Spr. behandelde hierna de vraag, hoe
op UI }U®UI3[3 gljsuoipspos 101I„ A O "1
dan Christelijke dichters zich verhouden
letterkunde, zooals spr. dat bedoelt.
Spr. wijst er op, dat het waarlijk
Christelijk levensgevoel in N. Nederland
niet op die wijze tot openbaring is ge
komen als b.v. bij Guido Gezelle. Het
verschil zit hem hierin, dat onze N. Ne-
derlandsche dichters en Chr, dichters
niet zijn ontkomen aan het proces van
worstelend individualisme.
Met voordrachten van gedichten van
Geerten Gossaert, Willem de Merode en
Jacqueline v. d. Waals, toont spr. aan de
ontwikkeling in de poëzie bij de Christe
lijke schrijvers. Wat bij Gossaert nog
worsteling is, wordt bij de Merode het
eerst bereikt, en 't volkomen afhanke
lijkheids gevoel heeft eerst Jacqueline
d. Waals.
Tenslotte komt spr. tot de vraag wat
de toekomst zal zijn. Spr. gelooft dat
die zal gaan in de richting van het
gemeenschapsgevoel, en een gemeen
schapsgevoel, dai een leven meebrengt
van zelfverzaking. En dat heeft tot le-
veneisch de erkenning van God's al
macht in ons en buiten ons. Want de
God buiten ons is het diepste van het
andere wezen.
Er wordt in de kunst weer geroepen
naa r God, er wordt weer gehunkerd naar
een diep geestelijk leven. Maar een
geestelijk leven .geboren uit menscheljjk
leed, tol welk besef wij zijn gekomen
doordat zoovelen op het slagveld het
leven lieten.
Hel zangkoor van Vrijzinnig Gods-
dienstigen verleende bij deze lezing zijn
medewerking, en bracht een drietal
schoone werken ten gehoore. „De Zon
komt op", van J. L. Tierié jr.; het
Busslied, van Beethoven en „Um Mit-
ternacht", van Joh. Cleuver.
Dit ijverige koor, onder leiding van
inej. Guyot, komt een woord van lof toe
over deze uitvoering, vooral van Beet
hoven's heerlijk koorwerk, waaraan een
mooi voorgedragen solo voorafging
Jaarvergadering Vereen, van
V r ij zinnig Hervormden te
Middelburg.
Gisterenavond werd in het gebouw
der Vereeniging de jaarvergadering ge
houden van de Vereeniging van Vrijzin
nig Hervormden te Middelburg onder
vdörzittersehap van den heer dr. J. P.
Cannegieter, die in zijn openings
woord allereerst den overledenen secre
taris, den heer J. J. Schenk herdacht en
er op wees hoe ontzaglijk veel deze heeft
gedaan voor hel vrijzinnig godsdienstig
en vrijzinnig hervormd leven te Mid
delburg. Dit als ouderling, als secretaris
der vereeniging, als voorzitter van de
propaganda commissie. Aan zijn liefde
voor het beginsel mogen allen nieuwen
moed en kracht ontleenen om voor het
zwijgen van de twee samenzweerders
maalde Desmond onrustig. Stel eens, dat
Mortimer, die, daar was hij zeker
van hem had betrapt op den leugen,
dat Nur-el-Din niet in huis was tijdens
zijn bezoek, dat die Mortimer argwaan
had gekregen?
En stel eens, dat Nur-el-Din er in
slaagd was naar de overzijde van
Kanaal te vluchten? Hij had de kans
gehad de hand te leggen op die beide
verdachten en hij was in gebreke geble
ven? Zou die kans ooit weer voorkomen?
Desmond betwijfelde het. Eiken mor
gen werd hjj lang vóór de schemering
wakker en lag totdat het licht was wat
te tobben over deze vrees. Hij was ont
stemd over zijn werkeloosheid en hij ver
volgde Crook met vragen of hij nog geen
orders voor hem had. Maar eiken dag
antwoordde Crook ontkennend.
In de bibliotheek had Desmond een
stafkaart van Essex gevonden. Zijn mili
taire opleiding was hem een goede oefe
ning geweest in het lezen van kaarten en
hij besteedde menig uur aan het bestu-
deeren van de streek rondom Mill House
en trachtte die in zijn hoofd te prenten
voor het geval de kennis er van hem
later te pas kon komen.
Hij was verbaasd te zien hoe ver Mill
House van alle andere bewoonde hui
zen verwijderd lag,- als men eenmaal
het dorp Wentfield voorbij was, waren
mooie beginsel te arbeiden.
Ook meerdere andere gingen heen, de
rijen der ouderen heeft spr. in zijn elf
jarig verblqf in Middelburg zeer zien
dunnen, ook hunne belangstelling moet
leiden tot nieuwe verplichting en nieuw
verantwoordelijkheidsbesef.
Er is voor de vrijzinnig-hervormden in
het algemeen reden tot tevredenheid,
en veel hangt af van de houding der
etliischen. Aan die zijde worden reeds
geluiden gehoord van personen, die
meeuen dat het tot samenwerking moet
komen, maar daarentegen sprak prof.
Obbink er van, dat de Vrijzinnigen
moeten worden geduld Tegen dezen
uitspraak is een algemeen protest onder
de Vrijzinnigen terecht opgegaan Een
schaduwzijde is het dat de Vrijzinnigen
bij duizenden de kerk verlaten en van
Amsterdam getuigd werd, dat dit daar
niet meer kan gebeuren, omdat er haast
geen meer in de kerk zijn Daartegen
over staal een groeiende religeuze en
godsdienstige belangstelling. Men kan
zeer Mgvreden zijn over de ontwikkeling
van de vrijzinnig godsdienstige gedachte,
aan ethische zijde wordt al meer en
meer bet goede in die gedachte erkend.
Dit blijkt o a. uit het met elhischcn
steun herkiezen van de heeren van Burg
en van Houten, terwijl spr vertrouwt
dal ook in plaats van den heer Schenk,
wel weer een vrijzinnig ouderling zal
worden gekozen.
Men erkent aan ethische zijde ai meer
en meer het recht der Vrijzinnigen. Ook
niet het ideele gaat het goed vooruit,
al blijft het kerkbezoek aboniuabel slecht
Dat men aan orthodaxe zijde soms nog
eigenaardige opvattingen over het vrij
zinnig-godsdienstig beginsel heeft blijkt
uit een pas verschenen artikel van ds.
Gunning uit Serooskerke, wat spr haast
zou doen vragen of de vrijheid van druk
pers maar niet moet worden afgeschaft.
De vrijzinnigen zijn nog lang niet waar'
zij moeten wezen en spr. doet een be
roep op allen om daaraan verder mede
te werken.
Door den waarnemenden secretaris,
den heer J. van Burg werd hierna het
jaarverslag uitgebracht waarin ook eerst
den heer Scheuk wordt herdacht, welke
woorden van groote waardeering de heer
van Burg beëindigt met „Hij ruste in
vrede".
Het ledental bedroeg bij den aanvang
van 1923 369, er kwamen 10'leden bij
doch door vertrek en overlijden vielen er
15 af, zoodat het aantal thans 361 be
draagt. De kinderkerk mocht zich steeds
in een druk bezoek verheugen, het zang
koor der Vrijz. Herv. verleende meer
malen zijn zeer gewaardeerden steun bij
godsdienstoefeningen en bij de Kerst-
feestviering. Aan den heer G. W. Sprink,
die jaren lang organist der vereeniging
was, werd eervol ontslag verleend. De
waarn. secretaris betreurt hel dat het
Maandblad op hield te verschijnen en
ie meer omdat de oorzaak daarvan was,
dat de redacteur dr. Cannegieter. zich
genoodzaakt zag zijn arbeid tot zijn
pastorale werk te beperken in verband
met zijn gezondheidstoestand, en de beer
van Burg eindigt zijn verslag met den
wensch, dat de leider der beweging zich
spoedig geheel weer zal kunnen geven
süs voorheen.
De voorzitter dankte voor deze
waardeerende woorden en voor hel sa
menstellen van het verslag.
Door den heer L. J. Visser jr.,
werd vervolgens het verslag uitgebracht
van de propaganda-commissie, waarin
ook den overleden voorzitter, den heer
Schenk, wordt herdacht en aan het af
getreden commissielied, den heer A. Heij-
boer dank wordt gebracht voor zijn werk
in de commissie. De commissie moet
haar arbeid voor het aanwerven van le
den, voornamelijk bepalen tot zich te
Middelburg vestigende personen en
bracht dan ook dit jaar slechts 10 nieu-
-we leden aan met een contributie van
f 18
De voorzitter is overtuigd, dat de
commissie hard heeft gewerkt, maai'
zij staat langzamerhand voor een afge
roomd terrein.
Ieder lid zal goed doen aan de com
missie op te geven als men personen
weet, die in aanmerking komen om lid
te worden. De minimum contributie is
50 cent, maar dat is nog een voor-oor-
logsche contributie en ook de leden zul
len goed doen zoo mogeljjk iets te ver-
hoogen.
Namens den secretaris van de commis
sie voor Iecluurverspreiding bracht mevr.
B o d d a e r tS chuurbeque Boeije
verslag dier commissie uit, waaruit blijkt,
dat 118 boeken werden uitgeleend, dat
er 13 portefeuilles in omloop zijn bij 7
tot 12 leden en 3 bij 23 leden
Aangedrongen werd op geregelde ver
zending der portefeuilles en het niet na
laten om de data van ontvangen en ver
zenden in te vullen.
De rekening van de penningmeesteres,
mevr Boddaert, werd goedgekeurd
met een goed slot van f 261 52 Ook de
hegrooting voor 1924, waarop een post
onvoorzien van f 200 voorkomt.
De penningmeesteres maakt er met
groote waardeering gewag van. dat de
V. C. J. B. van haar goed saldo van de
tooneeluitvoering f 10 aan de Vereeniging
afstond.
Mevr. Hioolen en de heer Troll, wer
den bij candidaatstelling tot bestuurslid
herkozen
Voor de vacature van wijlen den heer
heer Schenk waren candidaat gesteld in
alphabetische volgorde de heer M. J.
Jonk, mevr. Moolenburg—Helder, en de
heeren J. Philipse en W. S. Walles. Na
twee vrije stemmingen werd de heer Phi
lipse gekozen met 15 stemmen, tegen 11
op den heer Jonk en 2 blanco
Van het renteloos voorschot werden
de volgende 10 nummers uitgeloot 12,
22, 49, 140, 171, 225, 236, 294, 307 en 340
Bij de rondvraag werd door den heer
Philipse nog terug gekomen op de
ook door hem betreurde opheffing van
hel maandblad.
De voorzitter zal gaarne overwe
gen te zijnertijd weer voor een geregel-
den band met de leden te zorgen
tineerd, beschuldigd van poging tot
moord (doodslag) op, subs, mishandeling
van een meisje met wie hij vroeger ver
keering had gehad en op (van) het joog-
mensch, dat thans met het meisje ver
loofd is, door deze beide personen ste
ken met een mes toe te brengen. Het
O. M. had wegens poging tot moord op
het meisje en poging tot doodslag op het
jongmensch 8 jaren gevangenisstraf le
gen dezen bekl., die reeds eenige kecren
wegens mishandeling van het meisje is
veroordeeld, geeischt.
De rechtbank achtte het primair ten
laste gelegde niet bewezen, verklaarde
bekl. schuldig aan mishandeling, meer
malen gepleegd, en veroordeelde hem
deswege tot 2 jaar gevangenisstraf en tol
betaling van f 40 schadevergoeding aan
het verwonde jongmensch.
HANDEL, NIJVERHEID EN
VISSCHEKIJ
Arbeid in slagerijen.
De minister van Arbeid heeft aan
hoofden of bestuurders van met een
winkel verbonden slagerijen in alle ge
meenten des rijks vergund, dat tot 1
April 1925, in afwijking van het bepaal
de bij de artikelen 23 en 24 der Arbeids
wet 1919, op Zaterdag de arbeid van de
in de zoodanige onderneming werkzame
mannelijke arbeiders van 15 jaar of
ouder aanvangt om 6 uur des voormid-
dags', onder voorwaarde, dat in de be
trokken onderneming niet door eenigen
arbeider op dien dag arbeid vrordt ver
richt na 8i/z uur des namiddags, behou
dens voor wat mannen betreft, arbeid
bestaande in het opbergen van vleesck
in de koelcellen van slachthuizen, wel
ke arbeid alsdan in het tijdvak van 1
Mei (ot 1 October op Zaterdag tof 9 uur
des namiddags mag geschieden
een paar eenzame huizen het eenige, wat
men zag tof Mill House toe; maar naar
het Zuiden strekte zich een absoluut on
bewoonde strook moerasland uit, die al
leen werd doorsneden door den weg,
waaraan Mill House lag. Het eenige be
woonde huis ten zuiden van Belt ward's
villa scheen een eenzame herberg te zijn,
aan den rand van het moeras, een paar
honderd meier op zij van den weg. De
herberg heette „Dyke Inn".
Op zekeren middag het was de
vijfde dag na Desmond's aankomst in
Bcllward's huis kondigde Crook aan
dat dit zijn laatste bezoek zou zijn.
„Ik ga op reis vanavond, mr Bell-
vvard", zei hij (hij bleef er altijd bij Des-
mond bij zijn aangenomen nieuwen naam
te noemen) „een karweitje opknappen in
Zwitserland, in Bern, als u 'f precies wilt
weten. Ik zou kunnen zeggen, dat er
dringende haast bij is en wer
kelijk mijnheer, u heeft zooveel vorde-
deringen gemaakt, dat ik u wel veilig
alleen kan laten, geloof ik. En ik moest
u nog zeggen, dat u nu spoedig zult mo
gen uitgaan".
„PrachtigI riep Desmond uit, zijn han
den wrijvend. „En je denkt, dat ik er zoo
wel mee door kan hé Crookt"
Grook wreef peinzend over zijn neus.
„Ik zal heel openhartig zijn, mr. Bell-
^ard", zei hij. „Wie u oppervlakkig
kent, zal nooit achterdocht krijgen. Kom
RECHTZAKEN.
- De rechtbank te Rotterdam heeft
Donderdag met gesloten deuren ze
denmisdrijven behandeld Tegen C K.
werd wegens het plegen van ontucht
met minderjarige meisjes 1 jaar ge
vangenisstraf geëischt. Tegen den ont
slagen agent van politie E H., is wegens
het als ouder plegen van ontlucht met
aan zijn zorgen toevertrouwde minder
jarige kinderen geëischf 4 jaar gev str.
Voor de rechtbank te 's-Ilertogen-
bosch heeft, terechtgestaan J. A. v. S., 25
jaar, sigarenmaker te Eindhoven, be
klaagd van poging tot doodslag op J.
Klaassen, op wien hij een met hagel ge
laden jadhtweer had afgeschoten, /.onder
echter edele deelen te raken. Bekl. ver
klaarde niet de bedoeling te hebben ge
had te dooden.
Het O. M. eischte wegens poging tot
mishandeling met voorbedachte rade 1
jaar gevangenisstraf met aftrek van de
voorloopige hechtenis.
Wegens diefstal van kippen werd le
gen denzelfden bekl. 4 maanden geëischt.
De 59-jarige koopman W. H. P., uit
Groningen, gedetineerd, werd wegens op
lichting te Brummen, waar hij geld in
zamelde zoogenaamd voor Duitsche kin
deren, doch dat geld ten eigen bate aan
wendde, veroordeeld tot een gevangenis
straf van D/o jaar.
J. L. P., 36 jaar, arbeider te Mon
ster, gedetineerd, wegens mishandeling
van den velwachter A. Stam aldaar,
zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heb
bende werd veroorddeld tot 2 jaar ge
vangenisstraf en tot betaling aan Stam
van f 50 schadevergoeding.
Liefdesdrama te Delft.
Gisteren heeft de rechtbank uitspraak
gedaan in de zaak tegen den 23-jarigen
schippersknecht II. T. uit Delft, gede-
met al te veel in het licht; laat uw pro
fiel niet meer zien dan noodig is en
denk eraan, dat een vrouw scherper
opmerkt .dan een man. Dat is mijn raad,
mijnheer. En nu neem ik afscheid van
UI Dien valschen baard heeft u morgen
niet meer noodig."
i Dien nacht sliep Desmond heerlijk en
hij werd niet wakker voordat de zonne-
I schijn door de jalouzieën van ziju slaap-
j kamer binnendrong. Hij voelde zich op
gewekt en sterk en hij had het eigenaar
dig gevoel, dat er dien dag iets met hem
zou gebeuren.
Ilel was een heerlijke morgen, de
lucht was vol geuren als in de lente,
terwijl bij zijn haar stond te borstelen
'voor hel raam, zag Desmond de kie
viten loopen in den zonneschijn op de
velden over den weg. Hij genoot van zfjn
ontbijt, stak toen een pijp op en opende
de krant die naast zijn bord lag.
Eerst keek hij, zooals zijn vaste ge
woonte was, naar de verliezenlijst Daar
stond lief f Onder de namen van degenen,
•die te velde gesneuveld waren, las hij
„Okewood, majoor D. J. P.", gevolgd
door den naam van zijn regiment- Het
gaf hem even een eigenaardig' gevoel,
hoewel hij toch eiken dag naar dat be
richt had uitgezien maar het gevoel
van verrassing werd al gauw gevolgd
door een gevoel van opluchting. Dat
korte regeltje in de lijst beteekende zoo-
LF.GER EN VLOOT.
O n d e r-o fficierenver „O s
Belang".
De onderofficiersvereeniging „Ons Be
lang" hield gisterenavond in de socië
teit „St. Joris" alhier een druk be
zochte vergadering, die door den voor
zitter der afdeeling, de heer Vis, met
een enkel woord werd ingeleid. Spreker
was de heer W. Klooster, lid van het
hoofdbestuur, over Verleden, Heden en
Toekomst.
De heer Klooster begon met het
verleden, en herinnerde aan het 25-jarig
jubileum, toen de gelullenen werden ge
huldigd, die gestreden hadden voor den
bond, en generaal Snijders verklaarde,
dat „Ons Belang" een zegen was ge
weest voor het Ned. leger, en toen een
der oprichters vertelde hoe hij zelf bad
geleden in zijn persoonlijk leven; een
beeld van het lot van een vroegeren
onderofficier.
De onderofficieren lagen 25 jaar ge
leden in de modder, net als de arbei
der in de maatschappij. Hoe is 't ales
anders geworden! Wat de arbeider 25
jaar geleden was (paria; was de onder
officier in het leger.
In den tijd van Johan de Witt werd
al geklaagd over het veelvuldig aanstel
len van de oppassers.
In 1814 werd voorzichtigheid aanbevo
len voor het aannemen van vrijwilligers,
vooral moest gelet of ze niet tot de
landloopers behoorden.
Het tractement en pensioen van de
onderofficieren was laag. Spr. geelt een
overzicht van him behuizing, en de buur
ten waar de onderofficieren moesten wo
nen, hoe ze moesten leven. De onderof
ficier werd ruw, onbeschaafd gehouden
en gemaakt. Hij werd teruggehouden in
een hoek. Tot 25 jaar geleden „Onw
Belang" werd opgericht en de kentering
am. Het waren in het begin moei
lijke jaren; er was veel tegenwerking,
maar geleidelijk groeide de vereeniging,
ondanks strijd tegen laksheid, verdeeld-
veel als het afsnijden van alle oude
banden, totdat hij zijn prooi bemachtigd
zou hebben.
Nu was hij klaar om te beginnen
Hij bracht den morgen in den tuin
door. Ilier ontmoette hij voor het eerst
den ouden Hill, den kindschen man, die,
toen hij hem zag plotseling druk bezig
was met een handvol bladeren op te ne
men en naar een vuur te dragen, dat in
een hoek van den tuin brandde. Des
mond trachtte een gesprek met hem te
beginnen, maar de man was zoo geweldig
doof, dat Desmond na een paar keer
„mooi weer vandaag!" in zijn oor ge
toeterd te hebben, het maar opgaf cu
naar het schuurtje ging, waar d© motor
stond. Hier hield hij zich meer dan 'n uur
bezig met de machine uit elkaar te ne
men en de deeien weer in elkander te
zetten. Hij consateerde met voldoening,
dat de motor goed in orde was en vulde
den tank. Hij had een voorgevoel, dat
dti vervoermiddel hem nog wol eens van
nut zou kunnen zijn.
Het was zulk mooi weer, dat hij d«
lunch gebruikte voor bet open raam,
waar de zonnestralen door de wijnglazen
heen prachtige kleuren tooverden op het
tafellaken. Hij was juist klaar met zijn
koffie, toen de huishoudster binnenkwam
om te zeggen, dat er iemand voor hem
aan de telefoon was.
(Wbrdt vervolgd).