FEüiLLÈTOli, De onzichtbare hand BIJVOEGSEL VAN DE Vrijdag 14 Maart 1924, No. 63. KERKNIEUWS. Donderdag 20 Maart zal mevr. dr. A Mankes—Zernicke in de Doopsgezin den Gem. alhier spreken over „Gods beelden". Donderdag vierde te Souburg de Ger. Jongelingsvereeniging „Repos Ail- leurs" haar 32 jarig bestaan in „Reho- both." Uit de jaarverslagen bleek dat het le- ledental klom van 29 lot 35; de vereeni- ging heeft 110 begunstigers; de biblio theek telde op 1 Januari 1923 537 num mers, 10 nieuwe boeken werden aan gekocht. De avond werd doorgebracht met de behandeling van een paar opstellen, een memorisatie-wedsfrijd en een voordrach ten-wedstrijd. Het godsdienstig element in de moderne litteratuur Over bovengenoemd onderwerp sprak gisterenavond dr. P. H. Ritter Jr. van Utrecht voor de leden der afdeeling Mid delburg van den Ned. Protestantenbond in het gebouw in de St. Pieterstraat. Spr. wil geen overzicht geven van wat de christelijke schrijvers hebben gepres teerd, maar bij het beschouwen van het godsdienstig element in de moderne lit teratuur uitgaan van de gedachte, dat het godsdienstig gevoel is het centraal levensbesef, waaruit alle levensverschijn selen dienen te worden bezien, en waar aan geen enkel geestelijk levend mensch ontkomt. Spr. gaat de vraag na hoe ons letterkundig denken zich heeft ontwik keld en gaat daarbij terug tot den tijd van den eersten opbloei in de Nieuwe Gidsbeweging. In dien tijd toen de litteratuur stond in den dienst der waarneming, en in den dienst der schoonheid. Het proza was naturalistisch, maar niet zooals in Frankrijk bezag het de ontwikkeling Yan sociale groepen, maar gaf 't de analyse van de waarneming van een persoon (v. Deyssel) in alle ver fijndheid doorgevoerd. Dit individualisme was bij uitstek passief. En daardoor werd er een prijs gegeven, een alge- meene levenswet, dat het godsdienstig besef is het centraal levensbesef. In het centraal levensbesef is ondenkbaar zon der activiteit, het kiezen van een stand punt, een meening. En dat miste dif proza. Hef is dan ook doodgeloopen. De poëzie stond in dienst der schoon heid, als de kern van alles, wat ons om geeft. Aldus zijn vele schoone gedichten van Kloos en van Eden te verklaren. De schoonheid werd aanbeden als God zelf. Daaruit is 't ook te verklaren, dat die litteratuur van '80 zoo weinig gespro ken heeft tot ons volk. De ontwikkeling na de tachtiger ja ren, ging bij het proza in de richting van het menschelijke. D.w.z.: de weer gave en vertolking van gevoelens, die de mensch krijgt, niet wanneer hij al leen is, maar in de samenleving. (Ro mans van Robbers, Geertje van de Meester). Maar wanneer men in de plaats stelt van het schoone het menschelijke, dan is men er nog niet. Door DOUGLAS .VALENTINE. (Schrijver van De man met den Klompvoet). Geautoriseerde vertaling van W. E. P. (Nadruk verboden). De tijd viel Desmond zwaar, Hij had al langen tijd geleden de lijst van Bcll- ward's vrienden uit zijn hoofd geleerd en vernietigd. Eiken morgen besteedde hij minstens een uur voor den spiegel in zijn slaapkamer aan het besludeeren van zijn rol. Met den dag werd hij meer vertrouwd daarmee; met den dag ook werd zijn .verlangen grooter om naar Londen te gaan en den stier bij de rens te pakken, door stoutweg een van Mr Bel!ward's kennissen op te zoeken en te zien, wat de uilwerking van de ver momming was. Maar van hel hoofdbureau kwamen geen orders om hem uit zijn opsluiting te verlossen. Nur-el-Bin liet evenmin een woord van zich hooren en Mortimer zond ook geen boodschap en bracht geen tweede bezoek aan Miel House Het stil- Deze litteratuur had groote verdien sten, doch gaf anderzijds een verkeerde uitlegging van het maatschappelijk vrij heidsbesef. Het overspel werd verheer lijkt, en de rebellie van kinderen tegen de ouders. Spr. komt krachtig op tegen deze tendenzen in de litteratuur, al mag dan niet alle overspel direct worde u veroordeeld, evenmin als alle rebellie van kinderen. De reactie kwam dan ook, en Adama v. Scheltema is de grondlegger eener nieuwe poezië. Van hem is het woord dat wanneer de kunst werkelijk zal zijn, ze zich niet verrfëemden mag van het volk. De bedoeling was de kunsl te laten opbloeien uit het leven zelf. fn de beweging van „de Stem' (Dirk' Coster en Just Havelaarj wordt 't voor "t eerst gezegd, dat thans is ingeluid een nieuwe periode n.l. van het leed. Niet het leed van een individu persoonlijk, maar van het leed dat wij met elkander dragen, waar wij met elkander verant woordelijk voor iijn. Een verantwoordelijkheid, die offers eischt. Spr. leest naar aanleiding hier van voor „De daad van het offer", van Henriette Roland Holst. Spr. behandelde hierna de vraag, hoe op UI }U®UI3[3 gljsuoipspos 101I„ A O "1 dan Christelijke dichters zich verhouden letterkunde, zooals spr. dat bedoelt. Spr. wijst er op, dat het waarlijk Christelijk levensgevoel in N. Nederland niet op die wijze tot openbaring is ge komen als b.v. bij Guido Gezelle. Het verschil zit hem hierin, dat onze N. Ne- derlandsche dichters en Chr, dichters niet zijn ontkomen aan het proces van worstelend individualisme. Met voordrachten van gedichten van Geerten Gossaert, Willem de Merode en Jacqueline v. d. Waals, toont spr. aan de ontwikkeling in de poëzie bij de Christe lijke schrijvers. Wat bij Gossaert nog worsteling is, wordt bij de Merode het eerst bereikt, en 't volkomen afhanke lijkheids gevoel heeft eerst Jacqueline d. Waals. Tenslotte komt spr. tot de vraag wat de toekomst zal zijn. Spr. gelooft dat die zal gaan in de richting van het gemeenschapsgevoel, en een gemeen schapsgevoel, dai een leven meebrengt van zelfverzaking. En dat heeft tot le- veneisch de erkenning van God's al macht in ons en buiten ons. Want de God buiten ons is het diepste van het andere wezen. Er wordt in de kunst weer geroepen naa r God, er wordt weer gehunkerd naar een diep geestelijk leven. Maar een geestelijk leven .geboren uit menscheljjk leed, tol welk besef wij zijn gekomen doordat zoovelen op het slagveld het leven lieten. Hel zangkoor van Vrijzinnig Gods- dienstigen verleende bij deze lezing zijn medewerking, en bracht een drietal schoone werken ten gehoore. „De Zon komt op", van J. L. Tierié jr.; het Busslied, van Beethoven en „Um Mit- ternacht", van Joh. Cleuver. Dit ijverige koor, onder leiding van inej. Guyot, komt een woord van lof toe over deze uitvoering, vooral van Beet hoven's heerlijk koorwerk, waaraan een mooi voorgedragen solo voorafging Jaarvergadering Vereen, van V r ij zinnig Hervormden te Middelburg. Gisterenavond werd in het gebouw der Vereeniging de jaarvergadering ge houden van de Vereeniging van Vrijzin nig Hervormden te Middelburg onder vdörzittersehap van den heer dr. J. P. Cannegieter, die in zijn openings woord allereerst den overledenen secre taris, den heer J. J. Schenk herdacht en er op wees hoe ontzaglijk veel deze heeft gedaan voor hel vrijzinnig godsdienstig en vrijzinnig hervormd leven te Mid delburg. Dit als ouderling, als secretaris der vereeniging, als voorzitter van de propaganda commissie. Aan zijn liefde voor het beginsel mogen allen nieuwen moed en kracht ontleenen om voor het zwijgen van de twee samenzweerders maalde Desmond onrustig. Stel eens, dat Mortimer, die, daar was hij zeker van hem had betrapt op den leugen, dat Nur-el-Din niet in huis was tijdens zijn bezoek, dat die Mortimer argwaan had gekregen? En stel eens, dat Nur-el-Din er in slaagd was naar de overzijde van Kanaal te vluchten? Hij had de kans gehad de hand te leggen op die beide verdachten en hij was in gebreke geble ven? Zou die kans ooit weer voorkomen? Desmond betwijfelde het. Eiken mor gen werd hjj lang vóór de schemering wakker en lag totdat het licht was wat te tobben over deze vrees. Hij was ont stemd over zijn werkeloosheid en hij ver volgde Crook met vragen of hij nog geen orders voor hem had. Maar eiken dag antwoordde Crook ontkennend. In de bibliotheek had Desmond een stafkaart van Essex gevonden. Zijn mili taire opleiding was hem een goede oefe ning geweest in het lezen van kaarten en hij besteedde menig uur aan het bestu- deeren van de streek rondom Mill House en trachtte die in zijn hoofd te prenten voor het geval de kennis er van hem later te pas kon komen. Hij was verbaasd te zien hoe ver Mill House van alle andere bewoonde hui zen verwijderd lag,- als men eenmaal het dorp Wentfield voorbij was, waren mooie beginsel te arbeiden. Ook meerdere andere gingen heen, de rijen der ouderen heeft spr. in zijn elf jarig verblqf in Middelburg zeer zien dunnen, ook hunne belangstelling moet leiden tot nieuwe verplichting en nieuw verantwoordelijkheidsbesef. Er is voor de vrijzinnig-hervormden in het algemeen reden tot tevredenheid, en veel hangt af van de houding der etliischen. Aan die zijde worden reeds geluiden gehoord van personen, die meeuen dat het tot samenwerking moet komen, maar daarentegen sprak prof. Obbink er van, dat de Vrijzinnigen moeten worden geduld Tegen dezen uitspraak is een algemeen protest onder de Vrijzinnigen terecht opgegaan Een schaduwzijde is het dat de Vrijzinnigen bij duizenden de kerk verlaten en van Amsterdam getuigd werd, dat dit daar niet meer kan gebeuren, omdat er haast geen meer in de kerk zijn Daartegen over staal een groeiende religeuze en godsdienstige belangstelling. Men kan zeer Mgvreden zijn over de ontwikkeling van de vrijzinnig godsdienstige gedachte, aan ethische zijde wordt al meer en meer bet goede in die gedachte erkend. Dit blijkt o a. uit het met elhischcn steun herkiezen van de heeren van Burg en van Houten, terwijl spr vertrouwt dal ook in plaats van den heer Schenk, wel weer een vrijzinnig ouderling zal worden gekozen. Men erkent aan ethische zijde ai meer en meer het recht der Vrijzinnigen. Ook niet het ideele gaat het goed vooruit, al blijft het kerkbezoek aboniuabel slecht Dat men aan orthodaxe zijde soms nog eigenaardige opvattingen over het vrij zinnig-godsdienstig beginsel heeft blijkt uit een pas verschenen artikel van ds. Gunning uit Serooskerke, wat spr haast zou doen vragen of de vrijheid van druk pers maar niet moet worden afgeschaft. De vrijzinnigen zijn nog lang niet waar' zij moeten wezen en spr. doet een be roep op allen om daaraan verder mede te werken. Door den waarnemenden secretaris, den heer J. van Burg werd hierna het jaarverslag uitgebracht waarin ook eerst den heer Scheuk wordt herdacht, welke woorden van groote waardeering de heer van Burg beëindigt met „Hij ruste in vrede". Het ledental bedroeg bij den aanvang van 1923 369, er kwamen 10'leden bij doch door vertrek en overlijden vielen er 15 af, zoodat het aantal thans 361 be draagt. De kinderkerk mocht zich steeds in een druk bezoek verheugen, het zang koor der Vrijz. Herv. verleende meer malen zijn zeer gewaardeerden steun bij godsdienstoefeningen en bij de Kerst- feestviering. Aan den heer G. W. Sprink, die jaren lang organist der vereeniging was, werd eervol ontslag verleend. De waarn. secretaris betreurt hel dat het Maandblad op hield te verschijnen en ie meer omdat de oorzaak daarvan was, dat de redacteur dr. Cannegieter. zich genoodzaakt zag zijn arbeid tot zijn pastorale werk te beperken in verband met zijn gezondheidstoestand, en de beer van Burg eindigt zijn verslag met den wensch, dat de leider der beweging zich spoedig geheel weer zal kunnen geven süs voorheen. De voorzitter dankte voor deze waardeerende woorden en voor hel sa menstellen van het verslag. Door den heer L. J. Visser jr., werd vervolgens het verslag uitgebracht van de propaganda-commissie, waarin ook den overleden voorzitter, den heer Schenk, wordt herdacht en aan het af getreden commissielied, den heer A. Heij- boer dank wordt gebracht voor zijn werk in de commissie. De commissie moet haar arbeid voor het aanwerven van le den, voornamelijk bepalen tot zich te Middelburg vestigende personen en bracht dan ook dit jaar slechts 10 nieu- -we leden aan met een contributie van f 18 De voorzitter is overtuigd, dat de commissie hard heeft gewerkt, maai' zij staat langzamerhand voor een afge roomd terrein. Ieder lid zal goed doen aan de com missie op te geven als men personen weet, die in aanmerking komen om lid te worden. De minimum contributie is 50 cent, maar dat is nog een voor-oor- logsche contributie en ook de leden zul len goed doen zoo mogeljjk iets te ver- hoogen. Namens den secretaris van de commis sie voor Iecluurverspreiding bracht mevr. B o d d a e r tS chuurbeque Boeije verslag dier commissie uit, waaruit blijkt, dat 118 boeken werden uitgeleend, dat er 13 portefeuilles in omloop zijn bij 7 tot 12 leden en 3 bij 23 leden Aangedrongen werd op geregelde ver zending der portefeuilles en het niet na laten om de data van ontvangen en ver zenden in te vullen. De rekening van de penningmeesteres, mevr Boddaert, werd goedgekeurd met een goed slot van f 261 52 Ook de hegrooting voor 1924, waarop een post onvoorzien van f 200 voorkomt. De penningmeesteres maakt er met groote waardeering gewag van. dat de V. C. J. B. van haar goed saldo van de tooneeluitvoering f 10 aan de Vereeniging afstond. Mevr. Hioolen en de heer Troll, wer den bij candidaatstelling tot bestuurslid herkozen Voor de vacature van wijlen den heer heer Schenk waren candidaat gesteld in alphabetische volgorde de heer M. J. Jonk, mevr. Moolenburg—Helder, en de heeren J. Philipse en W. S. Walles. Na twee vrije stemmingen werd de heer Phi lipse gekozen met 15 stemmen, tegen 11 op den heer Jonk en 2 blanco Van het renteloos voorschot werden de volgende 10 nummers uitgeloot 12, 22, 49, 140, 171, 225, 236, 294, 307 en 340 Bij de rondvraag werd door den heer Philipse nog terug gekomen op de ook door hem betreurde opheffing van hel maandblad. De voorzitter zal gaarne overwe gen te zijnertijd weer voor een geregel- den band met de leden te zorgen tineerd, beschuldigd van poging tot moord (doodslag) op, subs, mishandeling van een meisje met wie hij vroeger ver keering had gehad en op (van) het joog- mensch, dat thans met het meisje ver loofd is, door deze beide personen ste ken met een mes toe te brengen. Het O. M. had wegens poging tot moord op het meisje en poging tot doodslag op het jongmensch 8 jaren gevangenisstraf le gen dezen bekl., die reeds eenige kecren wegens mishandeling van het meisje is veroordeeld, geeischt. De rechtbank achtte het primair ten laste gelegde niet bewezen, verklaarde bekl. schuldig aan mishandeling, meer malen gepleegd, en veroordeelde hem deswege tot 2 jaar gevangenisstraf en tol betaling van f 40 schadevergoeding aan het verwonde jongmensch. HANDEL, NIJVERHEID EN VISSCHEKIJ Arbeid in slagerijen. De minister van Arbeid heeft aan hoofden of bestuurders van met een winkel verbonden slagerijen in alle ge meenten des rijks vergund, dat tot 1 April 1925, in afwijking van het bepaal de bij de artikelen 23 en 24 der Arbeids wet 1919, op Zaterdag de arbeid van de in de zoodanige onderneming werkzame mannelijke arbeiders van 15 jaar of ouder aanvangt om 6 uur des voormid- dags', onder voorwaarde, dat in de be trokken onderneming niet door eenigen arbeider op dien dag arbeid vrordt ver richt na 8i/z uur des namiddags, behou dens voor wat mannen betreft, arbeid bestaande in het opbergen van vleesck in de koelcellen van slachthuizen, wel ke arbeid alsdan in het tijdvak van 1 Mei (ot 1 October op Zaterdag tof 9 uur des namiddags mag geschieden een paar eenzame huizen het eenige, wat men zag tof Mill House toe; maar naar het Zuiden strekte zich een absoluut on bewoonde strook moerasland uit, die al leen werd doorsneden door den weg, waaraan Mill House lag. Het eenige be woonde huis ten zuiden van Belt ward's villa scheen een eenzame herberg te zijn, aan den rand van het moeras, een paar honderd meier op zij van den weg. De herberg heette „Dyke Inn". Op zekeren middag het was de vijfde dag na Desmond's aankomst in Bcllward's huis kondigde Crook aan dat dit zijn laatste bezoek zou zijn. „Ik ga op reis vanavond, mr Bell- vvard", zei hij (hij bleef er altijd bij Des- mond bij zijn aangenomen nieuwen naam te noemen) „een karweitje opknappen in Zwitserland, in Bern, als u 'f precies wilt weten. Ik zou kunnen zeggen, dat er dringende haast bij is en wer kelijk mijnheer, u heeft zooveel vorde- deringen gemaakt, dat ik u wel veilig alleen kan laten, geloof ik. En ik moest u nog zeggen, dat u nu spoedig zult mo gen uitgaan". „PrachtigI riep Desmond uit, zijn han den wrijvend. „En je denkt, dat ik er zoo wel mee door kan hé Crookt" Grook wreef peinzend over zijn neus. „Ik zal heel openhartig zijn, mr. Bell- ^ard", zei hij. „Wie u oppervlakkig kent, zal nooit achterdocht krijgen. Kom RECHTZAKEN. - De rechtbank te Rotterdam heeft Donderdag met gesloten deuren ze denmisdrijven behandeld Tegen C K. werd wegens het plegen van ontucht met minderjarige meisjes 1 jaar ge vangenisstraf geëischt. Tegen den ont slagen agent van politie E H., is wegens het als ouder plegen van ontlucht met aan zijn zorgen toevertrouwde minder jarige kinderen geëischf 4 jaar gev str. Voor de rechtbank te 's-Ilertogen- bosch heeft, terechtgestaan J. A. v. S., 25 jaar, sigarenmaker te Eindhoven, be klaagd van poging tot doodslag op J. Klaassen, op wien hij een met hagel ge laden jadhtweer had afgeschoten, /.onder echter edele deelen te raken. Bekl. ver klaarde niet de bedoeling te hebben ge had te dooden. Het O. M. eischte wegens poging tot mishandeling met voorbedachte rade 1 jaar gevangenisstraf met aftrek van de voorloopige hechtenis. Wegens diefstal van kippen werd le gen denzelfden bekl. 4 maanden geëischt. De 59-jarige koopman W. H. P., uit Groningen, gedetineerd, werd wegens op lichting te Brummen, waar hij geld in zamelde zoogenaamd voor Duitsche kin deren, doch dat geld ten eigen bate aan wendde, veroordeeld tot een gevangenis straf van D/o jaar. J. L. P., 36 jaar, arbeider te Mon ster, gedetineerd, wegens mishandeling van den velwachter A. Stam aldaar, zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heb bende werd veroorddeld tot 2 jaar ge vangenisstraf en tot betaling aan Stam van f 50 schadevergoeding. Liefdesdrama te Delft. Gisteren heeft de rechtbank uitspraak gedaan in de zaak tegen den 23-jarigen schippersknecht II. T. uit Delft, gede- met al te veel in het licht; laat uw pro fiel niet meer zien dan noodig is en denk eraan, dat een vrouw scherper opmerkt .dan een man. Dat is mijn raad, mijnheer. En nu neem ik afscheid van UI Dien valschen baard heeft u morgen niet meer noodig." i Dien nacht sliep Desmond heerlijk en hij werd niet wakker voordat de zonne- I schijn door de jalouzieën van ziju slaap- j kamer binnendrong. Hij voelde zich op gewekt en sterk en hij had het eigenaar dig gevoel, dat er dien dag iets met hem zou gebeuren. Ilel was een heerlijke morgen, de lucht was vol geuren als in de lente, terwijl bij zijn haar stond te borstelen 'voor hel raam, zag Desmond de kie viten loopen in den zonneschijn op de velden over den weg. Hij genoot van zfjn ontbijt, stak toen een pijp op en opende de krant die naast zijn bord lag. Eerst keek hij, zooals zijn vaste ge woonte was, naar de verliezenlijst Daar stond lief f Onder de namen van degenen, •die te velde gesneuveld waren, las hij „Okewood, majoor D. J. P.", gevolgd door den naam van zijn regiment- Het gaf hem even een eigenaardig' gevoel, hoewel hij toch eiken dag naar dat be richt had uitgezien maar het gevoel van verrassing werd al gauw gevolgd door een gevoel van opluchting. Dat korte regeltje in de lijst beteekende zoo- LF.GER EN VLOOT. O n d e r-o fficierenver „O s Belang". De onderofficiersvereeniging „Ons Be lang" hield gisterenavond in de socië teit „St. Joris" alhier een druk be zochte vergadering, die door den voor zitter der afdeeling, de heer Vis, met een enkel woord werd ingeleid. Spreker was de heer W. Klooster, lid van het hoofdbestuur, over Verleden, Heden en Toekomst. De heer Klooster begon met het verleden, en herinnerde aan het 25-jarig jubileum, toen de gelullenen werden ge huldigd, die gestreden hadden voor den bond, en generaal Snijders verklaarde, dat „Ons Belang" een zegen was ge weest voor het Ned. leger, en toen een der oprichters vertelde hoe hij zelf bad geleden in zijn persoonlijk leven; een beeld van het lot van een vroegeren onderofficier. De onderofficieren lagen 25 jaar ge leden in de modder, net als de arbei der in de maatschappij. Hoe is 't ales anders geworden! Wat de arbeider 25 jaar geleden was (paria; was de onder officier in het leger. In den tijd van Johan de Witt werd al geklaagd over het veelvuldig aanstel len van de oppassers. In 1814 werd voorzichtigheid aanbevo len voor het aannemen van vrijwilligers, vooral moest gelet of ze niet tot de landloopers behoorden. Het tractement en pensioen van de onderofficieren was laag. Spr. geelt een overzicht van him behuizing, en de buur ten waar de onderofficieren moesten wo nen, hoe ze moesten leven. De onderof ficier werd ruw, onbeschaafd gehouden en gemaakt. Hij werd teruggehouden in een hoek. Tot 25 jaar geleden „Onw Belang" werd opgericht en de kentering am. Het waren in het begin moei lijke jaren; er was veel tegenwerking, maar geleidelijk groeide de vereeniging, ondanks strijd tegen laksheid, verdeeld- veel als het afsnijden van alle oude banden, totdat hij zijn prooi bemachtigd zou hebben. Nu was hij klaar om te beginnen Hij bracht den morgen in den tuin door. Ilier ontmoette hij voor het eerst den ouden Hill, den kindschen man, die, toen hij hem zag plotseling druk bezig was met een handvol bladeren op te ne men en naar een vuur te dragen, dat in een hoek van den tuin brandde. Des mond trachtte een gesprek met hem te beginnen, maar de man was zoo geweldig doof, dat Desmond na een paar keer „mooi weer vandaag!" in zijn oor ge toeterd te hebben, het maar opgaf cu naar het schuurtje ging, waar d© motor stond. Hier hield hij zich meer dan 'n uur bezig met de machine uit elkaar te ne men en de deeien weer in elkander te zetten. Hij consateerde met voldoening, dat de motor goed in orde was en vulde den tank. Hij had een voorgevoel, dat dti vervoermiddel hem nog wol eens van nut zou kunnen zijn. Het was zulk mooi weer, dat hij d« lunch gebruikte voor bet open raam, waar de zonnestralen door de wijnglazen heen prachtige kleuren tooverden op het tafellaken. Hij was juist klaar met zijn koffie, toen de huishoudster binnenkwam om te zeggen, dat er iemand voor hem aan de telefoon was. (Wbrdt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1924 | | pagina 5