RHFÜMATIEK TOGAL (Ingez. Med.)' boek, is de onbevredigende vraag: „Heb ik hiernaar zóó terugverlangdVIs dit het leven, dat ik niet ontberen kan? Mevrouw v. Ammers heeft een voor- treffelijken roman hierweer gegeven. Wij hopen met bovenstaande weergave in groote lijnen er de belangstelling voor te hebben gewekt die dit boek verdient. Hoe juist en raak zijn de situaties, de personen, hoe geestig onopzettelijk heeft mevrouw v. Ammers ook voor de bij personen een ander karakter-type ge nomen. Zoo werd dit een roman, die zeker evenveel gelezen zal worden als „Het Huis der Vreugden". De weg tot schoon heid en gezondheid, door Reinhold Gerling. Uitgave J. T. Swartsenburg, Zeist. „Op het gebied van harmonische ont wikkeling, huidverpleging, lucht- en licht baden enz. zijn wij in ons land nog ver bij het buitenland ten achter," zoo schrijft de vertaler van dit Duitsche werk, dr. B. J. C. te Hennepe Jzn. in een voorrede. „Onze sport beweegt zich nog steeds in de verkeerde ^richting van éénzijdigheid en wedstrijdzucht." Deze aanhaling geeft reeds aan wat in dit boek te vinden is. De tallooze afbeel dingen (waaronder zeer fraaie) van Grieksche beelden, maar ook van foto's van harmonisch gebouwde personen ge ven een andere aanwijzing van de be doeling van den schrijver. Het is niet een betoog voor een bepaalde oefening, maar een boek dat wil leeren de geheele per soonlijkheid evenredig te ontwikkelen. En daarbij zijn de natuurlijke bewegingen als uitgangspunt van alle oefeningen ge nomen. De schrijver geeft daarover uitvoerige beschouwingen, toegelicht door die fraaie afbeeldingen, maar tegelijkertijd leert hij den weg, hoe tot die ontwikkeling te komen. Suriname, door dr. M. van Blankensteijn. Uitgave Nijgh Van Ditmar's U. M, De ster-correspondent van de N. R. Ct. (dr. Blankensteijn) heeft in het begin van dit jaar in een serie zeer interessante ar tikelen of brieven een inzicht gegeven in den toestand te Suriname en van de kwesties, die in deze kolonie aan de orde zijn. Hij had die reis als vertegen woordiger van genoemd blad gemaakt op uitnoodiging van den gouverneur, mr. brn. van Heemstra, en door diens steSin is het hem mogelijk geweest in korten tijd zeer veel van land en volk te zien en te leeren kennen. Die artikelen zijn nu in boekvorm uit gekomen. En het herlezen ervan heeft nog weer eens onze bewondering gewekt over de snelheid, waarmee deze schrijver zich in een voor hem geheel nieuwe ma terie heeft ingewerkt. Die kolonie is een beetje een stiefkind geworden, sedert ze in verval geraakte, en het beste middel om de belangstelling weer te verleven digen, is zeker de publicatie van een boek als dit, dat op boeiende wijze uit een zet, wat de moeilijkheden zijn van de daar gerezen vraagstukken. Een aantal foto's geven een denk beeld van uiterlijk en bewoners van dit al te onbekende Nederlandsche gebied. Onze Musici. Voor de derde maal gaf Nijgh en v. Ditmar's Uiig. Mij. onder bovenstaanden titel een verzameling van portretten met biografieën van ouze voornaamste mu sici uit. Het zijn er meer dan honderd, en de jongeren zijn niet vergeten, zoodat deze nieuwe uitgave een welkome aan vulling geeft voor hen die belang stellen in de vooraanstaande personen uit de muziekwereld. APOTHEKEN. Zondag en de nachten der volgende week zijn de navolgende apotheken ge opend. Middelburg: M. J. van Pienbroek. Vlissingen: S. J. Engering, Hendrikstr. Goes: L. la Porte. AFLOOP VERKOOPINGEN. Door notaris H. C. Ittmann is Don derdag in „Mercurius" alhier in het openbaar verkocht 1. Een heerenhuis met erf en tuin te Middelburg, aan den Krommeweele, wijk L 32, groot 3 aren 96 centiaren. Opgehouden. 2. Het café-biljarL „Torenzicht" aan het Koorkerkhof alhier, wijk A 118, groot 1 are 16 centiaren. Opgehouden. 3. Een huis en erf te Middelburg, aan den Veerschen Weg, wijk T 234, groot 72 centiaren. Kooper G. Hollebrandse te Axel voor f 2000. Donderdag had te Wemeldinge ten overstaan van notaris J. C. Kram voor de erven van wijlen S. Verbrugge publiek de vcfkooping plaats van een woonhuis groot 3.08 H.A. Kooper van het woonhuis werd de heer C. van Gorp voor f 2145 en van het perceel tuin grond, groot 16.20 A., de heer Joh. Ka- rel se voor f 1400. (Inge*. Med.) BUITENLAND. loc „U weet u moet denken aan uwzaak- wnirncmers", herinnerde ik hpm,,U moot immers dadelijk naar Londen. Om» imormceren naar uw vrouw. Om haar op le ipcren Hij knikte en wendde Wet donkere lloola af „Maar ik kan niet met u meegaan naar Limoen „Neen. O hemel neen' Dat z>ou ik u ook nooit vragen." „Dan laat u mij hier, terwijl...." „Wat? Stellig niet", zei hij beslist ePn hij keerde zich, oms „U hier laten? Al leen? Zelfs zonder de kamenier van mijn moeder is ook vertrokken nietwaar? Noen, u kunt onmogelijk hier blijven, heel alleen, in deze stad Ik aarzelde. Kan dat niet? „Neen", herhpalde hij, de lippen sa menpersende. Een jong meisje zooals u. Daar is niet aan te denken." Ik zuchtte. „Maar waar is dan wel asn le denken?" vroeg ik. „Wat wat den'tt u nu eigenlijk dat wij doen moe ten?" Ik wachtte een oogenblik zonder ant woord le ontvangen. Toen scheen ka pitein Meredith zich op te heffen uit een saorl verdooving. Heel bedaard deed hij het eenige voordel dat hem in het heefd scheen te komen. Hij zei; „Wij moesten uitgaan en eerst ergens gaan' .-lunchen." DE WARE TOESTAND. Het R ijn- en R oermoeras. Begin October schreef ik in een Duit sche courant: „HeL eenige wat de regeering Werkelijk gedaan heeft, de hulp aan liet Roergef1 bied was meer dan verkeerd; in plaats dat daardoor het lijdelijk verzet werd ge steund, heeft deze financieele waanzin bet lijdelijk verzet gewurgd. Als later eens de geschiedenis van de hulp aan Rijn- en Roergebied uitvoerig en waar- heidsgelrouw geschreven werd, dan zal de wereld en het Duitsche volk verbaasd slaan, dat zoo iets mogelijk wasl" Maar ik vrees ,dat ze nooit geschreven.! zal worden. De millioenen documenten; bevinden zich in duizenden handen; ze worden vernietigd, opdat de menschheid niet zal worden ingelicht over een cor- ruplie, van een omvang, die nog nooit in eenig beschaafd land is voorgekomen. Wel verlam en allen, die rechtvaardig en moreel inlalct zijn gebleven, afrekeningen van de „RCihrgewinnler", overlegging der stukken, teruggave van het misbruikte- geld, desnoods confiscatie van het ge sloten fortuin en beschuldigingstelling van de regeering Cuno-Hermes.Becker, en van de medeplichtige kamers van koophandel, maar och<l©'e waarheidzoe kers zullen roependen in de woestijn blij ven. i Zeg nu niet, dat de regeering onmoge lijk vooruit kon weten dat het lijdelijk verzet dergelijke toestanden zou dóen ontstaan, want reeds in Februari werd aan Berlijn bericht gezonden over de misbruiken die zich bij de Rijn- en Roer hulp voordeden en ook het gemeentebe stuur en de kamers van koophandel wer den gewaarschuwd liet hielp alles niets, alle waarschuwingen werden in den wind geslagen. Reeds in Mei wees ik in de „Vcts- sische Zeitung" er op, dat hel lijdelijk verzet fiasco moest maken, indien men niet aan de schaamtelooze corruptie een einde maakle alles tevergeefs, het on heil bleef voortduren en zij' die verf* maanden werden voor vaderlandsloozen gescholden, die het „Einheidsfronl" pro beerden te verbreken! Nu dragen we de gevolgenhonger, koude en'ellende. Maar gedurende het verzet wat was me dat "éen leven, wa, was me dat een leven! Velen wensehten toen dat het eeuwig zoo zou blijven, want zoo goed hadden ze het nog nooit gehad. Daar waien b.v. de talrijke nieu we firma's die van 1919 tot 1922 uit den grond scholen, die gedurende de hoogconjunctuur millioenen verdiend hadden; zij' lieten nu hun onkosten en salarissen aan personeel door de Rijn en Roerliulp betalen. In hoogdravende woorden preekten de vertegenwoordigers daarvan natuurlijk het „Dürchkallen", kochten zich auto's en gingen weken lang naar de duhrste badplaatsen. Duizenden bloedzuigers misbruikten den vreeselijken volksnood om zich te verrijken, kochten devben en effecten, schonken hun vrou wen of wat daarvoor doorging pelswerk en brillanten en zijden kleeren, terwijl zij zelf voor een paar jaar geen heefl. hemd bezaten. Ze zaten in de bar's en in cabarets, dronken dure wijnen, wierpen hel geld in bundels ojp tafel en waren nog schaamteloos genoeg openlijk le verkon digen, dat „Berlijn" alles betaalde, dat alles uit den groolen p$t kwam. Voor den eerlijken medeburger die droevig naar deze door de regèering zelf geschapen toestanden keken, hadden ze slechts een medelijdend lachje. In hun oogen waren dat ezels, die niet in staaf waren de ge legenheid te benutten. En verder, en verder verbreidde zich de razernij. Als de nog fatsoenlijk ge bleven induslrieelen, kooplui, winkeliers en arbeiders zagen, dat aan die anderen liet geld letterlijk werd opgedrongetn, wilden ze langzamerhand ook meedoen. De banknolenpers drukte dagelijks billi- oenen, die naar Rijn en Roer werden gezonden, lot deze laatkte wel een 90 procent van alle inwoners van Roer- en Rijngebied, van Berlijn uit, gevoed wer- den. Er waren eigenaars van villa's bij', menschen die tot (ie eersle kringen lioor- den en ik neb in Hilden bij Düssieldorf waar dagelijks ongeveer 400 „noodlijden- den" verzorgd werden, met eigen oogen gezien dat zoo'n kerel per auto voor kwam, zijn wekeüjksche millioenen-check' I haalde, terwijl zijn maitresse in zijde ge kleed, in de aulo op meneer wachtte "Waarschuwingen aan regteering en steden bleven vruchteloos. Men scheen zich te hebben voorgenomen, hel geld voor de commissie van herstel onder de menschen te biengen en dat gebeurde dan ook voor Rijn en Roer. De winkels, de wijn- en bierrestaurants waren van vroeg tot laat overvol. De „dappere" versleten kleeren, vol zorg, treurig, zon der brood, zonder kolen, een werklooze zonder ondersteuning. Hij iggat droevig in de schaduw en de ambtenaren lachend in de zon van. het leven. Hoe gelukkig zou zoo'n geleerde zijn, als hij"1 maai* een vierde deel kreeg van hun inkomen- Winslmakers en andere rijken wierp broeders van Rijn en Roer, zooals mende regeerin^; milliaxden goud in den ze in Berlijn noemde, dronken en vier- j schoot, zooveel, dat daarmee bijna d© den feest en dachten; geen oog'enbliic her^eh orde i-m een beia-ald haddei kun- aan het nader komende onheil. Heerlijk nen worden, terwijl men de pioniers de» hadden hel ook de ambtenaren. Geld,, nogmaals igeld voor een Jui leven. Ze kregen fietsen, nieuwe kleeren en aller lei voordeelen, opdat ze toch maar trouw zouden blijven aan het lijdelijk verzet. beschaving in koujde en honger laat om komen. Dat alles is het gevolg! van de angst voor het straatpubliek. De bevoorrech ting van het proletariaat is oorzaak, dal De tegenwoordige bittere nood, zou de beschaving langzaam sterft en zij is Rijnland en Westfalen bespaard zijn ook de oorzaak der corruptie, fn onbe- gebleven indien de ï-egccring niet direct I grijpelijke sufheid gaat de Berlijnsche tol staken van den arbeid had aan ge- regeering haar weg en geen lid er van spoord. Het 1 meren werd om zoo 1© zc-ggen epidemisch. Werken was haast schande, Waarom ook werken, als men voor het nietsdoen betaald wordt. Gedurende bijna twee jaar bedienden ongeveer 20 telegrafisten de lijn üüssel- dorf—Parijs. Toen zij zagen dat ambte naren bij spoorwegen en inkomende rechten voor hun niets doen rijk betaald Werden, legden ze ook den arneid neer. Onder „Fransche bajonetten" wilden ze niet werken. Dat was ook voor de vrouwelijke telefonisten liet signaal om te staken en zij weigerden voor de Franschen de telefoon te bedie nen. Ten slotte werkte behalve de com miezen bij de post en de postboden, geen enkel ambtenaar meer. Waarom ook? 't Was veel gemakkelijker, iedere 8 dagen zijn goed traclement in ont vangst te nemen, dan dienst te doen. Ook het moeten verlaten vaA het 'be zette gebied, was voor velen minder ei£, dan men zou denken. De ongehuwden en de jong-getrouwdeu lachten er om. Ze kwamen in hotels en zomerverblijven in het onbezelle Duitvchlamd en wat daï meer ko tte, dan wal hun traclemeut be droeg, kregen ze als „toeslag" uitbc- tealdT De dankbaarheid van het vaderland schijnt te begrijpen, dat de Duitsche culluur werd neergedrukt door de Rijn en Roer-ondersteuning, die een ontaarde profilcerders en een wormstekig ajnbte- naarseorpo tot een Rijn- en Roer-moeras maakten 1 We mecnen bij deze door een Duit- scher geschreven beschouwing te moeten waarschuwen dat ze eenzijdig getint zijn. Maar we hebben zo toch geplaatst, om dat van geen enkelen Duitscher die nu midden in den chaos zit, een zuiver ob jectieven kijk op de zaken le verwachten is; en voorts ook omdat er waarlijk wel reden is, de droeve gevolgen van het steun-maar-raak-systeem in het licht te stellen. Red. BRIEVEN UIT BERLIJN. No. 103. Ook in den heksenketel leeft men voort. Een philanthrope. Ilct Berlijnsche slot en de„slot- keuken". Het verarmde intel lect. „Waardevast" papiergeld. Berlijn, eind Novemer. Wiens leven kalm en onbewogen heen- vliet, kan zich niet voorstellen, hoe iemand, die onophoudelijk door noodlota- j slagen gestriemd wordt, zijn levenslast voor de vr,«beroepen die o>k moesten -Zoo kan ik me heel goed „durehhalten zag er andc» m oor d>, me„ in Hc,„a„d wa.,r men slechts koe het, volgens een bericht in zMr ook ^et zonder zorgen is> maar toch in een lucht ademt die over- ide „Deutsche Allg. Zeitung", bij heti ,Wohlfahrtsamt" in Frankfiu-t toeging: eenkomst vertoont met die van voor 1914 ,De gelijkstelling van ide verschillende al)soluu, niot mecr begrijpt, dat men tl standen schijnt hier volkomen ingevoerd te zijn. Naast den aristocraat staat de arbeider, naast de communist de vroe gere stafofficier. Mannen die honderden arbeiders onder hun beslier hadden, an dere, wier bevel een machtige militaire groep (gehoorzaamden, lengeie vrouwen uil de eerste kringen, eenvoudige lieaen van buiten, voor wie de vrije natuur levensbehoefte is, staan vier, \vIjf ochten den in de week uren lang in een half donkere ruimte en wachten, wachten op het kostgeld voor een of twee dagje-n, want meer geld is er nooit voorhanden!" Zooals ik reeds zeide, leefden in het bezette gebied negen tiende der bevol king van de Rijn- en Roerhulp. En het overige tiende deel? Dat .was de „geestelijke elite", de intellectueelen, die op bevel van de re- geering nog de banier behoorden te dragen, die pioniers, die door hun ar beid een volk eerst tot iets maken in de wereld, de geleerden, de dichters, schil ders, schrijvers, scheikundigen, inge nieurs etc., dat waren de menschen die Berlijn verhongeren liet! Billiocnen en nog weer billioenen gpf de regeering! san handel, industrie handwerk, aan de ambtenaren en werk- loozen voor het intellectueele Duitsch- !?.nd had ze geen cent over. Phrasen, den heksenketel Duitschland bestaan kan Het is inderdaad merkwaardig ge noeg: we leven nog steeds, we verwon deren ons zelf daarover en iedere vreem deling, die nog in Duitschland komt, ver wondert zich eveneens maar het ia zoo. Van buiten af gezien, maken de Duitsche toestanden stellig een nog wan hopiger indruk, als wanneer men ze van binnen uit beschouwt. Zeker, we hebben in Berlijn excessen beleefd, die ongehoord en in alle op zichten barhaarsch waren. Er hebben in het centrum van de stad „pogroms" plaats gehad, zooals die vroeger in Rus land aan de orde van den dag waren en die men tot nu toe in de hoofdstad van een beschaafd land voor onmogelijk ge houden had. Ook thans, nu de zwaarste stormen zich gelegd hebben, komen nog herhaaldelijk overvallen en plunderingen, voornamelijk van levensmiddelenbedrij- ven, voor. Maar daarom moet men in het buitenland nu niet dadelijk denken, dat hel in de Berlijnsche straten moord en doodslag is. De reusachtige stad is te uit gestrekt, dat de meeste bewoners van onrust in bepaalde stadswijken iets zou den bemerken. Zeker, wie geen dringende boodschap pen te doen heeft, blijft 's avonds het liefst thuis. De schouwburgen en concer- mooie woonden, dat was alles. De iniei-l ten zijn wel is waar nog altijd goed be- lectueel in Duitschland loopt rond in zocht, maar na de voorstelling haast hoofd- en zenuwpijnèn en soortgelijke kwalen, worden bestreden met zekerheid van genezing door het gebruik van TOGAL-TABLETTEN. Bij alle Apothekers en Drogisten verkrijgb. i f 0.80 en f a.Vraagt g r a tis toezending k, van brochure No 60 aan de „Pharmaceutische en Chemische Groothandel. A. J. AMEYE, Amsterdam. (Ingez. Med.) „Luncheh? Lunchen?" antwoordde ik. „O, hoe ecat iets voor een mah!" Ik iprong overeind van mijn stoel om niet le hoog naar hem te hoeven opzien, terwijl ik eenige van mijn gevoelens voor hem luchtte. „Lunchen?" herhaalde ik verbitterd. ?„Ue vreeselijksie dingen mogen gebeu ren alles kan onderste boven gegooid worden, le ellendig om het onder woor den le l rengen de menschen kunnen .illeen achtergelaten worden in Parijs met de mannen van anderen ze kunnen 'zich volkomen hulpeloos voelen in een een. een een wel van filmdrsma's het zal op zijn minst drie dagen duren om een brief door te zenden naar "Wales. Maar alles, alles waar een man aan den ken kan ia aan eten! ik heb' daarenbo ven pas ontbeten" wierp ik hem uitda gend loe. Kapitein Meredith zag op mij neder hn wedc,r zag ik o.p zijd gezicht iets van die jongensachtige goedblarligheid, waar waarmee hij mij behandeld had den eer>- 4en aag vati ons samenzijn. In z,ijh stem was ook weer die oude toon van loe- ilemming, dat dit alles mijn schuld niet •was* Heel vriendelijk pnolieslecrde hij! nu „U kan een klein broodje en een kop chocolade (och geen „ontbijt" noe- men. Die ellendige Fxansche m;nier maakt dat ik mij veel te zwak en flauw zou voelen om aan iets le denken voor dat iic middags wat' te eten gehad .-ueb". verldaarde deze Brit. „En het zul tSjha kwa.rl voor twaalven zijn voordat wijt een geschikt plaatsje gevonden hebben. Ga gauw raar boven uw hoed halen wilt u? Op m'ijn woord van eer u zult u daarna beter voelen Nu, ik moet bekenden dat ik mij meer jopgewa >ser| gevoeld© den toestand in hel aangezicht te zien, nadat ik eer aad be- J wezen ai?n een versterkende Fransche soep en een plat eieren raet groene zachte spiiuzie. y Toen met een bordje appel-compöte voor ons zaten wij te praten en te rede-< neeren ever de mogelijkheden wat wij1 nu weer doen zouden. Dat is tie zeggen, ik was hel die het meJesl praatte. Kapitein Meredith schejen Mj lange liijschenpioozen vervallen te zijn in een gepcin, dat tot motto draagt- „hij weet, er geen rard opt" Ik zei- „Zouden wij niet aan uw moe der kunnen telegraf|Ceren ja, maar, wat?" En„Als ik eens ging naar het Christe lijk Tehuis voor jonge vrouwen maar dan 2elf> zjou Lady Meredith zicli, ver wenneren!" Eindelijk: „Ach, maar zou ik u m Londen aan het station niet da delijk kunnen verlaten, kapitein Mere dith U zou daar kunnen blijven. En ik regehecht naar de Bryn gaan, naiar uw familie. Evenils te voren, d^n eersten ikf e,r, zou ik hun kunnen verklaxfen Hier zweeg ik evten met de treurige* herinnering h(oe moeilijk het was de din- I gen asn zijn familie le verklapen." ,.Ik zou mijn best doen hun te verkla ren", zei ik, „dat u van plan was ge- j wecst met mij meie le komen, maar dat u iGnvermijdclijK a,sn de stad geboncflen waart, vcor zaken of' met een blik op zijn gezicht: „Misschien denkt u, dat dit K.ói( met kan? U vindt dat misschien ook te dwaas?" „Ja heel vreemd, vrees ik'5, zei ajj mei zijn 'ïoofdknikje over het tafeltje heen. „Mnsr er schijnt mets op te bedenken te zijn, aat niet vreemd lijkt!" „Mooi dan, sis dit niet gekker lijkt dan een vsn mijn andere plannen, waar om, zouden wij liet dan niet doen?" zei ik vol vuur. „Laten wij niet langer in Parij - Hij"ven. Lsten we ons boeltje pak- I ken en dadelijk heengaan. "Waar©™ niet?" „Omdat er in •oorlogstijd maar ócn boottrein is", zei kapitein Meredith, apt hoofd heftig schuddende, „en dit is d®- gene. waxrmee mijn vader en moeder! vanmorgen vertrokken zijn. Ze zullen nu in het Kanaal wezen. Neen, vandaag kunnen wij niet gaan." Mistroostig neek ik hem aan. „Kunnen wij dui niet voor morgenochtend vertrek ken." .„En din is liet nóg de vraag", ant woordde kapitein Meredith. „Uw pas moet geviseerd worden. U moet dalar vóór drieën naar loe gaan als u het wens'chl dat het vandaag gedaan wordt". „Dat wit dus zeggen", zei ik langzaam', „dal iic nog twee heel® dagen in Parijs moet blijven precies zooals ik nu ben, in hel h|Met Rib. en en waar zij den ken a t ik met u ben?'5 „Ik zie niet, dat er iets anders aan te lioen is-'-, zei kapitein Mepedilh kortaf. Er een kleine misnoegde rimpel lu-schen zijn twee wenkbrauwen, toen hij" rui mij" afkeek. „Wat zou u anders doen? U kent niemand in Parijs, wel? Een. paar dames, waar u logeepen kon in dien lusschentijd?" schudde het hoofd. „Ilt ken nie mand behalve Reg behalve kapitein Pen more. En ik ik wil hem liever niet lastig villen. Eu ik denk niet dat hij da mes ziou kunnen Hier zweeg ik. Er was mij plotseling zuii een uilmunlend ide® ingevallen, dat het xhij verfcas.sde er nipt eerder aan ge nacht le hebben. „O wacht, wacht eens!" riep ik opge wonden uit, terwijl ik boven mijn koffie- 'kotpje in mijn handen klapte en den blik van kapitein Meredith met een glimlach van verlichting beantwoordde „Ik heb mij iemand bedacht (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1923 | | pagina 2