B
F
I
DE PINK PILLEN
j? Men oogst wat men zaait
f) Wanneer men de 4)
s neemt, oogst men gezond-
j) heid. D
(lngpz. Med.)
HANDEL, NIJVERHEID EN
VISSCHERIJ.
RECHTZAKEN.
LEGER EN VLOOT,
U u i t o li I a n d.
BURGERLIJKEN STAND.
Zierlkzee.
JA
f
I
de berekening van de beiooninjg voor
den directeur dei' avondschool voor nij
verheidsonderwijs, zijnde een dooi" hejt
rijk gesubsidieerde inrichting, van nij
verheidsonderwijs, kan worden afgeweken
van de voor die groep van scholen gel
dende regeling' ter wille van een vroeger
door hem als directeur eener zich door
het rijk gesubsidieerde inrichting van on
derwijs, (de Burgeravondschool) genoten
wedde. B. en 'Wt beitreutren dit enge
Standpunt. Zij vinden, dal de heer Kla
ren beek financieel niet de duj)e mag wor
den van de tot stand gebrachte com!-
Jbonatie der beide scholen.
Zij stellen derhalve voor omi gerekend
te zijn ingegaan op 1 Jtanuai'i 1922, aan
den heer J. H. Klarenbeek, voor zoolang
als hij als directeur der avondschool voor
nijverheidsonderwijs fungeert eene zoo
danige jaarlijkajclie toelage uil de gemeen
tekas te verleeuen dat hij, aan jaarlijk-
Sclie inkomsten een totaalsom van f 1800
geniet welk bedrag gelijk "iq aan dat, wat
hij voer de combinatie genoot.
Door de C. v. F. is eerst gevraagd hoe
groot in 1919, 1920 en 1921 de jaarwed
den van den heer lvlarenbeek kwiajmen als
leeraar .aan de Amjbaeh tsjschool en. aan
de Handelschool, als mede hoe groot
resp die jaarwedden zijn sedert 1 .T,an.
1922. Tevens heeft de commissie geen
raadsbesluit kunnen vinden w,aarbij de
wedden werden vastgesteld op te samen
i'lSOO. Na het antwoord van 13. en W.
deelt de C. v. F. mlefde, dat zij zich met
het voorstel niet vereeuigt.
Zij is van oordeel, dat niet aleen het
feit, dal de htoer Klarenbeek als direc
teur der avondsschool voor n ijver nei'ds-
onderwijs over 1922 f 1340 geniet legen
f1800 door hem iu 1921 ontvangen als
directeur der Burgeravondschool en
Avondschool voor handwerkslieden, mag
wegen, doch dat met versjchillen/de om
standigheden rekening moet worden ge
houden.
In de raadsvergadering van 0 Decern1-.
ber 1919 werd de jaarwedde van den
directeui der 'burgera vondsjchool en
avond-school voor handwerkslieden ge
bracht op resp. t'000 en f 600 of te za-
zamen f1200, op welke jaarwedde de
heer Klarenbeek werd benoemd. Aan
deze jaarwedderegeling werd terugwer
kende kracht verleend lot 1 Jan. 1919.
In 1921 werd overeenkomstig 'het Iv.
B. van 11 Juli v.an dat jaar de jaarwedde
voor den Directeur der Avondschool voor
Handswerkslieden gebracht op f 1200,
doch de C. v. Fin. is wan oordeel dat (de
raad hierin had moeten Worden gekend
meer in hehötjpzonder dat aan zijn oordeel
had moeten onderworpen, of, waar het
Directeurschap van heide sdholen voor
1919 werd beloond met f 1000, en in de
jaren 1919 en 1920 f 1200, voldoende
werd geacht, het bepalen van de jaar
wedde in 1921 voor de Avondschool voor
Handwerkslieden op. f 1200, ook tenge
volge mbest hebben, dat voor beide scho
len te zamen de jaarwedde f 1800, be
hoorde te zijn, dan wel een regeling be
hoorde te worden getroffen zboals bijv
onlangs geschiedde, voor de salarieering
van de gecombineerde betrekking vap
gemeenteontvanger en controleur. Ware
dit geschied, zou wellicht nu niet
in overweging 'behoeven te zijn geno
men. een zoo belangrijk verschil tusschen
de jaarwedde van 1921 en die voor 1922
en volgende jaren te vergoeden.
Waaide venwel het verband tusschen de
in 1921 genoten wedde hetzij dan door
deze niet-aan het oordeel van den r|aad Tc
onderwerpen en de regeling bij voor
noemd Kon. Bestuit bestaat, is er allels
zins reden om na te gaan, of, jwaar de
heer Klarenbeek nog andere onderwijs he-
trekkingen bekleedt, de van rijkswege ge
maakte regelingen voor 'die verschillende
betrekkingen tezamen voor den heer Kla
renfceek nadeelig zijn geweest.
Indien de heer Klarenbeek reeds in
1919 directeur, van de Burgeravondschool
en Avondschool voor Handwerkslieden
ware geweest, zou hij iu dat jaar 'in zijn
verschillende onderwijsbet rekkingen teza
men f 4705 hebben genoten. In 1920
genoot hij als zoodanig f 5855, en in
der! de woorden „de oorlog! de oorlog is
verklaard!" met de snelheid van den
wind door de vaders, de mjoeders, de
dienstknechts, de verschrikte kinderen
die óver de velden kwamen aanlaopen,
waren overgebracht! i
Zij luisterde even, verliet toen de boer
derij en liep rechtsaf tusschen de schuur
en de paardenstal door, sloegeen pas
ontgonnen weg in, die ongeveer driehon
derd meter verder door een slagboom
was afgesloten Zij klom* over de omhei
ning: heen en was toen op (tic heide van
Kerjan. die niet groot was en too'k niet
zwaar beplant met. heidekruid, distels of
brem. een hobbelige rotsuitwas, met een
dim laagje aarde bedekt, waarvan de hel
tin. steil afliep naar liet dichtbij gelegen
da! Marie volgde het spoor door de (uit
elkaar .geplante struiken, slak de beek
ovei door de voel op (1e uitstekende
sleenen te zeilen en klom' nu de andere
heltin: op. Het was nog Kerjan, de an
dere helling, het wa.s de groote appel
boom car- rd. v >1 op'het Zuiden gelegen, en
daarop volgden de kleine, benoemde
boofhga' rden. waarvan alle appel bloomen
door den ouden Laniö meer dan dertig
jaar geleden waren uitgekozen. Vlug Stak
zij dwars de groote boomgaard over en
kwam toen ul klimmend in een g'edeplle
dat braak was blijven ügigpn en dat ornl-
geven was door heggen van minstens zes
iumyi.al.ie feinli-n nikoscliioi-
1921 T 6580, in 'welk laatste bedrag dus
f 1800 tegen f 1200 in de beide vorige
jaren voor de twee avondscholen was
begrepen. In 1922 bedraagt zijn jaarwed
de voor de verschillende onderwijstog-
trekkingen tezamen f 6120. Dit bedrag
iioewel minder dan over 1921, doch ver
geleken b.ij het voor 1921 genotene acht
de commissie locli werkelijk niet zoo
ongunstig voor den heer Klarenbeek, dat
afwijking van de ministerieele regeling
niet de bedoeling1, de gezamenlijke jaar-I
wedden op f 6580 te brengen, noodig
moet worden geacht.
Maar bovendien zou de commissie dit
ook principieel onjuist achten. 'Op 29
Maart j.l. besloot de raad o.a. den heer
Klarenbeek te benoemen tol directeur
der Avondschool voor Nijverheidsonder
wijs en hem ontslag te verleenen als
directeur der Avondschool»en Avondschool
voor Handwerkslieden, een en ander ge
acht te zijn ingegaan 1 Januari 1922
en zijn jaarwedde te regelen, overeen
komstig de bijlage van voornoemd Kon.
Besluit. Het Wil der Commissie voorko
men, dal men nu niet achterna deze jaar
wedde moet brengen op. het bedrag dat
werd 'genoten in de betrekkingen, waar
uit ontslag Werd verleend, wel rekening
zou willen houden de-lieer Klarenbeek
op wachtgeld zou belmoren te worden
gesteld ingevolge dat ontslag en van dat
wachtgeld zou moeten worden afgetrok
ken liet bedrag: van de jaarwedde als^di-
recleur van de Avondschool voor Nijver
heidsonderwijs.
De commissie vermeent, dat, waar de
de economische toestand en hooge be
lastingen voor zo o velen de le vensom*
istan.digh.eden hebben verzwaard de ,ge-
liiqeenftc niet zoo goedgeef&cb. mag zijn,
voor den lieer Klarenbeek uit de drie on-
derwij «betrekkingen welke gezamenlijk
zijn werkkring vormen, dat in 1920
f 5855 'bedroeg en volgens de tegenwoor
dige regeling f 6120, zal bedragen, nog
[met 1' 460, te verlipog'en, alleen omdat
Mj tengevolge van eene 'voor hem gun-
(s!tige lom Is t a n d ighp i d in 1921 f 6580 als
zoodanig aan inkomen heeft genoten.
B. en W. antwoordden hierop
Naar u zal hekend zijn, beteekent de
nieuwe regeling der rijkssubsidieering in
gevolge de Nijverlieidsonderwijswet voor
de gemeente een belangrijk voordeel te
genover de vroegere regeling, al ware helt
alleen, doordat vroeger geen rijkssubsidie
weid genoten voor de, thans, met de
avondschool voor handwerkslieden tot
één avondschool voor nijverheidsonder
wijs vereenigde burgeravondsclio-ol.
Wij zijn van oordeel, dal het tegen
over den heer Klarenbeek, die als direc-
teur-leeraar der gecombineerde school
nog precies hetzelfde werk beeft te doen
als in de genoemde functie aan de 2 op
geheven scholen, allerminst billijk zou
zijn om voor de gemeente nog meer fi
nancieel voordeel uit de nieuwe subsidie
regeling te behalen, doordat zijn wedde
in de nieuwe betrekking' lager is "dan
de door hem genoten belooning uit de
beide vroegere betrekkingen.
Mitsdien handhaven wij pas voorstel
Wij merken op, dat, wanneer den heer
Klarenbeek eventueel alsnog wachtgeld
naar aanleiding van het bekleed hebben
van bedoelde betrekkingen zou worden
verleend, hij daarmede in geen enkel op
zicht zou gebaat zijn, aangezien het, vol
gens de bepalingen der gemeentelijke
verordening g',eheel zou ingehouden moe
ten werden.
Eischt Bollandsche verpakking en J/
Gebruiksaanwijzing.
over de jaren 1912 en 1913 doet zien,
dal we niet ver inleer van h,eL peil van
voor den oorlog verwijderd zijn.
Be groote stijging van het aantal straf
zaken, bij den kantonrechter aange
bracht, in de jaren 1919 en 1920, wel
ke voornamelijk veroorzaakt werd etojofr
groote toeneming van de overtredingen
van de Drankwet, Motor- en Rijwiel wel
en van de plaatselijke verordeningen, is
in 1921 door een afnemjing gevolgd
(23S.62C zaken in 1921 tegen 245.232
in 1920). .ij
Het aantal vonnissen geeft voor 1.921
het getal 238.015, terwijl 252.318 be
klaagden bij de kantongerechten m|oe g-
ten terecht staan.
Veroordeeld zijn hiervan 241.022 be
klaagden of bijna 97 pCt., vrijgesproken
1445 of bijna 2 pCt.
H eil eebolle v e r |si 'c ih e lioujt uit
Rusland.
Naar liet Hand verneemt, is heden
morgen het s.s. „Tervaete" met Russisch
rondhout te IJmuiden gearriveerd. Dif
hout Werd naar Holland aangevoerd door
lje middeling van de N. V. Ilandel-MaaLi-
schappij Leo Peltenburg te Ari^siter-
dam, en vormt de eerste lading vers.ch
gevelde hoornen (kapbalken), welke sinds
het uitbreken van den Wereldoorlog uit
Rusland kon worden geïmporteerd. De
lading komt van Archangel. De houtaan-
voer uit Rusland is dus, na negen jaar
te hebben 'stilgelegen hervat.
Daling' de r mi sd a d 'i g| h e f d.
Rlïjkens de justitieele statistiek over
1921 werden in eernsjten aanleg hij de
rechtbanken aangebracht 21.104 stfjaf-
zakea (v. j. 27.095); de daling', welke
hiervoor na de oorlogsjaren intrad, heeft
zich ook in 1921 voortgezet, ofsjchoon
niet in die mate als in het vorige jas*
Het aantal gewezen vonnissen bedraagt
21.133, terwijl in totaal 24.844 beklaagden
terecht stonden.
Vergelijking van deze cijfers met die
ten. De laatste op de Noordzij, waar
lang-, een weg liep, was het dichtst be
groeid. De kinderen uil die buurt had
den er schuilhoeken in gekapt, geheel
'beschut door het eiken hakhout en den
opslag van kastanjebommen. Daar ging
Marie op de hurken zitten.
Verscholen achter de takken en blade
ren kon zij een heel eind den hollen weg
overzien, die van verre kwam, nu eens
breed, dan weer smaller werd, met grilli
ge krommingen, soms zeer 'beschaduwd,
soms hel verlicht, bij voorkeur gebruikt
door de 'hoeren, die dieper het* land iu
woonden, om naar Fouësant te |gjaan. Van
daag hcerschle <y groot rnmioer tusschen
de hellingen; menschensteminen, voetstap
pen, paardengehinnik, gekraak van de
kasl van een koels die over liet wagen
spoor bubbelde of van de oude wie
len, waarvan liet ijzer en liet houL (het
bij elke wenteling met elkaar te kwaad
kregen.
Marie kon de groene helling wel hon
derd meter van tevoren zien en over de
indere haag van den weg de daken en
de twee dennen van Chamipdölent: Noio-il
had sedert, de invallen, waarvan de le
genden verhaajden, toen de Normandi-
sche krijgsmannen de Bretagners 'bedreig
den, de weg zulk een stoet van mannen
en paarden gezien, die ten strijde trok
ken. Ileele gezinnen kWamlen aanrijden,
aste pront in de char a bancs, dp or een
Christelijke Kader-
vo rming'?
Naar de „Tel." verneemt hebben de
testuren van de Nationale Christen-om-
derofficierenvereenigïng en van St. Mar
tin us, vereeri'iging van R.-K. Onderofficier
ren, een bespreking gehad met den ma
joor van den generalen staf jhr. Wi. Roèll,
hoofd van de Ilde^afdeeting' van het de
partement vmi Oorlog, "inzake het her
zien van de eischen (in wetenschappelijke
vakken) voor toelating tot den onderoffi
ciersrang. De gehouden "besprekingen
staan in verband inet het voornemen van
den Minister van Oorlog om te komen
tot oprichting van christelijke kaderscho-
len, Welk denkbeeld reeds gedurende
langen tijd door de confessioneele mili
taire bonden Wordt gepropageerd.
thans. En het zijn nu niet in de eerste
plaats de politici die over hem spreken,
en vooral niét de mannen, maar. de
vrouwen. Het bericht, dat Wilhelm II
hertrouwen zal heeft geheel Duitschland
verrast en een pijnlijke -verbazing ge
wekt. Toen het eerste gerucht uit Hol
land doordrong, scheen het zoo absurd,
dat niemand het wilde gelooven. Nu het
geen twijfel meer lijdt en in Doorn reeds
de voorbereidingen worden getroffen
voor de bruiloft, schudt iedereen het
hoofd erover.
De mannen zijn nog eerder geneigd
het vreemde besluit van den ex-keizer
te billijken. Ze redeneeren: hier gaat het
om een privé zaak, die niemand aangaat.
Of een weduwnaar een nieuwe levens
gezellin wil zoeken of niet, is iets, dat
hij met zich zelf uit moet maken. Ja,
Wilhelm II bewijst wellicht juist door
deze daad, dat hij zich nog slechts als
particuliere persoonlijkheid beschouwt.
Men mag van hem denken wat men
wil, dat hij iemand is, die door het nood
lot zwaar gestraft werd daaraan valt
niet te twijfelen. Waarom dan zou een
ongelukkig man, al is hij op hoogen leef
tijd, in liefdesgeluk niet nog eenmaal
troost mogen zoeken? Laat hem bruiloft
vieren, laat hem doen wat hij wil, als
hij door zijn daden Duitschland maar
niet in moeilijkheden brengt.
Aldus redeneeren de mannen. Deels
uit overtuiging, deels uit een soort korps
geest \vant ze moeten zich verweren
[tegen het eenstemmig strenge oordeel, dat
de vrouwen over het nieuwe huwelijk
van den keizer vellen en waarmee ze
tegelijkertijd te kennen willen geven: Zoo
zijn jullie mannen! Jullie deugen geen
van allen! Misschien ook weten zij door
vrouwelijk instinct het juiste oordeel uit
te spreken, wanneer zij voor de hou
ding van Wilhelm II geen verontschul
diging willen aanvaarden. Zij gevoelen
het als afstootend, dat de drie-en-zeStig-
jarige zijn vroegere levensgezellin, die hij
[eens niet genoeg kon prijzen en die hem
:in de dagen van moeilijkheden en ver
banning gevolgd is en alle leed met hem
[gedeeld heeft, zoo spoedig kon verge
iten. Zij huldigen de opvatting, dat het
waardiger was geweest, wanneer hij zijn
levensavond stil en alleen doorgebracht
had.
Nergens hebben de monarchistische
gevoelens tot dusver in Duitschland een
sterkeren steun gevonden dan bij de
vrouwen; zelfs in kringen, die van ouds
her republikeinsch gezind waren, zelfs
onder de arbeiders, voelde het vrouwe
lijke contingent, vooral in Berlijn, nog
een heimelijke neiging voor den glans
die aan de woorden „koning" en „kei
verbonden is. Maar juist in deze
zer
BRIEVEN UIT BERLIJN.
Het huwelijk van den ex-
keizer. „Erpignisse und Gestal
ten."
Berlijn, medio October.
Nog nooit sinds de dagen der herfst-
revolutie in 1918, heeft de persoon van
den vroegeren Duitschen keizer zoozeer
het Duitsche volk bezig gehouden als
jonden inian, bijna altijd een zeeman, be
stuurd, en de vrouwen zagen er droe
vig uit.
Andere groepjes waren te voeL en er
ging geen minuut voorbij roif Marie her
kende en noemde heel zacht iemand uit
die huurt. Het was de pachter van Ker-
guan en die van Keryon, öe oudste zioon
van de Manóhili's die een takje wilde (ge
ranium op zijn hoed had gestoken. Het
was de knecht van een andere pachter
van de kust, die een grijze merrie, be
kend om haar yJugheid, aan den teugel
oerde en de drie kleinen van Rosna-
bot, die hun broer vergezelden en. ook
onbekenden en rijten paarden geleid door
mannen die schrijlings op het voorste
paard zaten en die luid over den ftvejgi
riepen „op zijMarie zag' alles aan Irnel
een beklemd liarl en als er jonge'mannen
voorbij haar heen gingen, 'bpiojgj zij met de
hand de lakken vaneen omi ben, die zij
misschien niet terug; zou zien, nog langer
te kunnen nastaren. Daar kwam' langs de
rechterzijde van den weg een mian, die
de jonge vrouw een pas achteruit deed
wijken, want zij vreesde gezien te wor
den door hemi, die nu voorbij ging. (Hij
was niet jong meer. Hij zag er goed (uit
in zijn Zondagfecli pak, dat zij kende, dat
zij inet haar eigen handen versteld had:
zwart wambuis, vest met fluweelen stre
pen, bovendien versierd met een gesp j
an kUoopen uit wit metaal, grijzen 'broek
kringen voelt men zich teleurgesteld. In
talrijke epistels, door vrouwen geschre
ven in de tijdschriften van de laatste we
ken, komt dat duidelijk naar voren. In
jéén daarvan heet het o.a.: „Een keizer
[moet keizerlijk handelen ook op een
[onttroonden keizer rust die plicht". Dat
aan dezen eisch niet voldaan is, heeft
^el laatst overgebleven monarchistische
gevoel in Duitschland den doodssteek
gegeven."
Maar nog om een andere reden houdt
men zich op het oogenblik in Duitschland
bezig met Wilhelm II. Zijn memories,
die hij onder bescherming van de Hol-
landsche gastvrijheid in alle rust schrij-
jven kon, verschijnen sedert eenige we
ken in gedeelten in verschillende groote
Duitsche couranten. Een spotvogel
merkte dezer dagen op: Vroeger heeft
de keizer zoo dikwijls onvriendelijk en
verachtelijk over schrijvers gesproken
nu is hij zelf schrijver geworden,
schrijft levensherinneringen, die hij als
echt zakenman verkoopt, en waarmee
hij een aardigen duit aan Amerikaansche
dollars verdient en dat hoort er bij
trouwt voor den tweeden keer ook
nog!
Nu zijn het weer de mannen, die lange
gezichten trekken. Want uit wat tot dus
ver bij stukken en brokken uit 's kei
zers boek „Ereignisse und Gestalten"
bekend geworden is, blijkt opnieuw, hoe
en beslagen schoenen. Zijn gezicht was
geheel glad geschoren, behalve ter hojotgle
van 't oor, waar kleine bakkebaardjes
groeiden. Nog dezelfde gevulde wangen,
dezelfde frissche gelaatskleur als vroe
ger, maar de goede, eerlijke opgjen van
een man die niets vreest, de oogjen (van
den vader van Pierre Quéverne hadden
zeker geweend {bij lipt Vertrek van Champ-
dolent. Vader van zeven kinderen, waar
van er nog zes inleven waren, h'ad/liij'.er
geen meer bij zich, noch den geestelijke
Jean, vicaris op teen dorp in Qornouaïlle,
aan gtene zijde van de Quimper, noch die
oudste dochter die te (Quimpterlé gleüloiuwd
was, noch de tweede in Douarnez ge
trouwd, noch de andere die religie use
was 'bij de zusters Van den Heiligen-Geest,
noch den zeeman, tweede Stuurman aan
boord van de Jauréguiberry, noch den
laatste, 'bij wiens naam' ihen in haar bij
zijn nooit meer noemde. De oude Qui-
verne liep naa,st de veulenmerrie Bui-
sonne, die door een man van ongeveer
veertig' jaar, knecht op Chaanipdolent, bij
het leidsel werd voortgetrokken. Hij ging
zelf ook mee loan het eenige 'heest uit fzijn
stal naar de stad te brengen. Misschien
zou mten het liem' wel laten houden. Zij
draafde niet en galoppeerde oiok nooit.
Niettegenstaande bracht hij haar toch
waar de regeering het gelast had. Anne
manHet leven had zijn moed op tzwa-
ren proef gesteld. Hij was reeds lange
(kortzichtig en met welk een ongerecht
vaardigd zelfvertrouwen hij de Duitsche
politiek gevoerd heeft, zeker met de
beste bedoelingen, maar met zulk een
gebrek aan diepere menschenkennis,
zonder in staat te zijn de groote ver
houdingen in hun samenhang te beoor-
deelen, zonder voeling te houden met de
stemmingen en geestelijke krachten des
volks, dat daaruit ontegenzeggelijk ge
varen moesten ontstaan. Een eigenaardig
toeval wilde, dat tegelijkertijd brieven
van den vroegeren Oostenrijkschen
kroonprins Rudolf, die eens op onver
klaarbare wijze met zijn geliefde een wei-
j nig roemrijken dood vond, in druk ver-
schenen, en dat in de brieven van dezen
'troonopvolger der naburige en verbon-
!den dynastie, die Wilhelm II voor zijn
[oprechten vriend hield en wiens dood
1 hij diep betreurde, juist een vernietigend
oordeel over den destijds jeugdigen Duit
schen keizer wordt uitgesproken. Hoo-
nend schreef Rudolf: „Wilhelm II is aan
het werk. Hij zal spoedig in heel Europa
een ondenkbaren chaos aanrichten." Zoo
heeft men dus reeds tientallen jaren
terug in kringen, waar men op de hoogte
was van de geheime wegen der politieke
gebeurtenissen, geoordeeld. Slechts het
Duitsche volk „en masse" vermoedde
niets van het onweer, dat zich aan den
horizon samentrok en langzaam, maar
zeker en dreigend, naderde. Als men nu
de keizerlijke memoires leest, komt men
opnieuw tot de erkenning, dat wij op een
vulkaan geleefd hebben, zonder het te
vermoeden. Niet dat in deze herinne
ringen nieuwe misgrepen of verzuimen
onthuld worden. Men kan ook niet zeg
gen, dat de schrijver in zijn relaas om
trent die geschiedkundige gebeurtenis
sen zich zelf onbehoorlijk op den voor
grond dringt of zich met een stralen
krans omringt. Maar des te meer ont
stelt ons in deze goedgeloovige vertel
lingen het onverbeterlijke dilettantisme,
dat meer dan een kwarteeuw in Duitsch
land regeerde, en dat daarom zoo ge
vaarlijk was, omdat na een voorafgaande
periode van grooten bloei het Duitsche
volk vol vertrouwen een bijna onbe
perkte macht in handen van den drager
der kroon gelegd had.
Vlissingen.
Van 1218 Oct. Ondertrouwd: J.
de Vries, 26 jaar en C. M. Peters, 23
jaar; R. de Lang, 41 jaar en I. L. Dom
misse, 39 jaar; A, Langeraar, 22 jaar en
C. Kruidenier, 20 jaar; A. J. J. Dob
belaar, 24 jaar en J. G. Schrier, 19
jaar; J. M. van Schagen, 25 jaar eh E.
Lako, 24 jaar.
Getrouwd: C. de Jonge, 24 jaar en M.
J, Jansen, 29 jaar; A. Haringa, 26 jaar
en P. Minderhoud, 19 jaar; M. Brunke,
30 jaar en J. Grootjans, 29 jaar; A. A.
Daamen, 24 jaar en E, Maas, 21 jaar;
P. de Kam, 27 jaar en W. H. P. de
Ruijter, 22 jaar; J. M. van Buren, 32
jaar en F. J. den Outer, 29 jaar; J. H.
Craemers, 23 jaar en A. C. Quaars, 19
jaar.
Bevallen: A. J. v. Haveren, geb. Schot,
d.; W. C. P. Notenboom, geb. Heijdens,
z.; T. C. Weststrate, geb. Kroon, d.; J.
P. Bijl, geb. Venema, z.
Overleden: W C. M. Haasbeek, echtg,
van A. Ham, 40 jaar; R. M. Renier,
echtg. van D. A. Boels, 74 jaar; P. J.
Marchand, wed. van L. T. Weerpas, 50
jaar; C. J. Hameij, echtg. van J. A. Jo-
nasse, 51 jaar; A. Schroevers, z, 2 jaar;
A. J. de Vos Burchart, echtg. van S.
Poortvliet, 59 jaar.
Van 1219 Oct. Bevallen: J. de Bilde
geb. Blankert d- P. den Boer geb. van dei*
tingWekken z., L. LaLtetewSki gebl Heu-
man d.
Overleden: K. Hoogerland 78 j. \vted.
van Willem Catshoek.
jaren weduwnaar- en na het vertrek van
zijn kinderen alleen achtergebleven ineen
kleine {boerderij', waarvan de grond
schraal was en de appelhbomen dikwijls
(geteisterd werden door den zeewind. Ge-
jduldig, vroom, stil van aard, zette hij
het werk voort, dat zijn vader en zijn
grootvader waren begonnen. Men 'kon hem'
reeds in (de (verte herkennen hij' den dienst
of biij het uitgaan van de kerk aan izijn
lange gestalte en aan de uitdrukking van
vervallen grootheid, die niet zwicht. Ma
rie zajg hem naderen. Zij had hemook'vtetv
laten. Hij liep met zijn rustigen, wiege
lenden gang tusschen de glooiingen, die
elkaar 'bijha naderden, en de rom.p van
een schip vormden, onder de schaduwton
van de eiken, die nog van hem' waden.
Maar toen hij nog (ongeveer dertig pas
sen verder gedaald was, 'bevond hij zich
in 'de schaduw mtet zon doo-rmengd van
de hoornen van Kerjan en hij stoeg {dte
o ogen .op in de richting waar Mar ïe,was.
Hij kon haar ongetwijfeld niet zien, maar
zij had opnieuw de smart ontmpet en
toen hij verdwenen was met Buissonnc en
den knecht, achter de heidestruiken, trok
Zij' zich geheel terug en verliet haar
schuilplaats, doodsbleek en zioo mach
tig door het verleden aangegrepen, dat zij
tot zich zelf zeide: J
Ik mbet Cham'pdolent terug zien
Kri
Sp<
Vr«
ten
me
(Wordt vervolgd).-