B F I DE PINK PILLEN j? Men oogst wat men zaait f) Wanneer men de 4) s neemt, oogst men gezond- j) heid. D (lngpz. Med.) HANDEL, NIJVERHEID EN VISSCHERIJ. RECHTZAKEN. LEGER EN VLOOT, U u i t o li I a n d. BURGERLIJKEN STAND. Zierlkzee. JA f I de berekening van de beiooninjg voor den directeur dei' avondschool voor nij verheidsonderwijs, zijnde een dooi" hejt rijk gesubsidieerde inrichting, van nij verheidsonderwijs, kan worden afgeweken van de voor die groep van scholen gel dende regeling' ter wille van een vroeger door hem als directeur eener zich door het rijk gesubsidieerde inrichting van on derwijs, (de Burgeravondschool) genoten wedde. B. en 'Wt beitreutren dit enge Standpunt. Zij vinden, dal de heer Kla ren beek financieel niet de duj)e mag wor den van de tot stand gebrachte com!- Jbonatie der beide scholen. Zij stellen derhalve voor omi gerekend te zijn ingegaan op 1 Jtanuai'i 1922, aan den heer J. H. Klarenbeek, voor zoolang als hij als directeur der avondschool voor nijverheidsonderwijs fungeert eene zoo danige jaarlijkajclie toelage uil de gemeen tekas te verleeuen dat hij, aan jaarlijk- Sclie inkomsten een totaalsom van f 1800 geniet welk bedrag gelijk "iq aan dat, wat hij voer de combinatie genoot. Door de C. v. F. is eerst gevraagd hoe groot in 1919, 1920 en 1921 de jaarwed den van den heer lvlarenbeek kwiajmen als leeraar .aan de Amjbaeh tsjschool en. aan de Handelschool, als mede hoe groot resp die jaarwedden zijn sedert 1 .T,an. 1922. Tevens heeft de commissie geen raadsbesluit kunnen vinden w,aarbij de wedden werden vastgesteld op te samen i'lSOO. Na het antwoord van 13. en W. deelt de C. v. F. mlefde, dat zij zich met het voorstel niet vereeuigt. Zij is van oordeel, dat niet aleen het feit, dal de htoer Klarenbeek als direc teur der avondsschool voor n ijver nei'ds- onderwijs over 1922 f 1340 geniet legen f1800 door hem iu 1921 ontvangen als directeur der Burgeravondschool en Avondschool voor handwerkslieden, mag wegen, doch dat met versjchillen/de om standigheden rekening moet worden ge houden. In de raadsvergadering van 0 Decern1-. ber 1919 werd de jaarwedde van den directeui der 'burgera vondsjchool en avond-school voor handwerkslieden ge bracht op resp. t'000 en f 600 of te za- zamen f1200, op welke jaarwedde de heer Klarenbeek werd benoemd. Aan deze jaarwedderegeling werd terugwer kende kracht verleend lot 1 Jan. 1919. In 1921 werd overeenkomstig 'het Iv. B. van 11 Juli v.an dat jaar de jaarwedde voor den Directeur der Avondschool voor Handswerkslieden gebracht op f 1200, doch de C. v. Fin. is wan oordeel dat (de raad hierin had moeten Worden gekend meer in hehötjpzonder dat aan zijn oordeel had moeten onderworpen, of, waar het Directeurschap van heide sdholen voor 1919 werd beloond met f 1000, en in de jaren 1919 en 1920 f 1200, voldoende werd geacht, het bepalen van de jaar wedde in 1921 voor de Avondschool voor Handwerkslieden op. f 1200, ook tenge volge mbest hebben, dat voor beide scho len te zamen de jaarwedde f 1800, be hoorde te zijn, dan wel een regeling be hoorde te worden getroffen zboals bijv onlangs geschiedde, voor de salarieering van de gecombineerde betrekking vap gemeenteontvanger en controleur. Ware dit geschied, zou wellicht nu niet in overweging 'behoeven te zijn geno men. een zoo belangrijk verschil tusschen de jaarwedde van 1921 en die voor 1922 en volgende jaren te vergoeden. Waaide venwel het verband tusschen de in 1921 genoten wedde hetzij dan door deze niet-aan het oordeel van den r|aad Tc onderwerpen en de regeling bij voor noemd Kon. Bestuit bestaat, is er allels zins reden om na te gaan, of, jwaar de heer Klarenbeek nog andere onderwijs he- trekkingen bekleedt, de van rijkswege ge maakte regelingen voor 'die verschillende betrekkingen tezamen voor den heer Kla renfceek nadeelig zijn geweest. Indien de heer Klarenbeek reeds in 1919 directeur, van de Burgeravondschool en Avondschool voor Handwerkslieden ware geweest, zou hij iu dat jaar 'in zijn verschillende onderwijsbet rekkingen teza men f 4705 hebben genoten. In 1920 genoot hij als zoodanig f 5855, en in der! de woorden „de oorlog! de oorlog is verklaard!" met de snelheid van den wind door de vaders, de mjoeders, de dienstknechts, de verschrikte kinderen die óver de velden kwamen aanlaopen, waren overgebracht! i Zij luisterde even, verliet toen de boer derij en liep rechtsaf tusschen de schuur en de paardenstal door, sloegeen pas ontgonnen weg in, die ongeveer driehon derd meter verder door een slagboom was afgesloten Zij klom* over de omhei ning: heen en was toen op (tic heide van Kerjan. die niet groot was en too'k niet zwaar beplant met. heidekruid, distels of brem. een hobbelige rotsuitwas, met een dim laagje aarde bedekt, waarvan de hel tin. steil afliep naar liet dichtbij gelegen da! Marie volgde het spoor door de (uit elkaar .geplante struiken, slak de beek ovei door de voel op (1e uitstekende sleenen te zeilen en klom' nu de andere heltin: op. Het was nog Kerjan, de an dere helling, het wa.s de groote appel boom car- rd. v >1 op'het Zuiden gelegen, en daarop volgden de kleine, benoemde boofhga' rden. waarvan alle appel bloomen door den ouden Laniö meer dan dertig jaar geleden waren uitgekozen. Vlug Stak zij dwars de groote boomgaard over en kwam toen ul klimmend in een g'edeplle dat braak was blijven ügigpn en dat ornl- geven was door heggen van minstens zes iumyi.al.ie feinli-n nikoscliioi- 1921 T 6580, in 'welk laatste bedrag dus f 1800 tegen f 1200 in de beide vorige jaren voor de twee avondscholen was begrepen. In 1922 bedraagt zijn jaarwed de voor de verschillende onderwijstog- trekkingen tezamen f 6120. Dit bedrag iioewel minder dan over 1921, doch ver geleken b.ij het voor 1921 genotene acht de commissie locli werkelijk niet zoo ongunstig voor den heer Klarenbeek, dat afwijking van de ministerieele regeling niet de bedoeling1, de gezamenlijke jaar-I wedden op f 6580 te brengen, noodig moet worden geacht. Maar bovendien zou de commissie dit ook principieel onjuist achten. 'Op 29 Maart j.l. besloot de raad o.a. den heer Klarenbeek te benoemen tol directeur der Avondschool voor Nijverheidsonder wijs en hem ontslag te verleenen als directeur der Avondschool»en Avondschool voor Handwerkslieden, een en ander ge acht te zijn ingegaan 1 Januari 1922 en zijn jaarwedde te regelen, overeen komstig de bijlage van voornoemd Kon. Besluit. Het Wil der Commissie voorko men, dal men nu niet achterna deze jaar wedde moet brengen op. het bedrag dat werd 'genoten in de betrekkingen, waar uit ontslag Werd verleend, wel rekening zou willen houden de-lieer Klarenbeek op wachtgeld zou belmoren te worden gesteld ingevolge dat ontslag en van dat wachtgeld zou moeten worden afgetrok ken liet bedrag: van de jaarwedde als^di- recleur van de Avondschool voor Nijver heidsonderwijs. De commissie vermeent, dat, waar de de economische toestand en hooge be lastingen voor zo o velen de le vensom* istan.digh.eden hebben verzwaard de ,ge- liiqeenftc niet zoo goedgeef&cb. mag zijn, voor den lieer Klarenbeek uit de drie on- derwij «betrekkingen welke gezamenlijk zijn werkkring vormen, dat in 1920 f 5855 'bedroeg en volgens de tegenwoor dige regeling f 6120, zal bedragen, nog [met 1' 460, te verlipog'en, alleen omdat Mj tengevolge van eene 'voor hem gun- (s!tige lom Is t a n d ighp i d in 1921 f 6580 als zoodanig aan inkomen heeft genoten. B. en W. antwoordden hierop Naar u zal hekend zijn, beteekent de nieuwe regeling der rijkssubsidieering in gevolge de Nijverlieidsonderwijswet voor de gemeente een belangrijk voordeel te genover de vroegere regeling, al ware helt alleen, doordat vroeger geen rijkssubsidie weid genoten voor de, thans, met de avondschool voor handwerkslieden tot één avondschool voor nijverheidsonder wijs vereenigde burgeravondsclio-ol. Wij zijn van oordeel, dal het tegen over den heer Klarenbeek, die als direc- teur-leeraar der gecombineerde school nog precies hetzelfde werk beeft te doen als in de genoemde functie aan de 2 op geheven scholen, allerminst billijk zou zijn om voor de gemeente nog meer fi nancieel voordeel uit de nieuwe subsidie regeling te behalen, doordat zijn wedde in de nieuwe betrekking' lager is "dan de door hem genoten belooning uit de beide vroegere betrekkingen. Mitsdien handhaven wij pas voorstel Wij merken op, dat, wanneer den heer Klarenbeek eventueel alsnog wachtgeld naar aanleiding van het bekleed hebben van bedoelde betrekkingen zou worden verleend, hij daarmede in geen enkel op zicht zou gebaat zijn, aangezien het, vol gens de bepalingen der gemeentelijke verordening g',eheel zou ingehouden moe ten werden. Eischt Bollandsche verpakking en J/ Gebruiksaanwijzing. over de jaren 1912 en 1913 doet zien, dal we niet ver inleer van h,eL peil van voor den oorlog verwijderd zijn. Be groote stijging van het aantal straf zaken, bij den kantonrechter aange bracht, in de jaren 1919 en 1920, wel ke voornamelijk veroorzaakt werd etojofr groote toeneming van de overtredingen van de Drankwet, Motor- en Rijwiel wel en van de plaatselijke verordeningen, is in 1921 door een afnemjing gevolgd (23S.62C zaken in 1921 tegen 245.232 in 1920). .ij Het aantal vonnissen geeft voor 1.921 het getal 238.015, terwijl 252.318 be klaagden bij de kantongerechten m|oe g- ten terecht staan. Veroordeeld zijn hiervan 241.022 be klaagden of bijna 97 pCt., vrijgesproken 1445 of bijna 2 pCt. H eil eebolle v e r |si 'c ih e lioujt uit Rusland. Naar liet Hand verneemt, is heden morgen het s.s. „Tervaete" met Russisch rondhout te IJmuiden gearriveerd. Dif hout Werd naar Holland aangevoerd door lje middeling van de N. V. Ilandel-MaaLi- schappij Leo Peltenburg te Ari^siter- dam, en vormt de eerste lading vers.ch gevelde hoornen (kapbalken), welke sinds het uitbreken van den Wereldoorlog uit Rusland kon worden geïmporteerd. De lading komt van Archangel. De houtaan- voer uit Rusland is dus, na negen jaar te hebben 'stilgelegen hervat. Daling' de r mi sd a d 'i g| h e f d. Rlïjkens de justitieele statistiek over 1921 werden in eernsjten aanleg hij de rechtbanken aangebracht 21.104 stfjaf- zakea (v. j. 27.095); de daling', welke hiervoor na de oorlogsjaren intrad, heeft zich ook in 1921 voortgezet, ofsjchoon niet in die mate als in het vorige jas* Het aantal gewezen vonnissen bedraagt 21.133, terwijl in totaal 24.844 beklaagden terecht stonden. Vergelijking van deze cijfers met die ten. De laatste op de Noordzij, waar lang-, een weg liep, was het dichtst be groeid. De kinderen uil die buurt had den er schuilhoeken in gekapt, geheel 'beschut door het eiken hakhout en den opslag van kastanjebommen. Daar ging Marie op de hurken zitten. Verscholen achter de takken en blade ren kon zij een heel eind den hollen weg overzien, die van verre kwam, nu eens breed, dan weer smaller werd, met grilli ge krommingen, soms zeer 'beschaduwd, soms hel verlicht, bij voorkeur gebruikt door de 'hoeren, die dieper het* land iu woonden, om naar Fouësant te |gjaan. Van daag hcerschle <y groot rnmioer tusschen de hellingen; menschensteminen, voetstap pen, paardengehinnik, gekraak van de kasl van een koels die over liet wagen spoor bubbelde of van de oude wie len, waarvan liet ijzer en liet houL (het bij elke wenteling met elkaar te kwaad kregen. Marie kon de groene helling wel hon derd meter van tevoren zien en over de indere haag van den weg de daken en de twee dennen van Chamipdölent: Noio-il had sedert, de invallen, waarvan de le genden verhaajden, toen de Normandi- sche krijgsmannen de Bretagners 'bedreig den, de weg zulk een stoet van mannen en paarden gezien, die ten strijde trok ken. Ileele gezinnen kWamlen aanrijden, aste pront in de char a bancs, dp or een Christelijke Kader- vo rming'? Naar de „Tel." verneemt hebben de testuren van de Nationale Christen-om- derofficierenvereenigïng en van St. Mar tin us, vereeri'iging van R.-K. Onderofficier ren, een bespreking gehad met den ma joor van den generalen staf jhr. Wi. Roèll, hoofd van de Ilde^afdeeting' van het de partement vmi Oorlog, "inzake het her zien van de eischen (in wetenschappelijke vakken) voor toelating tot den onderoffi ciersrang. De gehouden "besprekingen staan in verband inet het voornemen van den Minister van Oorlog om te komen tot oprichting van christelijke kaderscho- len, Welk denkbeeld reeds gedurende langen tijd door de confessioneele mili taire bonden Wordt gepropageerd. thans. En het zijn nu niet in de eerste plaats de politici die over hem spreken, en vooral niét de mannen, maar. de vrouwen. Het bericht, dat Wilhelm II hertrouwen zal heeft geheel Duitschland verrast en een pijnlijke -verbazing ge wekt. Toen het eerste gerucht uit Hol land doordrong, scheen het zoo absurd, dat niemand het wilde gelooven. Nu het geen twijfel meer lijdt en in Doorn reeds de voorbereidingen worden getroffen voor de bruiloft, schudt iedereen het hoofd erover. De mannen zijn nog eerder geneigd het vreemde besluit van den ex-keizer te billijken. Ze redeneeren: hier gaat het om een privé zaak, die niemand aangaat. Of een weduwnaar een nieuwe levens gezellin wil zoeken of niet, is iets, dat hij met zich zelf uit moet maken. Ja, Wilhelm II bewijst wellicht juist door deze daad, dat hij zich nog slechts als particuliere persoonlijkheid beschouwt. Men mag van hem denken wat men wil, dat hij iemand is, die door het nood lot zwaar gestraft werd daaraan valt niet te twijfelen. Waarom dan zou een ongelukkig man, al is hij op hoogen leef tijd, in liefdesgeluk niet nog eenmaal troost mogen zoeken? Laat hem bruiloft vieren, laat hem doen wat hij wil, als hij door zijn daden Duitschland maar niet in moeilijkheden brengt. Aldus redeneeren de mannen. Deels uit overtuiging, deels uit een soort korps geest \vant ze moeten zich verweren [tegen het eenstemmig strenge oordeel, dat de vrouwen over het nieuwe huwelijk van den keizer vellen en waarmee ze tegelijkertijd te kennen willen geven: Zoo zijn jullie mannen! Jullie deugen geen van allen! Misschien ook weten zij door vrouwelijk instinct het juiste oordeel uit te spreken, wanneer zij voor de hou ding van Wilhelm II geen verontschul diging willen aanvaarden. Zij gevoelen het als afstootend, dat de drie-en-zeStig- jarige zijn vroegere levensgezellin, die hij [eens niet genoeg kon prijzen en die hem :in de dagen van moeilijkheden en ver banning gevolgd is en alle leed met hem [gedeeld heeft, zoo spoedig kon verge iten. Zij huldigen de opvatting, dat het waardiger was geweest, wanneer hij zijn levensavond stil en alleen doorgebracht had. Nergens hebben de monarchistische gevoelens tot dusver in Duitschland een sterkeren steun gevonden dan bij de vrouwen; zelfs in kringen, die van ouds her republikeinsch gezind waren, zelfs onder de arbeiders, voelde het vrouwe lijke contingent, vooral in Berlijn, nog een heimelijke neiging voor den glans die aan de woorden „koning" en „kei verbonden is. Maar juist in deze zer BRIEVEN UIT BERLIJN. Het huwelijk van den ex- keizer. „Erpignisse und Gestal ten." Berlijn, medio October. Nog nooit sinds de dagen der herfst- revolutie in 1918, heeft de persoon van den vroegeren Duitschen keizer zoozeer het Duitsche volk bezig gehouden als jonden inian, bijna altijd een zeeman, be stuurd, en de vrouwen zagen er droe vig uit. Andere groepjes waren te voeL en er ging geen minuut voorbij roif Marie her kende en noemde heel zacht iemand uit die huurt. Het was de pachter van Ker- guan en die van Keryon, öe oudste zioon van de Manóhili's die een takje wilde (ge ranium op zijn hoed had gestoken. Het was de knecht van een andere pachter van de kust, die een grijze merrie, be kend om haar yJugheid, aan den teugel oerde en de drie kleinen van Rosna- bot, die hun broer vergezelden en. ook onbekenden en rijten paarden geleid door mannen die schrijlings op het voorste paard zaten en die luid over den ftvejgi riepen „op zijMarie zag' alles aan Irnel een beklemd liarl en als er jonge'mannen voorbij haar heen gingen, 'bpiojgj zij met de hand de lakken vaneen omi ben, die zij misschien niet terug; zou zien, nog langer te kunnen nastaren. Daar kwam' langs de rechterzijde van den weg een mian, die de jonge vrouw een pas achteruit deed wijken, want zij vreesde gezien te wor den door hemi, die nu voorbij ging. (Hij was niet jong meer. Hij zag er goed (uit in zijn Zondagfecli pak, dat zij kende, dat zij inet haar eigen handen versteld had: zwart wambuis, vest met fluweelen stre pen, bovendien versierd met een gesp j an kUoopen uit wit metaal, grijzen 'broek kringen voelt men zich teleurgesteld. In talrijke epistels, door vrouwen geschre ven in de tijdschriften van de laatste we ken, komt dat duidelijk naar voren. In jéén daarvan heet het o.a.: „Een keizer [moet keizerlijk handelen ook op een [onttroonden keizer rust die plicht". Dat aan dezen eisch niet voldaan is, heeft ^el laatst overgebleven monarchistische gevoel in Duitschland den doodssteek gegeven." Maar nog om een andere reden houdt men zich op het oogenblik in Duitschland bezig met Wilhelm II. Zijn memories, die hij onder bescherming van de Hol- landsche gastvrijheid in alle rust schrij- jven kon, verschijnen sedert eenige we ken in gedeelten in verschillende groote Duitsche couranten. Een spotvogel merkte dezer dagen op: Vroeger heeft de keizer zoo dikwijls onvriendelijk en verachtelijk over schrijvers gesproken nu is hij zelf schrijver geworden, schrijft levensherinneringen, die hij als echt zakenman verkoopt, en waarmee hij een aardigen duit aan Amerikaansche dollars verdient en dat hoort er bij trouwt voor den tweeden keer ook nog! Nu zijn het weer de mannen, die lange gezichten trekken. Want uit wat tot dus ver bij stukken en brokken uit 's kei zers boek „Ereignisse und Gestalten" bekend geworden is, blijkt opnieuw, hoe en beslagen schoenen. Zijn gezicht was geheel glad geschoren, behalve ter hojotgle van 't oor, waar kleine bakkebaardjes groeiden. Nog dezelfde gevulde wangen, dezelfde frissche gelaatskleur als vroe ger, maar de goede, eerlijke opgjen van een man die niets vreest, de oogjen (van den vader van Pierre Quéverne hadden zeker geweend {bij lipt Vertrek van Champ- dolent. Vader van zeven kinderen, waar van er nog zes inleven waren, h'ad/liij'.er geen meer bij zich, noch den geestelijke Jean, vicaris op teen dorp in Qornouaïlle, aan gtene zijde van de Quimper, noch die oudste dochter die te (Quimpterlé gleüloiuwd was, noch de tweede in Douarnez ge trouwd, noch de andere die religie use was 'bij de zusters Van den Heiligen-Geest, noch den zeeman, tweede Stuurman aan boord van de Jauréguiberry, noch den laatste, 'bij wiens naam' ihen in haar bij zijn nooit meer noemde. De oude Qui- verne liep naa,st de veulenmerrie Bui- sonne, die door een man van ongeveer veertig' jaar, knecht op Chaanipdolent, bij het leidsel werd voortgetrokken. Hij ging zelf ook mee loan het eenige 'heest uit fzijn stal naar de stad te brengen. Misschien zou mten het liem' wel laten houden. Zij draafde niet en galoppeerde oiok nooit. Niettegenstaande bracht hij haar toch waar de regeering het gelast had. Anne manHet leven had zijn moed op tzwa- ren proef gesteld. Hij was reeds lange (kortzichtig en met welk een ongerecht vaardigd zelfvertrouwen hij de Duitsche politiek gevoerd heeft, zeker met de beste bedoelingen, maar met zulk een gebrek aan diepere menschenkennis, zonder in staat te zijn de groote ver houdingen in hun samenhang te beoor- deelen, zonder voeling te houden met de stemmingen en geestelijke krachten des volks, dat daaruit ontegenzeggelijk ge varen moesten ontstaan. Een eigenaardig toeval wilde, dat tegelijkertijd brieven van den vroegeren Oostenrijkschen kroonprins Rudolf, die eens op onver klaarbare wijze met zijn geliefde een wei- j nig roemrijken dood vond, in druk ver- schenen, en dat in de brieven van dezen 'troonopvolger der naburige en verbon- !den dynastie, die Wilhelm II voor zijn [oprechten vriend hield en wiens dood 1 hij diep betreurde, juist een vernietigend oordeel over den destijds jeugdigen Duit schen keizer wordt uitgesproken. Hoo- nend schreef Rudolf: „Wilhelm II is aan het werk. Hij zal spoedig in heel Europa een ondenkbaren chaos aanrichten." Zoo heeft men dus reeds tientallen jaren terug in kringen, waar men op de hoogte was van de geheime wegen der politieke gebeurtenissen, geoordeeld. Slechts het Duitsche volk „en masse" vermoedde niets van het onweer, dat zich aan den horizon samentrok en langzaam, maar zeker en dreigend, naderde. Als men nu de keizerlijke memoires leest, komt men opnieuw tot de erkenning, dat wij op een vulkaan geleefd hebben, zonder het te vermoeden. Niet dat in deze herinne ringen nieuwe misgrepen of verzuimen onthuld worden. Men kan ook niet zeg gen, dat de schrijver in zijn relaas om trent die geschiedkundige gebeurtenis sen zich zelf onbehoorlijk op den voor grond dringt of zich met een stralen krans omringt. Maar des te meer ont stelt ons in deze goedgeloovige vertel lingen het onverbeterlijke dilettantisme, dat meer dan een kwarteeuw in Duitsch land regeerde, en dat daarom zoo ge vaarlijk was, omdat na een voorafgaande periode van grooten bloei het Duitsche volk vol vertrouwen een bijna onbe perkte macht in handen van den drager der kroon gelegd had. Vlissingen. Van 1218 Oct. Ondertrouwd: J. de Vries, 26 jaar en C. M. Peters, 23 jaar; R. de Lang, 41 jaar en I. L. Dom misse, 39 jaar; A, Langeraar, 22 jaar en C. Kruidenier, 20 jaar; A. J. J. Dob belaar, 24 jaar en J. G. Schrier, 19 jaar; J. M. van Schagen, 25 jaar eh E. Lako, 24 jaar. Getrouwd: C. de Jonge, 24 jaar en M. J, Jansen, 29 jaar; A. Haringa, 26 jaar en P. Minderhoud, 19 jaar; M. Brunke, 30 jaar en J. Grootjans, 29 jaar; A. A. Daamen, 24 jaar en E, Maas, 21 jaar; P. de Kam, 27 jaar en W. H. P. de Ruijter, 22 jaar; J. M. van Buren, 32 jaar en F. J. den Outer, 29 jaar; J. H. Craemers, 23 jaar en A. C. Quaars, 19 jaar. Bevallen: A. J. v. Haveren, geb. Schot, d.; W. C. P. Notenboom, geb. Heijdens, z.; T. C. Weststrate, geb. Kroon, d.; J. P. Bijl, geb. Venema, z. Overleden: W C. M. Haasbeek, echtg, van A. Ham, 40 jaar; R. M. Renier, echtg. van D. A. Boels, 74 jaar; P. J. Marchand, wed. van L. T. Weerpas, 50 jaar; C. J. Hameij, echtg. van J. A. Jo- nasse, 51 jaar; A. Schroevers, z, 2 jaar; A. J. de Vos Burchart, echtg. van S. Poortvliet, 59 jaar. Van 1219 Oct. Bevallen: J. de Bilde geb. Blankert d- P. den Boer geb. van dei* tingWekken z., L. LaLtetewSki gebl Heu- man d. Overleden: K. Hoogerland 78 j. \vted. van Willem Catshoek. jaren weduwnaar- en na het vertrek van zijn kinderen alleen achtergebleven ineen kleine {boerderij', waarvan de grond schraal was en de appelhbomen dikwijls (geteisterd werden door den zeewind. Ge- jduldig, vroom, stil van aard, zette hij het werk voort, dat zijn vader en zijn grootvader waren begonnen. Men 'kon hem' reeds in (de (verte herkennen hij' den dienst of biij het uitgaan van de kerk aan izijn lange gestalte en aan de uitdrukking van vervallen grootheid, die niet zwicht. Ma rie zajg hem naderen. Zij had hemook'vtetv laten. Hij liep met zijn rustigen, wiege lenden gang tusschen de glooiingen, die elkaar 'bijha naderden, en de rom.p van een schip vormden, onder de schaduwton van de eiken, die nog van hem' waden. Maar toen hij nog (ongeveer dertig pas sen verder gedaald was, 'bevond hij zich in 'de schaduw mtet zon doo-rmengd van de hoornen van Kerjan en hij stoeg {dte o ogen .op in de richting waar Mar ïe,was. Hij kon haar ongetwijfeld niet zien, maar zij had opnieuw de smart ontmpet en toen hij verdwenen was met Buissonnc en den knecht, achter de heidestruiken, trok Zij' zich geheel terug en verliet haar schuilplaats, doodsbleek en zioo mach tig door het verleden aangegrepen, dat zij tot zich zelf zeide: J Ik mbet Cham'pdolent terug zien Kri Sp< Vr« ten me (Wordt vervolgd).-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1922 | | pagina 2