FEüiLLETON,
8xj>v
VG8j-
BIJVOEGSEL
Dinsdag 17 Oct. 1922, No. 245.
Binnenland.
UIT DE PERS.
KUNST EN WETENSCHAPPEN.
Zuster BretiatVs Liefde,
T
Me.
op
perij.
de
met
Lrae-
MÖ
a
l ket
a,s-
I maar
es
1.40,
merk
|e en
arte
tus-
rgr
aezor-
een
OB'
loten
)KT.
voor
|urprijB
roeger.
ioebh
km
kteïCB
l'OCt
Et'.
IS.
iHOÏ)?!
Boert
VAN DE
VAN
HET AFWIJZEN VAN EEN
ARBITRAGE-UITSPRAAK.
Het is een weinig, belmöedgende ge
beurtenis, die de vorige week eenige
sensatie wekte na het voorlezen dolor den
voorzitter van het Permlanente Hof van
Arbitrage van dé uitspraak in het geschil
tusschen de Ver. Staten en Noorwegen,
over een schadevergoedingskwestie voor
in beslag genomen schepen.
Die uitspraak wias ten nadeele van de
Ver. Staten, en werd .gedaan door een ar
bitrage-gerecht, waarvan ieder der twee
partijen één lid hadden aangewezen met
een onparlijdigen derde als voorzitter.
Toen de uitspraak door den Voorzitter
was voorgelezen, stond de heer Denis,
die de belangen van Amerika verdedigd
had, op, en verklaarde aan de rechtbank
dat hij alle rechten der V. S. Imioet !re-
serveeren, die voortspruiten uit de dui
delijke en in het oog springende afwij
king, die ïn het vonnis begaan wordt,
van de voorwaarden, waarop het ge
schil aan een scheidsrechterlijke uit
spraak werd onderworpen, alsmede uit
de essentieele dwaling, waardoor het von
nis krachteloos wordt gemaakt". De heer
Dennis was blijkbaar door den arbiter,
dien de V. S. hadden aangewezen, den
heer Ch. P. Anderson, (gewaarschuwd,
welke de uitspraak zou zijn. Hij las im!-
mers een briefje voor van dezen arbi-
biter, waarin deze verklaarde niet teglen-
(weordig te willen zijh bij de uitspraak
van het vonnis, omdat daarin „de voor
waarden verwaarloosd werden, waarop
het geschil aan scheidsrechterlijke uit
spraak werd onderworpen en de bevoegd
heid, aan h et scheidsgerecht 'bij overeen
komst verleend, werd overschreden."
Daarop zeide de president niet te gé-
looven, dat de wijze, waarop deze verkla
ring namens een van de leden van hst
scheidsgerecht is afgelegd, in overeen-
stemhiing is met de Haags'che conventie
en evenmin mei de speciale overeen
komst, die betrekking heeft op dit ge
ding. „Van dit protest hébben wij vóór
het huidige oogenblik niets vernomen en
ik meen, dat een afwijkende stem van een
rechter niet dooi" den agent van één ider
partijen behoort te worden kenbaar ge
blaakt."
Tot nu toe was de opvatting steeds,
dat bij een arbitrage de partijen zich
verbinden de uitspraak na te lcomten, hoe
die ook moge vallen. In dit geval 'hadden
Noorwegen zoowel als de Ver. Staten
dat nog eens uitdrukkelijk in hun arbi-
trage-ov ereenkomst verklaard
Dat nu de vertegenwoordiger, van een
mogendheid als de Ver. Staten een hou
ding aanneemt, zoo geheel in strijd daar
mee is minst genomen zeer betreurens
waardig ajs antecedent, ook al staat nog
niet vast dat nu ook de Amerikaansche
regeering de houding van haar vertegen
woordigers zal billijken.
schrijven gezonden, Waarin wordt meege
deeld, dat het bondsbestuur bij verkiezin
gen niet officieel met de N. K. P. kan
samenwerken, en wordt verzocht, door
toetreding' tot de R. K. Kiesvereeniging
t.z.t. mede te werken aan de totstand
koming eener regeling, waardoor de rech
ten oer minderheden in de kiesjvereeni-
gingen beter tot uiting komen.
DUUR ZAND EN BEZUINIGING.
Men schrijft aan de N. R. Crt.
In aansluiting tot de mededeelingen ïn
het Avondblad van 10 October j.l., aan
gaande de gunning; uit de hand van de"
werken voor het leggen van het gedeelte
spoorweg Nieuwe MeerAmstel van de
Ceintuurbaan om Amsterdam kan thans
worden bericht, datde Minister van Wiar
terstaat naar aanleiding van ingekomen
adressen van een tweetal aannemers van
groote werken, denRaad van Toezicht
op de Spoorwegdiensten pui bericht en
advies heeft verzocht.
Naar wij vernemen, heeft de Raad van
Toezicht de voorloopige beschikking van
zijn hoofdingenieur gedekt doior den Mi
nister te adviseeren zijn goedkeuring aan
deze beschikking niet te onthouden, en
wel alleen en uitsluitend op grond van
diens meening', dat de ooncurreerende
aannemers, die echter niet tot mededin
ging waren uitgenoodigd, doior andere
werkzaamheden niet in staat tot uitvoe
ring dier werken zouden zijn, weshalve
allicht vertraging in de totstandkoming
zou kunnen ontstaan.
Van zeer betrouwbare zijde vernemen
wij echter, dat naar de juistheid dezer
meening geenerlei zelfs ook maar niet
voorloopig onderzoek is, ingesteld, ter
wijl men van den beginne af voornemens
is geweest, het monopolie ïn deze aange
legenheid aan één firmja.te geven.
WENKEN VOOR EXPLOIT ATI EVER-
BETERING DER SPOORWEGEN.
Ni-jar aanleiding van de in den laatslcn
tijo in de pers verschenen uitlatingen van
leden van het personeel heeft de direc
teur oer Ned. Spoorwegen er in een
dienstorder aan herinnerd dat zij er
meermalen bij de org;anis,aties op heeft
c ingedrongen hun leden op te wekken,
ieder .allereerst met betrekking op zijn
eigen werkkring na te gaap wal ter ver
betering van den financieelen toestand
vaa het bedrijf zou kunnen worden ge
daan en de directie daarmede in kennis
ijte stellen.
De gelegenheid daartoe beslaat dus.
ZeFs heeft de directie ten vorigen j.are
'doen m(ededeelen, dat zij een belooning
zou toekennen aan hen, wier voorstellen
werkelijk tot belangrijke vereenvoudiging
aanleiding geven.
Gelet, op de bovenbedoelde uitlatin-
tinken en op het uiterst gering aantal
aan wijzigingen dat haar bereikte, mjoet
zij echter wel aannemen, dat een en an
der niet voldoende tot het personeel is
doorgedrongen. Zij brengt daarom ook
langs dezen weg het nogmaals le zijner
kennis.
VERWAARLOOZING HALVEN CENT.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heefl tol de verschillende besluren een
schrijven gericht van den volgenden in
houd
„lk heb de eer u uit te- noodigen van
nu af aan, voor zoover wettelijke rege
lingen zich daartegen niet verzetten, lot
wegjating van den 1/2 cent in uwe ladminï-
steal ie over te gaan. Aan liet departe
ment van financiën wordt een regeling
voorbereid, die de wettelijke bezwaren
tegen het verwaarloozen van den hal ven
cent zal opheffen.
In geval er wettelijke bezwaren zijn le
gen verwa.arloozing van den halven cent,
noodig. ik u uit sommen naar boven tot
POGINGEN TOT TOENADERING IN DE
KATHOLIEKE KRINGEN.
Namens het dag. bestuur van den a!g
Bond van R. K. Kieskringorganisaties is!een cent af te ronden. Op deze wijze
aan den heer F. Swaane, voorzitter van verat, verkregen, dat in afwachting van
het Voorloopig comité der N. K. P., een bedoelde wettelijke regeling, welke ver-
waaMoozing beoogt ,de halve cent aan-
sjtonOs geheel uit de administratie ver
valt.
HET NIEUWE RAADHUIS VOOR
HILVERSUM.
Volgens het „N. v. d. D., hebben Ged.
Staten aan het gemeentebestuur van Hil
versum bericht ,dat het provinciaal be
stuur zich niet vereenigt met- het raadsbe
sluit. waarbij van de 700.000 gulden, die
oe gemeente van het Rijk ontving' als laat
ste uitkeering uit de Oo rioga winstbelas -
jtius ,vijf ton ter beschikking werd gesteld
als grondslag voor een bouwfonds ten be
hoeve \an een nieuw raadhuis.
Gedeputeerde Staten zijn van oordeel
dat niel slechts de resteerende twee ton
hnaar het geheele bedrag, groot 700.000
gulden ten goede 'moet komen aan den
oen dienst 1923.
Politiek en de wijzigi(Q(g
der O n d e r w ij s W e t.
Ter aanduiding^ van de politieke over
wegingen die aan reclitsche zijde gewekt
zijn door de aanhangige voorstellen tot
wijziging der Wet op het Lager Onder-
wij's, halen we enkele pers-uitingen aa_
De Standaard wees de vorige week op
het volgende, als drie hoofdpunten van
bezwaar
Ten eerste op de voorgestelde intrek
king1 van art. 100 der bestaande Weft,
waarbij, men mag! wel zeggen, de laatste
vrijheidsveer van den hoed - genomen
wordt. Het gaat al meer in de richting
van de tirannieke eenheïdssehool voor
heel de natie.
Dat is een, we mogen wel zeggen, on
overkomelijk bezwaar.
De tweede bedenking; gaat tegien de
nieuwe regeling inzake de oprichting van
nieuwe scholen. Hadden deze nu voor
gestelde bepalingen vroeger bestaan, dan
hadden ongeveer 3300 van de thans be
staande Protestantsch-Christelijke scho
len niet opgericht kunnen worden, waar
onder alleen in Friesland mét zijn
(uitgestrekte plattelandsgemeenten
uiteer dan 100.
Hier is amendeering noodzakelijk.
Ten derde eindelijk lijkt onaannemelijk
de inmenging van Gedeputeerde Staten
in ontslagkwesties bij het bijzonder on
derwijs. Het nieuwe beginsel introduceert
feitelijk zeggenschap van Gedeputeerde
Stalen over de richting van het onder
wijs.
In de Msb. publiceerde gisterenavond
baron Van Wijnbergen een artikel waarin
hij de verklaring van de Stajjdaard met
volle instemming aanhaalt voor argutnen-
Leering' van zijn eigen betoog: dat de (be
zuiniging- niet mag leiden tot onnoiodige
vrijheidsbeperking der bijzondere school,
En dat doel hij voorafgegaan door de
verklaring, dal er moet zijn gelijkstel
ling! in de bezuinigng', dat het bijzonder
onderwijs niet van de bezuiniging de dupe
worden mag'.
„Een oogenblik aangenomen het
geen feitelijk niet het geval is, wijl 'de
openbare school nog steeds een voor
sprong heeft dat openbare en bijzon
dere school in gelijke financieele posi
tie op heden verkeeren ten opzichte van
de openbare kassen, dan zal men niet
uitsluitend aan de bijzondere school iets
kunnen ontnemen, zonder die gelijkheid
te verbreken. En toch geschiedt dat in
de aanhangige voorstellen, terwijl ver
schillenden, die daarover spreken en
schrijven, duidelijk blijk geven te wen-
schen, dat in die richting] nog verder
worde gegaan. Men streeft naar eenzij
dige bezuiniging op het terrein van het
bijzonder onderwijs.
Welnu, daartegen zal met alle kracht
weerstand moeten worden geboden; in
deze kan noch mag worden toegegeven.
Wij blijven erkennen, dat er van de
kosten voor het Kinderwijs zeer goed een
stuk af kan, doch dan gelijk voo,r (open-
baar en voor liet bijzonder onderwijs. Al
leen onder die voorwaarde zullen wij de
regeering in haar bezuinjgpgspiannen
kunnen steunen.
M.antiis Peet, door Is.
QueTido. Uitg. Scheltens en
1 Giltay.
Weer een deel van het Amts^erdamsche
Epos: de .Jordaanook weer een lijvig
deel van 56b kleinbedrukte bladzijden;
en voor ons ook weer een boek van
Querido datwe slechts met moeite
konden doorworstelen. f
i- Terwijl we dit schrijven voelen we
tegelijkertijd de noodzakelijkheid oanóók
le getuigen van wat opnieuw in dit boek
treft als geniaal-knap Werk, de weerga-
looze virtuositeit waarmee het spreken
van die Johdaners, wordt weergegeven,
en nog' veel meer de diep-peilende men-
schenkennis waarmee het sterk-liewogen
en ongewone igemtoed|sjleven der Jordaners
voor onfs wordt b'loot g|eleg|d, zoodat we als
lezer een begrijpend inzicht krijgen in
handelingen 'die we anders zoo licht ver-
ooröeelen omdat ze voortkomen uit zoo
geheel andere beweegredenen dan wij
zelf kennen. j
En toch, het is ons te veel! Te veel
apn dikke deelen, die te weinig nieuws
kunnen brengen over die steeds weer ge
lijk blijvende Jordaan omgeving'. Te veel
in ieder deel aan woorden. En in alles 1e
samen een te veel aan achterbuurtsper
sonen die in het werkelijke leven ons
weinig meer belamgjsjtelling inboezemen
dan alleen een oogenblik van aandachlt
vcor hun schilderachtig gedoe, maar die
ons toch eigenlijk niet de mjoeite waard
zijn om urenlang een minujtieuse uiteen
rafeling van hjun gedachtenleven en ge
sprekken te volgen. 1
Dat we in de laatste tien jaren in
boeken en op 't fcooneel tot ben-wordens
toe vervolgd werden toet Jordaan meiden
en jongens en typen, zal -daar ook toe
meewerken.
Maar ook Querido's boek zelf wekt
bij' ons dien tegenzin op. De eei'sle vijftien
bladzijden van „Manus Peet" fciijv. zijn
niet anders, letterlijk niets anders dan
een doorloopende, (heftige, algemeenè
burenscheldpartij' in een Jordaanstraal.
We kunnen aan zoo iets gteen veertien
bladzijden lang onze belangstelling geven.
En ook later in lang' uitgesponnen huise
lijke lafereelen, en bij1 ing'elaschte le-
vensbeschrij'vinglen, vragen fwte ons lelkenls
afisdit nu belangrijk genoeg' om' er
zóóveel van onzen tijd aan te wijden
Nu is echter in dit Jordaanboek de
roezige Jordaan-sfeer geen hoofdzaak. Ze
Wordt althans steeds weer gebruikt aLs
een tegenhanger tot de r ustige denk-sfeér
die Manus Peel, een spotzieke maar den
kende bultenaar uit de Jordaan, gévon
om' in een boek, dat zich op|(dea titel (als
een „roman" aankondigt, iets te zoeken
dat door een voortgaande handeling boei|.
Maar we meenen dat „Manus Peet een
nieuw bewijs ervan is, dat het verwaar
loozen van dien ouden regel van romian-
opbouw leidt tot litteratuur, die niet ïn
staat is dé aandacht vast le houden.
Misschien dat oer-Amsterdammers ook
nu weer zullen dwepen met deze gede
tailleerde uitbeelding van het leven in
dat merkwaardige stadsdeel. Waarschijn
lijk ook dat onder de socialistisch-den
kenden menigeen dat gedachtenleven van
Manus Peet merkwaardig zal vinden.
Maar we gelooven dat zionder de jojode
van Jordaan-aanbidding velen openlijker
zouden erkennen dat, in weerwil van het
geweldig-knappe beschrijvingswerk van
Querido, ze moeite hebben om een boek
als dit rustig „met lood in ide .zolen"
door le lezen.
D r o o mbo e k e n.
Tegelijk verschenen bij de Hollandia
Drukkerij twee boeken over droiogxten
een tweede druk van de Nedert. verta
ling. van „De Wereld der Droomen' van
Ravelock Ellis, vertaald door Truce Ver-'
weij, onder toezicht van dr. A. !W. 'van
Renterghemdie er een inleiding over
schreef; en
„Korte handleiding tot verklaring van'
Droomen", door dr. J. Ganon, arts.
Het eerste is een uitvoerige beschou
wing over den samenhang van ons ziels
leven en onze droomen, maar 3ieperkt
zich tot de elementaire verschijnselen va»
het normale droomleven. De zielkundïg-
analytische conclusies die Freud leeraart,
worden door dezen schrijver wel bespro
ken maar geenszins in alle consequenties
gevolgd.
Het tweede hoek doet dat wei: het' is
oorspronkelijk een rede, gjehibuden voor
geneeskundigen
Maar we kunnen het slechts betreuren
dat op deze wijze onder het bereik van
het groote publiek wordt gébracht, wat
slechts voor geneeskundigen bestemd is,
ter behandeling' van abnormale gevallen.
In dit boekje toch worden de symboli
sche droomverklaringen in Freude'schen
■geest in korte woorden opgesomd als
zeer positieve mededeelingen, waar
van de waarheid vast staat, niettegen
staande reeds door tallopize psychiaters
veel minder positief geoordeeld wordt
over de juistheid van al die generalïsee-
rende verklaringen, al erkennen zij in de
grondj-denkbeelden van Freud een ele
ment van waarheid.
Maar zelfs al laat men die strijdvraag)
buiten beschouwing', dan nog lijkt het
ons hoogst longewenscht om' droomverkla
ringen als deze in handen van leeken
te geven.
De niet door studie ingewijde leeken
zullen maar al te licht voor directe ka
den heeft in een zolderkamertje aan den rakteraanwijzingen houden, wal als uitin-
zelfkant van de stad, ietwat sentimeneel
romantisch gelegen bij' een kerkhof.
De ontwikkeling die z'ijh gedachten
over het groote vraagstuk van het samen
leven der 'mtenschen daar ondergaat, is
gen van het onderbewustzijn aangeduid
wordt. En als men dan, zooals in flit
hoekje, telkens stuit op zeer ver gezoch
te, en vaak weerzinwekkende erotische
verklaringen met een overwegend streven?
de groote lijh van het boek. Daaraan zijn om droomen als wenschvervu!linnen te
heele hoofdstukken géwlijdEn ge komtbeschouwen, dan moet de lectuur van
bij' het lezen van die lange en lange be- zulk een „handleiding" gedachten wekken
schrijving'en van Peet's gedachten op na-
In.ten 'die ge niet verwacht zoudt hebben
die bij veel personen slechts kwaad kun
nen doen voor het respect vjoior zich izelf
j in een boek over de Jordaan: veel over en voor anderen. Of nog erger. En ztomder
i Thomas a Kem'pis, veel pok over, den Na- redelijk motief!
zarener, veel over onze sociaal-demoera]-Wie zulke verklaringen nuttig oordeelt
j ten en communisten: Pieter Jelles c.s.,Ivoor een dokter ipm' bij' patiënten aanwij-
i Wijnkoop, RolandHolst enz. zingen voor psychische storingen op te
Maar we hebben ons telkens er weer op j sporen, boude zulke boeken binnen de
betrapt dat we bij het lezen van die 1-studeerkamer van geneeskundigen,
lange -gedachtenuiteenzettingen de blad- j Op de tafel in de huiskamer beschnu-
zijden omsloegen vóór we ze uit hadden. wen we ze als een kwaad.
En dal we zochten naar een vervolg', een Het eerstgenoemde .werk is in dat op-
ontwikkeling van het eenige romantische zicht veel onschuldiger.
iiif irtfilP--
1 element in Peet's gedachten: zijn verzwe
lgen liefde voor de Joi'daanmeid Ciorry,
oie niéts! ofm hem geeft.
Maar dat zoeken is te vergeefs. Er (ge
beurt niéts in dat opzicht. De verhou
ding tusschen die twee is in 't fbegïn
precies dezelfde als 111 't 'midden, en als
aan 't eind.
Noem hei,, als ge wilt, ouderwetseli
Geautoriseerde vertaling naar liet
Engelsch van.
LEONARD MERRICK.
door E. H. (Nadruk verboden)
-
56).
HOOFDSTUK XIV.
Het was een ommezien werk. Ilaast op
hetzelfde oogenblik, dat hij op haar toe
schoot, om haar terug te houden, was
zij weer overeind en stond trillende
tegen den muur geleund, met het gezicht
in haar zakdoek verborgen.
Kincaid staarde haar aan; doodsbleek
en onlzel; en er volgde een spannende
stilte, die verbroken werd door Kaar:
„U kunt me ontslaan; hit zal zijn kind
zien!" J
Hij antwoordde niets. De wreedheid
van die woorden, die alles negeerden
en veikeerd opvatten, behalve de belan
gen \an den man, die haar zoozeer on
recht had {g'edaan, scheen de laatste slag,
die hem werd toegebracht. Een overstel
pend gevoelen van de onrechtvaardigheid
en de ongelijkheid, 'Waarmee alles op de
wereld verdeeld is., maakte zich van
hem meester. Terwijl hij" zichzelven nu
beschouwde als haar verslagen vijand,
voelde hij zich als gebroken, evenzeer
beroofd van waardigheid en gezag, ot' de
beschuldiging Waarheid had bevat.
Ze nam haar plaats weer in, en terwijl
hij nog zoolang bleef, als zijn pichL dil
eischte, .deed lrij nog een noodzakelijke
vraag. Zij antwoordde met terughoudend
heid; hun beider toon van spreken'
klonk dof en sü'oef. 1
Hij was blij dat hij zich kon terugtrek.
ken, terwijl dat verdwijnen van zijh op-:
pertoezicht ook niet anders dan ais bal-
sem kon werken op de vrouw, die als
reactie op haar inspanning, zich nu
wanhopend zwak gevoelde.
Hij ging Weg van daar met zwraren
tred. en zij trok haar stoei nog dichter
naar de kribbenaarmate de opwinding
bedaarde, zette dit gevoelen zich om
in gewaarwording van verlichting .door
z'ijn vertrek.
Carew zou naar zijn jongen komen
kijken; ze had geen andere bestemde
gedachte, behalve misschien de onaange-
name herinnering, dat hij haar dan even
eens moest zien. De overweging, dat hij'
zou te hooren krijgen van haar aandeel
in hel geval, schonk haar niet bepaald
vreugde; neen, als ze daar nog eens goed
aan dacht, dan gaf haar dit een verward
verlegen gevoel. Hij zou hooren dat zijn
oorspronkelijk vertrouwen in haar ge.
rechtvaardigd was en hiji zou spijt heb-
ben oprecht berouw, van al de harde
woorden, die hij had gesproken. Maar
voor haarzelve had zer er weinig' bij ge
wonnen: wat ze gedaan had, was voor]
hém ge'weest. Ze vond het eer een ver-j
nedering, als ze dacht, hoe hij er van
zou afweten, dat ze haar leven ge-"
waagd had, een vernedering, die erf
niets minder op zou worden door z'ijn
^dankbaarheid. i
Ze keek eens even op het horloge, dat]
ze had moeten beleenen, om de huur van
hel achterkamertje le betalen, nadat hd|
haar in den steek gelaten haden over
legde, hoe lang het zou duren, eer hij
komen zou.
De inspanning van de taaiste minu-J
ten moest geen afname van waakzaam.
heid voor het vervolg veroorzaken. En
naarmate het heftige van de bui sleet,
ging ze zich zelfs kalmer -voelen dan'
ze .geweest was, toen dé directrice, eer
der op den avond, eens hij haar was ko
men kijken; en ze 'had de wake voort-'
gezett met onverdroten oplettendheid.
Archie moest stervenze bejam
merde de uitspraak, daar ze voorzag den
schok, die den dood van het kind voor
een ieder zou z'ijn; maar nu zou de
vader er dan eindelijk haast -Wezen. De
slol-oogenblikken zouden niet komen, ter.'
Wijl hij op het tooneel vreugde of
droefheid nabootste. Verschrikkelijk voor
het tol nog toe afgewende lot, die
tegenover het vrouwelijk gemoed toch
altijd nog grooter is dan tegenover dat
van den eigen vader, deed haar deze-
korte vertraging een haast onwiaai'deer-
baar geluk schijnen.
Hij had er al kunnen wezen; waar
schijnlijk w'as het niet, maar mogelijk
had het kunnen zijh, als het stuk hfeel
vlug achter elkaar afgespeeld werd en
er al een rijtuig, besteld was, dat heml (bij
den uitgang had staan Wachten.
Steeds hoorde ze naai" wielgeratel in
de Verte, unaar de rust bleef onverstoord.
Archie la'gvnog net zoo kalm', als toen ze
binnenkwam. Verondersteld, dat er nu
geen vérdere belemtaeringten in de adem
haling voorkwamen, waardoor de over
blijvende kracht nog' spoediger uitgeput
Werd dan kon eraangenomen worden, dqt
hij het Vel. twee uur zou kunnen uithouden
Wat haar eigen risico betrof, daar
maakte ze zich niet al te bezorgd over.
De gevolgen konden noodlottig wtefeen,
maar tot nog' toe had ze niets gevoeld.
Soortgelijke daden waren straffeloos be
dreven; althans één géval wias haar be
kend en dit bracht zé zich weer te kin
nen .Voor haarzélven hield ze een ern-
stigén afloop al voor heel onwaarschijn
lijk, Want z'n eigen gezondheid acht men
altijd minder aantastbaar clan die van
anderen en dus meende zé hel voordeel,
verkregen door haar stoutmoedigheid, al
heel goedkoop gekocht. j
Geen echter die béter wist dan zij, hoe-
veel aandacht aan 'n dergelijk géval moest
geschonken worden; wat een waakzaam
Klassiek Lettefk undig
Pantheon.
De firtmia W. J. Thieme en Co. te Z;ut-
fen gaf in bovenigenoemlde bekende se
rie uit
le. De Puntdichten van A C. Wi„
Stai'ihjg, gegroepeerd, toegelicht en
van aanteekeningen voorzien dnor Th
heid van oog en hand er 'wercl vereischt,
als de daad bedreven whs, maar. terwijl
ze daar zat, hield ze steeds den Mik gei-
richt op het ventje, of zé trachtte te
luisteren naai" iederen polsslag.
Nog steeds mét den blik strak gericht
ze hield fleniadem in naarmate het nader
bij kwam. Ze verbeeldde zich, dat het stil-
hield voor het hek van hpt ziekenhuis
Nog steeds mét een blik sp'ak gericht
op het beWustelooze kind, spande ze zich
in om eenig geluid van voetstappen te
hooren. De seconden werden tol m'inu-
ten en geen lévende U"ed wórd vernomen.
Hel was een bedriegélijke hoop geweest
want nu hoorde ze het voertuig weer
wegrijden. Ze 'begon ongeduldig en wan
hopend le worden. Het was waarlijk t'ijd^
dat de main kwhrnl En, nu ze liet opont
houd alreeds niet verklaren kon, was
het haai" onmogelijk eenige gissing te ma.
ken omtrent de lengte van den duur
daarvan. Zenu'wachtig vouwde ze telkens
de handen in den schoot. Tusschen hpt
suizen van den Wind door hoorde ze
af en toe Wielgeratel en beurtelings deed
dit haar verheugd en teleurgesteld zijh.
Het dichtslaan van een deur Wekte ander
maal hoop, Trad er wéér stilte in, dan
kon ze haar hart voelen klojipen.
Ergens op een stadsklok sloeg het
twaalf en onzekerheid werd nu tot
Wanhoop. Ze boog: zich over het ventje
heen; één en al 'bezorgdheid, bereid om!
die laatste Worsteling! slag voor slag mee-