FEUILLETON. No. 225 Zaterdag 23 September 1922, 165* Jaargang BINNENLAND. Zuster Brettan's Liefde. ,,'t Was uW plan, dat weet ik. Maar 't is heel wat anders, zooals u nu uit Wesp port zoudt weggaan en zooals u er zoudt weggegaan zijto, toen moeder nog leefde." «BnBaroMHMM/Jiiaaa iinmuj——w Bit mummer bestaat uit TWBE bladen. EERSTE BLAD* Abonnementsprijs per kwar- ïaal: op de buitenwegen om Middelburg, en voor de andere gemeenten p. post f2.50; voor Middelburg en agentschap Vlis- «iagen f 2.30; weekabonnementen in Middelburg 18 cent per week. Advertentiën: 30 cent p. regel. Ingezonden Mededeelingen: 50 cent p. regel. Bij abonnement veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen: van 17 regels f2.10, elke regel meer 30 cent. Kleine advertentiën niet grooter dan vijf regels druks en waarbij is aangegeven dat zij in deze rubriek moeien geplaatst worden, 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiën onder brieven of bevragen bureau dezer cou rant 16 cent extra. Bewijsnummer 5 cent plus 2 cent voor port per stuk. Advertentiën moeten, willen ze nog in ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des ZATERDAGS uiterlijk HALF ELF aan ons Bureau bezorgd zijn. Aangesloten bij den Post-, Cheque- en Girodienst onder no. 43255. ONGELOOFLIJK EN TOCH WAAK. Als een bewijs hoe slecht onze maat- schappftj in elkaar zit, ziet men tegen woordig vaak wijzen op het feit, dat, ter wijl in Pusland honger geleden wordt in Zuid-Amerika het graan, wordt gebe zigd ©ta locomotieven te stoken, ja, er- gier want in het genoemde geval is er nog belangrijk plaatsverschil dat de zaak verklaarbaar maajkt dat in Neder land de een een deel der groente in de sloot gooit omdat er geen Voldoende prijs voor te veflo-ijigten is en teneinde den prijs van de i'est hoogj le houden1), ter wijl «Je ander het zonder de zoo nuttige groente moet doen wegens de hoojgle prij zen. Zelfs wie allerminst revolutionaire neigingen gevoelen, zien hier toch wel een bewijs dat de kleeding onzer mlaat schappij slecht zit, hier en daar leelijke vouwen vertoont. Inderdaad ideaal is het kleed waarin onze samenleving) zich ver toont niet. Wat nog geen reden is om het door een ander te vervangen dat hoogstwaarschijnlijk vele zoowel gepaste als ongepaste bewegingen zou belemme ren. Maar daarover willen wij' het thans niet hebben. Begrijpelijkerwijze beklagen zich ouden van dagen, die van hun spaarpenningen moeilijk rondkomen, gepen sionneerden, invalieden enz., die niet meer werken kun nen, over het feit dat wat zij' in hoogte mate behoeven om! te leven door an deren wordt vernietigd, omdat hun voor deel zulks medebrengt. Maar nog sterker zouden zij zich beklag(en als zijf wisten, of bedachten 'dat de Regeering de lieden die iocs hun p rijs hoog te houden hun product onbenut laten vergaan, mis schien wei voor een deel met hun be lastinggeld in die taktiek van productie- vernietiging; steunt. En toch hoe onge hoord het klinken moge dat geschiedt, het geschiedt en nog wel op sterken aan drang' van de voormannen van hen, die zich het luidst beklagen over de wegge worpen groente en het verstookte graan. „Ongelooflijk" zal menigeen zeggen. Om die bewering' waar te maken zij. een kleine uitweiding' geoorloofd. Wan neer een werkman een dagi 'heeft gewijd aan het bouiwen van iets en des avonds werpt een rukwind of een golf zijir 'bouwwerk omver, z'oodat de materialen weer dooreenliggjen, wlat is er dan ver nield, Verloren gegaaneen bbuWwerkje ja, maar mten kan bok zegig|en: een dag arbeid; het is net zoo goed alsof de werkman den ganschen dag) pijpjes ge rookt had of zich had loopen vervelen. Zoo is het 'bij al Wat er vernield wordt of wat men verrotten laat. Wij' zegigen dat het goed, het artikel verloren is gegaan, mlaar "feitelijk is de daaraan bestede arbeid verloren gegaan. Een ze kere hoeveelheid. 'Groente is het re sultaat van adbeid, van arbeid van wie in den tuin (werkte en wie de meststoffen verzamelde en vervoerde, alsmede voor een klein deel ook van den arbeid van Wie de gereedschappen maakte die bij het gdoentetelen Worden gebruikt of lier ver verbruikt. Wie groente laat verrotten doet arbeidskradht verloren gaan. Als er (wlat minder Was gewerkt zoude er minder stoffelijk product zijn gekomen en men had niets (behoeven te laten verrotten. .Wij wilden hiermede mlaar aantoonen, dat arbeid het oerproduct is. Ar beid is stofverplaatsing opdat de na tuurkrachten zoo zullen werken, dat er Izlaken voor fden dag! komen, dieionze men- schelijke bèhoeften bevredigen. Is het overproduct, de arbeid, göedkooper, dan Worden Took de eindproducten göed kooper. - 1 Welnu, de leveranciers van dit oer- produot arbeid doen precies zboals. de Argjenfijnsche graan verbouwers, en de Hollandsche groenteboerenzijl laten lie- ver hun product arbeid verloren gaan dan het voor een 1 ageren prijs te leveren. Zij! maken kongsies, trusts, vereenigingcn of hoe men Tiet noemen wil, die zegigen: „Het is beter dat "er door tienduizend arbeiders 80.000 arbeidsuren per dag Worden geleverd tegen f 1 per uur dan dat er door twaalfduizend vijfhonderd 100.000 uren werden geleverd, wanneer er naar 100.000 arbeidsuren alleen vraag is tegen 90 Cents per uur. Beter is het een kwart van de arbeiders hun product, arbeid niet te Laten leveren en wijl een voorbijgegaan uur nooit terugkeert, dus te laten verloren gaan clan dat allen den prijs voor hun arbeidspraestatie zien dalen. Beter f80.000 per dag' ver diend door tienduizend arbeiders dan f90.000 door twaalfduizend Vijfhonderd. Liever werkloosheid V|an 2500 man dan dat alle 12.500 zouden werken, maar dan ook niet per uur zooveel zöuden verdienen als het geval is, als er maar 10.000 werken.2) Nu heeft zeker niemand er ooit van gehoord, dat als groenteboeren hun pro duct laten verrotten, de Staat hun voor elke mland verrotte groente nog een Geou tori seerde vertaling naar het Engelsch van LEONARD MERRICK Jj(0ior E. H. (Nadruk verboden). 47)- t Hij sloeg zijn oogen neer en verstrooid dwaalde zijn blik naar den haard. Toen bijl weer op keek, ziag hg, dat zij de ocgen gesloten hield. Hij wachtte Lot ze ze- weer opgeslagen had, en sprak toen mei onvaste stem: „Nu zij heen is, is', uw positie heel moeilijk 'geworden. Heeft u eenig uitzicht wJaar \i geen melding van maakte?" Ze schudde het hoofd. „Wtaet u etr ook iets1 op? Heeft u er iets op kunnen verzinnen? Geloof mij..." „Neen", antwoordde zij', „tot nog toe weet ik er niets op." „Zoudt u zich hier bij de verpleging billen aansluiten? Voor den nacht hebben wij te weinig hulp. In ieder geval was dit leen. begin en het kon leiden tot een vas- derde of de helft van "de waarde ver goedt, ten einde het hun gemakkelijker te m|£ken den prijs van de overige hoog te houden. Als een kongsie van groen- tenkweekers meent, dat het bleste is dat één kweeker ial zijn g|roenten laat ver rotten en .anderen alles verkoopen, dan stellen zij' uit hun hoogéren totaalprijs, dengene, die niets verkoopen mocht, schadeloos. Bij hel product arbeid treedt de overheid echter wel op en geeft uit de schatkist gedeeltelijke schadeloosstel ling aan hen, die hun product verloren laten gaan, liever dan het tegen een prijs te leveren die den prijs vjan'bet product van allen zoude drukken. Ja, de Overheid gaat nog verder. Zij; maakt het, gelijk 'bekend is (zoowel wat Artikelen als (groente aangaat als met betrekking tol hei product arbeid) aan leveranciers en koopers gemakkelijk el kaar te rinden, zij sticht markten en beurzen. Terecht, wiant zulks kan een redelijke prijsvorming! bevorderen en kan tevens er toe 'bijdragen, dat er niet meer onverkocht blijft dan (bijl eén bepaalden prijs koopers zou kunnen vinden. Alsi koopers en verköopters elkaar maar wisten te vinden. 'I Is mij echter niet bekend, dat op eenige markt of beurs de Overheid 't ver koopen onder zekeren prijs verbiedt ten einde het hooghouden van de prijken te bevorderen. Hij zegt niet: als gijl uwi (groente tegen liageren jprijs wilt afsluiten, doe ziuljks pah niet op toiijniinfarkt of 'beurs doch in uW' binnenklamler. Maar dat zegt de Overheid wèl, wanneer het om de ar beidsbeurs gaat. Daar mogen geen zaken gedaan Worden dan tegen den prijs, die nu ecnmlaal eens een tijdje onder gaiisch landere omstandigheden gegolden heeft, ook al is een Belangrijk deel van het pro duct (arbeid) tegen dien pïtjs niet meer te plaatsen, terwijl er tegen een ietwat logeren prijs 'blijkbaar meer vraag, is. De staaltjes daarvan bij de Eindhovenr sche arbeidsbeurs zijto bekend. Het ergste is dat de Slaat door zijn opireden den toestand op de arbeids markt noodwendig steeds erger maakt. Want het geld wal hij1 aan belasting heft om' de arbeiders die hun product niet onder zekeren prijs willen leveren scha deloos te stellen 'voor deze daad van toeroepsjgtemleenschapsgevoel, doet weder om de koopkracht van allen dalen, d.w'.z'. doet de hoeveelheid arbeiders die b.v. niet voor fl per 'uur, wel vbor f0.90 per uur werk kunnen vinden, weer toe nemen met het gevolg 9;at het totaal der schadeloosstelling 'weer stijgt, de bélasr ting weer toeneemt enzoovoort/Er gaat, indien mén in die lijn blijft, altijd meer arbeidskracht verloren, de maatschappij' Wordt steeds armer, het aantal arbeiders dat met een derde of de helft van wat zij' zouden kunnen verdienen, moet rond komen, wordt steeds iglrooter. In onze maatschappij, die zonder den prikkel van het eigenbelang niet bestaan kan, komen dingen voor 'die onredelijk zijn, al zoude dit meestal op den keper beschouwd wel meevallen /-(quantitatief en qualitatief. Men oordeele niet te snel op enkele 'gegevensVeeL van Wat ónder- nemersvereenigingen en Werklieden-vér- eenigingen doen, heeft naast de schaduw zijde, Waabop sterk de aandacht wordt gevestigd, ook voordeelen voor de mlaat Haar han bego-n sneller te kloppen. Een oogenblik bleef ze het antwoord schuldig. „Het is heel vriendelijk van u, heel edeTmöedidg, mlaar ik geloof, dat het toch niet goed is." „(Waarom' niet?" „Omdat ik in ieder gerat uit Westport weg wilde gaan uit eigen beweging." „Toch moet 'ik gaan." „Neem mij niet kwalijk, maar ik kan u toch niet zoo laten trekken! Geen enkele vrouw zou ik zoo de wereld la ten ingaan, met de wetenschap, dat haar zéker ellende zou treffen. Uw erva ring in de verpleging lijkt mij een zeer natuurlijke oplossing van het vraagstuk De volgende week kon u al komen. Als er som's tegenop ziet, mét het oog op mij, laat rn'ij dan eerst geheel uitspreken, Als u weigert, omdat hetgeen er tusr schen ons heeft plaats gehad, ieder on derhoud met [mij voor u een kwelling]doet zijn, mlag ik u dan even "in herinnering brengen dat die gesprekken van den kortst mogelijken duur zullen wezen. Ik hoop u nog van wat meer dienst te kunnen zijn, ik hoop uw vriend te wor den. In het ziekenhuis zal ik weinig kans hebben, want daar zullen we gelijk het zich laat aanzien, evenveel van elkaar weg zijto, of inderdaad nalar Londen was gegaan. Maar nu "ik nog in de gelegenheid hen, Wensch ik die ook te gébruiken. Ik raad u dus sterk aan: ivolg nu 'mijn voorstel. Als u dit aanneemt bedenk dit wel kunt u daarom best ergens anders een 'betrekking vinden Ja, natuurlijk, nog des te gemakkelijker. Ze had de hand boven de oogen ge houden terwijl ze luisterde; nu liet zq die langzaam' in den schoot glijden. „Ik behoef niet te zeggen ,dat ik u dankbaar bén," sprak ze op een toon, schappij, als wij de zadk biet van een te eng' standpunt bezien. Gezond versland en eigen hélangi "houden ten slotte van excessen terug. En zoo niet, dat straft het k'wlaad binnen kolderen of langeren tijd zijn meester. Wie het onderste uit de kan willen, krijgen van zélf het deksel op den heps en dat stem't anderen tot ma tiging. Althans indien niet de Staat er zich mede bemoeit, kunstm]atig( het dek sel tracht open 'te houden Tnet het gé- volg dat het ten slotte veel harder neer moet klappen. Mijn bedoeling was dan ook slechts aan te toonen: lo. dat de Staal 'zich buiten quaesties van prij'svorming 'moet houden. Hij wias zoo verstandig' zulks te doen, toen de rubberplanters zijto hulp inriepen om de rubbérprijlzen hoog te houden; hij' zij 'het ook, waar h£t kunst1- mlatig hooghouden van arbéidsprij'zen betreft; j 2o. dat niemand minder dan de arbei ders- en prbëidsleiders het recht hebben onzë maatschappij! te veroordeelen als. er in de hoop som'mige prijzen voor da ling] te kunnen behoeden (w|at nooit an ders dan tijdelijk kan geschieden en dus slechts zin heeft als een sjpoedige lier- rijzing te Wachten is) hier of daar eens productie (gronde gaat dat in zoo noodige behoeften zöude kunnen voorzien. Civis. x) De zaak draait in het kort hierop neer: Een gr oo te re afzet van een ar- Ikel is altijd slechts te krijgen bij een lagéren prijls. Stel nu een groep produ centen van een artikel, kan daarvan 100 manden afzetten, als de prijs f 1 is, doch 125 als zij den prijs tot f 0.80 Verjaagt en 150 ménden slechts als zij den prijs niet hopger stelt dan f 0.60. Door nu van de 150 manden, welke z^j van 't beder felijke artikel hébben maar voor T00 of 125 manden koopers te zoeken en dus den prijs, hetz'iji op f 1 hetzij op f 0.80 te stellen, 'beurt de groep f 100. Wil zij' echter per se alles verkoopen en stelt zij! den prijs daartoe op f O.GO, dan 'beurt zij slechts f 90. Is het nu niet begrijpelijk, dat z'ij maar liever 25 man den laat bederven dan dat zij; f 10 min dei- voor den totalen voorraad krijgt 2) Zonder onwaarschijnlijke cijfers te gebruiken laat ik de arbëiders nog wat verder gaan dan de producenten in noot 1. Deze zullen de hoeveelheid manden die verkocht Worden, ztóó bepalen, dat ten slotte de groots^ mogelijke totaal som door de groep wordt verkregen, de arbeiders doen vaak reeds een deel van hun product te loor gaan, zoodra hlijl gelijk aanbod de prijs zöu moeten dalen, óók al is het totaal aan loon te verkrijgen, door allen te zamén daardoor geringer. Bjiji hen kan echter de nader te verkrijgen schadeloosstelling aan de 2500 Wërkloozen medetellen in het totaal te verkrijgen bedrag. dien ze haar bést deed ferm te doen klinken. „Ieder moest u dankbaar zijn, maar tot mij is het aanbod al uiterst al méér dan vriendelijk"! En, 'terwijl haar zelfbeheerschinig hlaar nu toch ook bëglaf„Ik weet wat, ik moet schijnen U heeft niets dan het ergste van mlij 'ge hoord!" riep zij. „Ik zou niets Willen liooren, dat u hinderlijk was om te zeggen," antwoord de hij, en een minuut lang sprak geen vato beiden meer iets. Die laatste woor den hadden zóó vriendelijk van hem ge klonken, dat het haar bijzonder trof; en die uitroep Van haar had hem tot in de zSel geroerd. Geen van béiden spra ken ze; mlaar de ademhaling Was ver sneld en haar hoofd zonk al "lager op "Tiaar borst. „Och," begön zij ten slotte op een toon niet zóó fluisterend, of hij verstond Hhet wel, „het was daar,-: toen ik er als verpleegster dienst deed. Hij Was pa tiënt. Eer bij weg "ging, vroeg hij mij ten huwelijk; over een paar weekn zou ik naar hem toegaan. Toen ik er kwam vertelde hij mij, dat hrj at getrouwd was. Tol op dat oogénWik' was er niet de minste toespeling, van den anderen kant niet het flauwste vermoeden ge weest. Ik ging naar hem toe, om1 zooals ze allen dachten, zijn vrouw te Worden." „God zij geloofd!" zëi de ander bin nensmonds. „Zij Ma's iemand Van de straat geweest. Hij had haar in g'een jaren gezien. Hij 'bad ,hij smeekte mij.... O, ik tracht mij- zélve niet vrij' le praten. Ik tracht nie de schuld op hem' le schuiven; maar, als STUKKEN VOOR DEN GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG. Benoeming. B. en W. bieden den raad de volgende voordracht aan tot benoeming van leera ren voorden nieuwen cursus 1922-23 aan de Avondschool voor Nijverheidsonder wijs in de achter de namén vermelde frakken A. de Smidt, natuurkunde. C. de Nood, wiskunde. W, K. (Kuiler, handvak'teekenen. J. Meuseveldt. lijnteekenen. J. A. Baljeu, vakteekenen. Verlenging benoe ming leeraren G y mf* na si um'. B. en W;. stellen den raad voor de tijdelijke benoeming tot leerares in "de gymnastiek van de meisjes-leerlingen van het gymnasium' van mej. A. S. Beugel le verlengen van 1 Sept. 1922 tot 11 Nov. d.a.v. Eervol o n f s (L al g'. B. en Wstellen den raad voor, ojo haar verzoek, eervol ontslag' le verleenen aan mej. A. S. Beugel als onderwijzeres in de gymnastiek aan school G, hoofd der ge meentelijke gymnastiekschool voor meis jes en tijdelijke leerares in de lichamelijke oefening' aan het Gymnasium', met ingang van 1 Nov. a.s. i Tevens stellen B. en Wi. voor eervol ontslag te verleenen aan den heer C. J. Bakker, ars hoofd 'der o. 1. school J, wegéns benoeming tot onderwijzer aan de rijkskweekschool voor onderwijzers, met ingang van 1 Nov., of zooveel eerder mogelijk zal blijken. Subsidie bijzonder vervolg onderwijs. Naar aanleiding van ingekomen aanvra gen van het R. K. Kerkbestuur van den H.H. Petrus en Paulus en den kerkeraad. der Nederduitsch Hervormde Gem'. om de gemeentelijke bijdrage, bedoeld' in art. 102 L. O. wet, ten behoeve van hun in 01921 gegeven cursussën voor verVolg- OonderWijs, deelen B. en Wi. den raad mede, dat volgens artikel 12, eerste lid, vorenverineld, de gevraagde bijdragen door de gemeenten worden verleend, mits! het vervolglonderwijs voldoet aan de voor waarden, door de gemeente voor het openbaar vervolgonderwijs gesteld. Dat woord „voorwaarden" wordt dloor B. en Wi. zoo opgevat, dat het ziet op den cursusduur, het aantal lestijden en de vakken. Bij raadpleging van de ver ordening op het openbaar vervolgonder wijs en ook van de vroeger gegolden hebbende verordening op 'tlicrkalingsori- derwijs, bleek dat de overgelegde leer plannen en roosters van lesuren op zeer belangrijke punten afwijken van de 'in de verordening gegeven voorschriften. B. en 'W. brachten Zulks ter kennis van de bovengenoemd? besturen onder me- dedeeling, dat zij' niet bereid waren de gedane aanvragen in te willigen. Daarop is eene briefwisstelng gevolgd'. B. en Wi. staan echter op het stand punt, zooals uiteengezet in het «boven aangehaald schrijven, en stellen der halve voor afwijzend op de gédane aan vragen te beschikken. Rekening Godshuizen, en W, stellen den raad Voor de reke ning, en verantwoording over 1921 van het bestuur der Godshuizen, in ontvang) f 162.8S3.68 bedragende, en in uitgaaf f 16t.375.06V2, alzoo sluitende met een bstg saldo van f 1508.6D/3', en de bijge voegde 2e suppleto.re begrooting, disarop béirekk'.ng' hebbende, gmoed te keuren. De C. v. Fin. vereenigf zich met het voorstel. de trouwste toewijding kan pleiten voor een vrouw, dlan weet de Hemel, dat dit mïjn pleidooi fmiaig' wezen „En na verloop van de drie jaren?" kWIam' er bericht van haar dood en hij trouwde een ander." Zij stond plotseling op en (rad aan het venster, waar ze uitkeek door het enkele reetje van de gezakte jalouzie. „Ik kan u niet zeggen, hoezeer Ik voor u voel," sprak hij heesch. „Ik kan u geen idee geven, hoe diep en innig dat medegevoel is". „Dat hoeft ook niet," antwoordde zij eenvoudig. „U heeft yatoavond al blijk ge noeg gegeven van uw medegevoel; toen ik het in uw oog nog veel minder ver diende!" „En ik mag u niet verder helpen?"' De slanke jsjestalte stond roerloos ach ter haar moest hij zich vastgrijpen aan de leuning van zijn stoel. „Als ik mlag," sprak zij, nog zeer "teruggehouden, ,yals ik daar kan gaan als u denkt ,dat het verleden geheel !>e- graven kan worden en er geenerlei her innering meer heeft te bestaan aan Wat is geweest „ïk wil zijto, al wat u verlangt" ai Wat u zoudt willen doen lijken!" Hij trad wat dichter op haar toe. Zij keerde zich tot hem, mtot vochtige oogen, echter met dankbaarheid, mei een smeek bede in den Wik. Hij' trok zich weer te rug en naim andermaal zijn plaats in. „Nu, wat zei ook weer van Ellen?" vroeg hij En misschien Was dit de eenvoudigste liefdesverklaring', die hij haar ooit had gedaan. HOOFDSTUK XII. Zóó kWiam' het, dat Mary Brettan de volgende week "Westport nog niet verliet en dat ze, na een paar maanden, het meer dan ooit in twijfel trok, of ze de plaats wel ooit verlaten zou. De vacature, waar Kincpid van sprak, had zich al voorgedaan, en nu ze toch eenmlaal den post voor tijdelijk had aan genomen. hoefde ze dien ook immers niet weer op te .igeven. In het eerst viel 't haar heel vreemd, en Was het haar uitermate vermoeiend, om de oude routine weer te volgen. Het opstaan óm zes uur, 'het druk aan de bezigheden gaan, als ze zich nog moe voelde.- dat zich nooit eens kunnen af zonderen, behalve in de twee uur, die iedere verpleegster voor zichzelven had; al die dingen matten haar af. Het genot van een wandeling in de frissche lucht wias zelfs niet meer zóó onvermengd, doordat ze wist, dat die ontspanning gedurende één van de heide uren den zusters voorgeschreven was. Dan moest het verplichte dragen van het verpleegsterscostuum de aandoenin gen bij haar opwekken, waarmee ze het vorige afgelegd had; onvermijdelijk1 zou ze zich dan ook weer afvragen, wat de jaren voor haar gedaan hadden, sinds) ze het laatst in een ziekenhuis, was, én dit vaarwel zei, vast meeneude. dat ze er nooït meer een 'betreden zou. Uit die ontwikkeling' van de omstandigheden, waardoor zij dus nu toch weer op haar oude omgeving aangewezen was, bleek' haar nog meer, hoe weinig die tijd van overgang haar dus feitelijk geholpen had. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1922 | | pagina 1