S
B
B
Tt
u
-e
01
waar kunstenaars en inteltectueelen zich
een zolderkamer veroverden. De Russi
sche kolonie drukt hier haar éigen cou
rant, zij heeft een club en een comité,
dat de belangen der vluchtelingen behar
tigt. Aan 't hoofd daarvan staat prinses
Yussoupof een bekende persoon uit de
hofkringen, die haar land moest verla
ten na den (moord op den beruchten (mon
nik Rasputin, die in een harer paleizen
plaats vond en waarbij familieleden van
haar zeer nauw betrokken waren. Een
groot deel van haar vorstelijk fortuin
bracht ze toen veilig! over 'de grenzen
en daardoor is ze nu in staat haar land-
genooten mild te ondersteunen; zoo hielp
zij ook de artisten bij' het oprichten van
hun „Cabarets", waarvan hier nu al drie
gevonden worden. De eerste „Taverna
„Russa", die hier opgericht werd, stond
onder de persoonlijke leiding van een
oud-generaal van het Russische leger;
een paar -gewezen officieren van den igé-
neralen staf deden als kellner dienst.
Aan de wijze waarop ze met een siga
ret in den mond de gasten bedienden,
zag jnen wel, dat dit niet hun dage-
lijksche werk geweest was. In een nau
we straat, die op de „Piazza di
Spagna" uitloopt, vindt ge het donkere,
lage vertrek, waar een aanplakbiljet met
portretten van Russische typen ons ver
telt dat we er thee mét de „samovar" en
den allerbesten wijn van de,castelli
Romani" kunnen krijgen. Half achter een
scherm verborgen, zien we een oude pia
no en uit een paar strijkinstrumenten
klinkt een klagende Russische melodie.
In een verkleurde kaki staat de generaal
achter 't buffet; hij laat zijh veldheers
blik gaan over de vruchten en den wijn
en over de tafeltjes, waaraan de gasten
gezeten zijn. Er hangt een sombere at
mosfeer in' t lokaal en de mannen, die
zich in hypothesen verdiepen over den
duur van het schrikbewind, dat hen
hierheen verbande.
Geheel anders is de omgeving van de
„Falena",hét door het kapitaal van prin
ses Yussoupof opgerichte zeer 'geraffi
neerde restaurant op den hoek van via
Tri tone. De gastronoom kan in de bo
venzalen een fijn souper krijgen, maar
wie er komt om1 zich aan de Russische
kunst te vergasten, die gaat de nauwe
trap af en staat dan in ëen zaaltje, dat
een heel intiem1 karakter draagt en niet
meer d an een honderd personen bevatten
kan.
Terwijl de kleine theaters en café-
chantants met voorliefde zeer gedecol-
teerde comedie's en voorstellingen geven,
die van slechte Fransche afkomst zijn,
levert de „Falena" het bewijs, dat We j
hier ook eenige uren in een cabaret i
kunnen doorbrengen, waar alleen zui- j
vere aandoeningen en ideëele gevoelens i
gewekt worden.
In alle steden, die een centrum van
cultuur vormen, is een terugslag waar
neembaar op de groote theaters1 met hun
pom'peuse decoraties, die het tekort aan
inhoud der stukken moeten goed maken.
De scènes en voorstellingen nu, die
hier op een ruimte vaneen 'paar vier
kante meiers w'orden saam'gedrongen,
schijnen ons proeven van 'n volmaakte
kléin-kunst; het zijn kleurige steenen,
die door dgn directeur-kunstsmid in eeu
fijn montuur gevat zijn. Het progtramma
bestaat uit een tiental nummers, de
meeste dragen een nationaal karakter; in
het schilderachtige kostuum der Russi
sche provincies worden dansen uitge
voerd of handelingen verbeeld, die op
Ons den indruk maken van mooie schil
derijen. Door een fantastisch spel van
licht en donker wordt het schamele too-
neeltje in een geheimzinnige omgeving
herschapen, de klagende mélodie, die uit
een paar strijkinstrumenten tot ons
komt, klinkt als het ruiséhen van den
wind door de hoornen, zooals1 bij het ta
bleau vivant „Herfstavond" een kleur—
harmonie van rood, violet en goud, waar
wc een mooie jonge vrouw de harp zien
en hoorcn 'bespelen; zacht en weemoe
dig is de melodie, vol hei'mkvee naar liet
verre vaderland; tegenover haal" zit een
andere edel vrouw; zij luistert en kijkt
naar het licht van de ondergaande zon,
waarvan wij de flauwe afspiegeling op
haar gezicht zien: haar houding werkt
zoo suggestief, dat het doodstil wordt in
t zaaltje, aandachtig kijkt een ieder naar
het mooie tafereeltje, we kijken en luis
teren met haar.
Dan weer zien we een heel grappig
tooneel, een Russische boer en boerin
uit het jaar 1840; ze .zitten als twee
steenen poppen en ergeren zich grenze
loos over de emancipatie van hun doch
ter Kathinka, die in een modern toilet
vol strikken en linten uitgelaten van
vreugde lusSchen hen in de hoogte
springt; ze zingen in vragen en antwoor
den: „Wat dans je Kathinka?" „De Polka
moedertje". „Waar leerde je "die?" „Op
de kostschool vadertje". „Wie was je
meester?" „Een officier vadertje, want
ik \£il een man hebbendan volgen de
dolste sprongen van het meisje, 'de naïe
ve miuziek, de marionetachtige bewegin
gen. het koddige uiterlijk, de dolle dans
van liet kind, wekken eiken avqnd den
lachlust van het publiek. Een groot con
trast vormt mét dit tooneel van uitgela
ten levenslust „De huzaren van den
Dood". DA-lr zitten ze bij elkaar in de
kleine kamér, de mannen, die geen uur
van hun leven zeker zijn; een vaal licht
van de ochtendschemering, valt door een
(venstertje, en vermengt zich mét het
blauwe licht, dat de vlam' van de kom1
brandende punch verspreidt, waarom!-
heen de huzaren in half zittende, half
liggende houding Geschaard zijnhet zijn
de officieren van het regiment van
Alexander I; wanneer één van hen valt,
moet een kaïnéraad dadelijk zijh plaats1
innemên, ook gaat de naam van den ge
vallene op hem over, zoo blijft schijnbaar
dezelfde huzaar voortleven en zijn rem-
placant verdwijnt van het wèreldtooneel.
Zij' vertellen ons1 dit in hun lied; zijl drip-
ken en zweren elkaar trouw tot den dood
die zij' nabïji voelen; de melodie van bun
zwaarm'oedig! gezang dringt diep in onze
ziel, geen opera hoorden We hier die
zulk een indruk op ons1 maakte atsi deze
verbeelding uit het funèbre, werkelijke
leven van den soldaat!
Straks stelt het tooneel een hut voor,
waarin de vrouwen van 't land bij' de
flikkerende olielamp zitten te werken;
één zingt haar kind in slaap, het refrein
wordt door de vrouwen herhaald. Die
miuziek, voor ons1 zoo onbekend, was1 zoloi
treffend móói, dat Catharina van Ren-
nes1, die onder het publiek was, de ver
leiding niet kon weerstaan haar op te
schrijven, zij1 genoot van die eenvoudige
zuivere volksmelodie: „als ik thuis1 kom1,
zal ik het doïir mijn koortje laten zin
gen" zei ze; zoo is er dus een veertje,van
den mooien vreemden vogél, die deze
„cabaret" in Rome is, naar Holiapd
overgewaaid
Jamlmér voor ons land, dat het mooie
dier zijn zomerreis tot binnen de gren
zen van Italië heeft bepaald; in Holland
zou niet alleen de muziek', m'aar het edelle
timbre van deze stemmen, het heel in
nerlijke van deze kunst, het natuurlijke,
eenvoudige in de Wij'ze van zingen en
voordragen meer gewaardeerd worden
dan hier, waar alles nog altijd heel dik-
op verlangd wordt en de zangers het uit
bundigst worden toegejuicht, die als een
danseres op één been lang op een heel
hoogen toon blijven staanMaar Rome
geeft aan „elk wat wils", we vinden hier
altijd nieuwe werelden groote of kleine
en stellig is er iets in de wereld van'de
ze uitgeweken Russen, dat ons boeit en
dat we bewonderen zoodat we er met
voorliefde in vertoeven.
ETHA FLES.
Rome, 26 Juni.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Als zoodanig zijn aangegeven de na
volgende voorwerpen
a. bureau van politie:
schaollasch met inh.: zakmes,; witte
kindermuts; kinderportemönnaie; Numf
merplaat (motorrijtuig); siigarett.enpijp in
étui; notitieboekje; ceinLuur; huissleutel);
heerenportemonnaiedop van een kinr
derwagenwielwitte onderzak; portemon-
naie met inh.; kindertaschje; kinderpor
temönnaie met inh.; mondharmonica;
rozenkransmanchetknoop
b. 'b'ij particulieren:
broche, Augustijn, L. Gortslr. K 17;
spaarboekje, P. v. d. Berge, Jiasmijnstr.
Wi 127; gouden zegélring, J. v. Beers,
Koudekerke (Abeele); portefeuille met
inh., mej. de Jonge, Molenw'ater E 53;
zilveren rijgpen, C. Dingemanse, L. Viele
K 213; danieshandschoen, linnen wiasdh-
kraag, B. J. Biazel, Boo.g'ardstragt D38;
bruine jongensjas, J. Isendoorn, Zuidh
singel E 34; haar sierspeld, M. Bosdijk,
Eigenhaardstraat P 203; zilveren broche,
L. Sturm1, Veersche 'wég T 259; zilve
ren broche, A. C. Roth, Dam F 3; sdhrijf)-
étui, Beurskens, kantongerecht Balans.;
rijwiel, van Doornum1, Varkenslmtarfct K
39; stuk z'wart lint, C. J. Reijnhoudt,
Klein Vlaanderen M 160; muziektasch
met inh.; C. Verhulst, L. Geere K 272;
4 Uniebriefjes J. C". de Vos RogardA
straat D 46; gouden kinderringetje, iWi.
Quarles van Ufford, Abdij'; zilverbon,
Brandes, Segeerssingel V 46; doublé kin
derarmband, L. Bosschaart, 't Zand D
33; kinderportem'onnaie, J. Manni, Oude
Vliss. weg V 27; lederen redicule, H. v.
Driel, Lange viele K. 390; méelzak, J.
Castel, Seis'weg R 101; schaartje en gou
den 'boordenknoopje, J. Stevense, Verwe-
rijstraat, N 127; lipssleutel, J. B. Bion-
dina, Hoogstraat, L 143; ""huissleutel S.
Poerstamper, L. Geere K 363; paarden-
denhoofdstuk met toota', J. Schou, Nieuiwb
straat G 228; zilveren schakelarmband,
anej. Suvaal, Noordwég S 222; por te
monnaie met inh., S. Van Brakel, Lange-
viele K 216; portemonnaie met inh., Wl
A. Grootjans, Volderijlaagte M 81; fiets
lantaarn, P. SchuilWerve, Sleeperssingel,
Q 167; zilveren broche, G. Damman,
Baanslraat Q 275; meisjesmantel, M. A.
Kooman, Oud-Arnemuidsch voetpad iT 88;
kinderportemönnaie mei inh., M. Smaarr
dij'k, Lazerijsfcraat O 34; twee loten van
de Wenteloordsche loterij', H. Wouters,
Nieuwe Vlissingsche weg C 213.
BEKENDMAKINGEN.
RIJKS-BELASTINGEN.
De Burgemeester van Middelburg
maakt bekend: dat bij hem ontvangen
en aan den Ontvanger der directe be
lastingen ter invordering is verzonden
het door den Directeur der directe be
lastingen enz, te Breda, den 3 Juli 1922,
invorderbaar verklaarde kohier No. 8
der Personeele Belasting voor het be
lastingjaar 1922, met uitnoodiging aan
ieder, wien zulks aangaat, om na beko
men kennisgeving van zijnen aanslag,
ten spoedigste het door hem verschuldig
de te kwijten, met herinnering tevens,
dat de bezwaren, welke dienaangaande
mochten bestaan, binnen zes weken na
heden behooren te woVden ingediend.
Middelburg, den 5 Juli 1922.
De Burgemeester voornoemd,
P. DUMON TAK.
ts
tS
N
SS
c8
SI
O
s
m
c
"C
h
fi
10 'IS 'MFDl-'y
(BJ1SU33X)
-I3RBId
^pouadoo
3 'flUBd-oos-JiiD
•SJQ uaAvnoJA
co -puog-jsuappiw
lp- 'jag-pa'Apuog
g -J 'V -Q S
j£ (Sup(5joips)
'3iun JS!H 'iilD
(jEBiazjaog)
ro -aiun JsiH'JilD
CT1 -[piEd U30UI3Q
-tpiBd
00
CM -SJEEJS 'jajaQ
1
tO
•U33ffl[
CM -3>JUBI|1EUQ
CM uaouiaa UID
bh (IIBH
cn 'puoqspisqfuA
(ijBjnw 3Q)
cn 'puoqspiaqfuA
•d (UBUI1BBJS)
-puaqspiaqtiJA
CO
CD
'fïUBd '[3RB[d
O)
'IU3Q 'ZtlJA
"§BBAVZ -p 'A
•fRiBd 3IBI30S
m
u3}s;unuiiuo3
io5 iRJBd -qiBX "N
ïrii'flHEd 'A3H-RUV
"1JBBAI3MS>I[0A
G [RJEd 3IBJ3qn
'U3UIUI3JS 38;p(3Q
•SPJEEMUO UB A
•U3Uiui3;s uqsSpfi
•xnE3jnqui3jg
'Si3Z3j}( JE1UEV
CU
H
Z
cu
CU
S
CU
O
OVtOVO-rOO'OOltN
-r t— cn oo cc n
m ro ro --t
to CM
5
to
ÏO
00
m
co
CM
CO
CO
oo
CM
CM
cn co en
>n uo uo
co to
CO
to CO tO Ol
00 <N -f
- OJ
Cl O) Ol CO
- Oï O) CM
CO CM co
- IN
A t-
ro
CM
O
a>
co CN
co CM
to
to
CM
CM
co
co m
cm co
to ffl v
CM
co
to
C4 CO CM I I CM I if) !D
00
CM
t- co j r-ro^ I cn cm V c-
to V I I CO *-« I
OO 00 (O CM vo to to
t— in m oo
cnto-tfcMooocMoo
CC V CO CN CM -
CM
CO CO Cl Ol Oi V V
co oi
m
Ol (O if) O
co m co
VMVc-inoooit-oioinf-O'-co-vo-'Oooi i cococovm-Mcooicoi
--ooomnm-co-v ïnmoo co cn co cn - I c- v co o oo co co
1^CO 1 CN,1 f iO if)
^-COM'OlM'M'COCO-Ol-CO I CMCNCMt— "CM CN
co I I uo st
cotoco 1- V CO CO - ICN I CN
mNo-vvooinco^cNcnoo
co o v co cm - m o co
co
to co m cn cm m
cm m
co -é- co
cm cm to in cn
cm oc
CO co CM
CM CO tO I CM CO
CM
cicoooin t-«CMCN
CO CM CM 10
m N*
CO
CO "4* N1
CM tO
to
cm in I co cm -tf
CM .00 CN f cn - CO O CO O) CO o in O
ir—t I r— r— CM
CM CN Ol CO - - M1
CO in N CM CM CM I CM CO to
CN I CO
o
in
1—I I CM c— CN
O
C--
to CN
0 Ol O
t 00 to N
I CN CN
n I CM V CM
in
CM
to co
Ol to
CM CO
I CM CM
c-r-minvcMOicotococMiMciioim-t-nvincMcocMiniovcMV
i oo co co c-o-ocM-oimNW t-N-m iocn
CN -?CM CM CM CN CN in
CM 'fiUBd '[3RE[d j
X Ol CM CO V N
O tO CO 00 O N-
CO CN CN -sr
N* 00 CO to
O t- Ol
ai
N" CO
cn co m
C- to O CM CO N" t—
CN 00 CO
tO COtOOlVXOtOtO
I C CO CN CO
I CM
CM
CO
- (-If) O
in in cn I»
CO CM
-f I c-
co
oi in oi oi
O I t- to
-H I CO
CM
t- cm to co v in
-t T-,
cn ai
CM
Ol
i o co
CO "t
cm t- o-mcMOioiVr- cooaitoco oicn v v o cm - o cm cn in
in cn m to cn to m cm cm 1 - n v cm i cm --cm
CN I CM
i1 oo co co
CM
CN CN CN
CO
CM CO CO
oo
CO CM CM
■sf CM
co
CM CM
cm co m
CO
to
N* to t- CO CM
CM to
C- -t
cm cm co cn - m «com
oit-oinf-ovt-vcococntooito onNVvninoicMOVVO-'tMOOiCM
coinoai>-oocMOto cMOic-cocoioto r-N" t- - n 01 f- oo M1 to M1 5
CM -ttC CM CN IN"— in CM 'tr
CO
in co
in CN CM to O CM
in 00 cm
00
01 to
co
I I
0 CO CM
I I
co
I O
CN
r—1 CN3 r—I O CM CN
r-H
in 0*
O
m
CO
O
in
co
co
CO
CD
CO
O)
s
CD CD CD
OO CO
co
a
CN
00
O
CO
CO
Oi
CO
CNCN 'CMv— CM CMCM '"ttfCM 'CM--1—'CM
CMN' mOt-OCOCM to CM O M1 in CM m, ,tOcncMOC52®CMt-|2S
S ooco S to v x I> CM tM - to^o o CO 00 'cocnmoovoffi^®^?
co cMOitoco M" to m t— vciinMONi-cocnvxcMco-i oi m M1 cm tfl
- CM CM V
3! !S S cm
x Q1 to M1 rn 2
00 CM to 3) in s
CM
D
s A
c
a) cj
-*—*T3
ÖA tZ
cC2
cn
*D
c
JS
aj.
c
c
c
<2J
*a
-a
c
5
Co <L)
CQ X!
a->
t—
a
J*.
CD
<D
GO
bX) V3
<D
"d
Ch
ct
JZ
O
GO
O
c
OS
"5
co C
j: cu
M N
3 T3
3 CÖ
cacGCQCQQQ032qCJ
C3
23 bo
a.
c
E
- O O
UUQ
CD
ÖA
c
<D
c
(D -ZP
biD -a
T3
CO
Q Q
c
CD
'3
Q
CD
OJ
N
CD
-a
CD
W [ij OJ
CD
Z4
CO
1 s
W o
c 5
CO X3
J TC
t o
c cu
<D C
<D
as
3
as
as O
<D
i-,
CD
CD
co T3
CU CD
O
CD
ID
<u
cn
s
cS
a
D
z*
CD
J*
CO
-*—
-Q
t
i-t
CD
<D
X
I
cu
-k
cu
To
rt) V rrf
<u
as
o O O I
-5 N
C ui
I c
u ïl
ja y x
CD
J-H
<U
Jit:
C
trr*
-rt CD
CO CD
C CD
<D o
E X
CD
cn
cn
'5 c
CD -C
<d c; c
00c