HÉiruÉ Eifliiil
a
flIJIQEfiSEt
28 Jan. 1922, no. 24
40 jaar ai rBBds taJoaö^'
tan d»
VAN
B. «1 IV, dienen ingevolge dezer be(-
schpuwingen een verordening ojp de be-
froldiging vhp 'het gemeenteptersoneel bij
den Rajad in.
De verordening beppalt o.a. dat zij in
werking treedt pp "i Jan". '22.
In een bijlage tot deze verordening
zijn de "salarisschalen 'opgenomen.. Men
2de daarvfoor het hopfdblad.
De C. van Fin. deelt mede, dat zij zich
met het vtoorstel vereenigt, doch dienaanr
gaande het vólgende wensdht op le mer
ken en voorbehoud wenscht te maken.
Bij de beoordeeling vap de voorgestel-
de betoonipgen heeft de oomlmissie gef
meend zich te moéten stellen op hel
'standpunt, dat zij bij' het uitbrengen van
haar rapport d.d. 28 April 1921 heeft
ingenomen, en op dezen grond kan zij
zich ook met de voior de werkliejdjen
voorgestelde belopnujgen vereenigen,,
zonder evenwel hiermiede te kennen te
geven, dat deze voor den tegenwoiorf
digen tijd juist zouden zijn, zoodat daar
mede niet gezegd is^ dat, indien het
thans gold, het maken van een loonreget-
ling, welke geen verband hield met dia
van 11 Mei 1921, zij zich nok met deze
voorgestelde belooningen zon vereenigen.
Ten opzichte van de belooningen van
de politie heeft dé comfmiissie in de raads
vergadering van 11 Mei 1921 opgemerkt,
11 dat de toen voorgestelde, vergeleken bij
die in andere gemeenten, eer aan den
lagen dan 'aan den hoogen kant waren,
doch evenmin als toen kan zij, gelet
op de kosten, welke oiok uit het thans
te behandelen sialarisvborstel zullen
STUKKEN VOO» DEN GBMBBNML-
HAAD VAN MIDDELBURG.
Salarisherziening
gemeentel ij k pers oi neet.
B. en \V, stellen voor de salarisherzie
ning van 11 Mei '21, wier financieele
uitvoering krachteloos is gemaakt, in te
trekken.
Wij zijn inmiddels van oordeel, zoo
vervolgen zij, dat het niet bij die simpele
intrekking mag blijven. NpaT, onto meal
ning zBuden daardoor onze ambtenaren
en werklieden, in een te ongunstige conr
ditie komen te verkeeren, ook. ten opzich
te van hetgeen zloowel door het Rijk
de Pró vindie als in andere gemeenten,
wórdt uitbetaald. Bovendien zou onger
wijfeigde hstodhaving van de oude salarisf-
veröirdenipg van 28 Januari 1920 onge
twijfeld tengevolge hebben, dat goèdei
krachten den gemeentedienst zoo spoe
dig mógelijk Zouden verlaten of geschikte,
niéuwe krachten niet a£ln den ctienst der voortvloeien, vryheid vmden voor poliüe
Gemeente Zouden kunnen worden verhief,? betoonmgen voor te delen
bónden. Ten opzichte der bedrijven hel* Dal def «mssiezich met het voorstel
ben wij dit laatste reeds herhaaldelijk vereenigt geschiedt onder voorbehoud^
J J 5 dat art. 22 der verordening in overeenj-
©nldervopden
Wij hebben daarom een. nieuw voorstel
met betrekking tot de salarieering van
het gemeentepérspnetel ontworpen, welks
aanneming belangrijk minder van de ge
meentekas zal vprderep.
Bij de minderheid van den radd, die
bezwaren had tegen de regeling van 11
Mei 1921, golden die bezwaren niet zoor
zeer een verhoogipgin het algemeen
dan wel de hoegrootheid 'der verhoogipg.
De thans door ons ontworpen regeling
gaat belangrijk minder ver dan destijds
die der C. van Fip.
Wij meenen, dat ook bij Ged. Staten
de bezwaren voornamelijk gingen tegen
de grootte der verhooging.
Wij merken tevens nog op, dat de duur
stemming Wordt gebracht met de desk
betreffende bepaling in liet Rijksbezole
digingsbesluit, zóodat uit dat artikel de
woorden „en met dien verstande 28 Ja,-
nuari 1920" zouden moeten vervallen,
(Bedoeld wordt de bepaling in dat ar
tikel dat 'bij evenredige sal ar i s ve rmindeh
ripg, bij vermindering van duurte, „nin*
mer gegaan zal wtorden beneden de wed1-
wat geschied is; een pitzooóérnigsgo val
zal bljjven.
VeSprd. Tap verbod.
R. en W. wijzen den raad «*P bet feit,
dat onlangs een ingezetene, die een ver
volging wegens overtreding van bet zoo
genaamde tapvetfbód bpid tuitgelokt, bij
vonnis van den kantonrechter, en in
overeenstemming met het requisitoir van
den ambtenaar van het O. M., van alle
rechtsvervolging is ontslagen, op grond
dat de alhier geldende desbetreffende
„Verordening1 op den verkoop van sterken
drank gedurende den kermistijd" onver-
bindbaar zou zijn. waar zij zich uitstrekt
tot alle localiteiten, voor welke een ver
gunning voor den verkoop van sterken
drank in het klein is verleend, dtas1 met
name ook tot sociëteiten, die niet voor
het publiek toegankelijk zijn.
Daar het natuurlijk in de bedoeling1 van
de meerderheid van den raad heeft gele
gen om tapverboden in te voeren, wier
naleving rechtens zou verzekerd zijn, vin
den B. en W in vorenbedoeld vonnis
aanleiding den raad voor te stellen de
rechtsgeldigheid der betrekkelijke veror
deningen buiten werking te stellen.
Zij 'bieden den raad derhalve ter vast
stelling aan een nieuwe verordening opi
den verkoop van sterken drank gedurenf
de den kermistijd, en een nieuwe veror
dening opi dón verkoop van sterken drank
op den dag, bestemd ter viering van den
verjaardag van H. M, de Koningin, waarin
gesproken wordt, dat het verbóden is
in éen of meer voor het publiek toegang
kelijke localiteiten, waarvoor een veifi
gunning voor den verkoop van sterken
drank is verleend, sterken drank 'te.
koop aan' te bieden, enz.
Tevens stellen B. en W. Voor de thans
geldende bovenbedoelde verordeningen
in te trekken.
Een lid der Commissie vóór de straff-
de* Smoorsgang «Is toagaoR tot hst wo
ningcomplex d«r algemeen© wpningjbouw-
vereeniging, wegbaggeren van modder
voor verschillende rioobnonden in de Vest,
herstellen van steenglooiing (alleen voor
vaklieden).
De C. r. Fabr. en de Qomm'. van Fin
vereeuigen zich met dit voorstel.
KERKNIEUWS;
Godsdienstige ziel sges teld-
van m'an en vrouw.
Voor de hier gevestigd® afdeeling. van
den Ned. Protestantenbond sprak Woen*
dagtavpnd dr. M. C, van Mourik Broek
man over het hierboven genoemde on
derwerp.
Spr. wees er in het begin zijner rede
op, dat bij slechts geeft zijd eigen be
schouwingen. Het onderwerp is dan ook
eigenlijk beter geschikt voor een bespre
king. Want niet iedereen zal 't met zijn
beschouwingen eens zijn.
Er wordt veel gesproken over gelijk
waardigheid tusschen man en vrouw. Dat
is iets anders dan gelijkgeaardheid. Deze
twee 'begrippen werden eerst door het
feminisme vereenzelvigd, maar ten slotte
heeft diezelfde beweging het verschil er
kend. Dit blijkt al in de littteratuuT. (De
moderne Vrouw en haar tekort, van Ins
Bpuldier—Bakker).
Waarin zit dan die iongelijkgeaiajrdheid,?
Spr. gelooft, dat er tusschen man en
vrouw ook op geestelijk gebied een na-
tuurondeTscheid. bestaat. Deze stelling
wordt wel eens aangevallen. Stuart Mill
b.v. zeg|t, dat het onderscheid ligt aan
de omstandigheden, aan opvoeding; an
ders zon de gelijkheid wolkomen zijn.
Juist van dien tijd is de opleving' in het
dat is de harde les va* ons afmattend
beroepsleven. Dagelijks een kop Ovomal
tin e bjj het ontbijt helpt U Uw weer
standsvermogen, werkkraeht en opge-
ifirviimdheid te behouden.-T
Bussen Overal
^^^'A.-6.. BBtN
(Ingez. Mod.)
de, toegekend bij raadsbesluit van 28f begrepen.
1 QOA»\ i R FhTl
Jan 1920")
Geen terugbetaling van
het salaris.
B. en W. herinneren er aan dat zij ua
het hesluit van 11 Mei 1921 de wedden
en loonen uitbetaalden volgens de nieu
we regeling, totdat het besluit tot niet-
vpouwenleven begonnen. En wat zien
verordeningen meent, dat het vocrgestélf j wij nuv i i i 1 1
de tapverbod de vieringsdag van Kpnin-j A( dadelijk 'bij' de jeugd een natuuron-
gins verjaardag als een onnoodige plagerij j derscheid op geestelijk gebied tusïsdhen
zal werken, wanneer er, zlooals b.v. in jongens en meisjes.
1921 óp 31 Augustus geen openbare lees-'j' Het is merkbaar in de spelletjes die
telijkheden zijn. Hij; stelt daarom voor, gespeeld worden. Er zijn ook jongens,
hel tapverb'od niet te laten gelden, in die van meisjesspelen houden, dat djuidt
dat gerai, vólksconcerten daaronder niet: dan op een soort overgangsvorm. Spr;.
wil echter slechts generaliseeren, en die
van de perioden der verhoogingen weder goedkeuring der begrootingiswijfeiging in
is teruggebracht tot die, vermeld inshun bezit was.
de salarisveriordening wan 28 Januari '20,
alsook, dat 'wij het hebben noodzakelijk
geoordeeld Mj 'de in groepen verdeelde
werklieden alsnog een nieuwe groep' toe
te voegen. Indien zulks niet zou geschieh
den, achten wij een goeden gang1 van
zaken bij de Bedrijven niet gewaarborgd,
daar alsdan goed onderlegd technisch
personeel niet te verkrijgen zal z'ijn.
Achteraf, zeggen zij, ware het voor
zichtiger geweest de nieuwe wiedden en
loonen eerst uit te betalen nadat de des
betreffende hegrootingswijziging door G.
Staten Was goedgekeurd. Tot het dóen
dier betaling zijn zij hoofdzakelijk over
gegaan uit overweging dat in veel gezin
nen van gemeente-ambtenaren en -werk
lieden de finantieele omstandigheden be-
Ter financieele toelichting diene, dat, j paald ongunstig waren, en met groot ver-
ware de lalgemeene salaris verordeninglangen naar de betaling werd uitgezien,
van 11 Mei 1921 ook voor 1922 van Terugvordering van het teveel uitbe-
kracht gebleven, óver dat jaar uit de f taalde achten zij pm verschillende rede-
gemeen tebegro olitig aan weddien en loop tnen buitengewpon ongewenscht. Verirou-
nen zóu worden uitbetaald f 254359.50. I wende dat aldus ook het gtevoelen van
Volgens ons ontwerp zal het zijn I Óen raad zal zijn, doen zij 'liet voorstel
f' 241124.80 dus f 13234.70 minder. Eni'om die terugbetaling te voorkomen dóór
vólgens de algemeene salarisverordjening
van 28 Januari 1920 zouden de uitgevan
geweest zijn in 1922 f'222330. Ons nader
voorstel beleekent dus een vermindering
van de totaal verhooging van f32029.50
tot f 18794.80.
Voor de bedrijven zou, ware de al-
gemeene salarisvertordening van II Mei
1921 óok voor 1922 van kracht gebleven,
óver dat jaar uit de bedrijfsbegrootiii-
gen aan wedden en loonen worden uit
betaald f 118624.80. Volgens ons dntwerp
zal het zijn f 111755.80, dus f 6869 min
der. En volgens de algemCene salaris-
verordening van 28 Januari 1920 zouden
de uitgaven in 1922 geweest zijn
f 102396. Ons nader voorstel beteekent
dus eeno vermindering van 4® totaalverr
fiooging vfifri f 16228.80 tot f9359.80.
B. en W. gevoelen wèl voor het ber -■ overgangsvormen buiten beschouwingla-
zwaaT, door het bedoelde lid geopperd.
Intusschen vragen zij zich af wiat „open
bare feestelijkheden" en wat „volkscon
certen" zijn. .Wanneer het voorstel van
dat lid zou worden aangenomen, zou aan.
hen de bepordeeling verblijven wat onder
die woorden is te verstaan. Zij achten
ten
Ook de coëducatie heeft de jongen
en hel meisje niet gelijk gemaakt. Ieder
is op zijn eigen wijfee naar zijn eigen aard
voort 'blijven leven.
De wijze van aanvoelen is verschil
lend. Het is best mogelijk, dat de vrou-
zulks minder juist en minder doelmatig. wen heel anders op spr 's rede rea<«e
Diaariom kunnen B. en W. dit voorstel niet ren zuilen dau de mannen. Wat hij geeft
overnemen. j js mannenwerk: analyseerend, ontlea^
Straat nja men. ïnend. Een vrouw voelt daar niet zoo
B. en W. stellen den raad vpor, onder vt0;0r
niededeeling, dat binnenkórt de eerste op drieërlei wijze lean men nu een
wóningen. belioorende tot het complexzaak opvatten: le, door te analyseeren;
der Algemeene Wpningbouwivereeniging
binnenkort kunnen worden betrokken
in óVereenstem'ming "met het gevraagde
advies van het bestuur dei* vereeniging,
de navolgende namen te geven aan de
in het cJomiplex geprojecteerde straten,:
Jasmijnstraat, Lebestraat, Rfozeustraat,
RozendwarsstraatMeidoomstraat en Van
Epenpark. Tevens stellen B. en W. voor
voor het in de gemeentebegrooting op
genomen personeel over het nog op de
begrootiag voor 1921 voorkómende be
drag voor onvoorziene uitgaven te be-
schikken tol een bedrag van f 17.095,54.
En voor de bedrijven de begroetingen
voor 1921 met de desbetreffende bedra
gen le belasten, in totaal beloojpehde
r,ond 9300.
De Commissie van Financiën merkt
lp erbij op, dat zij, hoewel zij niet kan
goedkeuren, dat uitvoering is gegeven
aan een raadsbesluit tot verhpoging der
wedden en loonen voordat djaaTop de
goedkeuring van Ged. Staten werd ver
kregen, bereid is zich met het voorstel
van B. en W', betreffende de niet terug1-
betaline te vereenigen, vertrouwende dat
2e door die alleen als een geheel te
beschouwen; 3e door uit een veelheid1
van verscheidenheden tot één geheel te
komen.
Spr. gelooft, dal vrouwen de dingen in
hun geheel aangrijpen. Dal uit zich ook
op godsdienstig gebied.
Hierdoor is 't mógelijk, dat de vrou-
- wen gemakkelijker geïpoven dan de m|an-
den Choeoladeweg den naam te geven j n6ll
van „Geldelooze Piad'Hoe dat komt? Spr. gelooft dpior te
W e r k v e r s c h a f fi n g. vergelijken met het valsoh intelleotua)-
B. en W. vragen, verwijzend naar het lisme, dat den mannenwereld heeft ver-
raadsbesluitwaarbij een crediet vans giftigd: om ialleen d|at te aanvaarden, wat
f 10.000 voor werkverschaffing werd toe-smet den geest te benaderen is. Voorts,
gestaan, den aad opnieuw een crediet tot j doordat een geheele krachtsinspanning
genoemd bedrag, aangezien in de gemeen-van het geestelijke vpor de Vrouwen werd
nog steeds groote werkloosheid heerseht. j opengesteld. Hoe komt het, dat de vrouw
Blijkens een bijgevoegden staat wordtreligieuser is
in de heerscliende werkloosheid sinds j In de eerste plaatsde vriouw is gei-
26 Nov. voorzien, door het maken v!anvpeliger, en het gevoelslevfen uit zich
betonplaten (alleen door vaklieden), het 1 nhet best in het religieuse levên.
spitten van plansoenen, ophooging ged. t Wat Voor gevoeligheid komt dan tot
vest Dampoort, verbetering van wegen,
steenkloppen, enz.
Voorts is een slaat aan het voorstel
toegevoegd: een lijst der werkzaanihej-
den, wier kosten uit hel tweede crediet
bestreden kunnen worden, nl. o. a. ver
beteren der buitenwegen, verbeteren van
door ANDRE GORTHIS.
Geautoriseerde vertaling van W, E. r».
06j.
Voor mij ging een vrouw de treden van
de Saint-Agricol-kerk op. Zij zag er af-
getobt uit, mei vermoeide trekken; maar
zij keek verlangend naar het smalle por
taal van de kerk en haar lippen bewogen
zich reeds ai.s in gebed. Ik kreeg de
ingeving haar ie volgen met haar mijn
toevlucht te zoeken achter die muren;
in de schaduw daarvan zou ik mij mis
schien tot rustig nadenken kunnen dwin
gen. Maar ik had slecht geleerd, boe men
in 1de kerk troost kan vinden. Ik kon niet
méér dan machinale woorden zeggen..
En ik 'iep weer verder, tot aan de porte
de l'Oullë, ik ging langs de herberg,
waar ik eens habien had zien zitten,
en ik gtng de (stad uit naar den Rhone-
oever, waar hel stoffige gras verdorde in
den herfstwind.
Daar liep ik langzamer. Toen ik voor
'de brug Saint-Bónózet_gekomen was ging
ik vlak bij liet water zitten op een grooten
steen, die even wankelde in den5 door
weekten bodem, zóó diebt bij het wit
ter, dal de ld ovine vreedzame golfjes soms
zachl de punt van mijn schoen aan
raakten.
„Waarom heb ik Philippe Fabréjol ver-
s loo ten. Ter wille waarvpn Was hij niet
de liefde, die ik wilde leeren kennen?..
Ik Vouwde de handen over mijn knie.
Als ik het hóófd ophief, 'laag ik de
p,ud§ brug met de afgebroken bogen, het
rpnde kapelletje en het gtroen van dien
vijgebfoom, die tusschen de sleenen ge
groeid wias. Ik zag' wanneer ik mij voor-
[over boiog, hel water, dat zoio vreedzaam
aan mijó Voeten kabbelde en verder van
den oever af zoo wild vopfrtstu'wde. En
ik zag pok, tusschen die steenen en dat
wlater mijn heele onbeduidende leventje
vfoor mij.
Misschien niet heel mijn leven, maar
al de uren daarvan, die mij met liefde
in aanraking hadden gelmacht. De verst
verwijderde, de meest veeieischende wa
ren vol van de mooie cfroomen mijner
jeugd, die jeugd, die geen vreugde, geep
genot, geen vriendinnen, geen. studie ge
kend had. De ónrustige waren, vol van
herinneringen aan Frans Lajidja^pies....
De smartelijkste waren die, waarin ik de
alledaagschheid van Fabien Gourdon ten
volle begreep... De heerlijkste...
Ja, welke warpn diktIk zfocht nog en
ik vorschte misschien in die diepten van
de ziel, waar het beste van pos zelf dik
wijls rust en plotseling wakker wordt.
Baai* ik wist geen. in mijn eigen
ziel en ik kón al die gedachten nauwe-1
lijks onderscheiden, zooals men in de
morgenschemering de bootnén niet kan
onderscheiden in den nevel, terwijl men
toch hun toppen door de morgenzon
verlicht ziet. Ik dacht weer aan Frans
aan de korte oogeublikken van_geluk en
van leed, dïe hij mij gegeven had, en dat
beteekende niets. En dé blik van Phi
lippe Fabréjol en de grimte vreugde, die
ik in zijn bljfeijh gevoeld had en zelfs mijn.
leed van zóoeven beteekende niets
maar ik dacht ook aan die droevige da
gen, die ik met Fabien had doorgebracht,
met zijn leed, zijn wroeging, zijn schrik
beelden.... En ik begón te hegrijpendal
düt alles was.
Dal was hel, dat ik die ziel genaderd
was, dat ik tien wensoh had gehad, of
'diever meer dan den, wensch, hel gevóel,
het drukkende gevóel ran de geheele
smart met haar te dragen. DM was 't,
dal ik nu en dim het gevóel had gehad,
dal die smart Mj mij haar toevlucht
zócht. Dat was alles!.... En mijn mooiste
uren van liefde had .ik doorleefd iu
die kleine wiofnang, alleen, toen hij door
de stad wandelde en ik in gedachten met
hem mee dwaalde in diepe ellende. Ik
heb ze dóórleefd, toen raijti medelijden
zich in handelen wilde loonen en ik
mijn hart hajd Voorbereid op die beken
tenis, die hij müj zou doen. toen ik al
ntijn kracht had verzameld' om met hem'
samen bioete te doen. Ik had ze dopd-
leefd terwijl ik al het mógelijke deed om
uiting? Qualitatief en niet quantitarief
opgevat.
In de eerste plaats hel fijnere 'gevoel,
de tad. Tiact is de schranderheid vap
hel gevoel, is het intellectueel gevoels
leven of gevoelig intellect.
En de diepgevpeligheid, die alle kwia-
hem er weer toe brengen liet leven aan
te durven. En ik dóórleefde ze nu nog,,
en toen ik tot Philippe Fabréjol zeide:
,.Ik lijd niet onder de eenzaamheid, ik
heb liefde," waren dat woorden geweest
die uit het diepist en het best van mijn
hart kwamen.
Maar óndanks mijzelf had die wan
hopige middelmatigheid mijn liefde af-
gestooten. Tevergéèfs had gedurende ons
huwelijksleven 'die liefde in Fabien iets
gezocht waaraan izïj zich hechten kon. Te
vergeefs!.... Eu ik dacht toen, dat ik
in zijn ziel 'toch eenïge schoonheid
inbesi vinden. Maar schoonheid der ziel
is niet het eenige, dal men kan liefheb
ben. Daar is ook haar smart, wanneer
die groot is.... zóó gfopt, dat alle an
dere kleine en nietige gevoelens daarin
verzinken.
De klokken van Villineuve en van
Avignon luidden.
'Een andere avóndi was het geweest,
alsof de rotsachtige kamïn'er dei* heuvels
en de schitterende witte top v»u de Mont
Ventoux licht uitstraaldennü was het
landschap in uevel gehuld, maar ik had
het licht in mij. Ik dacht niet meer aan
Philippe; ik leed biet meer.... Ik kóu niet
anders weusehen dan wiat ik nu voelde
en dat was heerlijker dSan geluk.
De avondklokken luidden aan beide
oevers vandeRhöne, In „het koninkrijk"
zoo als de Rhöne-schippers zeggen, en
iu hel „keizerrijk". En de vroeg inrallen-
liteiten van het menschelïjk kunnen ié.
zich heeft. Die treft mén aan zoowel
hij mannen als Mj vrouwen.
De uitspraken zijn er verschil lead
over: De man de levensbodem van
de vro.uw (Schopenbaueï*);
De vrouw is de droom van den man
(Tagóre): half werkelijkheid, half ideali
teit..
Sommigen houden ook dat emotioneele
in de vrö.uw voor haar sensitiviteit,
Maiar iemand mei gevoelige zenuwen
hoeft nog niet de dingen goed te voelen.
Prpf. Hymans heeft een enquête inge
steld Over de godsdienstige gevoelens bij
émtotioneele naturen.
Toen is gebleken dat bij de Mannen
22.6 pCt. warm godsdienstig waren; bij
de mannen wlas' voorts 17.8 ptCt. conventi
oneel godsdienstig (d.w.z. doör 'omstan
digheden e.d.) OU hij de vróuwen 27.7 pCt.
Goüsdienstrhooners waren bij de man -
nen 7.5 pCt., bij de vliouwen 2.4 pCt.
Onverschilligen: mianuen 51.5 pCt., M*ou-
\ven 30.8 pCt.
Hieruit kan geconcludeerd worden, dat
ConVentioneele godsdienstzin veel meer
bij de vróuwen voorkomt.
Hoe dat komt? Men denkt doordat de
vrouwen niet zoo gauw revolutionair zijn
en een grootere gehechtheid hebben nan
iets wat eenmaal bestaat. Wjat ligt boven
dien in dit conventiopeele? Dal vrou-
weai minder zelfstandig' zijn, makkelijker
zich vioegen in een bepaald kadter.
Heeft de vrouw scheppingskraehl
vraagt sjir. zich dan af.
Bij de c-Jëducatie is al gebleken, dat
het meisje een beter receptief vermo
gen, de jongen een betel* productief ver
mogen heeft. De jongen heeft meer pro-
duceerend intellect.
Het „genie" is nagenoeg nooit een
vrouw geweest. In de kunst is ze meer
reproduceerend. Geen g'root muziekwerk
is door een vrouw gecomponeerd, ei* is
geen vrouwelijke Rembrandt, geen vrou
welijke Angus tin us pf Homerus. De gToofe
scheppingen zijn niet door vrouwen ver
vaardigd.
In de litteratuur treedt zij meer op als
romanschrijfster, als dichteres van lyri
sche ppëzie. Ook kan zij beter brie-,-en
schrijven dan de manhen, want alles
waarin het gé voel tot uiting komt, is
haar toevertrouwd. Zoo kau zij ook best
een muziekwerk reproduceeren. Alléén
in de tppneelspeelkunst schijnen mkii
en vro.uw gelijkwaardig.
Waar de vro.uw echter veel in heeft
gepresteerd, zïjjn de godsdienstige kwesties
Die van iden nieuweren tijdtheo-
spphie, Christian science, zijn door vrou
wen gesticht. Ook vroeger; er zijn vele
vrouwelijke heiligen. Maar ook komt de
vrpuw, de mystiek-vrome vrouw speller
tol excessen. En Üit snel tot het uiter
sten gaan uit zich ook op andere wijze.
Vandaar ügt vpouw veelal beter of
slechter is dan de mannen. Ben mlaii die
haal b.v. zegt Nietsche: is „nur bös«"
maar een vrouw, die haat, is séhlecht
Een vpouw is heftiger,' krasser, s,ter-
ker, ionversaagder Zij is ook gedecideer-
der, sterker in h^aar uitingen.
Spr. wijst er ten slotte op, dat h#
steeds heeft geanalyseerd, dal hij rijn
onderwerp a. li. w.' heeft belicfy. Zim
de Novembernacht begon dén grijzen da^f
te verdringen. Toen wékten al die onfcroti-
ringen in mij weer de gedachte aan die
kamer, waar Fabien leed, waar hij mij
wachtte, waar ik hem vandaag niet alleen
had moeten laten. Ik dacht alleen nog
aan hem, die nu mijn heele leven was;
ik verlangde naar hem, ik wilde fco«
gauw mógelijk bij hem zijn en ik haastt©
mij zóó, dat ik binnen tien minuten ti#
rue des Trois Faucons bereikt bad, die
sombere straat zonder winkels, 's avond»
slechts door één armzalige lantaarn op
den hóek van de rue Pc t i te - Fu s'selüe
verlicht.
Ik dacht, dat hij mij in 'l donker zup
opwachten, zooals dien Zondiag toen ik
hem óok alleen gelaten hiad; ik steldé mjj
zijn zware, ineengedoken figuur voor,
afstekend tegen het raam;.,., maar aoodS*.
ik het huis binnen gegaan was, zag ik
een schijpsel van licht in de gang en hét
gaf my een gevoel van vreugde, dpt hij er
toe had kunnen besluiten de lamp aan te
steken. Hij had zBker de deur bóven op,
een kier laten staan, om mij beter te hoo-
ren, want hij riep dadelijk
„Kóm gauw."
(?Wjo*"flt vwvolijpd'.