FEUILLETON. De Mi nel den 81JÏ0EBSEL Binnenland. Donderdag 15 Sept. 1921, no. 217. '1 II 1 I I L- riS BC VAX UIT DE REDE VAN DEN MINISTER VAN L., N EN H. Uit de kort vermelde rede, waarmee Minister vian IJsselstein tie landbouwten toonstelling opende, laten we hier nog woordelijk het voornaamste deel' volgen: Is deze tentoonstelling een van alge meen belang, toch spreekt het vanzelf d|at hier voornamelijk de producten van de provincie Zeeland zijn samen gebracht. Daarom is deze van zulk een uitnemendl belang voor dit gewest, omdat thans de landbouw bijna de uitsluitende levensbron is voor Zeeland's bevolking!. Ik vergeet hierbij geenszins de hoogst belangrijke industrie, die met haar 2000 werklieden zulk een overwegende plaats inneemt in gold voor de regeeringsjgpsiachten, ble ven deze toch in Zeeland een groot® rol spelen. Is het niet teekenend, dat te Middel burg! in 1848 van de 16 raadsleden, er 14 equipagé hielden? Dertig jaar later was er slechts één lid, dat zich deze weelde kon veroorloven. Op hoogst enkele uitzonderingen na hebben de Vertegenwoordigers van d6 oude regéeringsjgjeslachten thans Zeeland verluien, terwijl bovendien ook door het verhuizen van andere vennogenden uit de steden, de financieele draagkracht dpr bevolking aldaar zeer is afgenomen. De plaatsen der vertrokkenen zijn grpo- tendeels ingenomen dpor hen, die van 'djen landbouw leven. Inderdaad Is ide 'landbouw thans het kwik, waarjop Zee land idrijft. Daarom is het van zulk groot belang dat er in dit gewest geregeld; wapen schouw wprdt gehouden van de nieuwste uitvindingen, die vp|or den landbouw van nut kunnen zijn. Zeeland heeft in dit opzicht steeds een zeer vooraanstaande plaats ingenomen; sedert meer dan een eeuw bestaat in dit (gewest toich toet grootste Nederlpjndschel landbouwbedrijf, de .Wilhelminapiolder, waar de nieuwste uitvindingen, die den landbouw betreffen, altijd een dankba re toepassing vinden. Op dit gebied zial er een groote evolutie plaats hebben, wanneer straks het in het bijzonder in deze provincie zoo uiterst moeilijke vraagstuk der electriciteitsvoor ziening tot oplossing zial gebracht zijn. Daarnaast zullen er zeker opk in ver dat het haar bekend is, dat tegen de aanstelling van vrouwen bij verschillende lakken van dienst bezwaren worden ge opperd, waarvan zij de juistheid niet zal ontkennen, voor zoover de minder ernsti ge pmgangstoon tusschen mannelijk en vrouwelijk personeel' storend kan wer ken op den geregelden gang van zaken; dat deze storing naar adressante's oor deel echter niet zial worden voorkomen dpor het aantal vrouwen in te krimpen, mpar veeleer door een goed®! discipline; te handhaven en een scherpe grenslijn pan te (géven tusschen het samen arbei den en het samen zich vermaken; dat door zeer velen een der oorzak®n van den minderen ernst bij den arbeid wordt [gezocht in de eenigszins tot onrust stemmende bedeudaggsche mode in dp vTouwenkljeeding!, en dat adressante om bovengenoemd# re denen, Uwe Excellentie drinigjenjd ver zoekt, alvorens tot inkrimpingi van het vrouwelijk personeel' bij! Post en Tele- igjrafie p.ver te gaan, te pogen door het voorschrijven van ^een passende dienist- kleeding!, het besef van de waardig|heid vian het ambt en den ernst van den .'ar beid te versterken. de gemeente, in welker onmiddellijke na bijheid wij t'bans tezamen komen, maarl schillende streken van dit gewest nieuwe tOiCh, niemand zal tegenspreken dat Zee-| wegen vopr den landbouw geopend wor- iand is eèn landbouwprovincie. Het beeftj den, indien de landelijke drinkwatervopr- geruimen tijd geduurd, voordat dé toe- standen in dit gewest aangepast waren pan dit feit. Immers nog in de 18de eeuw b.v. was Middelburg, een handelsstad van groote beteekenis. De handel op WPst- Indië gaf hier groote voordeden; de is, djab moet getracht worden jongelui door tijdelijk verblijf op boerderijen prpc- tfi-ch in den landbouw in te wijden. De Koningin, die met groote belangstelling kennis nam van dit rapport, stelde on middellijk een of meer hofstjeden van het kroondomein tier 'beschikking indien del pachters daartegen geen bezwaren heb ben. De Prins, die vergezeld was vjan d|en Commissaris der Koningin en den burge meester van Viissingen verliet pa een verblijf v^n pnveveer anderhalf uur bjet) dun'sres en begaf zich toen per auto naar Domburg voor een wandeling langs dej zee en door de mantelingen. DE 011IE1EELE MAALTIJD. Limburg bij Nederland moesten blijven. En dan dpnkl spr. daarbij aan onze lands vrouwe en den koninklijken gemaal, die medeleven met het volk en di® handha ven het devies'.- ,.Het vaderland getrou we blijf ik tot in den dood." N,u men morgen het voorrecht zal heb ben H. M. in Zeeland te mogen begroe ten, wil spr. aan den vooravond van diep dag' er op wijzen, (dat de. Prinsen van Oranje en Kpning IWillfem III het con- (gjres herhaaldelijk bijwoonden en pu Z. K. H. Prim Hendrik dit voorbeeld volgt en bijna n'imtoer ontbreekt. Spr. brengt een dronk uit op Z. K. H. den Prins, on der luide bijvalsbetuigingen. De Prins dankte beide vereenigiu- gen voor bun ontvangst. Het landhuis- houdkundig congres acht Z. K. H. zeer belangrijk; hij heeft dan ook nog slechts In de groote zaal van het Schuttershof jeen taaal, nadat het onder leiding staat had Woensdajgavond de gemeensdhappe- viarl tégemyoordigan voorzitter, het HET LANDHUISHOUOKINDIG CONGRES,. In het, (gisteren voortgezette Laudhuis- hoiudkundig 'congres drukte de voorzitter Ridder van Rappard zijn spijt uit over de slechte opkomst terwijl toch vele ledien vau het congres in Walcheren zijn. Als bet (blijkt dat hef gelijk vallen van congres en teiitoonstellinjg' op lie/t bezoek schade lijken invloed beeft, diap zal het bestuur ziening niet meer beperkt zal blijven overwegen hierin verandering tje bren- tot die van Zuid-Beveland. Indien ik aldus het o)0g richt op het geen de techniek in Zeeland ten be hoeve van den landbouw nog kan doen, dan behoef ik er zeker nauwelijks gewag Zeeuwen hadden zich daar een eigen fco-|van te maken, hoezeer verbetering van Loniaal bezit verworven, welker plantage groote rijkdommen afwierpen. Geen ge west beeft wellicht in den Fnanschen tijd meer geleden dan Zeeland ®n ner gens werd het herstelde van onafhan kelijkheid meer toegejuicht dan hier. Op economisch jgébied hjad men groote ver wachtingen. In de eerste helft der 19® de afwatering op Walcheren noodzakelijk is. De oorlogsjaren hebben zeer gpppte moeilijkheden Opgeleverd, maar zijn voor den landbouwer top den kleigrond zeker niet ongunstig geweest. Bovendien heb been deze in het bijzonder in Zeeuwsch- Vlaandpren, aanleiding gegeven tot bie- eeuw zag men een nieuwe opleving vanlangrijke opleving van de paardenfpjkkerij handel en scheepvaart, zoowel op Wal cheren als op Schouwen. Deze opleving) was echter van korten duur. Toen. de steun, dien de Nederl. Handel Mij. aan de Indische scheepvaart verleend®, op hield, verdwenen, al's met een to over stag de Zeeuwsche reederijen en de daarmede verband houdende bedrijven. De poging, eenige jaren later gedaan om door den laanleg! van de voor dien tijd reusachtige havenwerken te Vlissingten en het daarmede in verband staande, voor zeeschepen bestemde kanaal naar 'Mid delburg en Veere, de scheepvaart weer te doen herleven, mislukte. Daarbij kwam, dat juist in den tijd toen deze werken voltooid waren, het verdrijven van de meekrapqultnnr, de. voornaamste Zeeuwsche talc van landbouw, zoowel' aan de boeren- als aan de stedelijke bevol king een schijnbaar onberstelbaren slag toegebracht. De jaren, die volgden op den Fransch- Duits'chen oorlog, waren ook buitenge woon somber voor dit gewest. De emi gratie nam sterkt oe. Niet de minst veer krachtige elementen zochten in de Ver- eemigde Staten een nieuw h®staan. In derdaad vindt men nog thans, o. a. in Michigan, plaatsen geheel door afstam melingen van Zeeuwen bevolkt. Maar het waren niet alleen de arbei ders, die Zeeland verlieten. Op het eind der 19de eeuw fan het begin der 20ste {had een ware uittocht plaats van hen, die van oude tijden hier in Zeeland de re geering voerden. Anderhalve ee,uw gele den deden zij dit krachtens hun geboor te, maar toen er officieel bij het beklem den van de ambten geen voorkeur me®r waardoor een nieuwe bron van inkomsten aangejboprd is. Ook iop dit gebied zal deze lentopnstel- ling weder de bewijzen leveren, djat het Zeeuwsche trekpaard een groote toe komst heeft. Het is wel merkwaardig, dat hetzelfde deel dezer provincie, dat in de paarden fokkerij vooraan staat, zich ook voor de veredeling van het rund veeras de meeste mdieite getr|oost. Westelijk Zeeuwseh Vlaanderen grijpt hierbij naar de kroon. door Douglas Valentine Geautoriseerde vertaling van .W. E. P. (Nadruk verboden). 15). Een autoi stpud stil vopr de deur, er zat een jonge man in niet een grijs blauwe militaire overjas en een platte pet met nose band enom. Hij' sprong er uit toen wij aankwamen. Z;ijn manier van dpen was druk. Hij nam niet dé minste notitie van mijto metgezel. „Ik ben zeer blij u te zien, Herr Dok te»-/' zei hij. „Er wordt zeer naar uw komst verlangd.' Ik m|oet u mijn veront- fechuldigingen aanbieden, dat ik niet aan het station was om' u te verwelkomen, maar er scheen een misverstand te zijn. De maatregelen vopr uw ontvangst aan het station schijnen absoluut in de war te zijn geraakt..." en hij keek door zijn monocle strak naar den ouden majoor, die rppd werd van kwaadheid. „Als u in mijn autoi wilt stappen,j' vp|egde de jpnge man er bij', „zal ik u naar het station brengen. Wij hoeven dezen heer niet langer op te hpuden." Ik had medelijden met den ouden ma joor, die zwijgend de vernietigende on beschaamdheden van dit jonge iuile- ■aWewee-'*-»'- VROUWELIJK PERSONEEL RIJ DE 1 POST. Door het Hoofdbestuur vjan de Vrou wengroep uit 'den Vrijheidsbond werd aan den Minister vou Waterstaat een adres1 gezondenwaarin het opmerkt: dat adressante met leedwezen h®éft kennis genomen vap de voorgenomten re geling, waarbij het aantal' dei' bïj! den dienst van Ppst en Telegrafie toe te la ten vrouwelijke ambtenaren, zich tot de toe te laten mannelijke ambtenaren zal verhouden ah 1 tot 5. dat een dergelijke regeling haar voor komt te zijn in strijd met de rechtjvaardjgj- heid; dat, naar hare meening/ de dienst er ernstig door kan worden geschaad, aange zien minder goede werkkrachten onder de mannen in grooten getale den voor rang zullen verkrijgen boven vrouwen, die geschikter zijn maar die, ten gevolge van het geringe aantal der voor vrouwe lijke cajididalen beschikbare plaatsen, vau de mededinging worden uitgesloten; nantje bad aangelipprdik schujdüe hem dus hartelijk de hand en dankte hem vopr zijn gastvrijheid. Hij was per slot van rekening toch een gulle, pudelbaas. De jonge maa r eed zelf en babbelde ge noeglijk, terwijl wij door de straten snor den. „Mag ik mijzelf maar even voorstel len", zei hij, „ik ben luitenant graaf von Boden, van liet 2e. regiment Garde- Uhlanen.Ik wou niets zeggen, waar die oude kletsmajoor bij was. Ilc hoop, dat u een goede reis gehad heeft? Von Stein- hardt, van onze legatie in Den Haag, had instructie alle maatregelen te ne men om het u aan dezen kant van den Oceaan zoo gemakkelijk mogelijk te ma ken. Maar ik vergat, dat u en hij oude kennissen mloet zijn, Herr Doktor!" Ik zei iets, dat me van pas leek, over von Steinhardt's onveranderlijke vrien delijkheid. In mijn brein nofeerdie ik de verklaring van het visitekaartje in de portefeuille in mijn zak. Aan hel station vonden wij twee op passers, een met mijn bagage, de andere met von Bioden's bagage en pels. De perrons waren nu verlaten, pp1 een en kelen bewaker naalle leven in dit saaie grensstation scheen te komen en te igaan met den mailtrein. To,en w'ij de aufo verlaten hadden en het perron op en neer liepen in af wachting van onzen extra-trein, kpn ik niet nalaten op te merken, dat mijn metgezel nu en dan steelsche blikken op mijn voeten wierp. Ik keek naar miijto Laarzen: zeker, die mochten wel ge Door den heer P. Dijkhuis werd zijn pr.aeadvies over de wensclielijkheid van een uigebreide telefoonaansluiting; opj hef platteland nader toegelicht en wprd hij onder deund door 'dr. A. Molimijzen en den heer Jac. Wellempn, laahtgpniuem de zeide o„a. datj in deze gemleenten én ook de spoorwegen moeten medewerken. Eerstgenoemden moet secrétarie, politie, gemeentegfarieesheér énz. aansluiten, Lagtebgeoioeufde <fe stations. Het, tweede dezen da|g btebandfeldei priaeadvies was dat van den heer A. Se- vensfer uit Wier ,die aan de hand Van de ervaring door hem zelf opgedaan in zijn wak, bepleitte den arbeider dieelge- rechtigd te m'aken in het bedrijf. Tal (van opponenten opperden bezwaren t^gen dit stelsel, en meienden daf wet*, tje]ijk vpstlejggen daarvan niet goed moge lijk is. Besloten werd bet Nederl. Landbouw- ciomit# uit te noo'dügen een Jtudie te misken van dit onderwerp. Het derde vraagstuk was, dat ingeleid door den heer B. J. Schurer te Her- 'bayum, die betjoojgde dat de coöperatievee landbouworganisatie niet beslist steeds in haar isolement kracht moet zoeken, als voorbeeld haalde spr. pan het samen werken van een eoöperaljieve en één speculatieve suikerfabriek^ in Friesland. Hefl/g werd dit idee beslredpn door, yerscbillende sprekers, die m(eendén datj hel voorgestelde het coöperajtie-ideé gé- heel zou ten niet doen. Het laatste praeadvies was dat vou den heer Y. R. Y. Croesen te Den Haai-', die meende, dat) de land- en tuinbouw moet strijden voor eigen sociale wétten; met zpo min mogelijk bijzondere bepalin gen en met de ruimst mogelijke gelegen heid voor de organen van het bedrijf om' in onderdeelen en plpatslelijk te regel én. Tij den a de middagvergadering, wevcH het congres tijdelijk bijgewoond door den •beschermheer Z. K. H. Prins Hendrik, die door den voorzitter verwelkomd wierd en tijden i wiens .aanwezigheid de secreta- ri dr. A. Molhuijsen het woord voerde om een rapport inzake laudhöuwonder-( wijs uit te 'brengen, hetwelk zijn ontslaan te cranken heeft ,aon eien voorstel van den Prins iop het vorig# congres. De conclusie lijke maaltijd plaats, uitgaande van het Congires en de Z. L. M. Een kleine 300 personen er waren er meer opgégeven, doch die kwamen niet en daardoor was' het bijtrekken vau de veranda bij de zoal en het daar in leggen von een houten vloer niet noo- dig geweest, hadden 'hun zitplaatsen ingenomen en verhieven zich daarvan toen de offieieele personen, Z. K. H. Prins Hendrik, de Minister von Land- bonw, de voorzitters en secretarissen der ontvangende vereenigiingen, de Commisr saris cler Koningin, de leden van Ged. Staten, de burgemeesters van Middel burg en Vlissingen, velen met hun dames, de zaal binnenkwamen. Alvorens met den maaltijd werd aange vangen, wijdde de voorzitter van ide ta fel, Ridder von Rappard een dronk aan de leden van het Vorstelijk huis. Allen stemden hiermede in en d® be- bekende kapel HöfeteinBekker, die nch= ter gjroen en electrische lichtjes op h®t tooneel verscholen zat, stelde het- Wil helmus in, men zong mede, de vrool'ijke tafelstemming was er. En die stemming werd verhoogd door de smakelijke spijzen, die door het groo te personeel wer den rondgediend. De ver zorging der voor Middelburg ongekend groote tafel was uitstekend. Maai- behalve een welverzorgd menu, de goede muziek en de aangenam® on derlinge kout, was er nog méér om 'de feestvreugde te verb#ogen en dgt waren de talrijke, dikwijls humoristische tafel- redevoeringen, die werden gehoord. Het zou ons veel te ver voeren ze all® te vter- melden en bepalen wij ons daarom tot de offieieele. De voorzitter van de tafel, de heer van Rappard, herinnerde er aan hoe in 1846 door 211 personen, bijeengéroe- pen door de vereeniging tot bevorderingj van de welvaart te Zwolle het landhuis- houdkundig' congres werd opgericht, en hoe toen de voorzitter zeide, dat „onder Gods zegen een nieuwe dageraad zal aan breken voor den Landbouw", en nu na 75 jaren kan spreker zeggen, dat dit zoo is geweest; de qopgressen zijn de bron gieweest von alles wat op landbouwgpbiedj tot stand is igiebracht, als daar zijn de af schaffing van de tienden, ontginning van woeste gronden, boerenleenbanken, enz. enz. De contributie werd 'zeer jaag IgjeMeld, eerst 50 cent. later f 1, maar meer had jmen verschil van meaning over het bestuur en 67 jaar lang) heeft dat ge duurd, tot 8 jiaar geleden een vast be stuur werd benoemd. In 1920 werd tij dens de tentoonstelling te Arnhem ver- gjaderd en nu hier in Zeeland, waar eeni ge jaren geleden aller oogen op geves tigd -waren, toen annexionisten er stuk ken van af wilden nemen. Spa*, igpeft de verzekering, dat men in Holland voelde met de Zeeuwen dat Van d'Ee tot Hontenisse, Van Hulst tot aan Cadzand Dal is ons kleine landje, Maar deel van Nederland. (Daverend applaus). Men was overtuigd, dat Zeeland en congres niet bijgewoond. Naast de vie ring van het 75-jarig bestaou van het con gres is er ook de tentoonstelling der Z. Li. M. en Z. K. H. acht het een koene daad, 'dit te doen siamenvallen.. Aan de Zeeuw- s'che LOndbouw Maatschappij zal zeker nog meermalen een dronk worden ge wijd en daarom doet spr. het op het Con- gres. (Luid applaus). De voorzitter der Z. L. M., de lieer mr. D'i elemjan, hield een kernach tige rede om aan te fcoonen, wat de land bouwers aan den Minister van IJselsteijn te danken hebben. Zeker is er wel eens gemopperd als er niet gen|oeig naar de meening der bioeren mocht worden uit gevoerd, er is wel eens pp den grond gestampt, maar men vergat de groote moeilijkheden waarmede de Minister te kampen had. En dit was opk zoo toen wij volksvergaderingen bielden iom tegen tién annexatiebonger te strijden, toen zat de regeering te 's-Gravenhage vopr allerlei ■zorgen. Spr. meent, dat er dan ook voor de landbouwers, voor de Zeeuwen in het bijzonder, alle aanleiding is een d(rpnk te wijden aan den Minister van Land" bouw. (Groote instemming der dischge- nopten). Nadat de heer Ridder van R,ap~ pard een dronk gewijd had aan de ver tegenwoordigers van den Franschen land bouw en een dezer heeren op den bloei van den Nederl an dschen landbouw had gedronken, was het woord aan dien mi nister van landbouw. Minister v. IJ s is e 1 s t e i n zei in zijn antwoord ook minister'van nijverheid en handel te zijn en als zoodanig; heeft liij; pok de scheepvaart onder zich. En daar bij is hij vaak getroffen door de aan" vangswoorden der cognossementen: „Ik, naast God, meester van mijn schip". Zpo denkt de bper: „Ik, naast God, meester van mijn bedrijf'. Beide vertrouwen dhs op Gtod en dat is goed gezien. Maar zij eischen opk vrijheid en dat is te waar- deeren. Niemand meer als spreker zelf heeft zich geërgerd aan de bepalingpn, die moesten worden gemaakt, hij' zelf voelde dit als Zeeuw en als Nederlander. Van hem zijn dan ook geen maatrp- jgele n meer te wachtten, die hetland bouwbedrijf aanbanden leggen (Daverend applaus). Spr .wees erop dat het qojngres nim mer finantiëelen steun van het Rijk heeft gehad, dit is goed:, men mpet met eigen kracht werken en in deze een vporbeeld nemen aan de arbeiders, die zich heel wat financieele oppjfïeringen getroosten, om z.g.n. vrijgestelden te kunnen aanstellen. Daarentegen hoprde spr. zpo, juist zeer lage cijfers en ook aan de Z. L. M. wordt slechts f 2.50 ibetaald. Men kan dpor goedje organisatie zplf de vrijheid vpor het bedrijf waar- horgen. Maar spr. wil niet langer ernstig zijn, en zegt dat er van het congres in tie 75 jaren gnopte kracht is uitgegaan, het werd wo-rdt zeer gewaardeerd en namen j II. M. de Koningin deelt) spr. mede dat de secretaris, de heer dr. A. Molhuijsen, is benoemd tot ridder in de orde van Oranje Nassau, (Luide boe- poetst warden, maar verder kon ik toch niets ontdekken, dat niet in orde was. Ze waren bruin, dat is waar, en ik be dacht me, dat een Duitscber uit dé buurt van een stad zijn smaak vopr schoeisel meeslalr egelt naar den kalender en dat bruine schoenen in Duitschland zelden gedragen worden na 1 September. Onze extra-trein kwam binnen... een locpniotief met tender, een bagagewagen, een enkel passagiersrijtuig en een wagen voor het dienstpersoneel. De stationschef deed ons iop plechtige wijze uitgeleid# en de conducteur hielp mij in den wa gon te slappe n. Het was een luxe-wagon, waarin ik m'ij bevond, met gemakkelijke armstoelen en kleine tafeltjes, Een van de oppassers dekte de tafel vpor de lunch, en daar werd ions al gauw een maal opgediend', dal, behalve wat het onvermijdplijke „Kriegsbrol" betrof, weinig sporen ver toonde van de gestrengheid.' van de En- gelsche blokkade. Maar langzamerhand drong het ten vlolle tot mij1 door, dat lom een pi andere onbekende reden, geen moeite werd gespaard m'ij eer aan te doen, dus waarschijnlijk waren deze gerechten ppk iets buitengewoons. Mijn metgezel was een ppgewekle, amu sante kerel, een typische vertegenwpor- diger van zijn soort. Hij had een jaar bij de cavalerie aan het front in het Opsten gediend, was ernstig gewond en was nu nu toegevoegd aan den generalen stai j te Berlijn, in een positie, die, naar heli mij toescheen, meer decoratief dan ver- antwoordelijk was, want behalve wat hij geleerd had op den veldtocht, dien hij zelf had meegemaakt, scheen hij bui- tengewppn weinig te weten van de ver dere ontwikkeling der militaire toestan den. Zijn onbekendheid met den toestand op het Westfront was volkomen. Hij zat (stikvol van de 'Onmogelijke verhalen over de Engelschen. Hij verzekerde mij bij voorbeeld, op gezag van een vriend, die ze gezien had, dat Japanners met dfc Engelschen in Frankrijk vochten, ge kleed als Scbotsche Hooglanders;zijn vriend had deze Aziatische Schotten Ja- pansch hoeren spreken, verzekerde hij'. Ik dacht aan de Keltisch sprekend# ba taljons van Kamerun en kon nauwelijks een glimlach onderdrukken. De jonge won Boden had een voorna me minachting vopr de officieren van de veel gesmade en niet in tel zijtodé infanterie, die in garnizoenen lagen in Goch, hel grensstation, dat wij juist had den verlaten. Het had d|aor dat zorgde hij wel m'ij te vertellen vier dagen in hopelpoze verveling doorgebracht met op mij té wachten. „Natuurlijk, in oorlogstijd vormen we één leger van al die mppiï'gfceid meer," merkt hij pp imet de grootste oprechtheid,, „maar geen van die kerels in Go#h was geschikt gezelschap voor een cavalerie- lOtfficier. Het was een saaie bende. Ik wou niet in de buurt van de spoieteit komen.. Op een avond ontmioette ik een paar van hen in het hotel. Toen wist ik a lgenoeg. Np la bene, er Was er miaar één, die iets van Berlijn afwist; dat was die manke. Nu, er is één ding, dat wij bij de cavalerie leeren Maai" ik luisterde al niet meer naar hem.. In zijn luk-raak gebabbel bad de jonge mian een wpord gebruikt, dat een .snaar in mijn brein aan het trillen bracht. Hij had den manke met een Duitsch woprd „der Stelze" genoemd. Als bij tapverslag zag ik weer voor mij dal topneel in de vuile slaapkamer in het „Vos in 't Tuintje" de kaars en die griezelige vrpuw, die 'riep: „Der Stelze" heeft macht, hij heeft gezag, hjij kan de menschen maken en breken! Er i zijn soms [onverklaarbare leemten In iemands geest. Dit woord was uit mijn Duitsche wpplrdenschat geglipt. Ik had het niet herkend, tot dat deze jpnge man het in een verband had gebruikt, waar mee ik vertrouwd was en nu kwam hel plotseling terug en bracht mij' het beeld van de slechtverlichte kamer vopr den geest en opk een ander een zwaar, massiefgebouwd man niet een «tanker, onheilspellend uiterlijk, die met zijn klompvoet achter Karl den kellner aan hinkte op het perron in Rotterdam. Daarom dus had de jonge luitenant naarnaar mijn voeten gekeken, toon wij door liet station in Goch liepen. Dé hode, dien hij rnjoest ontmoeten dengene, die he t document bij' zich had, h® man van macht en gezag, had een klompvoet en dat was ik! F PDMB V«rw*B#

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1921 | | pagina 5