FEUILLETON,
FABRIEKSBODE.
Woensdag 27 April 1921, no 98
i J^C-i £-};nr>««3M---\- ay s -^-^y^.vcJv»^v y-1»-^-; t>f -,1
8UÏ08BSEI
YAJf J
VAN
Binnenland,
DE RAADSVERKIEZINGEN
AMSTERDAM.
IN
Mel het lOiOg op de heden te houden
verkiezingen van den raad. van: hjet ver-
groole Amsterdam laten we hier de sar
menstelling volgen van den raad, zooals
die sedert de viorige verkiezingen van
1919 was:
Van een toitaal aantal van 45 leden had
den:
de S. D. A. P. 13 leden;
de Kathjolieken 7 leden;
de Communisten 6 leden;
de Vrijz. Democraten 4 leden;
de Lih. Unie 3 leden;
de Vrije Lib. 3 leden;
de Anti-Rev. 3 leden;
de Chr. Hist. 2 leden;
de Eclon. Bond 1 lid;
de Midfdenstandsp. 1 lid;
de Neutrale partij1 1 lid;
de Spie. Partij 1 lid.
De S. D. A. P. zag haar positie van
sterkste partij1 erkend in 't feit dat zij1 2
van de zes wethouderszetels bezette ,n.l.
door de heeren Wibaut en De Miranda,
die echter juist vóór den verkiezingsstrijd
bedankten wegens de straffing van de 8
Jimi-stakers.
Voorts was één wethiouderszetel toege
kend aan: de Katholieken (Wierdels); dp
Vrij'z. Democraten (Abrahams)de Lib.
Unie (Den Hertog); de Anti-Rev. .(De
Vlugt).
Zooals we reeds meldden, staat de
heer Den Hertog niet op de lijst van denj
Vrijheidsbond. Hij1 komt met een afzon
derlijke lijst uit. Aanleiding daartoe was
het feit, dat de heer De Hertog de voort-
dracht voor een gemeentelijk melkbedrijB
gesteund had, welk plan door den Vrij
heidsbond wordt bestreden.
Ook de .Neutrale Partij', vertegenwoor
digd 'door den hjeer Weiss, komt met een
afzonderlijke lijst uit.
De uitslag zal wel niet spoedig bekend
zijn. Er zijn niet minder, dan 334 stem-
bureaux. En als van al die stembureaux
de uitslag bekend is, moet berekend wor
den volgens het stelsel van E. V., hoe
de verdeeling der zetels zal zijn.
DE KAMERCLUB VAN DEN VRIJHEIDS
BOND.
De Tweede Kamerleden der bijl den Vrijt-
hpidsbond aangesloten partijen hebben
zich, als Kamerclub geconstitueerd. Tot
voorzitter werd gekozen mr. P. Rink,
tot plaatsvervangend voorzitter mr. M. iWL
F. Treub, tot secretaris de h(eer L. de
Groot, tot plaatsvervangend secretaris de
hper H. J. ter Hall, en tot penningmeester;
de hieer P. J. de Kan ter.
DE STANDARD: OIL EN DJAMBI.
De Standard Oil Company hjeeft het
volgende adres gezonden aan 'den Minister
van Koloniën en aan de Tweede Kamer:
„Het vraagstuk van de ontwikkeling
der petroleumrijkdommcn is heden Len
dage van vitaal belang voor alle landen,
en neemt de ernstige aandacht der ge-
heele wereld in beslag.
De Nederlandsche koloniën verkeeren
Roman naar het Bpgelsch:
van BOOTH TARKINGTON,
29).
„Ik ook niet," zei BibbS. ,Even voor
dat de schemering inviel, bemerkte ik,
dat de lucht bewolkter was' dan ge
woonlijk en de wind uit het Zuid-Wes
ten kwam. t Zou mij niet verwondelren
ats het morgen regende."
Hij scheen te voelen, dat hij een con
versatie op touw hpd gezet die de ande
re partij de aangename verplichting op
legde jippr voort te zetten en hij zat te
waohjten, eerst zijd zuster aankijkend, toen
in de gelukkige ormstarndigheiddat zij in
haar gewesten onmetelijke rijkdommen
bevatten, ip. het bizonder de in Djamlbi
aanwezige olievelden.
De Standard Oil Company, een Ameri-
kaansche naamlooze vennootschap, neemt
de vrijheid te verzoeken, haar in de ge
legenheid te stellen, te inogjen deelnemen
aan de onteigening dezer Djambi-velden,
omtrent welker toewijzing binnenkort zal
worden beslist.
In aanmerking nemende de groote uit
gewerktheid dezer Djambi-terreinen zal'
de Nederlandsche regeering1 biet ongetwij
feld niet in het belang van land en volk
achten, bij de exploitatie van dit geheel®
gebied van één enkele maatschappij af
hankelijk te zijn.
De Standard Oil Company biedt aan,
een overeenkomst aan te gaan met h|et
Nederlandsche Gouvernement, ten doel
hebbende met haar een Nederlandsche
maatschappij te vormen, welke voldoet
aan de Indische Mijnwet, en waaraan een
gelijkwaardige helft der Djambivelden
zoude zijn toe te wijzen op de basis, voor
zien in het nu bij de Tweede Kamer
aanhangige Djambi-wetsontwerp.
De Standard Oil Company is bereid de
noodige garantie te geven oei de nako
ming harer verplichtingen, alsmede de
behoorlijke ontginning van het gebied in
kwestie te verzekeren.
Wij houden er ons van overtuigd, dat
de Nederlandsche Regeering zal erken
nen, dat in. de Vereenigde Staten van!
Nocrd-Amerika, welke in het verleden
en ook nu nog de grootste olieprodu
centen ter wereld zijn, zonder eenige be
lemmering aan Nederlandsche belangheb
benden dezelfde gelegenheid hebben ge
geven om zich te interesseerjen in zooda
nige ondernemingen, als aan Amerikaan"
scbe burgers zelf werd geboden.
W|ij' meenen dan ook als Amerikaan-
,sche Maatschappij evenzoo gerechtigd te
zijn tot deelname in de ontginning der
Dj,ambi-olievelden, en zijn er van over
tuigd, dal inwilliging van ons verzoek
in het belanjg is zoowel van Nederland als
van-, de Vereenigde Staten ,en zeker zal
bijdragen tot versterking van de vriend
schappelijke banden, 'welke tusschenj
beicfe landen immer hebben bestaan."
DB. KUYPERSTTCIITING.
De Stand, vermeldt de oprichting van
de Doctor Abraham' Kuyper Stichting,
gevestigd te 's-Gravenhage.
Het doel is' de kennis van de begin
selen, die de anti-revolutionnaire partij
op staatkundig terrein belijdt, doorwe-
lenschappelijken arbeid te verdiepen, de
doorwerking eff toepassing van die be
ginselen op het gebied van het staat
kundig en maatschappelijk leven te be
vorderen en den invloed van die begin
selen onder de anti-revolutionnairen ven
Nederland in het bijzonder erl op het
geheele Nederlandsche vólk ih het al
gemeen te doen toenemen.
Zij zal dit doel trachten te bereiken
o.m. door het inrichten en 'onderhouden
van een centraal bureau met biblio
theek en leeszaal; bet openen van' de
gelegenheid vo,or daartoe geschikte we
tenschappelijke personen, om zich te
Wijden aan"*de historische en wijsgeerige
bestudeering en verklaring van 'de anti-
rev. beginselen.
De geldmiddelen van de stichting mo
gen niet worden aangewend tot rgcjht-
streekschen financieelen steun bij ver
kiezingen.
DE VROUW EN HET NOTARISAMBT.
Het hoofdbestuur der Broederschap
van Candidaal-Notarissen in Nederland en
zijn Koloniën heeft een motie aangeno
men waarin erop wordt gewezen, dat bij1
aanneming van het wetsontwerp, strek
kende tot het toelaten van vrouwen als
getuigen bij: akten, 't laatjste mogelijke
motief, dat aan de tegenwoordige wet op
voor dien avond stoelvast zou wezen. Er
was geen reden te hjopen, dat hij zou
hpengaan en Lamhorn vreesde een gek
figuur te zullen slaan.
„Ik wilde juist vertrekken," zei hjjj1,
opstaande.
„O neen!" ri©p Eidithi scherp.
„Ja. Goeden nacht' IjK denk diat ik
„Wat jammer", zei Bibbs hjarteiijk, den
bezoeker naar de voordeur begeleidend,
terwijl Edith, vopr zich uit bleef staan
staren, toen de beide anderen in de hlall
verdwenen. Zij hjoorde Bibbs Lamhorn
aanbieden hiem met zijn overjas te hel
pen en de laatste die hjulp ©enigszins
kortaf weigeren en op deze voorbereid
selen van vertrek volgde hiet sluiten van
de buitendeur. Zij vloog de lijall in.
„Wat mankeert je?" riep zijl woedend.
„Wat heb je in den zin? Hoe durfde je
binnenkomen, terwijl je toch wist r
het notarisambt zou kunnen wtorden ont
leend om de benoembaarheid van die
vrouw tot nOtariS te betwisten, wordt
opgeheven.
Gevraagd wordt dat de regeering zich)
omtrent de benoembaarheid van de
vrouw tot notaris uitspreke en dat,
mocht de regeering de opvatting van! het
hoofdbestuur niet deelen, een voorstel
tot wijziging Van de wet op hef Notaris
ambt worde ingediend, waarbij uitdrukke
lijk wordt bepaald, dat de vrouw tjoft no
taris benoembaar zal zijn.
ONZE WEERMACHT EN DE VOLKEN
BOND.
Het Bestuur van d© Vrijzinnig-Demo
cratische Vrouwencub heeft per adres
aan de Tweede Kamer verzocht bij de
komende Grondwetsherziening de bepa
ling van art. 181, waarbij de verplichting
(tot het onderhouden van een zee- en
landmacht is vastgesteld, te doen ver
vallen. Zoolang deze bepaling in de
Grondwet voorkomt, zal dit naar de mee-
nimg van het bestuur een beletsel voor
ons land vormen, am zich bij een even
tueel internationaal besluit in de richting
van ontwapening aan te sluiten.
ZEEUWSCHE POLDER- EN WATER-
SCHAPSBOND.
In het in druk verschenen jaarverslag
over 1920 van bovengenoemden! Bond
wordt allereerst ëeh overzicht gegeven
van de ingekomen vragen en de daarop
gegeven adviezen. Zij' betroffen een elftal
kwesties, die kort worden aangeduid, met
den inhoud van het advies.
Voorts wordt vermeld de bemoeiing
van den Bond met de vereeniging van de
Anna Jacoba- en den WilleimSpplder op
St. Philipsland, en zoo mogelijk bok van
den Kramerspolder, waarvoor tusschen-
komst van het bestuur was gevraagd.
Ingevolge het besprokene op de Algei-
meene Vergadering steld© het bestuur
zich in verbinding met de commissie
voor gez. grintaankoop van den! Z. H
Bond.
Ofschjpon herhaaldelijk werd geïnfor
meerd werden door genoemde commissie
totnogtoe geen1 medeldteelingen gedaan
omtrent bereikte resultaten, zoodat de
overweging wenschelijk mag worden ge
acht te zijn of het geen aanbeveling ver
dient, dat de Bond ten deze zelf de hand
aan den ploeg slaat.
In verband met het stilzwijgen dier
commissie en naar aanleiding van een
bespreking met zekeren schipper Ver
sluis uit -Werkendam, correspondeerde
het bestuur reeds over deze aangeiegenr
hpid met de Grintmaatschappij' te Arn
hem, het eenige lichaam of althans een
der weinigen, die nog niet aangesloten
zijn bij de hiér te lande beslaande grint-
trust. De Grintmaatschappij verklaarde
zich gaarne bereid met het bestuur deze
aangelegenheid nader te bespreken.
Het bestuur ontving een schrijven van
het bestuur der Maatschappij' tot bevor
dering van Landbouw en Veeteelt in Zee
land, dat naar aanleiding van een aan
schrijving van het Koninklijk Neder-
landscli Laniöbouwcomité bij polders en
waterschappen verzocht te informeeren,
omtrent in hun gebied voorkomende ver
vuiling van het polderwater en naar maat
regelen daartegen genomen of te n©mea
Het bestuur informeerde per circulaire
bij de ploklers. In hPt naar aanleiding
der ingekomen antwoorden op 1 Sept.
1920 verzonden schrijven kon worden
geconstateerd, dat vervuiling van het pol
derwater in Zeeland niet van ernStigen
aard was en de maatregelen ertegen af
doende, jdat dus bij hfet bestuur dei in
druk was gewekt dat voor wat betreft
onze provincie, geen dringende behoefte
bestaal dat t.a.v. deze materie nader©
voorzieningen worden getroffen.
Het aantal leden steeg tot 95; dat der
buitengewone tot 34.
glimp van mij' of hij was al weg."
Edith's schaduw bewoog zich'; liaar
stem klonk bevend: „Noem jij je zelf
een man?"
„Neen, neen," antwoordde hij'. „Ik zei
„enkel een glimp". Ik maakte geen aart-
spraak op Maar haar deur werd boos)
dicht geslagen en hij wendde zicb tot
zijn mloeder.
„Daar", zei hij zuchtend. „Dit is bijna
de eerste maal in mijn leven dat ik een'
man van de daad' trachtte te zijn moeder
en ik slaagde volkomen in hetgeen ik on
dernam. Dientengevolge gevoel ik mij als
een paardendief."
Propaganda vbor den Eond wiordt ge
maakt onder de vele waterschappen en
polders in Zeeland die nog niet als lid
toetraden.
UIT DE PERS.
De reeringj en de
Plaatselijke K©enze.
In de Msb. wijst een medewerker er
op dat bij aanneming van het voforstel-
Rutgers' ook in de Eerste Kamer, het nog
niet automatisch tot wet wordt verheven.
Het moet eerst nog naar den Raad van
State, welke er zijn oordeel .oyer heeft
uit te spreken.
Het grootste struikelblok voor een ini
tiatiefvoorstel, dat de beide Kamers heeft
gepasseerd, ligjt evenwel niet bij deif
Raad van State, welke slechts kan ad-
viseeren, maar bij den Minister, die voor
de uitvoering van het ontwerp, eenmaal
wet, heeft zorg te dragen, op wie de
verantwoordelijkheid voor de wet rust,
die de wet met zijn naam heeft te onder-
teekenen.
„Alle koninklijke besluiten en beschik
kingen worden door een der hoofden
van de ministerieel© departementen men
deonderteekend", zegt artikel 77 der
Grondwet, ook die beschikking derhal
ve waarbij een wetsontwerp door den
Koning wordt bekrachtigd pf afgekon
digd.
En in artikel 2 van de wet van 22
April 1855, Stbld. 33 lezen we: De me-
de-onderteékening van Kon. besluiten of
Kon. beschikkingen wijst het Hopfd van
het Ministerieel Departemenjt aan, dat!
voor die besluiten of beschikkingen aan
sprakelijk is.
Bij aanvaarding van een voorstel van
wet door de Staten-Gener&al stelt de Ko
ning hen zoo spoedig mogelijk! in kennis
met het feit, of hij dait voorstel van
wel al dan niet goedkeurt. E,n hij doe|t
dat met de in de Grondwet vastgelegde!
formule: „De Koning bewilligt in het
\oorstel" of „De Koning houdt het voor
stel in overweging7'.
In deze woorden ligt .allerduidelijkst
liet recht besloten van de Regeering]
de Koning is onschendbaar en alleen de
hoofden der Ministerieele Departementen
zijn verantwoordelijk om een ont
werp van de Staten-Generaal naast zich
neer te leggen.
Principieel heeft zij dus het recht.
Of zij dat recht ook uitoefenen zal?
Dat hangt alleen daarvan af, of zij, of
liever de betrokken Minister, de verant
woordelijkheid, de .aansprakelijkheid er
voor dragen wil. Wil hij dat niet dan kan
geen macht hem dwingpn ,zijn overtuiging
op te offeren en djaar zijn handteekening
een handteekening welke automatisch
die des Konings meebrengt een door
de Staten-Generaal aangenomen initiajtief
voorstel tot wet te verheffen.
Daaruit kan een conflict met de Sta
ten-Generaal ontstajaii ,maar zulk een
conflict is volstrekt niet zeker. Dat hangt
geheel af van de vraag,' of de meera|erheid
der Kamer het door de Regeering of dien
betrokken Minister ter zijde gelegde wets
ontwerp van zooveel beteekenis acht,
dat zij daarvoor een ministercrisis of een
regeeringscrisis over lieeft. Wat lang niet
steeds het geval zal zijn, en in het onder
havige geval zeker niet zoo zal zijn. Geen
lid der rechterzijde dat gestemd he!ef|t
over het voorstel-Rutgers, zelfs de voor
steller zelf niet, zou Minister Aalberse
van zijn zetel willen jagen, wanneer die
uit bepaalde overwegingten de plaatselijke
keuze niet voor zijn verantwoording zou
willen nemen, of althans niet zona Is deze
in het door de Staten-Generaal aanvaarde,
voorstel-Rutgers is uitgewerkt.
Hoe de houding der Regiering ten
opzichte van het voorstel-Rutgers bij aan
vaarding door de Eerste Kamer zal zijn,
is ons niet bekend. Anders dan bij de
wet-Marchant omtrent bet vrouwenkies
recht heeft de Rejgeering zich bij dit iui"
tiatief-voorstel niet uitgelaten. We gel op-
ven evenwel voldoende duidelijk te heb
ben gemaakt, dat ril aan het voorstel-Rut
gers allerminst gebonden is, en dat z£
daarover in volle vrijheid kan bgsliweXL
.sen. Dat zij piet zonder degelijke gpondea,
aat voorstel zou afwijzen spreekt natuur
lijk! vanzelf.
Meent overigens de Regeering de ver
antwoordelijkheid voor eenig initiatief
voorstel niet Pp zich te kunnen nemen,
dan is volstrekt niet uitgesloten ,dat zij
uit deferentie 'voor de Stalten-Genjeraal
zelve bij deze een voorstel indilent, dat
de bedoeling van het dojar haar afgewe
zen voorstel zpo dicht mogelijk benadert,
KERKNIEUWS.
De ring van Christ. Jongelingsveree-
nigingen in Zeeuwisch-Vlaanderen in sa
menwerking met de Christ. Jonge!. Ver.,
op Geref. grondslag te Oostburg en
Schoondijke, hoopt 7 Juli a.s. haar 23ste
Zomerfeest te vieren te ,0 oi s t] b u r g.
Tot notabel der Ned. Herv. Gem.
te Krabbendijke werd gekozen {te
keer Jac. de Vriez© in plaats van den
heer C. Lamper, die kerkvoogd! is ge
worden.
KUNST EN WETENSCHAPPEN.
De klokken van Sluis.
Na een afwezigheid van ruim een hall
jaar heeft „Jantje" van Slu'is zijn hoog©
standplaats in een der galmgaten op ziji
Van den Stadhuistoren weer ingenomen.
De klokken van het carillon zijn weg
geweest om wat schoongemaakt te wor"
den en om er een nieuwe bij tie gieten,
en van de afwezigheid dier klokken heeft
men gebruik gjemaakt om „Jantje" wat op
te knappen en hem een nieuw pakje
aan te trekken. Nu zijn de, klokken terug
op haar plaats en „Jantje" ook. Een
paar leden van het personeel der firma
Eijsbouts te Asten hebben de klokken ge
plaatst en het carillon in orde gebracht.
•Vooral de nieuwe klok, die 185 K.G.
weegt, heeft een mooien klank. Ze draagt
tot opschrift: „Stad Sluis—1921", en dan
den naam van den gieter.
't I's te hopen, dat deze jonge goed sa
men stemmen zal met haar oude zusters
want er is groot verschil in haar leeftijd.
Er is eene van drie eeuwen ouder en
eene vian vijf eeuwen ouder dan de jong
geborene. Als zij samen haar voorspel
hebben doen hoeren, komt de .alleroudst®
en grootste aan het woord, om het uur
aan te kondigen. Dit doet ze nog mei!
heldere stem, al doet ze 't meer dan vijl
eeuwen. Deze „Victor" werd gegoten in
1395.
Als over eenige dagjen het uurwerk
geheel in orde gjebracht zal wezen, wai
ook daar de bovengenoemde firma gje-
daan wordt, zullen de inwoners van Sluis
elk kwartier aan de vluchtigheid van den
tijd herinnerd worden dpor de metalen
monden.
Ook zullen de wijzers en cijfers der
barden binnen enkel© dagen hersteld of
vernieuwd zijn, zoodat we veronderstellen'
mogen, dat dan dte juiste tijd aangegeven
S zal worden. Dit laatste liet tot nog toe
veel te wenschen over, tengevolge van
ihet sukkelen van het oude uurwerk.
Trouwen,, doior Ralph
Springer. Uitg. L. J. Veen.
Een goed verteld, zuiver gehouden vjer-
hiaaJ van een verloving met liefde van één
kant, en met koele genegenheid aan den
anderen, zonder uitzicht op meer, om
dat de herinnering aan een vroegere lief
de sterk nawerkt. Van die geschiedenis;
kL-jjgl de lezer de toenemende wanhoïop
van den jongen man, van wien de troosr
iteloosheid van die verbintenis1 steeds dui
delijker wordt, en die toch den moed nief
„Tegen mij' spreken. Ik kwam gister
avond met „opzet" in de roode kamer,"
deelde bfij haar mte©. ,,'k heb een voor,oor
deel tegen dien jongen man."
Zij lachle. „Je denkt zeker naar ik
vermioed, dat het heel wat be toekent als
jij een vooroordeel' tegen iemand hebt I"
Spottend nam zij de manieren aan van
iemand, die smeekt. „Bibbs beloof me
iom Godswil, jou invloed op papa niet)
ten nadeele van hem uit te oefenen
zij lachte luider.
ze. Je zegt dat hij haar het hof maakte
omdat jij ze hoorde kibbelen!"
„Zoo is het. Als men wenscht te wetten
wat er „tusscben menschen" bestaat, dan
kan tmen dat opmaken uit de wijze waarop
zij' kibbelen."
„Je zult me nog laten doodlachen:',
Bibbs. Waar kibbelden ziji over?"
„Over niets, daardoor wteet ik h(et, Al»
menschen over niets kibbelen, dan staat
En I hjet altijd vast
I Edith, hield opeens mei Lachen op, maai»
„Luister," zei hij bijzonder ernstig. „Ik, ging met plagen voort. „En jijl kunt hfiM
zal hel je nu vertellen omdat omdat! weten, Je hebt zelf zooveel ondervinding
ik hel met mij zelf eens ben geworden;op dat punt."
I 7 -v—"i ■Jiiuieximuiuieu, lerwj i je tuuui wiai
hipt uil hun nl0n\ 11 e:^ geveik Haar stem begaf hlaar; zij! maakte een
7^ eurl van spreken was. Edithgebaar van vvinfvde pn wanhlnoni en rende
hpnntwionrddp '"L sPrekeD was- Edith; gebaar van wtoede en wanhjoopi en rende
van vprha/'nct nie' een mengeling) snikkende de trap op'. Zij vloog naar hjaar
van verbazing en toenemende gebelgd-'-
hipid, terwijl mr. Lamhorn blijkbaar ont-
jitst was, of schóón Bibbs zop: kiesc.li
mogelijk was geweest door pet weer als
een pn^ywerp aan de l^nd te doem
Bibbs had ontdekt, 'dat Lamhorn zijn ge-
fiacJhffm Diruvif DVPT «wiiA», 1
moeders kamer en toen Bibbs een paar
minuten tater boven kwam, trof hjj' mrs.
Sheridan bij zijn cLeur aan.
„O, Bibbs, zei ze haar hoofd droevig
schuddend,je had je zuster niet zoo'n
verdriet Imoeten
i - iijn ge- veruriei moeien doen. Zii zegt. dati iif
da en nooit over tets anders lief gaan dien jongen man letterlijk hot huis uitj-
dan over ,£tersonen" - kon over geen! gedreven hebt. Je had kiesaber moeten
menschpn praten en p(et hjof maken. Bibbs rijn.
beliepM wenscjhjende te zijln, bood! het
weer aan.
Lamhjorn ging er niet op in en maakte
Bibbs glimlacht flauw toen hij' opmerk
te, dat Ediths deur open stpnd en Edith's
schaduw over den drempel viel. „Ja,"
ft Bibbs bebjageiijke houding in den lee- zei hij. „Hij schyht niet veel portuur te
en stoel .op dat die halfwijze broederzijn voor een man. Hij kreeg maar een
„Je hpbt haar befeedigd," zei zij kla-| dal ik ook tot de familie behoor." En] „Ik heb niet de minste ondervinding,
gend. „Je moet te ruw'te werk gegaan; daarop, alsof de ernst te zwaar voor hem i Edith," zei hij. „Ik heb zoolang ik leef
zijn, Bibbs." j werd. pm dien langer te dragen, gingeven veel ondervinding gehpd als een kui-
hiïi oTi 7iiTi OTvwonen toon voort Ik ben ken dat kunstmatiff wordt uiIcc,broed
Hij keek met een bleek gelaat op hlaar' hij ®p zijn gewonen toon voort: „Ik ben
neer. „Dat is mijn ongeluk, moeder," dronken van macht, Edith."
Wat heb je me dan te vertellen
vfSèg zij bruusk.
„Lamhorn maakt Sibyl het hof."
mompelde hjij. „Ik ben een onhandige
domme vent 'k hpb ruwe manieren en'
ben een ruw rnaii."
Ditmaal bemerkte zij dat h(ij met al
zijn vreemdheid toch wel over zich zelf
nadacht. „Zwijg met je nonsens!" zei zij
gjoedbprtig, terwijl een zweem' van een
droevigeng limladh om haar mond ver
scheen. „Ga naai- bed."
Hij kuste hp,ar en gehoorzjaiamde.
Edith begroette hem koel den volgen-
Edith schreeuwde: „Zij deed het hem.
ken dat kunstmatig wordt; uitgebroed!.
Maar ik zie door het glas van het broed-
toestel heen.."
„Welnu," zei ze, „als je door htet glas
heen ziet dan moet je ook het effect we
ten, .dat zoo'n malligheid .op mij moet
En omdat jij laatst die ruzie tusdten ons'maken!"
toevallig hebt gehoord toen ik haar daar-! Zij stond blijkbaar geagiteerd op. „Wat
van beschuldigde en iets dergelijks later, dan nog als het waar was?,, vroeg zij
tegen jou zei bitter. „Wat dan nog als w.as "t honderd-
„Neen", zei lifj! ernstig. „Ik weet het".:pia.al waar? Je zit daar met je sullig
„Hoe dan?" gezicht op het punt haW om te giggelen.
„Ik was djaar op zekeren dag, een weeken half oni te grienen en doet me ver
geleden met Riosooe en ik hoorde Sibyl - halen van Sibyl, die Lamhorn naloopt
en Lamhorn jen htem ten dooide toe plaagt, en
den miorgen aan het ontbijt. I Edith schaterde van lachen. „Jij was) denkt dat mij dat ietlg kan schelen? In-
de Lamhorn het* dien ik alles at eens wist van bjun ge-
„Je möet dat niet doen ondier een mis-met Roscoe en jij' hoorde - r-
verstand," waarschuwde hij haar, toen zijjhoj aan Sibyl maken"! jkibbelAls ik e©ns begreep waarom
alleen in de eetkamer Waren. i „Neen,, ik hoorde ze kibbelen!" jzij
„Doen wat onder een wat?" „J« beni dwazer dan .ooit, Bibbsriep(Wiordt vervolgd.)
