Wisselkoers op 'het buitenland tot 10 maal zijn vroegere hoogte gerezen, dan is de toestand voor de Duitsche export-indus trie ongewijzigd gebleven. De productie kost haar 10 ma|al taéer marken dan vroe ger en de prijs voor het product in het buitenland 4 te 'bedingen vertegenwoor digt cok 10 maal zooveel marken als voorheen. De stijgende vgisselkoers op zich zelf houdt dus nog niet in' een uft- voerpremie. Deze ontstaat eerst-, wanneer de waar de van de munteenheid in het buitenland' meer gedaald is dan binnenslands. Is de waarde van de mark in het buitenland nog slechts één tiende van vroeger, terwijl de mark in Duitschland slechts vier vijfde Van haar oorspronkelijke waar de heeft ingeboet, dan zal zich de Duit sche exporteur in gunstiger positie be vinden. Het koimt er dus voor de Duitsclie export-industrie niet op aan hoe luoog ,dc. mark in het buitenland staat. Het is er haar slecht- aan g|ele|g|en, dat de depre ciatie van de mark in het buitenland aan de waardedaling v,ah dp mark! bin nenslands vóór bl ij ft. Zoo ook ten onzent: de depreciatie van onzen gulden tegenover den dollar opent aan onze industrie geejnerlei meerj derie export-mogelijkheid. Daarvan zou sléchts sprake izijh, indien di© depreciatie o> tri rol' de vermindering van de koop kracht van onzen gulden hier te lande. Hieruit zijn twee gewichtige conclusies te Wekken Do eerste luidt, dat, willen wij onze expo'Tr ij verheid (steunen, wij moeten tra er! en de koopkracht van onzen gulden binnensland te verhoogen, teneinde de/ productiekosten te verlagen. Zooal's be- 1eü,d, bengt de waarde van onz'en utcl i biftnens and'- af van de verhouding van aë boeveelheid hier te lénde circu-, leerend ruilmiddel (in den ruimsten zin) iet d o behoefte aan dat ruilmiddel', inper king vin de boeveelheid circutatiehnddc- leii is das geboden. De tweede conclusie is ook niet z'6n- dér belang Zij luidt, dat verbetering «an cr.ie wisselkoersen zonder akarm^de gep ard gaande verhooging van de --vaar de van -dén gulden hier te lanae onze export-industrie zal belemmeren en dus een - verbetering van onze handelsbalans zal vertragen. Hiermede is dus' het slui ten van een valuta-lteiehing in Ainerik, om nzen wisselkoers pp dat and te verbeteren, veroordeeld. Daardoor tpieli wr rót dc koopkracht van den gulden binnenslands niet verhoogd. —r«rurwMaamwsaBaBw—as KUNST EN WETENSCHAPPEN. Het eerst A bonne nilepts- C onoer t alhier van Impresario Felix Augustin in dit seizoen 'in de Concert en Gehoor zaal op Dinsdag ,9 'November zal een kamermuziek-avond '$Tjn, te geven door het ook hier - ter slede zoo enthou siast gevierde Budapsster strijkkwar-' tót (Hauser, Pogany, Ipolyi, Son). Het Vaderland schreef over 'dit "ensemble: „Ik heb de heeren biet stijgende be wondering aangeboord. Dit viertal*,geeft in het edelst genre van intieme mu ziekbeoefening, dat 'er is, ais van' net beste, dat men zich "denken kan. Deze raslui zijn aristrocraten van den geest, Daarbij hebben ze al het lechniscli/e schit terend onder de knie, en de liomogeniieiti kan niet blet,er.( Deze is waarlijk de inti miteit zelve en wel 'zoo zuiver, ÏJi alle nuances, van het echte kwarfetiidioom als lii maar zelden gehoord heb." Hn De Nieuwe Courant: „Het Boedapester strijk kwartet staat niet -alleen op gelijke hoog te met de groote strijkkwartetten, die wij' hier hoorden „spelen, het neemt on der hen een allereerste plaats' 'in. Zulk samenspel', zulk sober en 'innig muzikaal Tüusiceeren, is nog aTtijd een heel groote zeldzaamheid." Louis Bouwm'eesterfonds. Er heeft zich een coriihiissie gevormd idie zich ten doel stelt Ier herinnering Het water Is nat en heeft geen balken!" En het fijne stemmetje, dat haar zoo tot. in liet kart ontroerde, zei weer: „Mijn God! Goede vrouw dat weet ik. En ik heb Wel alles overwogen, maar het kan niet andersIk zou er oerk al lang geweest zijn, als uW zoon mij niet voor krankzinnig had gehouden en. hier heen had gebracht, in plaats van naar het meer, zooals ik hem toch gesmeekt' had. Dat alles zou niet noodig geweest zijn als ik „mijn "voet biet verzwikt had toen ik van huis wegliep". ,.f De oude vrouw moest ê'ven wachten voor zij kon antwbiorj&en, want zij had zich eerst moeten vermannen tegen iets, dat haar naar de ooigen was ge stegen. „Welzoo, meisje! Nu, als je niet an ders kunt dan zal ik je biet tegen hou den, maar ik', oude vrouw kan je loeh niet met mijn zwakke armen naar liel tneer dragen, dus zal je 'bij mij' zoo lang moeten wachten, Totdat je voet weer gezond is. Dan kén' je heel alleen zonider hulp in 'liet water gaan of weer naai' huis, zooals je 'dan besloten bent!" Het jonge meisje schudde het hoofd, \Vunl zij begreep de medelijdende' spot in de woorden der oude Vrouw1 niet, al lag er ook een klank van een zacht opkomend dieper gevoel in. „Naar huis? Neen goede vrouw*, dat kan geen ménsch van ïmj verlangen. Daar zijn' vader en moeder en Daniël aan dc 60-jarige tooneelloopfaaan van Louis Bouwmeester een fonds te stichten. Met hem tzelf zal overlegd worden op welke wijze het voor hem en zijn kleine dochter jjn de laatste jaren van zijn kunstenaarsloopbaan gebruikt kan wor den. - Penningmeester is Simon Maris, Kei zersgracht 498, Amjsterdam'. o 'fiepefo-rmeerden pp het to Oineel. Tegtenover tie vele verontwaardigde ver oordeelingen van het tooneel diaor Gere formeerden, doet het buitengewoon ei genaardig! aan. dat bij' de viering van het veertigjarig- bestaan der Vrije Universiteit, de studenten niet slechts een Jooneelstjuk opvoerden, maar daarvoor gekozen had den „De tante van Charley", een klucht, die dan tpch zeker gespeend is van alles wat nog een leerzame strekking! zou kun nen hebben, laat staan een godsdiiensftigé. Van die uil voering' wiordt in het Stu dentenweekblad Minerva een verslag (ge schreven dtopr den student II. J. Pojs', dfte verzekert, djat alle aanwezigen zich kos telijk hebben geamuseerd. Een jon|g[- mensch Co lijn was hoogst verdienstelijk als de tante en de meisjes, speelden vlot en ongedwongen. De heer Pos gelooft nochthans niet, dat de keuze (van De Tan te), „onverdeelde instemming gevonden heeft." Doch „dit staat in alle geval nu wel vast, .voor wie 't nog niet weten mocht, dat de Gere formeerden nliët zoo 'K ulturfeindlich zijn, dat ze bij ,;'n huiselijk feest", zooals dit Lustrum bovenal was*, het t-oomeelspel ui,t den boo ze zonden achten." Onder Kerknieuws wordt er in de N. R. Crt. op igtewezen, diat bij' de bijha ge- lijktijBiijge viering van het 50-jarig be- slaan van den Ned. Prof. Bond, ook' een 1 topneelstulk werd -opigevoerd, maar een heel lander, nl. het Bijbelsch treurspel „Siaul" van prof. Knappert. o— C. Si. Adama van Schellenia, „De Keerende Kudde". ;Wi. L. en J Brusse's Uitg. 'MijL Rotterdam, 1920. Brusse bracht ons weer een niipuw bundeltje van Adama van Scheltema: „De Keerende Kudde", verzen en illusies, die, als te avond de schapenkudde naar dje kooi, heengaan, illusies van dit leven Van hoop, geloof en liefde en noem én macht. Gestalten, die mij zachtkens gaat begeven; Gij igjaat als ziji, want spoedig komt de nacht. Die al wat ik gedacht heb en bedreven, Héénvaagt als' ééne hul pel-ooze klacht! Venit Hesperus, ite capellae! De avond valt, vlucht Vroolijke kapellen, i® het motto,. Maar de bundel is niet eeh reeks verzen van avondlijke of herfstige som berheid. Wiant al is in Schemerliedje de zucht: Mijn mond is moe van zingen, Mijn hart van hoogmoed vrij Al 's levens mOp|i|e dingen Gaftn zacht en vroom voorbij", zo,o i|S ei' in Wijn tier toch de méér dan ibej- ru-slende blijheid Wa|© igebloeid heeft en gedragen, Houdt herdenking tot -genoot Hij heeft God nipt meer te vragen D-an den stillen dood. Adama van Scheltema is een der héél weinige dichters onder de zéér vele ver zenmakers in de Nederlaifdsche -littera tuur, die iets wezenlijks te zeggen heeft, en die dat zeggen kan. Dit bundeltje bewijst het weer een keer te meer. Wie verzen van Adama van Scheltema kent, weet dat ze gteen beteren lof kunnen dragen, dan de naam van hun maker. o „G1 o rian t". Hel -oude handschrift dat ons de merk waardige middieleeuwsche „abele spelen" bewaarde, waarvan de „Lanseloet" en de „Esmoreit"'tegenwoordig populair zijn, bevatte -ook: „Een abel spel ende edel dine van dén Hertogiie van Bruyswijc, hoe hi wert minnende des lioe'dfelioens Boa,dan, die hi-etmij- wil trouwen! Daar om smeek ik u dringend, laat mij' hier op1 deihaardbank liggen tot m'ijli voet een beetje beter wordt, dan zal ik die paar slappen naar het meer wél kunnen 'doen'." Nu meende de oude vrouw veel te kunnen raden van 'hetgeen gebeurd was, maar zij weerhield zich pijnlijke vragen te doen. Zij nam het jonge meisje on der den arm en braclit haai' onder liet voorwendsel dat de verstuikte voet -op de harde bank niet beter zou Worden, naar de Izbéka achter den breeden haard waar het groote bed niet den he mel al "opgemaakt was. Daar hielp zij' haai' met het uijtkleefclen, legde 'haar zacht op de weeke kussens, en terwijl zij in dc groote kast naar oud linnen zocht, kon zij- niet laten te denken, dat zoo'ii lief klein meisje een j-ongën' man wel bevallen moest. Zij zag er dit als een madonnabeeld uit de katholieke kérk, zooals zij daar met haai' bruine ge zichtje op de witte kussèns lag, er als zij', oude vrouw, daar behagen in had dan kén men het een jongen van van twintig jaar toch niet kwalijk ne men, als hij hetzelfde deed! Het was natuurlijk onzin en bijna een misdaad om zich daar verder in te verdiepen, maar zij moest er zich toch met kracht tegen verweren, want het gevoel, dat in deze ontmoeting een vingerwijzing Gods lag, kwam telkens weer bij 'haar dochter van Abelant", meestal naar den naam van den hoofdpersoon kortweg „Gio-riant" genoemd. Waarom ;dit werk minder opgang maak te idan de twee eerstgenoemdje is veierj niet duidelijk. Maar nu een tooneel,ge zel Schap dezen winter ook de Gloriant op ide .planken wil brengen, is er ook ten opzichte van een afzonderlijk© uit gave verbetering gekomen, want de „Zon nebloem"-uitgevers Mij. heeft het —we derom in een alleraardigst kaftje en fraai gedrukt in haar serie opgenomen, met inleiding en van -aanteekeningen voorzien door R. J. Spitz. Deze prijst in „zijn inleiding vooral het geestige van "den Gloriant ,een waardevol overblijfsel van middeleeuwsche volkskunst, aardig en psycholo-gisch-raak in opzet, en vlot en pittig v-an dialoog. De tekst i,s vioprzien v,an verklarende noten. B o e f j 0, door M. J. Brusse Een 14dë drulk'! 'Hét ijs iln oil's' land onge kend. En dat nog wel van journalistiek! werk. Over den inhoud behoeven we niets te zie;g|g|en. V,ah! dit hoek' zij1 gemeld, dat de Ujtgever (Wi L. en J Brusse's: Uiftg). Mij.) er een smakelijk geheel van maakte, met bandteekënittg' en illustraties van H. Meijer. LANDBOUW; H oo'f d best uur s ver ga de r jLng Z. L. M. In het Landbouwhuis te Goes had Don derdagmorgen plaats dé reeds kort ver melde ho ofdbes 1 u nrs vergade ri ragt van de Z. L. M De ïOiOi'ziter, de heer mr. P. Diele- mian, (Middelburg) wenschte daarna den secretaris, den heer Ti. B. E Kielstra ge- geluk met zijn eerste lustrum en b-ood hem namens het hoofdbestuur een fraai bloemstuk aan. De heer Kie 1 str,a dankte met eenige welgekozen woorden en hóópte nog tan ige jaren werkzaam te kunnien zijn in het belang1 van den landbouw. I nge k!. S,t ukken. Ingekomen was een schrijven van n-o- tariis' Pilaar te Goes, waarin wordt mfede)- ged-eeld, dat de tariefkwestie op de eerst volgende- vergadering van notarissen zal worden besproken. De voorz. stelde voor te antwoor den, dat men er op staat, d'at met 1 De cember het nieuwe tarief in werkihg zal treden. Besloten werd om de verdere onder handelingen met de notarissen aan hej D,a,g. bestuur over te laten. De aftredende leden van de commissie voor de keuring van gewassen' te velde werden'herkozen, nl. de heeren W. Kake- iieeke, D. W. Lindenbergh ein' I P- v- d-S Weele. Aangenomen werd het vo-oi'stel van den voorzitter, -om een deputatie te zen den naar een vergadering, die opi initiatief van de Ned. Ver. van Akkerbouwers te Utrecht zal worden gehouden, (26 Nov.) teneinde te klomlein tot de oprichjtilpg van een Nationalen Werkigleversbond in het Landbouwbedrijf. De voorzitter deelde mede, dat iu dé commissie inzake het landbouwonderwijs door bet Dag. Bestuur zijn benoemd de beleren mr. P. Dieleman, vpo-rzJ. A, R(i|sseeuw (Oostburg), J. Weeda, (St. Lau rens), |Wi. A. de! Viiieze (Dreischor), J Mol, (Wolphaarlsdijki), J. II. Hagë, (Scher- penisse), die bun benoeming hebben aan genomen en H. Kpelemans te Terne uzeji, ien J. G. v d. Linde (Kortgene). •T acht w e t Hierna namen de besprekingen over de jachtwet een aanvang. Mr. P. Dieleman besprak de his torische wonling' der jachtwet. In 1814 kregen wij onze eerst©, jachtwet- De hui dige dateert van 1857 en is van Thor- becke, echter werd d© wet slecht djoor dé aanneming 'van 70 amendementen. In 1904 kwam er een staatscommissie, aMBawan«seatsg-i op. Toen zij koud water uit de bron had gehaald en een omslag om den dik gezwollen voet had gelegd, kon zij zich niet Weex'houden, zacht over het donkóre kopje te strijken, dat daar zoo mat en m'oeldeloos in liet kussen lag, Zij'had ge hoopt dat de „klcpie (het niet zou mérken, want haar oogen waren gesloten, maar zij greep naar haar hand', drukte er haai' lippen op en begon hartverscheu rend te schreien. „O God. lieve vrouw, hoe komt het toch dal u zoo g,oed 'voor mij'"isGe loof mij, Jan en ik', wij'konden het niet helpen, dat wijeik aar gekust hebben; hij zekér niet, want hij wist ïiiet wie jk Was. Dus heb ik alleen de "schuld maar, omdat ik toch sterven wilde, "dacht ik dat het geen zonde was en jk heb het! geduld. Ik Wilde toch nog iets hebben van mijn arm beetje leven, nietwaar? Ik had vroeger al steeds! aan hein! moe ten - denken u weet het Wel, om* mijn vader. Dus was ik toen ook niet bops op hem, omdat hij mij voor AValdmar hield en mij kuste, terwijl hij zeide, !dat hij zfch móest haasten, vóór, ik in een oude vrouw veranderde. Ik dééd alsof ik hem uitschold', want het is toch zonneklaar, dat Wijrbeiden niet voor eikaal' mógen zijn." .•'Éi zoo, zei vrouw Ba-ginsky, hebben jullie elkaar al vroeger oritmoetL?" Het jonge meisje richtte zich op van het kussen. Wélke een systeem wilde invoeren, d(a(j brak niet het - grondeigendemsrecht. Bij het nieuwe wetsontwerp is dit stelsel behouden ,dat voortvloeit uit art. 641 G. W. i De eerste vraa-g die besproken moet worden is of inderdaad het igrondeigen- domsjachtrechtsteisel moet bewaard blij ven. De heer Jac. W.elleman Krabben- lelijke .zeide djat reeds in 1910 dit .onder werp door een commissie uit de Z. L. Ml. ernstig is besproken. Een lijvig rapport was het resultaat. De conclusie van spr. is nog dezelfdfe als djie van de rapporteurs van 10 jaar geleden. Wanneer er een jachtrecht zal zijn, dan moet dit zijn ge bonden aan den grond en bij verhuring rechtshalve op den gebruiker overgaan. De voorzitter zeide dpt het <l;oel van het ontwerp is1, een' mia,tigen welstand te behouden. Is dit in het voordeel van den landbouw? Wanneer het doodingsrecht ook voior den verbruiker wordt ingevoerd, zal men geen mati(gen wildstand' behoud.en. De heer S. J. Gast Duivendijke, zeide dal men hier zit om de belangen van iden landbouw te behartigen en niet van -de jacht. Wanneer volgens het ontwerp een jachtaktef 75 zal kosten, kan de kleine gebruiker deze niet betalen. Spr. wilde het jachtrecht zoo goedkoop moge lijk v-oor iederen verbruiker. De heer G. Vogelvanger, Hulst, was het niet eens met den vorig'en spr. Er zal .geen h-aas -overblijven wanneer geschiedt wat de heer Gast wil. De voorzitter stelde zich de vraag of hel niet mogelijk zou zijn, dat het wild behouden zou blijven zonder i'/en land bouw te schaden, kan er geen wettelijke regeling' tot stand komen waarbij de schade wordt vergoed? De heer P. Mei is, Oostk-apelle, meen de dat dp schade niet kan worden gecon stateerd. Spr. wilde geen jachtact©, geen open en gesloten jacht. De heer A. C. de Oude, Zierikzee, meende ,dat die opfokking van het wild aanmerkelijk meer kost. dan het voordeel dat het voor handelaren en bontwerkers! oplevert. Die heer F. P. P-ol derd ij k te N .en St. Joiosland vond dat men' niet in uiter sten moest vervallen. Bij het pachten van terrein-cn is men toch vrij' -om dit al of nijei te dóen? De heer Pli. J. van Dixh/oprn ver dedigde de ft- telling', djat het jachtrechfi niet aan derden moet kunnen worden oivepgfedragien, tenzij met gjoedkeuriWg van den pachter. De heer J a, c, Wi e 1 1 e m a n wees er op, dat de pachter niét gelijkwaardig) staét tegenover den verpachter. Dei sjtrijd om 't bestaan dwingt den pachter. In deze vergaderinlg spreken de jachtliefhebbers tegen de niet-j,a,chtliefhebbers. De heer P. M e-lii -si kalagde oiver het kunstmatig kweeken van fazanten. Dé heer J. A. S, n ij de r, Bergen o-pi (ki'ing Tholen), vroelg wie of! over den matigen welstand1 zou moeten oordeelen. Gestemd werd over het principe pf men vop-r of tégen een' beperkten wild stand is (met verg|oedin!g| der wild-schadfe). Er waren 15 stemmen teigten', 12 vopr. Ui-tgesprofcen werd' het po-rdeel, dat het grondeig|endiom!s'stelïsël in de jachtwet moét worden vastgelegd. Hiennt. kwam' de- vraag aan de orde of het jachtrecht bij' verpachting pver mpet gaan van den verpachter op den pachter. Déze vraag' werd bevestigend beant woord. Er waren 22 stenünen voor en 5 tegen. Vervolgens werden enkele onderdeelen der wet behandeld. De heer Jac. W,eIleman was! van oordeel, dat door het k|onijn tot wildt te verklaren, de strijd tégen het kobijin wordt belemmerd. Bij stemming sprak' men zich met 20— 7 stemmen légen het wetsontwerp en voor de meening Wellemain uit. De heer J. A. Snijders' vroeg1 of niet in de wet zou kunnen worden opgenomen,- „Ja zeker, goéde vrouw, denzelfden dag toen hij naar u ging. Toen had ik met hem te doen in zijn zwarte jasje, omdat ili toch wist dat al zijn smeëken hem bij u niets zou helpen. Ik 'wist bet allang dat de oude Bogjdlan u geheel en .al in zijn macht had, want Daniël is zoo dom als boonenstpop en hij' heeft ons alles verteld hoe slim zijh vader het bij u aanlegde om de Broekhoeve, te verkoopen. Ik durfde er Jan niets van te zeggen, want ziet H, Dahiël Bogdan Wil met mij trouwen en moeder heeft mij altijd ingeprent, dat deze partij ons laatste redmiddel was, als vader eens voorgoed de oogén zou si liftten!" Dé pude vrouw hijef het hoofd op, alsof zij iets wilde zeggen, maar zij 'be(clWong, zich, otn het jonge meisje In haar vertrouwelijk ontboezeming niet te stuiten. Het ergerde- haar toch zeer, (dat deze rijk geworden d'aglooner zich verbeeldde dat zij1 slechts eén werktujg üi zijh hand was voor 'zijh eerzuchtige plannen Klein Lceutje veegde de tranen uit haar oogen en ging voort met haar arm' hart uit té storlen', af en fio© om'- aei'hroken door een diepe snik. v.Ja ziet u„ toen h<jb ik gezwegpn, want nu vader bijha zijn -gehe.ele ver dienste vo-or mediéijheh! verbruikt, ié er dikwijls geen geld meer m buis en dat is hef eenige kleedje, dat ik hjeb JUME—atgwueaawjagjii dat er bepaalde strekèn geen kweek-! plaatsen vopr schadelijk' wild (b.v. vóór wilde zwijnen) zullen mioigen wordfen aangelegd. Niemand verklaarde zich hierte,gjen'. De vergaderinjgt s'prak' als haar meeniö|g| uit, dat de prijzen der jachtacteo in het wetsontwerp genoemd, te hoog zijft Wenschelijk is het om onder schadelik wild ook te brengen glanzen, eenden en fa zantenVoorts zal onder de oogen' dier, regfeering gebracht worden pf het mïeji mogelijk is de eendenkooien af te schftl!- fen, en zoo- dit niet igjaait, de houders ervan laansprakelijk kunnen worden gesteld vjppB de schade binnen bepaalde grenzen dioiotr de eenden veroorzaakt. Met het afschaffen van de heerlijke jachtrechten ging 'men algemeen accoord. Mond- en klauw zeer. Besloten werd om* er. bij den minister, van Landbouw op aan te dringen, dal spoed wordt betracht bij de besrtuldiee- ring en bestrijding van het mond- en klauwzeer. Dhr. Ph. J van Bixhoorn vrp)ejj( of bet niet mogelijk zou zijn ,om vee te fokken dal immuun is voor mond- en. klauwzeer. Besloten werd de bestudee ring van deze vraag op te dragen aan dhr. Zwagerman en dhr Stehouwer. Hierna werd gepauzeerd en volgde een besloten vergadering over een schrijven van den minister inzake den landbouw raad, over het t en t o on s te l lin gjpf- terrein over een kwestie met idte N. U. M. en over leen gedeelte der begrootinjg (salarissen). Eveneens in een vergadering met geslpr ten jdeuren, werd na breedvoerige dis cussie de begrooting, zooals deze djotope het Dag. Bestuur is samengesteld, door hel Hoofdbestuiu' overgenomen, oim aan! de Alg. Vergadering te worden! aange boden. Eveneens wordt de contritmtiere^clin/fij ongewijzigd overgenomen, alleen is beph^ ten aan ide régeling! ten aanzien van grondeigenaren toe 'te voegen, dal dfe minimum-contributie f 2.50 zal bqtfcla- gen. f Naar aanleiding van een schrijven vzu* den minister van Landbouw wordt bésSo ten, dat een vergaderingi te 's-Graveuhagpi pver het instellen vahi een landbpuwraail zóu worden bijgewoond dóór den voor zif ter en den secretaris'. Omtrent de te houden provincialeten toonstelling wordt medegedeeld', dat nóg steeds geen besluit ten aahzien van hei terrem is -genomen'. Bij de rondvraag! brengen de 'neeren Leenhouts en Vah Dixhoorn de mlaatrei^ek len in ZeeuwsclüVi'aanidiaren gen oteaeiS inzake de veepest ter sprake. i Besldteii w,ordt nu te gpahi de schfajde, welke in de 300 M. stropk gélédiein! is? Cjü vergoedin.; daarvoor aan' deh Mipister ajata' te vraigjen. j i De heer Been vestijgjt de aandacht! pp het aanwenden van pogingen om! paarden; uiitgevoei-d te krtjgen naar België. Daarna sluiting1. APOTHEKEN. Morgen zullen de vóligjebldfe. apfoö^kie®.' nachtdienst hebbelö, geppeokl z^n: Middelburg: M. J. v. Pienbroeis, Vlissingen: S. J. Enge ring. Nieuwsfraak Te Goéa is Ziandag éa daaraaö vnö»-* afgaandpn nacht géopeöjd de apoöipé&i' vb® La Porte. Ai»ïHie9neiiten Op d& „MfeMelbor^scfea Gonraat" kunnen worden opgegeven enzen agent ts: Vlissingen: Bóekb!a<D^ei G. N., Jl DS VEY MESTDAGH. Goes HbeMiacdel P. A. H. PIETER MAN. Te*aeuzen: M. DE JONGE. om aan te (rekken en voor de foegrafiej- nis heb ik, God weet het, nietsi andeës dan mijn uitgegroeid aannemingskleeid; jeMoeder heeft mij' "altijd voorge praat, hoe- goed' ik' het later met Daniël zou krijgen, want ik zou mettertijd hier 'mét hem op de Broekhof komen woheö. Na den Vlag waarop Jan mij: gekust' heeft, moest ik nog' meer aan hem dén ken dan vroeger en altijd oim hem schreien, nraar ik kan toch geen echt medelijden met hem hebban, Want dtel menschen vertelden, dat hij! zijh handt tegen u had opgegeven en u zou gef- wurgd hebben als Bogdan en zijh knechts hem niet gegrepen hadden!". „Wat zeg je daar, kind?" De oude vrouw was doodsbleek' geworden en van Iden rand van het bed opgevlogen. „Maar wind u niet zoo op, lieve Dat hebben de Bogdan's uitgesitrooidj vrouw, het kan immers niet waai" zijd 1 opdat Jan voor den kantóhrechter ongeV lijk zou krijgen I Ik heb het nooit geheel kunnen ael'ooven ,maar toen Daniël Ë-ioaÉ dan het mij vertelde heb' ik zulk epn af schuw van hem' gekregen, dat ik mi| Wan hém! losrukte en wegrende tatdï$ ik ovei; den tak struikelde. Als1 die er niet geweest was, dan lag ik reeds lapjg ergens anders' en Z(>u bet u hier nipt! Zoo lastig' maken. Mapr heb ik dan geien gelijk gehad, beste vrouw, en kan de goedé God mij dit wel alk zo-nde aan rekenen?" (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1920 | | pagina 6