APOTHEKEN. Morgen zullen do volgend#» apotheken die ook de volgende week den avond- en nachtdienst hebben, geopend zijn-, iMiddelburg: J. Wi. yan de Gard|e. VJissingen: .Wed. v. Ockenburg, had:- huisstraat. Goes: Lr Pprte. 1 1 ONDERWIJS*. Fransch W]|o|p,rdenb-o,ek dioijo,r C. R. C. H erkenraih Ui tg;. J. B. Walters' U. M. De eerste druk ih 1906, de 'tweede in 1911, de derde in 1915,. en nu de vierde in 1920. Als zpjb?n levensloop! iets beteekent voor de waarde van eein boek, Wan geldt dat toch. zeker voioV een woor denboek, dat zijn nut vopral dioe£ blijken in het gebruik. Wanneer we dezen vierden dr.uk voior ions hadden g|ekregen zioinder de vojrigén te keppen, zouden we ons» niet bevoegd achten een lobrdeel uit 1© spreken pver die twee deelen met hup Verbijsterende hpeveelheid woorden en termen. Maar we weten bij' ervaring! d.ojor het gebruik van den "derden druk, dat de dictionaire van Herckeinrath bij' het raad plegen zelden in den steek laat. Vooral in de aanduiding] van bijzondere termen Is het lnjjk. Groote veranderingen "zijn er, sedert den vorigten druk 'niet in gebracht. De vo|o(rberichten gewagen er althans niet van. Maar op den gis zoekend naar wo-oir- dejn die in den Oidrllogstijd zijln gemaakt, joï die er in de laatste jaren een beteke nis bij hebben gekregen heeft ons noch 't Fransche noch het Nederlaindsche deel van dezen vierden druk teleurgesteld. Dank zij de duidelijke typografische verzorging is het p*pz|oëken van woorden in deze dictionaire gemakkelijk. Maar aianl- Jbeveling' verdient 'het toch ~io|ok de nuttige Iwenken te lezen door den samensteller in zijn inleidjngl gegeven. bembnieuwbl Een debatiavond! In de geheel met belangstellenden ge- Vulde groote Schuttersliiofzaal alhier had Donderdagavond de aangekondigde debat- avond plaats tusschen den heer J. A. de jtlondt, 2de voorzitter der afdeeling, Vlisf. Singcn van „De Dageraad" en dr. J. P. Canegieter, over: „Heeft de Vrijdenker^ vereenigilng „De Dageraad" het zedelijk recht menschen te bewegen zich las; tej [maken uit het kerkelijk verband?" De voorzitter, de heer I. J. C ;a 1 j o u w opendie de vergadfering met welk'om laan; de aanwezigen en de sprekers en herin nerde aan de wordingsgeschiedenis Vag dezen debatavond. De heer De H on dt, die het eerst het woord voerde, bracht een cjomplimentje aan de aanwezige vrouwen, omdat het zoo nop dig ïs, dat ook zij deelnemen B-an het publiek geestelijk leven. Spr. zeide dat hij een moeilijke laak op zich heeft genomen, waartegen hij echter geestelijk niet opziet. Maar spr. Iheeft altijd getracht een goed mensch te zijn en daarom wil hij niet gaarne onaangenaam tegen dr. Carinegieter zijn;, al zal hij dit toch niet kunnen onitgaan. Da,arom verzoekt hij' de personen van dë Zaak te scheiden. Te!n tweede kan hef die bat niet wetenschappelijk zijn, omdat het populair moet wezen. De derde moeilijk heid is, 'd;at spr. geen redenaar is. omdat hij tegen beïnvloeden van liet gehoor is. Het streven van spr. is het zoeken naar waarheid. Spr. stelde de vraag: wat is vrijdenken? Men moet het er dan eerst over eensi z'ijh wat de|nken is. Het is een taak, die beoefend moet wonden. Denken is het door onze zintuigen opnemen van de in drukken vian de wereld buiten ons enj die door samenvoegen brengen tot gedachten;. We moeten trachten overeenstemming te brengen tusschen ons denken en ons doen. Wiij kunnen wel doen,' loif de idinglen buiten ions opis niet raken, maar zij,», die dat doen, zijn niet de menschen,waaraan de wereld behoefte heeft, wij moeten dus denken, maar het hangt cr van af hoe hien denkt. Vrijdenker zijn wij eigenlijk geen van allen, maar vrijdenker is hij/ die tracht Vrij te denken. De eenige voorwaarde van vrij' denken is, dat men niet moet aannemen top gezag', dat men de indrukken van de wereld buk ten ions, zelf verwerken moet. Vooral moet men niet aannemen, w,at iemland zegt, die een naam heeft ajs vooraanstaande op het gebied van den ken. Mie en al s' men een gezegde van zop, iemand op allerlei wïjze getoest heeft ia|an ieig]en ervaring^ k'an het wagpde vio|or ons hebben. De vrijdenker gelooft dus! niet op ge zag, en mjoet sfceeds twijfelen aan cle juistheid van zijn eigen zinti^g|epjke w|aarneming!e&. i Men moet twijfelen, jomdiat men zijn eigen |gje>yoel niet altijd kap yértrppwén. De dingten beïnvloeden pms 'direct, zop,- Hl's! b.v. een beklaagde top een rechter reeds een B-angeuapieu pf lonaangjejmamen indruk ipaak't vpjop deze laatste zijln rede gebruiken kan. De vrijdenker mjoet zijn verbeelding aan handen leggen. Deverbeelding is een heerlijk bezit, maar het blijft een beeld zonder schijn Van werkelijkheid. Is de materie de openbaring van een. zichzelf bewuste almacht,, is het waar, jdat een God is de schepper der aarde Deze vraag hleeft de memlschenl lallie eeuwen dp(or bezig| gehouden. Spr. wij ham* niet be rnitwiojorden!. Het is veel meer een zBiafc v|an aanvoeling, dan van redelijk nadenken. Spr. kan niet wis kundig bewijzen dat er g|ee|n( vGjodi is, maar vo|or hem al'si vrijdenker staat het vast dat er geen God, geen zich zelf bewuste altmacht kan zïjh. i Er zijln in de wereld' te veel nppra- ters en die mijoeten wij1 niet hebben. Als spreker een lopiiedhit gjellopvigj'e ont- mioét, heeft hiji vppr diens overtuiging) den meest iiilogelijken eerbied, maar bijl eischt dien omgekeerd pok vjopr, de vrijdenkers1. Gelppf en kerk en godsdienst zijln twee, daar spr. kerk en godsdienst als één beschouwt. Kerk en gjodsdienst kunnen niet anders zijp dan behoudend; zijl moteten. zich angstvallig! vasthouden aap regel en wet. De kerk is tegen den vooruitgang en daarom vechten de Dagleraad'smjanpen er1 tegen. -f Spr. protesteert tegen hét idee, d(at bijna iedere kerk leert, namelijk dat wïjr menschen in zonde geboren zijln. Hïjl n,oemt dat een krankzinnig idee. Spr. wijst pip Genesis, waarin gezegd wordt, dat G'od de wereld schiep en hij zajgj pf zijn werk g|oed was. Dit laatslte ziom hij* als1christen een beleediging ach ten, want wat Hij' djoet ml Pet goed zijn. Het paradij sverhaal U, au halende wees spreker er pp, dat wat Eva deed iondanks het verbpd, toch bpk do.or den Almach tige moet zijin goedgevonden, en dat hij er verantwoordelijk voior is. Als spreker een kind in de wiegl ziet liggen, kan hij niet toegeven, dat dat kind in zonden geboren en [ontvangen is. Er is geen zonde, maar een zéér groote domheid De kerk mföet Van de mens'chen de|ni- kende wezens maken. Dat Zij' dit niet d .et is de oorzaak dat spreker zegt: „jweg uit de kerk mensföhen, komt Wijl ions." Tn de geboden dolor God gegeven staat „Gij1 zult niet dopden". En spreker vraagt hoe staat de kerk tegenover het 'mllir tairisme? Spr. stelt de heele kerk in staat van beschuldiging, omdat zij! iniet is op gekomen tegen den oiorlog, maar dat zij deed, wat zijl dolor alle eeuwen heeft gedaanzich aanpassen. De priesters! zijln veldpredikers geworden, zij' hebben de wapens gezegend, opdat de kinderen van denlzelfden vader elkaar g|oed konden depden. En p|ok nu vraagt eeihi chrisJtelijfc mi nisterie meer geld voor leger en vloot. Pro Rege wil de, soldaten christenen maken, zeker opdat zij' elkaar op christe. scheid van u nemen, mylady. Ik zal maar geen excuses maken voor mujn bezoek, want ik kan niet anders denken dan dat ik van eenig nut ben geweest. Goeden avond lady Castlebridge". Zij bleef staan met opgericht hoofd totdat de gangdeur achter hem was ge sloten^- toen viel zij op haar stloel neer, wierp haar arm en voor zich op tafel en liet er het hoofd op zinken. Haar lippen vormden de woorden: „Ralph! RalphM,aar er kwam geen geluid over die lippen. Toen veranderde haar stem)-, ming van groote smart in die van waarfc- zinnige jalouzie. Zij sprong overeind ep liep 'de kamer pp en inejer met saamgekne!) pen handen langs haar zijde. .,0 hoe laag, hoe laag!" riep zij. „Zop spoedig, zoo spoedig. Hij is pas van (mij! vandaan! Fn nu |al die jaren,! Schoon' Ze is schoon. en jong! Jiang! Ja, ja Het is jeugd 'die overwint! Maar zij weet het niet! Zij weet (niet, dat hij de mijne is, de mijne! Als zij dat wist. Fn ik moet hem verliezen! Ik kan niet, ik kan niet' Bet is erger dan de dood, oneindig veel! erger. Zonder hem zou mijn leven zijn' een levend sterven. Ik kan niet leven O die vreeselijke jaren, die vreeslijke» jaren die mij nog overblijven te leven!» En zonder.Ralph! Ach neen, heen, ik kan het niet verdragen! De man nad gelijk; ik moet handelen, handelen. Ik moet Ralph voor zich zelf redden! Hij kan haar met werkelijk liefhebben hoe kan hij dat terwijl hij mij liefheeft? Hij is gevangen; zij heeft een val voor hem' gezet. Zij is arm; het zou een goed huwelijk voior haar zijn. Neen, neen, laat mij recht vaardig wezen. Die map zei, 'idjat zij' rein wps, en edel. Zij' weet het niet. Zij 'moet het weten; ja, zij moet het weten! Hét is voor haar eigen bestwil, zoowel alls' voor het zijne. Hij' zou; niet gelukkig met haar zijin hoe zou hij dlat kunnen, ter wijl hij inij liefheeft? En hij heeft mij lief. Hij heeft mij lief, ja, ja!" En zij sloeg haar met ringen versierde handen aan haar hoofd in een) sport van waanzin. HOOFDSTUK XV. Constance was gelukkig, ook geduren de Ralph's afwezigheid. Had) zij niet de herinnering aan zijn liefde, aan zijn hart stochtelijke woorden, zijin nog, hart stochtelijker kussen om' de vreugde le-j vendig te houdefa in haar hart? Zingen de liep zij door h'et huis, vlug als een schoolmeisje, haar stem trillende van geluk, zoodat 'de bedfiend'eji vriendelijk glimlachten wanneer zij tot hen sprak. En haar zip'gen hield biet op, paar voet stap werd niet zwaarder, haar stem'niet ■minder vroolïjk toen zij' een briefje van sir Ralph ontving, meldende, dat hij werd opgehouden in de stad. Want haar ver trouwen ifn hem' en in zijn liefde was vols komen; zij wist, d,at hij haar liefhad met lijke wijze aan de bajonet kunnen rijgen. Spr. deed vojorlezing van een. brief van een Israëliet, die in dienst zijnde,; zijn afschuw uitspreekt piver de wijze waarop de soldaten tot vechtersbazen wórden o-pr gekweekt, en vraagt naai* aanleiding daar van pf de kerk mag voortgaan moorder naars te kweeken. Daarbij komt dat de kerk zich vei/ bindt met de machtigen der aarde in plaats van te beschermen de armen. Spr. eindigde 'met te zeggen, dat de menschen het recht hebben uit dp kerk te gaan. (Applaus,). Vervplgems w)as hiet wjoofd aan dr. C|annegiet|er, die zeide, niet «direct te zullen beginnen met het eigenlijke» debat, maar eerst zijln eigen kijk op het B|an de prd-e zijnde vraagstuk te willen médedeelen. f Spr. heeft plok' een stelling gemaakt, en wel „Die zitehl noemende; vr^de!n[kerls- vereeniging „De Dageraad" mist 'het recht de menschen te bewegien zich; los te mjaken tut het kerkelijk verband, in c|a- su het verhand der Nedi Herv. kerk! Dpt recht mist zijl allereerst omdat z'iji zich stelt op een dogmatisch stand punt, wpt 'de Ned. Herv Kerk niet doet. Ook spreker nOemt zich' een v r iji-den- ker, waarbij! de nadruk ligt pp hjet eerste deel vpn het wpprd. Denker wil men zelf zijln,, men wil niet een ander voior zlchi laten denken. Het vrij' denkjen bedoelt, daj liet den- kén vrij! zal' geschieden, zppals een boom vrij' moet kunnen uitgroeien. Vrijheid is niet iets Mjjllekeurigs, mjapr ge bonden zijp iaah. zichlzelf, aan zijln eigpn levensbeginsel; een Wers imioet een kers zijln, een toenseh moet een mensch zijln. Als ik hem (dat gebied',, do© ik niets tekort (aan Zijn vrijheid. En zp|0( isi het ïniet het dénken opk; men mioel kunnen (opgeven ?ij!n gedach ten", als een ander pnsi overtuigen kan, idat het tot nu toe gedachte ver keerd is. Het talent !m|ag niet in de aarde- ber gpaven worden ien' later weer 'in den- zelfden' vorm uitgegraven. Men mjoet zich steeds ontwikkelen, mén rnen zich steeds wteer herzien; men mloet steeds vragen lof de- gedachten n|oj^ wel Over eenstemmen met het innerlijke leven. Dat is vrijdenken. Zich bepalende tot den gods-dienst, zegt (spr. dat de wagg van den gpidsdijeust Ook voior den vrijd-enker een vraag blijft en blij! mag zich nopit op een standpunt plaatsen. Het zich pl-aatsen op atheis- ti-sch standpunt maakt, dat de zgn. vrijl- demkcrs-ve reeniging oplh|ondt te z'ijln "een vere-enig'ing van vrijdenkers, ja Zélfs van denkers. - - Aan de hand van cle statuten zétte Kprekér uiteen, dat mén het standpunt Van vrijdenkérs' verlaten heeft, wat ook de vpiorm-alige secretaris vtan de vereeni- ging erként. Het is nu| weder de pof, «lie den ketel verwijlt, dat 'hij1 zwart ziet; de dogmaticus, [die den dogmaticus ver wijlt, dpt Wijl dogmatisch is. Alleen een werkelijikie vrijdenkersver- eenjging mag bogen dogmatiek alls b.v. in de zaak dis. Netelenbos! is gje ble ken, pp treden. 1 -Wel nergfens' is er echter in' Néderlland zulk een vrijheid als' in de Ned. HerV. Kerk, die, na de Fransiche revolutie, niet diog|miatisclh! meier is, en waarin men de meieslt orthodoxe naast de meest radicale predikanten ziet en- als' een man [als ds. Netelenbos in de Ne-d. Herv. Kerk komt, w|or-dt Wij met ru'st gjeliafen. De vragen, té s'tellén aan predikanten! en aan nieuwle- lidmlaten z'ijln in de Ned. Herv_ Kerk ziop ruiml mogelijk ge nomen. 'i Men m|ag pan m-enschen den eisch stellen i-em'iand te z'ijln en dit m|ag dus opk de kerk ei-s'chen, en z'ijl doet -dit ook als zij- goede zieden eischt, 'die samen hangen met het 'geweten. Zijl dopt dit mét ev-enVeel recht als Multatuli. Religie staat volgens Gerhard in ver band met iallés' w|at rond ions- is; mét het onbekende, en Wijl zegt, dat bet vrijldetf-1 ken niet t-e-gen de religie kan gaan. Het is1 de kerk niet kW;alïjk| te nemen, dat de liefde v,an eep sterk, man. Hij w,as( 'bij'voorbeeld niet zojoals Clarence. Hij verlangde zonder twijfel vurig tot haar terug te kuju/ncri keepen; hij zou diapj ook .spoedig terugkomen en haar vertellen wat hem in de stad had' opgehouden. 0|, hoe heerlijk was' het leven toch. En hoe veel heerlijker was- dé liefde! Zij (bracht het leven tot harmonie, de har monie der sferen. Het bloed stroomdfj warm en oproerig door de aderen. Zij- dacht altijd aan he'm1, overdag en 's nachts. Wat een groot man was hij hoe sterk hoe betrouwbaar! Ja, nu begreep zij, dat de vrouwen kr-acht waarde eren in een| man. Hij was- als een rots, waarop men kan steujnen. En toch was hij geheel en al teerdérheid teedler als' ee'n '/rouw Zijn stem was- zelfs zacht en muzikaal! als hij tot haar -sprak. En zij' had hem hervormd', zij had dézen leeuw onder de mannen zacht gestemd. Zij ging een ritje doen id'oor het park naar de ple'k 'die door zijln liefdesverkl'a-i ring voor haar geheiligd was. .Alles1 was hem toebehoorde en met haar in verband1 stond was hem heilig. Zij ham zijn pijp in de hand en bekeek ze met .aanbid ding; -dé pijp was tusschen zijn lippen ge weest. Zij bracht hem' zelfs1 even aan de hare en trachtte eeta niet al te akelig) gezicht te zetten. Zij praatte bijina zonder voorbehoud piver hem met juffrouw W-aj ring, zij zou wel met het geheel© dorp; zijl leeft uit het religieus beginsel, even min als men het spreker kwalijk zol ne men. Men mag -echter niet vasthou den "aan de religie zonder deze steeds weer aan iallés te toetsen, en alleen als mén vast overtuigd is niet anders te kna pen. Men moiet zijln beginsel-en niet eer der ppgev-en, alvorens de rede van zich zelf tof van anderen daartpe voert. De Ne-d. Herv. Kerk doet niet iefs als kerk, -dat kan alleen een dogmati sche kerk doen. De Ned Herv. Kerk laat -de ntens-cben, opk hare leden, vrij'. De Dageraad moet hiet beproeven (de ménschen uit de kerk te halen, maar hen «met rust laten en de kerk eerbiedigen^ (tenteer -daar een vrijdenker niet weet,- w;aL hij morgen ais waar zal aannemen. Hij moet steunen hen, die in dé 'kern strijden tegen dé dogmatiek, m plaats- van (de vfijzin'nige beweginjg strijders ie ont trekken, -die kuinnen niedehelpe-p om d|ë» tegenwoordige reglementen te doen be houden, om het geleden verlies doior helt verplicht stellén van -den doop,, weer te niet te doen. De Dageraadsmlannen staan veel' dichter bij de vrijzintoigen in de kerk als' zij dén ken. God's (almacht moet men nietzojo verstaan, dat God telles kah wat hij' wil', pilaar dat hij niet meer ka», dan hij' kan. Spr. gelooft, dat men in de kerk op het punt staat va» eene hervorming, waar die van Luther maar klein bij is. En spr. -roept allen op aan die hervorming mede <!.e helpen én niet mét het badwater oolf het kind weg te gooien. Ook uit cultureel oogpunt mist men het recht dé mensch van de kerk af te haled. De deukende mensch zal allés; moetelu doen om' piok op religieus- gebied onsi volk in goedé hanen te leiden en te voorkomen', dat de kerk in de macht komt vap hen, die alle evolutie tegen houden. Men heeft dé volkskerk nog en als het volk wil, kan zij' daar de Vrijzinnigheid doen zegevieren, waar nu de ortho doxie alleen heerscht bij dé gratie djép onverschilligen. Spreker wekt alten op in 'de kerk te blijven en ste-up "té verleeuepf aan h©ml zelf, die «hen steuh bij' zijn werk noodig heeft. (Applaus). Na een korte pauze nam' dé heer De Hondt ten tweede male het woord en begon m'et te zéggen, dat de Ned.. Herv-., kerk maar een zéér ge ringen, invloed heeft. Dit komt door het gpopit aantal pausj es in die kerk, waarvan dr. Can- negieter er -een is. v Het atheïsme is voor spr. en de zijnen de wijze, waapop z'ijl het vrij'delnken na deren. i i j Waar" dr. Canp Lor Kooft aalnge- haald, het .(jEert Uwen vader en Uw proeder", npemt spreker dit een zeer Verkeerd gebodhet had mpeten zijn: „Eert Uw kinderen". De kerk als zoodanig kan njoioit 'het vrij denken beuiaderep, al d|°en persionen uit die kerk dit Spreker schetste hoe zlol'owel' de bewe[- ging der vrijdenkers alsi 'de kerk lijden pnder het naar Voren komen van belang rijker kwesties. Spr. ontleent, dat het materialisme ver dwijnen gaat, in tegendeel het schrijdt Vo|oruit en bevordert het altruisme. Het taiaterialisme is niet het aanbidden, het vergpden van de stof, 'maar het op juisite waarde schatten van de stof. De materialisten willen eerst de men schen het beter, doen hebben, en dan eerst het igéesitelijk leven méde] helpen bevorderen. De kerk zal het te verwachten gho|ot wereldgebeuren tegenw*erkén, ómdat de meeste voormannen zich scharen achter 'hen, die hun macht misbruiken. Het „|n het zweet uws aanzijn zult Igïj ,uw bropd verdienen", bewijst,' dat ook de kerk steunt het afzwoegén Van hon derdduizenden en millioenen van 's mor géns' Vrpeg t|ot 's avjonds' laat. De wereld lijdt onder schijn, leugen en sleur. Men heeft ie kiezen tus'schen de drie-éénheid altaar, vorst en beurs; en de drie-éénheid gelijkheid, vrijheid en broederschap. kuilden praten, watxt zij was zoo trotsch, zoo trotsch pp zijn -liefde. De uren verliepen; zij telde ze omdat ze haar scheid-dén va|h hem; hij zop weldra terugkomen en hun liefdeleven» zou voortstrioo-men. Clarence w,as- haar een b'ezo-ek ko nten 'bréngen; het was haar een verlich ting geweest dat zijl niet thuis was; zijl 'bracht een bezoek aap de heilige plélï| in het park. Het speet haar voor hem', m'aar zij kon niet lang haar gedachten aan hem' wijden; al haar gedachten kwa nten Ralph toe. Zoo gingen de uretu gelukkig genoeg voor haar voprbij. Op den tweeden -d|ag van sir Ralph's afwezigheid w;as ze juist thuis gekomen van een tochtje te paard) en op het punt af te stijgen, toén Tlobson haar tegemoet trad mét een brief iln de hand'. Die' brief was- aan haar geadresseerd'; erf stond „onmiddellijk afgeven" op geschre ven Nog te paard gezeteh maakte zij hét couvert open eu las den inhoud1 met groote verbazing1: „Wil freule Desbrook in het logement komen om mét -dien persolon, die dit ge schreven heeft, te spreken over een zaak 'die freule Desbrook zeer na fer harte gaat I Het briefje was niet onderteekend. Con- stance keek er eehi-ge minuten lang1 met de 'grootste verbazing naar. Hét was het Zij die het eerste kiezen moiemt spr. slaaf, zij' die het tweede kiezen noemt: hij mensch. (Applaus). D r. C ann eg[ïete r had slechtsl en kele minuien om nogmaals te antwoorden, Hij zeide, dat/ als er sprake is van paus zijn, nok de heer de Hbmdt een paus isg ais hij zegt gij! moet vrijdenker worden en gij zijt dan van zelf ook materialist. Spr. meent, dat men natuurlijk bedoelt dat |öïok de kinderen geëerd moeten wor den. De economische vragéni van heden (zijn niets anders dan geestelijke vragen. De materieele nopden nijpen zeker én de kerk moest zich schamen zoo- weinig Ü2ar aan haar aandacht te schenken. Niet Pipet gpschermd wjorden met den Hemel en met het leven hiernamaals, maar nok 'moet bevtorderd W-opdien het leven op 'aarde. Met een herhaalde opwekking de kerk te blïjlvën steunen, eindigde 'dr. Canines gieter pnder applaus, dat evenalsi dé eer ste maai bewees,, dat het meerendeledl der aanwezigen zijiu standpunt deelden. De v ioi (oi r. zi t te r slóioit de vergadering met dank aan sprekers en aanwezigen en wekte op niet -onverschillig! te blijven maar zich aan te sluiten bij' de een pf andere richting'. LANDBOUW. Kpióilkraijgen. In aansluiting: met bericht Ppi. 8 vap. den phytopathológischen dienst, Januari 1920, waarin aangéradene werd tijdig k-oio-lkragen te bestellen of te vervaardb gén, pipdat men deze géread zpu hebben als de tijd Voior het aanleg|g|en dezer krap gén was aangebroken, kan Thans de aan dacht er pp worden gevésftigd, dat bin nenkort de kragen mjoeten wprden o-im gelegd. Zeoals reèds is medegedeeld, dier nen deze kragen om de koplvlieg te belet ten, hare eieren aan den voet .der koplr 'planten te leggen. Zij moeten dus aange legd zijn vpprdat de vlieg verschenen is.. Bij normale weersgesteldheid is het vol doende, indien, de koplplahten vóór de laatste week van April van koiolkragien zijn Voprzien. Dit jaar is de ontwikkeling van: de natuur, dopr het zachte weer in Fe bruari zopzeer vervroegddat het moge lijk is, dat oiok de kooi vlieg belangrijk vroeger te voorschijn zal komen, dan- in! andere jaren, zplodat men gjöed doet te zorgén, dat de koiolkragen reeds begin' April ojm' de planten zijn gelegd. Alle planten van vroege bloemkool, roede en andere koelspprten, die men wil beschermen tegén vreter ij' van kool- vtieg'maden aan de w-ortels, moeten dusl in liel -bcgiu van April van koiolkragen worden voorzien. Het is niet géwensCht koplkragen reeds veel vrjoeger te hebben lom'gelegd, aangezien er z-orgvuldig- tegen géwaakt moet worden, dat zij' met grónd worden bedekt. Zioóldra er nl. door reigéPl, -grondbewerking -of apdere oorzaak grond op den kraag terecht kpmt, is de be schermende Werking! er van zeer vermin derd; als er nl. gpornd iop dep kraag ligt, Iaat de kqolvlieg) zich niet meer er djoor weerhpiuden bare eieren aan den koiolb sten-géi te leggen. Als Uien de kragen zéér vroeg aanlegt is er meer kans dat zij! met gpond bedekt worden, dan wanneer men met het aanleglgfep wacht tot het olo'g'enblik, waapop zïj' 'hun dienst moeten] doen. Het is dus1 raadzaam', alle vroegé kopj- planten, in 't bijzonder bloemkool,begin April van koiolkragen te Voprzien: de later 'uit te zetten p-lantein worden dadelijk na het planten igekraagd. Grondbewerking tus'schen de planten mpiet met zorg| ge-< schieden, ten einde de kragén niet met gpond te bedekken. Is dit toch gés'chied wat io|ok na zware re-génb-uien het geval! kan zijn, da» mo-eteP de kragén met eert borstel van grond wlorden bevrijd. Aan 'hen, die ppg! inlichtingen wenschen joiver de klololkra'gén en de wijze waarop zij moeten worden aanglelégd, Worden' deze 'door den Phylfopathologis'chen dienst te Wia-géninigéln en 'doior de plaatselijke controleurs gaarne verstrekt. het geheimzinnigste geval, d|ai ze nog ooit onderVa|nden had in haar léven, zop arm aan gebeurtenissen. Haar eerste gfe-i1 dachte was een knecht met een bood schap naar het loge'meint te sturen -en te vragen of de p-ersopn, die het briefje ge* schreven had, maar op het kasteel wou] komen. Maar zij' zat -nog tepaard, het logement was vlak bij en haar vrou welijke nieuwsgierigheid was opgewekt. „Wacht hier maar even", zei ze tot den stalknecht, die haar paard naai* den stal kwam' brengén. „Het zal niet Hang (duren. Neep, idiapk' je,, 'je behoeft niet mee te gaan." Zij reed naar het 'dorpslogement, -dié herbergier kwam buiten en raakte eerbie dig zijn voorhoofd aan. "„De dame wacht u, freule Constance. Zij is* hoven op de imolo-iste kamer". Nog half gehypnotiseerd doioa* het vreemde van het geval, steeg Constancé laf en trad' het logement binnen. De dóchter van den herbiérgier die gfediend had op het kasteel, ontving haar met glimlachjes en buigingen. „De damé is noven freule Constan ce", zei ze. Onwillekeurig mompelénd: „De-dame?" volgde Constance het méisje en wcr-dl in d,e mooiste kamer van het logement gelaten. i lil (Wordt vervlolg|d.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1920 | | pagina 6