FEUILLETON. ui itu mi mum BIJVOEGSEL Binnenland. tV: *W»«d* verwtgd). Woensdag 3 Haart 1920, m. 53. VA* BE TAH KOOPPRIJZEN VAN TARWE EN TARWEMEEL Op de vragen van liet Tweede Ka merlid den heer Van Ravesteijn betref-, feilde de inkoopprijzen, van tarwe en tarwemeel, enz. heeft de minister, van Landbouw, Nijverheid en Handel d d'. 28 Februari lp(. m. geantwoord, dat de Regeeringi einde December j.l. tarwe en tarwemeel (bloem) gekocht heeft tot een prijs belangrijk beneden dien, waar-* roer de regeering] bloem aan de ge meenten verstrekt. Aangezien echter «ook aanvoer van steenkolen van overzee noodzakelijk is, en dus slechts» over een gedeelte der gerequirefirde scheepsruim-! te voior den aanVoer van broodgrond- stoffen kan wiordeni beschikt, is het niet mogelijk de regeeringsbloem uit* sluitend uit deze aangevoerde grond-1 stoffen samen te stellen; door bijmen ging' van duurdere inlandsche grond-/ stoffen stijgt de k'ostprijis van de re-' geeringsbloem tot boven den. prijs van f 36, tegen welken de regeeriugsbloeim .wordt afgeleverd. Deze laatste prijs is niet hjoioigfer dan de prijs, op welken buitenlandsche tarwebloem indien zij met vrije scheepsruimte werd aangevoerd" zon komen te staan. De minister, ontkent, dat de inkoopsprijs zen van granen hier Fe lande geheim wor den gehouden. Tot geregelde publicatie der inkoopsprijzen vindt hij' nochtans geen aanleiding. Dat een ghojot aantal der wittebrood kaarten niet gebruikt wordt, doordien de beter betalenden zich vtojor een gpoot deel van vrije bloem Voorzien, is den minister niet bekend. Het is niet juist, dat de regiering den aanvoer vara tarwe en tarwebloem voorloopig nog uitsluitend ira eigen hand houdt, om daardoor andere verliezen "te dekken. Uit het vorenstaande v jölgt, dajl van broodaccijns geen sprake is era dat door de regceringslbemoeienis met de brood voorziening de prijs van het wittebrood niet wordt verhoogd, terwijl door de toe-, slagen, die van regeeringswege gjegeven worden, de prij's van het bruin- en rtoiggfe'- brojod belangrijk beneden den kostprijs blijft. MOEILIJKHEID MET PLEEG KINDEREN. Fr. van Raalte, die in het Hand. pae-i dagogische opstellen schrijft, maakt in het Zaterdagnummer o.a. de volgende opmgr-i kingen In onzen tijd halen vele mensehen, vfooral zij die zelve geen kinderen hebben, zich een groeten last op den hals, door een Duitsch of Oostenrijksch pleegkind tot zich te nemen. In plaats van er genoe gen van te beleven, wat in de meest© ge vallen moet kunnen, hebben ze displezier soms zoo erg, dat ze er na een paar we ken meer dan gempeg van hebben en het kind ergens in pension geven of het naar een kindertehuis „;Kinderheim" sturen. En daar gaat bijna zonder uitzondering1 na korten tijd, alles gloed,* waaruit dus blijkt, dat het verkeerd gaan bij1 de pleeg'- dojor CHARLES «RAYICB Vrg naar h®t Engeland 38). „Hallo Crayson!" riep sir Ralph, ,,hoe gaat het? Het treft goed dal ik n tegen kom. Ik wou juist naar u toe gaan voor zaken. Ik heb nog wat geld noodig". Lycett's gezicht betrok en hij liep nu rechts dan links van sir Ralph met de uitdrukking van een opgejaagden haas., »ïk ik ben bang dat dit niet gaat sir Ralph", zei hij. Sir Ralph zette groote oogen o,p van verbazing. „Waarom niet? Wat voor bezwaar is er? Lieve hemel! waarom zou ik niet wat geld kunnen krijgen? Er moet toch genoeg voorhanden zijn. Ik heb idee, als ik naar de Bank ging, dat ze mijn wissel mei een aardige som honoreeren zou den. Als je dat liever hebt kan ik dat wel' doen". Lycett had wel lust hem naar de Bank te laten gaan; maar bij nader in zien zei hij: „Ik zal mijn best doen het te schik ken, sir Ralph. Hoeveel wou u hebben „O, geef mij maar weer een paar dui zend pond!" zei sir Ralph. Lycett trachtte zijn kaak m evenwicht te houden, maar hij liet hem hangen. ouders niet aan het kind, maar aaö! de be handeling] geweten moet wprdera. Het is wel hard, yopr menschen, die met de meest humane bedoelingera bezield zich afsloven, sloms ook financieel, om een ondervoed stumpertje er bovenop te hel pen, als ze na korten Sjd zien,) dat hun liefde averechts werkt en dat ze, de wan hoop nabij, na zieih halfdood geërgerd te hebben, het moeten opgeven; er zijd kin-f deren, die gewoonweg zich gedragen als jeugdige Cyrus of Alexander de Groote, vrij als des kpnings zoon door des konings hof, egjoistisch en egocentrisch zich hiet middelpunt van heel het gezin wanend, loopen ze rond. Er zijn er, die niet verkie-; zen voior twaalf uur uit hun bed te komen die hun kleedingstukken laten rondslinge-! ren en weigeren, die op te ruimen,, die geen hand willen uitsteken, om djo|or hen veroorzaakte wanorde te herstellen en "die zeggen„Jk ben wel hier gëkorneft om te eten, maar niet óm te ,j,werken". In politiek zijn vele kleine wijsneusjes onder de gastjes doforkneed, Ira revratuti- onnaire vooral: er zijtn vijftienjarige meis-i jes, die alle politieke vergaderingen aflop-. pen, en bij aanmerking hierop brutaal zeggen, dat ze $n jeder Hinsicht völlig iaufgekl&rt" zijn en zich overigens ge dragen zpoals de egel, die de wintergast van den mol was: als je je steekt aan mijn prikkels, als het je hier niet bevalt, welnu, ga dan heen. Dat er niet weinig kinderen zijn, die zooi slecht weten waar ze m(oeFên staan, komt dojordat de pleegouders het is begrijpelijk en vergeeflijk, want het komt voort uit het warme, meedopgfende mera- schenhart in de eerste dagera de klei ne gasten totaal!, in gefnrceerden inarsch alsof er haast bij! is, verwennen. Het slechts zijn pleegouders, die zelf nooit kinderen hadden, er aan toe. Zij missen de meest elementaire routine!, we-i ten niet, wat een kind'wel moet wordea. toegestaan, wat hiet. Ze hebben het nog» moeilijker dan ouders, die na een tienjarig huwelijk 'hun eerste en eenigte kind krij gen oïschóOra die opik al niét te/benijden zijn want ze hebben het kind niet zien opgloeien, hebben geen ervaring van wat verschillende maatregelen voor uit werking kunnen hebben, ze staan er voor, zoo als iemand er. aan toe moet zijn, die geen verstand heeft vkn vlogels en opeens een vreemden vogel, waarvan hij de le venswijze hiet kent, ter verzorging krijgt. Het is te hopen, dat velen zich zullen ontfermen iover de uitgehongerde kinde-i ren, en dat ze het pleegkind liefkrijigtert en wederliefde ontvangen. Met een klein beetje tact is dat in de meeste gevallen mogelijk, men behandele het kind de eer-i 1st© dagen als een vreemde, men h©iu|d© hiet kort, heel kort als dat raoodig blijkt, geen liefde, geen vriendschap, behoorlijk eten, Zlojnder versnaperingen, men leere het orde en regel, top tijd (opstaan,1 op lijd naar bed. Geen gesprekken met het kind, voor al niet over onkinderlijke zaken! als poli tiek, pprlfog, vrede, nationaliteit, enz. Blijkt na éen aantal dagen ,bf weken, dat het zich voldoende heeft aangepast aan de immers voor hem zeer iwngewoitie, Hol- landsche omstandigheden, kent het zijn rechten en zijn plichten, zijn plichten vooral, dan eerst; maar ook niet eerder wag© men een beetje meer dan gewone hartelijkheid, een beetje liefde bij1 de be-1 'handeling. i ONDERWIJS, Slaan op school. Voor liet Haagsche Hof stond Zater dag terecht een hoofdonderwijzer te Ba- rendrecht, beklaagd van mishandeling v,an een schooljongen. Door de rechtbank te Dordrecht was h'ijl vrijgesproken. Het O. M. had evenwel hiervan appèl aauge tee kend. Beklaagde verklaart dat de bewuste jongen zeer onhandelbaar was, op den 15en October jl. was hij, na brutaal te zijn „Duizend zou ik u wel kunnen be zorgen", zei hij. Hij dacht aan de som. die hij reeds had voorgeschoten, aan <le schenkingsakte die hij had' opgemaakt ten voordeele van Constance en de zweet droppels parelden op zijn voorhoofd. „A propos sir Ralph, hoe staat het met die scb enkingsakte „O, freule Constance wou, net niet aannemen"," zei sir Ralph. „Zij heeft het document verscheurd. Maar dat doet er niet toe. Het blijft natuurlijk tusschen cns, maar lord Dollington heeft haar ten huwelijk gevraagd, en het spreekt van zelf, dat ik haar dezelfde som' mee geef". De zweetdroppels droogden op Lycett's voorhoofd, hij werd' doodsbleek. Hij keerde zich af om het niet te laten be merken. „Is het al een beklonken zaak?" vroeg hij met heesche stem. „Neen, nog niet geheel", antwoordde sir Ralph, de wenkbrauwen fronsend, „maar ik twijfel niet of het zal in orde komen. Gaat u naar het kasteel? Mooi zoogoeden morgen". Toen sir Ralph was voortgeloppen, viel Lycett op een tuinbank neder aniwischte zijn voorhoofd af. Het scheen hem' een onmogelijkheid, dat Constance met hem trouwde. Ja, den titel niet meegerekend» was hij een veel betere man voor Con stance dan Clarence, lord Dollington. O neen, het was onmogelijk, Constance zou zich niet vernederen en ©en man nemen als Clarence. geweest, zlondec meer de klas öitgeloppfti. Late® kwam bij- er terug1, toen wilde bekl hem tot Voorbeeld stellen voor de klas en meteen een pijnlijke herinnering dean be houden aan zijn ongehoorzaamheid; daar om legde hij1 den jongen over de knie en gaf hem een vijftal slagen met een stokje. „Is het niojodigf top dergelijke wijze het gezag' te handhaven op een school vroeg' de president, mr. Vnllgraff, Bekt. antwoordt dat dit z.i. ten aanzien van sommige jóngens wèl het geval is. ■.Vroeger was beklaagde onderwijzer pp Markenvplgtens den1 oud-burgemeester van dat eiland heeft hij zich toen look wel eens schuldig! gemaakt aan mishand©-! ling van leerlingten. Bekl. ontkent dat. A déchaTgte werden een drietal getuigen gtehoord, uit wier verklaringen p. m. moet blijken dat de mishandeling zoo- weinig ernstig was, dat de joragten èr niet eens met zijn ouders over sprak. Andere kinde ren brachten het over. Een der onderwij zers van bekl.'s school vertelt dat na dit feit de tuchteloosheid onder de schooljeugd is toegenfoimen. Bekl. heeft na het feit tot zijn klas leerlingen gezegd„jullie zou wel willen dat er §teslagen werd, maar we doen het niet, ajnders ga je naar den burgemeester 1" De procureur-generaal acht de door de Dordtsche rechtbank gewezen vrijspraak juist. Z. i. is bij de gebleken feiten geens zins het ppzet van mishandeling vast ko men te staan. Gerequireerd werd bevesti ging' van het vonnis der rechtbank. Mr. "Vjorakeraherg, bekl.'s raadsman, wijst op de eigenlijke aanleiding tot djeze strafzaak, die daarop neerkomt dat de burgemeester beklaagde „(zoekt". Het onderhavige feit is aangedikt bij den Officier van justitie te Dordrecht gebracht, alleen met de bedoeling óm bekl. eens te krijgen. Van de vroegere mishandeling op Marken is bij onderzoek gebleken dat zij! niets te beduiden had. Door ïh et optreden van den Barenldrecht- schen burgemeester is bekl.'s gezag op zijd schtopl ernstig opdermijnd. PI. verzocht het Hof bij' dit vlonnis! principieel uit te maken of .ons recht het kastijdingsrecht vloor den onderwijzer er kent. De veiligheid der kinderen in de schopt kan absloluut gehandhaafd blijven, zelfs wanneer men het tuchtrecht erkent Voorts betoogt spr. dat in zekere omstan-i 'digiheden het tuchtrecht rationeel kan zijn. In het Zwitsersche kantonrecht is het tuchtrecht dan ook geregeld en kan zeer vloprzichtig wtorden toegepast in hijzijn van twee onderwijzers. Vooral ijni dezen tijd van tuchteloosheid ten minachting violor het gezag] acht spr. het zeer gewenschtj het 'tuchtrecht oiok jn het belang van ons onderwijs te erkennen'. LANDBOUW! K a r w ij z a a d h 01 u d e r s'. Dinsdag had te Goes in d|p Prins van Oranje een bijteenkonist plaats van houders van ceetoewijzen van karwij- zaad, berustende onder de oommissie uit de vereenigingen vojor den handój in fijne zaden. Die heer J. Liradenbergjhl van Wjolphaartsdijk' leiddp de vergade ring. De heer Lindenberghj wees' er op, dat, waar de regeerinpfemaatre gelen tot gevojgf hadden, dót de karwijzaadverbiou- wers indertijd niet tegen f 78 per 100 K.G. konden verknopen, doch thans, nu het karwijzaad is vrijigelalen, slechts een prijs van minder dan f 40 kunnen bedingen, men het ier alom in den lande over eens is, dat een schadeloosstelling billijk is. Besloten Werd dat een rekest z,al wor den gezonden aan dpn Minister van Landbouw, dat zal w]ord(en opgemaakt in overleg met de Z. L'. M., waarvan adhaesiebetuiging zal worden aange vraagd. Voiorloopig! zaL men de karwijl vopr eigen rekening laten liggen. Wan neer geen schadevergoeding wterdjt ver Nog eens twee duizend pond! Waar moest dat heen? Eenigen tijd daarna richtte, hij zich op en ging naar het huis. Alsof het toeval het zoo wilde zag hij Constance op het terras staan. Zij was in haar rijcostuum1 en wachtte op haar paard. Zij groette hem! met een glim lach en „een vriendelijk woordje" dat I.ycett Crayson's hart onstuimig deed (kloppen. Hij hield zich zoo lang hij durfde in haar nabijheid op; toen ging hij naar de bibliotheek om een paar rekeningen nja te zien; maar zijn hoofd gloeide, zijn hersens waren als een kluwen wol, en weldra verliet hij het huis en liep snel naar het park. Daar liep hij', in het bezit van het tes tament, met Constance's toekomst in het holletje van zijn hand en toch was hij machteloos. Zij zou misschien trouwen met lord Dollington. Of zij dat deed ja of neen, hij, Lycett Crayson, wis èen nul, iemand waar niemand rekening mede hield. Hij kwam in het bosch en bezwaard door den last van zijn gedachten viel hij neer op het gras op een afgelegen plekje. Een oogenblik daarna hoorde hij het geluid van voetstappen tusschen de struiken; hij keek op en zag rir Ralph door het bosch loopen. Hij rookte een zware sigaar en liep met gebogen hoofd en de handen gevouwen op den rug. Wel was het vreemd, dat hij staan bleef dicht bij de plek waar Lycett zat, verborgen door het kreupelhout, en ging zitten op kregen, kjan men' gezamenlijk tot den verkoop overgaan. Een commissie werd benoemd d(Q ver dere maatregelen zal nemen.. Deze be staat uit de heerera O. van Luijk, J, Lindenbergh, Woiphjaartsdijk, J. G. V. d. Linde, Rortgerae, J, Blok en J, V Liere, Bprssele. Ook uit Rillandi zal rnen trachten nog een lid in de qoimmlssie te benoe-i men. Binnenkort zal een nieuw© vergade ring uitgeschreven worden. Dinsdag had in d© Prins van Oranje te G e s een vergadering plaats van het district Zuid-Beveland' van d© Zeeuw- sche Coöperatieve Kunstmestfabriek) ón der leiding van d|en heer R, Linden bergh te Wemeldiny©. Besprekingen werden gehouden óver de vraag wat het meest Verkieslijk zou zijn, het bijstorten van f 25 per aan deel of het sluiten van een obligatie- leening tot een bedrag van f 60 per aandeel. De meerderheid; der aanwezi gen was van oordeel dat dit laatste aanbeveling verdiende. SRORT. LI etschaak wonderkind Rzeschewki. Zondag heeft bet bestuur van de Diamantbeurs den jeugdigen Rzeschew ki, het 8-jarige schaakwonderkind, in de gelegenheid gesteld, zijn gaven als snel- speler te verfcoionen. Men had in bin nen- en buitenlandsche rubrieken reeds herhaaldelijk wonderbaarlijke verhalen over het jiongske gelezen, maar er veel van geloótven deden wij, nuchtere. Hol landers niet. E©rst zien! Welnu, we hebben het heden gezien, en l]aat ons er direct op volgen: de jeugdig© knaap, weinig hooger dan d'e tafel, waarom hijl even trippelde, heeft allen verstomd do©n staan door zijd uitnemend speL Onze meening is) dat Rzeschewki wei nig minder sterk speelt dan onze aller beste Hollandsche spelers. Er werd in de g]ro|oite zaal van de Diamantbeurs ge speeld, van welke vele bezoekers een goede partijl spielen. Bovendien djpden eenigje sterke spelers uit de stedelijk© clubs- mee, die door leden voor deze gelegenheid geintrpduceerd^ waren. Eenige honderden bezoekers van dje Beurs vormden, staande op stoelen en tafels, de corona. Het kleine mannetje tpprad© zich niet in het minst uit het veld geslagen dnor die groote menigte critici, dj© welis waar beter een partijtje diamant dan een partijtje schaak wisten te tjaxeeren, maar die zich niet onbetuigd lieten in op- en aanmerkingen. Rzeschewki trippelde snel langs de 20 borden, speelde veel Honingsgiam- bieten, Spanjaarden en Schotten, deed overal de juiste theoretisch© zetfera én waai* iemand afweek) nam hijl even den tijd om de stelling nauwkeurig op te nemen en de weerlegging volgde d(an pok bijna zeker, zoo de zet niet deugd©- Neuriënd, af en toe kluivend op zijd kettinkje, stond hij' nu era dan stil, zoo, er iets te combineeren viel. Era spoedig stopd hij! aan d© meeste bor den in het voordeel. De séance was geen half uur aan den' gang of reeds viel het eerste slachtoffer. Aan één bord', waar een Onzer sterk ste spelers onder het team schuilden) en het ventje, dat naar den naam!' Sa muel luistert, spelenderwijze won juist zooals een kind dat alleen zoo zondjer inspanning kan, maar dan met knikke ren of hoepelen, zoo moet men voor deze prestatie alle respect hebben. Wiat zal uit deze preqositeit groeien? Zal de jeugdige Samuel later o]ok Mul- tatuli's vraag: „Waar blijven toch de wonderkinderen onbeantwoord laten. Wij hepen voor het sympathieke kerel een omgevallen boomstam. Lycett was hoegenaamd niet verlangend het gesprek van zooeven met den lord van Desbrook voort te zetten; zoo bleef hij stil zitten en wachtte tot sir Ralph zon heengaan. Maar daar hoorde hij het geluid van paardenhoeven op het mospad en Con stance kwam aanrijden. Sir Ralph zat zoo rustig en stil', dat zij vlak bij hem was voordat zij zijn tegen woordigheid' bemerkt had; het onstui mige paard schrikte en richtte zich op en als Constance niet stevig in het zadel gezeten had, zou zij er afgeworpen zijn. Ralph stond op en greep den teugel. „Het spijt mij", zei hij. „Ga je rijden? Waarom heb je me niet gewaarschuwd?" „Ik wou alleen zijn", zei Constance. „Dat begrijp ik. Om over de zaak ha le denken. Bien je tot een beslissing ge komen?" Zij zag op hem neer, fier en koel. Zij was niet tot een beslissing gekomen; maar zijn vraag dwong haar. „Ja", zei ze, „ik zal Clarence aan-» nemen". De roode streep gloeide in sir Ralph's oogen, maar de neergeslagen oogleden verborgen het. „Mooi zoo!" zei hij streng. „Ik geloof, dat je gelijk hebt. Het is een goed huwe lijk. Hij zal zeker een goed echtgenoot: voor je zijn, daar twijfel ik niet aan". Constance beet op haar lip en raakte onwillekeurig het paard aan met ham- spoor. Zij had in dagen niet gereden erf het dier was nog frisch; het steigerde tje, dat hjj nog grijze haren beleef* enf een tweede Capablanca wórdt. 1 Maar tevens dat zijn opvoeders hel spel met den lichamelijk en geestelijk nog uit te groeien Samuel hiel over drijven. Ook Capablanca speelde zeen vtloeg schaak en zeer sterk zelfs. Maar langOj jaren 10 tot 17 jaar deed hjj er niets aan, deed hij aan lichaamssport, En zoó is het ©ok recht. (De Courant). LEGER EN VLOOT. Ontslag aan de Hembr ug. Men meldt uit Zaandam aan. d©Msb.: Naar wjj ve roemen, hebben thans al li losse werklieden aan de Hembrug aan zegging vjan ontslag lontvangen, zoodat over. een mjaand de artillerie-inrichting zal werken al s vojor den oorlog. Verklie-» den, die e ld©rs werk' konden vindjen)1 hebben reeds Zaterdag ontslag[ genomen) VERSCHILLENDE BERICHTEN. Het Utr. Dbl. deelt mede, djat de militaire politie té Utrecht! d© hand heeft gelegd op 12 personen, van wie zes militairen en zes burgers, ini ver band met het stelen van vrij, groote hoeveelheden vleesch, boter en gesmolr ten vet, henevens kleinere hoeveelhe den kloffie, thee en suiker, uit d© sOit- datenmenage in de kfeuken van dj© Kromhnutkazerne te Utrecht. IN HET DROGE AMERIKA'. De (olham Aan „)De Hotelhouder" ontleenen we de volgende glrappen, die misschien iets meer beteekenen 'dan een grap: Ergens buiten New-Y;ork ontmoetten twee vponwen elkander, die kennissen van/ vroeger waren. Na een kort gesprek merkte de eene een vreemdsoortig pakje op, dat de ander in den arm droeg. ,,Wat hebt gte daar lieve", was de vraag. „Rol- ham voor James; mijn man eet alleen de ham van O'Briens Warehouse ziet gij', en daarvoor ga ik dan extra met de „Eleva ted rail" naar hier". De vriendin neemt afscheid en wil haar eigten man eveneens verrassen met de blijkbaar superbe ham van O'Brien. Zij komt aan de zaak en zegt tegen den af- deelingsdhef dopr haar vriendin Mr* Liars gerecommandeerd te zijn, en ver langt een rolkam. De cihef kijkt geheimzinnige rond en fluistert All right, waar is uw flesich Onthoudersi. Een Engtelschmara, die kort geleden een reis vopr zaken naar Amerika deed', bracht, aldus lezen we in een Engelsch dagblad, opk een bez'oek aan zijn in de nabijheid van Lancaster In Pennsylvania wonenden oom', een landbouwer. Op de vojor een overvloedig maal ge dekte tafel stond in de plaats van de wijnflesch een waterkaraf. Onze Bu gels chman maakte daarover eenige op merkingen, die men echter coupeerde met de verklaring: „Wij zijn geheelonthouders) bij ons mag geen druppel sterke drank in huis komen." Na den maaltijd trok de bóer zich terug om zijn middagdutje te doen, de dochters (begaven zich naar de Zondagsschool en de zoons naar de schuur. Plotseling riep tante haar Engelschen neef 'naar de keukenj haalde eenflesch met kersenMbrandewijn uit een kast te voorschijn en sprak tfot raee'f„Hoon drink piaar eens, oom is ztoo'n strenge orathou-) der, dat ik hem' niets durf laten bemer ken, maar als ik pijn in mijd lijf heb, neem ik ook een drupje". Een kwartier later roept de bóer zijn neef bij zich in zijn kamer, ontsluit en sloeg met het b.een, zoodat het dier sir Ralph ,aan zijn schouder raakte. Hoe sterk sir Ralph ook was, hij viel. Con stance dacht, dat hij aan het hoofd ge raakt was. Het bloed stroomde haar naar, het hoofd, haar hart bonsde alsof het uit haar lichaam sprong. Zij gleed uit het zadel en stond oogenblikkelijk naast hem. „Ralph!" klonk het van haar lippen, aie plotseling spierwit geworden waren. „Bcö je bezeerd1? Zeg! Spreek!" Haar geheele lichaam beefa©, haar mooie oogen waren welsprekend genoeg. Hij Stond op en greep haar bij den arm: „Ik heb mij niet bezeerd Con stance!" Zij keken elkander aan; hij haalde haastig adem en pijnlijk; het was of haar, hart plotseling stil stond'. „Constance", zei hij nog eens. „Koni het je schelen, kon het je schelen of ik gekwetst was? Waarom? Wij zijn toch geen geen vriendfen. Maar net koni je wel schelen! Constance, waarom keer je Ij© om? Kijk mij aan! Lieveling ik -- ik heb je lief!" Constance deinsde terug. Hij had er de woorden heftig uitgeworpen, harts tochtelijk. Zjj vervulden haar met eea waanzinnige vreugde, maar met een ze ker geVoel van vrees. Zijn oogen gloei den rood, zijn lippen beefden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1920 | | pagina 5