FEUILLETON,
£1 MEISJE 11 KW
SCHEMERING
PINK PILLEN
Zatsrdag 7 Fsbr. 1920, m. 32.
BMP
TAX 91
TAN
HET SCHRIFT- .OP,
DEN MUUR
Pet is int ems, nuchtere twiutigsliej-
eeuwers gfeen geheimzinnige hand, die
.Raadselachtige woerden op den muur
schrijft. Maar de waarschuwing is er, biet
in raadselachtige woorden, maar
in nuchtere cijfers-, poind 8.SG; mark
2 57; franc 18.20, kroon 0.77. En er be-
hoevm nu ook niet vqn alle kanten te
vergeefs sterrekijkers en waarzeggers ge
haald te worden, tot eindelijk een wijze
üaniëi de oplossing1 geeft van het:
ilene, Mene, Teket Upharsin. Bij ons
ifljn de geleerde economisten niet eens
Qü.odig om de menschen te djoiein begrij
pen dat het koerstijstje een zeer som
bere boodschap inhoudt. Als hun toelich
tend woord toch npg nut heeft, dan
is dat pimi de menschen duidelijk te
maken, dat Ihet nog véél eiiger is dan
zij zich voorstellen, en dat die steeds
dalende cijfers een ondergang be tee
kenen ais er, ja, MS! niet heel
spoedig wordt ingegrepen op reusach
tig groote schaaL
Ondergang1, d. w. a. diepe inzinking
o|ok vpor ons met ons hóóg valuta,-
Cjjfer. We slikken in ons geld (het'
beeld is van een artikel in „De Beurs);
het gaat ons alsi koning Midas, die van
honger ontkwam: omdat alles wat nij
aanraakte van gtoud werd. Het wordt
den buitenlanders onmogelijk zaken met
ons te doen, want onze waren zijn Voor
hem goud geworden, onbetaalbaar duur.
En onze bona fide-handelaars
heusch niet alleen de speculanten!
zitten met pakhuizen vpi voorraden die
ze niet kwijt kunnen raken, zoodat er
gl teekenen zijn van een malaise, die
ons bestaan aanvreet.
Dia inzinking ia ins heel Europa te
«japstateeren.
In een waarschuwend artikel dat mi.
Treub in de Vragen des Tijds schreef
onder ?het onheilspellende opschrift:
„La DébScle?" (de ineenzinking) wijlst
hij op de zeer begrijpelijke maar gevaar
lijke stemming bij de overwinnende lan
den, waar de vraag of de voormalige
Duitsche keizer en 'de andere schuldigen
Zullen worden terecht gesteld, van gfroo-
ter Rli urgenter belang is dan de vraag
Qf niet slechts Duitschland, Oostenrijk
en Hongarije, (maar ook Frankrijk en
Engeland in de naaste toekomst in staat
'zuilen zijn hun bevolkingen een leven
te waarborgen dat niet al te \er zal
zijn beneden den standaard van vóór
den oorlog1, oanl het pp zijn zachtst
Vit te drukken.
En tegelijkertijd wijst hljr op het Waar
lijk niet hersenschimmig gevaar, dat het
zoo sterk gebleken leger der 'Bolsjewis
ten Üe landen van centraal Europa aan
vallen, die door honger en ellende met
den dag rijper worden vpor de bolsje
wistische revolutie-idee. Het is zelfs de
vraag of dat gevaar nog wel '5f te wen
den is, meent mr. Treub.
Zijta. twijfel, pf de machthebbers
ai' de overwinnende lanlden zullen in
zien, dat tijdige gemeenschappelijke cre-
dietverleening óók aan Duitschlapd, het
dringende redmiddel is, die twijfel
•wordt gerechtvaardigd door de dingen,
die na het schrijven van dat artikel
(25 Jan.) aan het licht kwamen.
Want het is reeds gebleken dat in
Frankrijk de neiging nog Zcér gering is
cm ook Duitschland te helpen, vóór het
zijn in Frankrijk zoo vurig begeerde
schadevergoeding heeft betaald; men is
daar nog altijd vol argwaan ten opzich
te van de herleving van den ten onder
gebrachten erfvijand.
In Engeland is die bezorgdheid min
der algemeen. Daar schijnt men scher
per op het eigen belang te letten.
Maar tegelijkertijd kwam er uit de
Vereenigde Slalenhet rijke land waar
Veler hoop zich naar richt het bericht
dat de Secretaris van de schatkist, 'GlaKs,
waarschuwend meedeelde, „dat het de
partement van de schatkist gekant is
tegen de voorgestelde internationale fi-
nancieele samenwerking!, wijl deze taaar
'de verwachting zou opwekken van een
actie der Vereenigde Staten vppr een
financiering der behoeften van Eurtopa,
een verwachting die noodzakelijk te
leurgesteld mioet wprden." Als de Ver
eenigde Staten, niet willen helpen, hoe
moet er, dan iets van die credietver-
leening terecht komen
W,e weten het wel, dal de -weigering
niet de laatste uitspraak kan zijn; dat
men in Amerika óók die Midaservaringi
opdoet, en Voor zijd producten geen
afzet gebied vindt, zoodat werkeloosheid
eerlang nok daar het dreigende spook
zal worden. En we weten ook wel, dat
in Frankrijk de belangstelling zich eer
lang zal móeten afwenden van destraf-
fingskwestie, als de economische Ellen
de zich brutaal vlak voor de oogen der
menschen plaatst. Maar voor 't ©ogen
blik is de stemming niet gunstig voor
het groote plan der economisten, tot
vorming van een algemeen credietorga-
nisjatie.
Het z'ijn zeen sionfbertt vooruitzich
ten. Laat ieder zich daar toch goed van
doordringen. We zijn vroeger wel eens
voor te bezorgde zwartkijkers uitge
maakt toen we niet geloofden aan het
spoedig herstel van de welvaart nó den
wapenstilstand en den vrede. 'Maar we
zijn er van overtuigd, dat we nog niet
het ergste bereikt hebben.
Vporal niet, omdat de vernielde werk
lust den toestand nog erger maakt. Er
zijh gelukkig symtomen, die er op wijl-
zen, dat er onder de arbeiders in
Duitschland een beter besef ontstaat van
de beteekenis van de leus: vóór alles
meer productie! De alom gevoelde ver
lamming1, die de geringe productie van
den mijnwerker uitoefent op heele ca
tegorieën van bedrijven, heeft veler
oogen geopend. Maar niet van allen.
En vraag niet wat een werk van jaren
er vernield is door de ver waar loozing
en het ïioiof-bedrijf eerst Van de pptr
lo.gsïperiode en nü. van den revolutie
tijd.
Ge hebt wel efens gehoord, dat er
pp de wereld Verscheidene kale berg
achtige landen zijn te vinden, rotsachtig
'schaarsch bevolkt, onvruchtbaar, en waar
toch eens in vroeger eeuwen, een be
schaafde welvaart heerschte. Daar heb
ben ze de bosschen gekapt, waardoor
de niet (meer door de blo|oimwortels hijeen
gehouden laag teelgrond van de rotsen
spoelde; daar kwam toen een heele ver
andering in het klimaat, omdat de re»
genbrengende bosscheu met hun voort
durende uitwaseming van den in den
grond vastgehouden neerslag er niet meer
waren. Daar kwamen snelle hverstroor
mingen van de kale hergen verwoesten
wat vroeger door de geleidelijker af
vloeiing van het water nog bleef staan.
Zioo is het gegaan in groote streken Van
Noord China, in Klein Azië, in Grieken
land, in het eens met zwarte bosr
schen bedekte Montenegro en omgeving,
in Noord Afrika. Nu is het er zoo kaal
en dor, dat gje niet zoudt gteLooven dat
'er eens welvaart heerschte, als de (opge
graven ruïne van 'steden en dorpen
met onloochenbaar getuigden van dien vroe»
geren bloei.
Of dat nu iets met den huidigjen toe
's tand van Europa te maken heeft?
Toen onlangs de Minister yan Lairid-
bouw het wopTd voerde over tien wa
tersnood in Brabant van de Maas, waar
schuwde hij er vSbr dat men in de
toekomst bedacht ïnoest zijh op nog, ster
ker en overvloediger watertoevoer tenge
volge van de omvangrijke onlbossehin-
n op de middelgebergten. Dat waren
in dit geval de Fransche en Belgische
Arden|men. j
En uit een correspondent!© uit het
Rijnland in de N. R. Crt. óver het
steenkoolgebrek, onder het, veelzeggend
opschrift: „op weg naar een tweede
Weenen", knippen w© de volgende
veelzeggende regels
„Een tweede gevaar' is het hout-
gebrek. Elke mijn, vooral "die van oude
ren datum, heeft een ontzaglijke hoeveel
heid mijnhout noodig. Elke nieuwe gang
vordert waggons aan hout. De reeds
bestaande gangen ïnoetein onophoude
lijk hersteld worden, daar door den
28),
door CHARLES GRAVICE.
rij naar het Engelseh.
stérkten aarddruk soms dikte slalnhiten
als bordpapier omgebogen worden.
„Die treinen met mijnhout moeten uit
de verder gelegene boschdistricten to
men en het kolengebrek belemmert hun
transport. Door gdhrek aan brandhout
zijn vee» van ale ïaermgemi mijnnout
a/s brandmateriaal 'in beslag genomen,
In het Rijnland zelf wordt elk bosch
dat gekocht kan worden, omgehakt. De
ppkoppers spotten daarbij' met elk prin
cipe van 'boschbeheer, ze hakken dik
en dun om, gteen struikje blijft er staan
en de eigenaar van het kaalgehakte
perceel heeft natuurlijk geen lust de
dure, nieuwe beplanting te laten uit
voeren."
En dat gaat er ntï of vijf jaar iaöiöi!
Dóar, en in andere deelen van Duitsch
land, en in Oostenrijk waar steeds £ueer
bosschen gekapt worden v'opr brandstof,
zonder nieuwen aanplant. Én dat in 't
land dat voor den oorlog zoó hóóg
stond in zijn boschcultuur!
Is die ontbossching niet een Symbool
van de verwaarloozing waar 't grootste
deel van Europa onder lijidt
Na 'zooveel zwartkijkerij zoeken we oiok
naar de lichtpunten. En die zijn er ook
wel.
Ten eerste isi gtebleken dat 'de men
schen veel taaier zijn, dan men vroeger
heeft gedacht. Wie had. voor den oorlog
durven vóórspellen, dat na vijf en een
half jaar blokkade van de Centrale lan
den daar nog zooveel menschen in het
leven zouden zijn gebleven. Ze zijn voor
een deel wel verzwakt, en ondervoed',
en 't zal wel jaren vorderen om de inu le
venden weer wat pp him verhaal te bren
gen, wat misschien niet eens zal lukken,
bij hen die nu kinderen zijn. Maar die
taaiheid geeft toch hoop voor die toe
komst En behalve dat z,al de ellende
zelf misschien de krachtigste drijfveer
worden bij' de maatregelen tot herstel.
Oók bij hen die nu nog altijd voior niets
anders toog hebben dan Vppr horlgswraak.
Maar Vóór 't zoover is, zullen we nog
zware tijden door maken.
Sir Ralph ging naar de groote zaal,
groot niet alleen om den omvang en de
pracht der inrichting, maar ook omdat
-net vertrek de plaats van bijeenkomst
geweest was en nog was van oenige der
grootste mannen van den verleden en te
genwoordigen tijd. Want de Castlebridges
waren reeds eeuwen lang een ontzet
tende macht geweest in het land. Eén
Casllebridge was eerste minister geweest,
én ten gevolge van hun hoogen rang en
onmetelijken rijkdom waren ze allen
vóórmannen geweest in de pobtielce en
flociale kringen van Engeland. Sir Ralph
kad niet gevraagd naar lord Castle-
Swidge, den vertegenwoordiger van de
Jmnzienlijke familie, omdat deze verlamd
aan sijn kam** gebonden, waar
zelfs daar was liij1 nog een man van in
vloed; want hij was heer van meer dan
een half graafschap en het lot van dui
zend minderwaardige stervelingen bin
af van het bevestigend of ontkennend
knikken of schudden van het zwakke
hoofd.
Sir Ralph stond geleund tegten dén
gebeeldhouwden schoorsteenmantel, hij
streek langzaam over z'ijn knevel en keek
na,ar zijn onberispelijke laarzen; een
oogenblik daarna werden de deuren open
geworpen en 'n buitengewoon sphounc
vrouw trad binnen. Zij was verrukkelijk
schoon van gestalte. Haar haren zoo
zacht als zijde waren zwart, haar oogen
bijna even donker, haar tint was te
vergelijken bij antiek ivoor. Zij was zoo
gracieus als een jong meisje, "ofschoon
zij dien leeftijd was gepasseerd: maar
met die bevalligheid ging een houding
gepaard, die men alleen beschrijven kan
met het woord vorstelijk!
De deuren werden achter haar ge
sloten en zij snelde toe met een blosje
op haar ivoorkleurig gelaat «n «en wel-
Binnenland.
UIT DE PERS.
Meü maakt phS opmerkzaam opeen
artikel van G. K,. Elout in „De Toorts"
van 24 Januari, welks artikel aan onze
aanaacht ontsnapt was, en dat onder den
titel „Holland's Asschepoes" een pleidooi
bevat pimj het nu zoo slecht bedachte
Zeeland en, niet te vergeten, Zeeuwsch
Vlaanderen door een snelle spoorweg
verbinding1 Imet Holland ,te binden.
Hoewel we de technische en finan-
cieele uitvoerbaarheid der zéér ver rei
kende denkbeelden vam den heer Elout
geheel voor zijn rekening laten, nemen
we hier pver wat hij schrijft over dei)
loop die deze verbip[ding| zou moeten
hebben.
Terneuzten nemèmd als economisch
centrum1 van Zeeuwsch-Vlaanderen, ligt
het voor de hand om1 vandaar een
goede verbinding tot £tand te brengen
met het tegenoverliggende Zuid-Beveb
land en wel opk weer met het eoonor
mische centrum van dat eiland met
Goes. Indien men daar, tusschen Ter-
neuzen en de Zuidkust van Zuid-Beve-
land bij Eilewioulsdijk, een gpede veer-
verbindingi maakt, hetzij met flinke, goed
vast liggende booten (er kan daar nog
aardig wat water loepen dwarsscheeps)
hetzij met stevige stopinponten, en ver
volgens van den steiger een spoorlijn
legt langs Ovezande, Nisse en Hein-
kenszand naar Goes, dam is het econo
mische centrum van Zeeuwsch-Vlaandet-
ren op de best mogelijke wijze met de
rest van Holland verbonden. Tenzij men
wat natuurlijk nóg1 beter en technisch
volstrekt niet onuitvoerbaar ware (men
denke aan de brug over de Firth of
Forth) een spoorwegbrug van Neuzen
naar Eilewioulsdijk zou willen maken.
Die zou ongeveer tweemaal zoio lang
worden als de brug over het Hpllanidseh
Diep, d. w. z. 2800 Meter.
In de tweede plaats is het dan nopdigi,
dat het economische centrum van
Zeeuwsch-Vlaanderen g: ede spoorwegver
bindingen krijgt met het Oosten en het
Westen van de streek. De bestaande ver
binding ïnet Axel en Hulst zpu men door
Wanneer de levenslamp begint te ver
duisteren, wanneer men alleen nog maar
over den dag van heden bezorgd is, wan
neer men geen plannen meer maakt en
slechts leeft met de herinneringen aan het
verleden,wat kan men dan verlangen? Zoo
gezond mogelyk zyn, in rust te zyn met
hetgeen ons omringt, in rust te zyn met
zichzelf. Vreedzaam rusten. Op zulk een
wyze te verouderen is wel een uitzondering.
Waarom Omdat vele bejaarde menschen
niet voorzichtig genoeg omgaan met de
olie in de lampmet hun bloed. Indien gy
van uw organisme niet veel arbeid, niet vele
inspanningen meer kunt vragen, kunt gy u
toch wel met een goede boeveelheid olie
van goede qualiteit in de lamp, met bloed
dat voldoende ryk en zuiver is, den goeden
dagelykschen levensgang der oude lieden
in alk rust verzekeren.
Oude lieden van dien leeftyd moeten er
wel aan denken dat zy sedert dertig jaren
iederen dag getuigschriften hebben gezien
van behoud der gezondheid en van terug
keer der gezondheid, verkregen dank zy de
die, volgens een algemeen verbreid spreek
woord, bloed met iedere pil geven.
Indien gy, op uw beurt, niet tevreden
zyt over uwe gezondheid, roep hen dan te
hulp, neem hen in, zy zullen u in rust met
uzelf brengen-
Pitten morden vcr&ctt d f. i.jSdetho*
en f. j.- de set doezen, franoe, in bet Heofd-
depot: Wemavttadc n4 te Ameterdaot.
(Inyeibïiilen MeöieiïeélïiajjÖ
die Hollandsche spoorwegen móeten doen
overnemen (desnoods diopr onteigening'
waarna de lijn in exploitatie ware te
geven aan de S. S.) en de ontworpen
verbinding Neuzen-Zaamslag-Walsoorden
moet onverwijld tot stand worden ge
bracht. Doch bovendien dient de schei
ding tusschen Oost- en "West-Zeeuwsch-j
"Vlaanderen, die thans nog door den
Braakman wordt gevormd, le worden op
geheven, iets waarom in het land van
AsschepGes al lang is gevraagd. Er is een
omslachtige en knutselige verbinding ont
wierpen van Terneuzen, met een langen
omweg om den Braakman heen naar
IJezndijke en Hoofdplaat, deels per spoor
deels per tram. Maar er moet een ver
binding komen over den Braakman heen,
van Terneuzen Langs Hoek, Biervliet,
IJzendijke, Oostburg en Groede naar
naar Breskens. De Braakman, die toch
al bijna is dichtgeslibt, zon afgedamd
moeten worden met een doorlaat (een
vaste brug van één boog) voor de vi.s-
schersschepen van Philippine en lang»
den dam zou een gpede rijweg moeten
worden gemaakt.
Voorts moeten de lichte bootjes Van
Breskens, indien men ook hier een brug!
nog niet aandurft, vervangen worden (door
zware, slevige booten of stooimponten.
De vierhoek Neuzen-Breskens-Middel-j
burg'-Goes, waarvan tot nu roe nog maar
één zijde in ijzer bestaat (die van Middel
burg' naar Gces) moet van ijzer worden.
Dat is het eerst, het onmiddellijk noodi-
kómistgroet in haar donkere ooigen. Het
kan gerust gezegd worden, dat geen
van haar vrienden haar ooit met zulk
een jeugdigen ijver de kamer had zien
ooorloopen, dat geen van haar vrienden
haar gewoonlijk zoo koele en gelijkmatige
stem zoo had hooren klinken als nu toen
ze zeide:
„Ralph! Eindelijk!"
Zij strekte haar prachtig gtevormde
armen uit en legde ze op zijn schouder
en hij boog het hoofd en kuste haar o.p
de lippen, die gewoonlijk zoo trptschi
waren en hem nu met vrouwelijke tee-
nerlieid werden toegestoken.
Wanneer ben je gekomen?" vroeg zij.
„Vandaag".
„Vertel er mij alles Van", zei r niet
gebiedend zooals haar gewoon! -vas,
■maar als een zachte smeekbede
langende, smeekende «tem van de
die liefheeft.
Hij leunde weer tegen den schoor
steenmantel, met de groote handen op
den rug en zag op h,aar neer Iore tp
neerzonk in een stoel vlak bij hex*.
Er bestond een sterke band tusschen
die vrouw en hem'. Hij had haar lier-
gehad toen zij de ongetrouwde dochter
was van een doodarmen Schotschen pair.
Hij was toen even arm ais /.ij, zonuer
vooruitzichten, want zijn oom kon vopr
de tweede maal trouwen en een erfge
naam krijgen die de eigendommen der
Desbrooks erfde; en er was voor hem
geen hoop 'geweest. Haar vader, met de
omzichtigheid van zijn ras, had zijn
mooie dochter zo'oi goed mogelijk geëx
ploiteerd en had haar ten huwelijk ge
geven aan den rijken, machtigen graaf
van Castlebridge en sir Ralph was ver-
oorneeld toe te kijken en getuige te zijn
van het huwelijk. Lady Castlebridge was
een goede echtgenoote geweest; 'geen
zweem van Iets dat op een schandaaltje
had kunnen gelijken had den oo^ver-
hlindenden spiegel van haar leven bezoé-
deld; zij had den verlamd'en edelman
opgepast, had zijn belangen behartigd,
had geheel geleefd in de hooge positie!
waartoe haar huwel!l'k haar verheven haa.
Maar ofschoon zij m plicht had gxdiaxM
g'e. Dan zijh althans West-Zeeuiwsobf'
Zeeuwsch-Vlaanderen en Terneuzen, hel
economische centrum van de heele lanih
sfreek, door een gpeden econoniischaö
band aan Holland gebonden.
Met het sluiten van dien ijzeren viee-
hoek zou echter Oost-Zeeuwsch-VLaan-j
deren nog niet voldoende zijn gehplpeaa
Zelfs voor de bewoners van Axel en nog
meer voor die van Hulst zou de reis naar,
b.v. Rotterdam' via Terneuzen en Goed
den dwazen omweg over Bergen op Zoont
en Roosendaal omvatten. Vppr hen, èn om*
de noordelijke Zeeuwsche èn de Zuid-Hol»
landsche eilanden eens aan een begin vaü
opheffing uit hun isolement te helpen^
ware nog] iets anders noodig1, waarmeél
trouwens de rest van Zeeuwsch-Vlaande-
ren evenzeer zou zijn gebaat, namelijki
doortrekking van de vierhoek zijde, Ter-
Neuzen Goes naar het Noorden.
Dit zou op twee wijzen kunnen |jj#-
schieden. Ten eerste over Thplen en SI»
Philipsland door het Oosten van Ovex-
flakkee naar Oud-Beierland en vervol^
gens over IJselmionde naar Schiedam!,,'
waar de aansluiting zou worden verkre
gen met Rotterdam eenerzijds, Den Haag
en Amsterdam anderzijds. Of, ten twee
de, zou de lijn van Goes uit kunnen loiou
pen over de Oostpunt van Noord-Bever
land, over Duiveland (langs Zierikzee emj
het Dijkwater), midden door Overflakkee
(Middelharnis) en zoo via de Tien Ge
meten (evenals de eerstbedoelde lijn) naaif
Oud-Beierland. Do lijn pver Thplen zooi
tof de laatste lef'er vaü hel alphabet
toe, zij was nooit in staat geweest haaij
hart los te rukken van zijn eerste rust
plaats; nog steeds had zij den man lie!^
öie haar eerste liefde verworven had.
„Vertel er mij alles van", herhaald^
zij en haar oogen verslonden zijn gelaat^
haar handen klemden zich in elkaar.
Sir Ralph trok de schouders op. „Wal
is er te vertellen?" zei hij. „Ik ben plot
seling eigenaar geworden vau de plaat*
en van het geld".
I ,,'Het doet mij zoo'n pleizier", zei rëL
„ik ben zoo blij Ralph! Het zal je uit al
je moeilijkheden redden. Je zult je schul
pen kunnen betalen je zult ik wofl
zeggen „gelukkig" worden. Maar dal
kan je niet, dat weet ik wel Ralph, d!al
wil zeggen, ials ik je naar mij zelf be-
oordeelen "kan. Het is lief van je dat j*
zoo spoedig gekomen bent. Ik was va*
plan naar het Staten-B.al te gaan, maag
au ga ik «ixt. Ga mee naar mijn karaeif"w
1.
(W:erdl V«*VK»Ia|ld|i