iidlelborgscbs Con
TW EBB E BLAB
VAJf
Zatardag 19 Juli 1919, no. 168.
ZONDERLINGE DINGEN
Fee maand ongeveer geleden meldde
zich bij ons een jongmensch aan, sterk
geparfumeerd, zoo een van 't sport dat
Cnket Brasig een hazewind zou hebben
genoemd. Die jonge man kwam ons ver-
tellen dat hij als vertegenwoordiger van
het jjersbure.au A G. A. een enquête
wilde instellen naar de wijze waarop wij
pa andere bladen ons nieuws kregen,
ten einde op grond daarvan een statistiek
op te maken van de graad van. ontwikke
ling van de bevolking in de verschil
lende landstreken, en meer van dergelijke
dwaasheden. Een poging ons bij het
■Bureau A. G. A. aan te sluiten, was wel
geen hoofddoel, maar toch blijkbaar een
bijzaak We hebben het jongemensch wal
afgedroogd, de deur en ramen na zijn
vertrek opengezet, en orus verbaasd ,af-
getnaagd wat hel bureau A G. A. met
dat alles te doen had, eu wie dat alles
bet*ialde.
Van dat bureau wisten we toen al
leen dat het zich aangemeld had als een
6chepping van dc Commissie ter bevor
dering van den Fransch-Nederlandsch©n
hundek en dat het ons geregeld gratis
en ongevraagd berichten met Franscho
propaganda toezond, die we niet iop-
ïtamen
De zaak werd al wat zonderlinger toen
een poosje later berichten gepubliceerd
werden over onregelmatigheden, ontdekt
in het Bureau van genoemde Fraasch-
Kollar.dsche commissie.
Wht die onregelmatigheden waren, werd
niet gemeld Alleen werd er vanwege
het bestuur meegedeeld, dat de justitie1
er in gemoeid was, en voorts dat de ge
noemde commissie niets te maken had
met het persbureiau A. G. A.
In denzelfden tijd kwamen ons echter
ook verschillende geruchten ter oore over
plannen tot oprichting van een groot dag
blad in het Zuiden van het land. blijkbaar
in verband staande met opzienbarende
groote advertenties in de groote bladen
van een paar maanden geleden, waarin
een heel stel redacteurs werd gevraagd,
en waarin dameS werden gevraagd om
ris oolportrice voor een dagblad op te
treden, enz. Sommige van die berichten
wezen op Breda, en ook al weer op bet
bureau A G. A.
En toen kwam eenige weken geleden'
tol ons van zekeren heer Vierhout uit
Breda een uitnoodiging om op te rich
ten» een Zuidelijken Bond van Journalis
ten, ten einde don slechten beriehllen-.
d-'env. te verbeteren, opleidingscursussen
v.3or journalisten te houden, vpor Lots
verbetering te werken enz. Maar de toe
voeging dat die plannen uitgingen van
personen buiten de journalistiek die met
de journalistiek sympathiseerden, maak
te ctvs al dadelijk erg schuw, vooral
orndnt die personen niot genoemd wer
den. We kregen een lucht van verdekte
ombaopinlgspLannien in onzen netis. Etni
jtoen. we ook nog een persoonsband ont
dekten tusschen het bureau A. G. A ca
het nieuwe dagblad, die ook al weer in
Breda geknoopt bleek te zijn vertrouw
den we het zaakje nog minder
Wie hebben geschreven er niets voor te
voelen, ook al omdat we een zaak met
onQsnoemde personen niet vertrouwden.
»n hoorden er verder nie,ts meer van
Afcar nu lezen we uil het Dagblad
v?» N -Brabant, dat diezelfde lieer Vier
hond daar dezelfde pogingen heeft ge-
FEBILLETOI.
a E K 0 C H T.
Naaï het Engelsch van
CHARLES GAR VICE
Oft).
Het was prachtig weer en in gunstiger
omstandigheden zou Neville van ziju
tocht genoten hebben. Buiten schitterde
alles in zijn zomertooi, de groen© ha
gen, het heldere grasveld, het kwinke
leer en der vogels, het was af het allen
oude vrienden waren, die hem het wel
kom toeriepen m liet oude land. Ilij
liep het grootste gedeelte van den dag
aoor, leefde van het eenvoudigste voed
sel een stuk brood en een glas melk,
dat hij kocht op een boerderij hij' sliep
naast een hooiberg of in den stal van
een vriendelijken boer, voor wien hij
een halven dag werkte ter vergoeding
der 'gastvrijheid
Hij was zoo sterk als een paard en
de geregelde vermoeienis en eenvoudige)
kost deden hem goed en werkten verster
kend op zijn geest. Maar hij miste Sylvia
even zeer als hij ooit gedaan Jiao en
dacht vol verlangen wel twintig maal op
een dag hoe heerlijk het geweest zou
zijr. als hrj haar bij zich had gehad om
met hem te genietien van da frissche'
lucht, de gr,oene akkers, de zingende
daan, waarbjj hjj echte* openhartig «s
geweest
hij wilde ter verbetering van het lot
der journalisten in het Zuiden een Bond
stichten. De kosten er van zou hij, uit
de beucs van eenigö cgke men-
scben, wet betalen.
„Wij hebben, schrijft genoemd blad,
verbaasd gestaan over doze grove poging
tot omkooperij, waartegen wij door kol
lega's uit Zeeuwsch-Vlaanderen reeds wa
re a gewaarschuwd Maar het geval wekte
toch onze nieuwsgierigheid ©n \lus vroe
gen wij den heer Vierhout om een on-
dérivoud Het leek ons niet onaardig de
zen man eens aan z'n jas te trekken.
Echter, hebben wij op ons verzoek
om een onderhoud nooit e©nig antwoord
ontvangen
Telefonische aanvragen of mijnheer te
spreken was in het hotel, waar hij had
opgegeven te loglefcren. werden -leeds
beantwoord met de boodschap „dat myn
heer de stad uiL was."
Wij informeerden eens achterom: het
heerschap bleek een jongmensch lo ziju
van even in de twintig, die hier op wesl-
derig( i) voet- loefde met andere vreemd
soortige typen, e/n in hun gezelschap
goeden sier maakte Met hem verkeerde,
een zekere Muller en als middenpunt van
H gezelschap paraisseerd© cle heer Cam-
bresy d'Ancdfia, een Belg, oud-sekretar-s
der Nederl,andsch-FranscUe kommissie,
van wien gezien werd, dat hij leefde als
een grancl sinjeur en gezegd, dat hij te
Breda een nieuw dagblad zon op
richten.
Deze mijnheer d'Ancona is, met zijn
sekretaris, den heer Van Herwaarden:,
midden in zijn vreugde gearres
teerd en deoi' de marechaussee naar
Den Haag gebracht, blijkbaar om le wor
den verhoord; de sekretaris Van Her
waarden, is in/tusschen weer vrij ge
laten
Het troepje is nu uit elkaar gestoven
en de. heer Vierhout zal ons wel n(o >it
meer komen vertellen, wat hij van plan
is geweest met den I^ond van Zuidelijke
journalisten, die met vreemd geld hun
belangen zou behartigen.
Wij hebben echter sterk den indruk,
dat wij hier te 'doen hebben m^t eert
onhandige en zeer doorzichtige poging
om met buitenlandseh geld invloed 1©
oefenen op de openbare meening in Ne
derland, de aanleggers schijnen zich ech
ter bediend te hebben van menschen die
om het zacht te zeggen, voor hun. taak
niet berekend zijn geweest".
B1 a i s aa a it.
DE RIJN- EN SCHELDE VERBINDENDE
TUSSCHENWATEREN.
Een studie van nir. L, W( Wery over
liet hier bovenstaande actueelo onder
werp verscheen bij Mart. Nrjhoff t©
's-Gravenhage,
Het is in hoofdzaak een geschiedkun
dig-juridische uiteenzetting
In zijn inleiding vestigt de schrijver
echter de aandacht op hel merkwaardige
internationaal-rechterlijkc karakter van
deze „tusschenwateren". Een internatio
nale rivier vormen ze niet; immers voor
eerst zijn ze samengesteld uit verschil
lende rivier- en kanaal vakken, zijn ze dus
niet een „rivier" en bovendien zijn zij
niet „internationaal" in den zin van stnoo-
inend door meer dan één land Toch'
hebben verschillende landen België en
de Rijnoeverstaten - bij opeenvolgende
verdrage.n (1839—1868) het recht van
vrije vaart op de tusschenwateren ver
kregen, als waren zij e©n internationale!
rivier
De tusschenwateren vertoonen in liun
geschiedenis en regime een tweevoudig
Door een misverstand van onzen
berichtgever werd de-ze studie in ons
blad genoemd het proefschrift van den
heer j. van Loon, die echter op Stelling»
priomcveerde.
vogels. Dan beschuldigde hij zich zelf
van zelf van zelfzucht en herinnerde zich
met een zucht, dat Sylvia zonder twijfel
gelukkiger was met haar voorname vrien
den dan hij geweest was ais ze met hem
hel land moest afLoopen.
Maar de gedachte aan tiaar hield zijn
har', week en geen enkel kind of geen
enkele hond schrikte weg van dezen
knappen jongen man met zijn vrien
delijke blauwe oogen en aardigen, maar
droevigen glimlach
Eindelijk bereikte hij het dorp Lynne;
zij alleen, die na langdurige omzwervin
gen de geliefde plek weerzien, die hurt
Tehuis is geweest, kunnen zich verplaat
sen in hetgeen hij gevoelde Iedere hut.
iedere boom kwam hem bekend voor
- zelfs de dorpspomp, die over het al
gemeen geen al te romantisch voorwerp
genoemd kan worden, deed zijn hart
trillen en hij zwaaide den slinger en
dronk naar hartelust Hij had igevrecsd,
dat men hem zou herkennen, maar of
schoon de eenvoudige lieden hem aan
keken, zij deden het met de groote
nieuwsgierigheid van fauitenmonschen en
niemand herkende in den krachtige©,
verbranden man den jongeling, die Lynne
cc.r'ge jaren geleden verlaten had In
d'! opzicht hielpen hem zijn schunnige,
grove kleederen. want de dorpsbewo
ner* zouden waarschijnlijk niet in een
voorbijtrekkende!! londlooper Neville
Lvnne herkennen, den lieveiingszoon van-
Sir Greville. den gosdgekleeden jongen
beeld, doordat zij de schakel vormen
tuvschen twee international© rivieren, met
een geheel verschillende historische ont
wikkeling. Het conflict met België in
1830, waaruit de Schelderegeling is ont
staan, heeft op het Belgisch-Nederlandich
regime van de tusschenwateren zyn stem
pel gedrukt Het eenzijdig Belgisch be
lang bij de zeescheepvaart ->p Antwer
pen heeft het Scheldere-gime het karakter
gegeven van een „Servituut" op Neder-
kmdsch territoir en ditzelfde karakter
heeft ook gekregen 'het Nederlaudsch-Bel-
•gisch reginuj der tusschenwateren door
hel Belgische belang bij de riviersclieep-
vaarl van Antwerpen en Gent langs de
tuss eb en wateren naar den Rijn.
Van Duilsch-Nederlandschen kant ont
wikkelt zich liet regime dei- tusschen
wateren geleidelijk uit het Rijuregime en
vormen zij in het proces van internatio
nalisatie den overgang van'de internatio-
fuale rivieren naai- een geheel internatio
naal waterwegensysteem. Als zoodanig
vragen zij onze aandacht bij de aan
staande herziening der Rijnvaar tact©
Met den Rijn, de .Schelde en de Maas
en de verschillende „overwegen" ten
bate van België op ons land gevestigd,
bepalen zij goeddeels de zeer merkwaar
dige geopolitische ligging van ons land
In het eerste hoofdstuk behandelt de
schrijver het ontslaan van de vrije inter
nationale vaart op die wateren, ui op
de conferentie va» Mainz (1816-1831)
en op die van Londen (1830—1839)
In het tweede hoofdstuk zet hij uiteen
welk bijzonder regime geldt voor die
wateren tusschen Rijn en Schelde En
voorts geeft hij een overzicht van twee
kwesties betreffende die tusschenwate
ren. nl de afdamming van <ie Qo&ter-
Schelde (18-16—'67), en de zand- en grind
kwestie uil de,, oorlogsjaren
Bij de Jiespreking van hel regime op
de tusschenwateren geeft de schrijver
nog een nadere toelichting tot zijn boven
aangehaalde opmerking over de S c h e 1-
deregeling
Doer de eenvoudige regeling, zoo
schrijft hij, tusschen Nederland en de
Rijnoe verstaten, die de tusschenwateren
[inschakelen in de regeling van de inter
na (Zonale rivier, komen de .gebreken van
idc Belgische regeling des te scherper uit.
Dc tusschenwateren, die voor de Rijn-
ceverstateti een voortzetting vormen van
den Rijn, vormen voor België een voort
zetting van de Schelde Zij zijn voor beid©
partijen de brug, die hen verbindt Zoo-
als de Rijnoeverstaten hel recht van vrije
vaart langs de tusschenwateren ontlee-
nen pan liet Rijnvaartreglement, belioort
België dit recht te ontlecnen aan het
Scheldereglemen t Van een dergelijke be
paling echter, zooals die in de Rijnvaart-
acte voorkomt ten aanzien van de vaart
Antwerpen, kan in liet Schelde-regime
geen sprake zijn, omdat zoo'n bepaling
alleen kan voortvloeien uit e©n Schelde-
reglement, dat ruimte laat voor de rivier-1
vaart Eeu dergelijk reglement ontbreekt
echter Dit is een gevolg daarvan, dal bij
dc regeling van de Scheld© 'het Belgisch
belang bij de zeevaart eenzijdig is voorop
gesteld. waardoor de gedachte aan de
gemeenschappelijke rivier die een alge-
meene regeling van d© wederzijdsche ver
houdingen en belangen noodig maakte, op
den achtergrond is geraakt Zoo zijn op
de basis van ai't. IX van hel tractaat van
19 April 1839 en hoofdstuk II v.m liet
aanvullend tractaat van 5* November 1842,
de reglementen tol stand gekomen van 20
Mei 1843 reglement A betreffende de
vaart op de Schelde en zijn mondingen,
reglement B betreffende den toodsdienslj
en het gemeenschappelijk toezicht, regle
ment C betreffende d© vuren, reglement
D betreffende de vischvangst ©n visèhhan-
del, met het additioneel© artikel onder
H, reglement E betreffende de vaart op
de tusschenwateren tusschen Schelde eu
Rijn Al deze reglementen staan los naast
elicaar zonder dat een algemeen Scheldc-
reglëment, dat de gemeenschappelijke ver
houdingen tusschen Nederland en Bal-
mar., die op een volbloed pony over vel
den en wegen placht te draven met een
groom achter zich
1 -tdat het donker was bleef Neville
uil de nabijheid van het huis, want hij
wist, dat hij grooter gevaar liep herkend
to worden daar dan ergens apdershij
vulde dien tijd aan met het bezoeken
der .plekjes waar hij met Andrey placht
te spelen Hij ging naar den Molen en
gebruikte zijn middagmaal op dezelfde
plek waar Andrey Lord Lorrimore ver
zocht had den verloren Neville ie gaan
opsporen; hij slenterde naar liet water,
,v°ar hij haar had overgehaald doorheen
te waden en hem te volgen en al die
bekende plekjes wekten oude herinne
ringen bij hem op en ded©n do snaren
van zijn hart trillen, evenals de zacht©
zomerwind een aeolusharp doet zingen.
Maar het vreemde van deze ontroering
was, dat hij, hoe dan ook, Svlvia ver
warde met Andrey en soms was het liem
bepaald alsof hij met Sylvia gespeeld
had en niet met Andrey. De twee meisjes
schenen zijn hart te deelen en daarin le
üeerschen als twee koninginnen in een
vriendschappelijken wedstrijd.
Te oen donker klom hij over het hek
van het park Lynne en naderde behoed
zaam hel huis. De oude buitenplaats was
zoo stil als het graf bij het verbleekende
zonlicht en niettegenstaande het land
goed volmaakt goed werd onderhouden,
toch was het Neville of het er verwaar
loosd uitzag. Hij wandelde het huis rond
gië in beginsel' regelt, aan die reglementen
ten grondslag ligt. Op deze "wijze ia het
mogelijk geworden, dat de regeling van
het gemeenschappelijk toezicht is onder
gebracht in één reglement met het loods-
*wezen en den sanitairen dienst, regelin
gen van geheel verschillend karakter en
beteekenis, dat de verplichting van Neder
land en België tot onderhoud ieder van
hun slroomgedeelte steunt op artikel IX§ 2
van hel tractaat van 19 April 1839, dal
het recht van vrije vaart steunt op de toe
passelijk-verklaring der Weener scheep
Mnartartikelen in artikel IX 1 van dit-
zellde tractaat De beginselen, die nu over
verschillende Iractaten verspreid zijn be
boeren in één algemeen Scheldereglement
te worden vereenigd.
Het ontbreken van een algemeen regle
ment. heeft ertoe bijgedragen dat het
Scheldercgime te veel het karakter heeft
gekregen van een servituut op Neder-
Jandsch territoir ten bate vau de zeevaart
op Antwerpen en Gent terwijl' zij als in
ternationale rivier behoorde l© zijn gere
geld op den voet van gemeenschappelijke
verhoudingen en belangen D© bijzondere
belangen van België bij de zeevaart kun-
;nen ook in het algemeen© Schelderegle>-
Ifucrt en in de reglementen, die er op be
rusten tót zijn recht komen .zonder dat
daardoor het karakter van een Troomge-
nie en schap verl oren gaat
in een aldus gedachte algemeen© Schel-
deregeling zou één artikel, gelijkend op
art 2 van de 'Rijnvaartacle. aan België
de vrije vaart langs de tusschenwateren
■naar den Rijn kunnen geven op voet van
gelijkheid met de Rijnoeverstaten, terwijl
ook Nederland het récht om op Antwer
pen te varen aan dit algemeen reglement
zou kunnen ontleeuen
Zoo zou ook het Belgisch-Nederlandsch
regime der tusschenwateren ingeschakeld
zijn in liet regime van de internationale
rivier waarvan zij voor België de voort -
zetting vormen, de Schelde
STAATSBOMMÏSSÏE YOOR
COÖPERATIE
De Minister van Justitie heeft gister
middag in een der zalen van zijn Depar
tement de Staatscommissie, ingesteld bij
Kon besluit van 8 Juli jl om te onder
zoeken of wijziging der Wet tot rege
ling der coöperatieve vereenigilngen wen*-,
schel ijk is dan wei of een nieuwe wel
noodig moet worden geacht een en an<i<er
in verband met het onderscheid tusschen
coöperatieve en andere verepfnigjinjgein,,
geïnstalleerd met de volgepd|e rede. waar
in hij o.a. zei
Deze opdracht betreft een onderzoek
naar mogelijke vernieuwing of me uwen
bouw van wettelijke voorschriften die
aan de coöperatieve vereenijgltogeai tot
bestaansvoorwaarde en bijzonderen le
vensregel strekken. Hierbij wordt de
aandacht gevraagd voor het onderscheid
tusschen coöperatieve en andere ver-
eenigingen. Hel maken van zoodanig!
onderscheid sluit het hebben van ver
band en samenhang niet uit, veronder
stelt veeleer hunne aanwezigheid Dien
volgens valt binnen liet kader der ver
strekte opdracht ook te onderzoekeu of
wijziging ui andere dan dfi zoo even
aangeduide wetsbepalingen vvenschelijk
is. Op verschillende punten, die daarbij
/h aanmerking zullen komen, is dé aan
dacht gevestigd. Tk meen daarvan geen
opsomming te moeten geven, omdat de
taak uwer commissie niet zal behoeven
beperkt te zijn tot de overweging <ier
vragen, 'die in woord en gesclirift zijn
ter sprake gebracht. Uwe commissie zal
vrij zijn om hel onderwerp in zijn <ge-
heelen omvang en in alle bijZonderher
den na te gaan
EEN HULDE AAN DE N- O T.
Namens liet Dagehjksch B©stuur van
hel Verhoud van Nederiandsche Fabri-
kanten-Vereenigkugeji. loco-voorzitter tie
heer Simon A Maas. secretaris de heer
er. bleef steeds in dc schaduw der hoo
rnen en kwam al heel spoedig aan de
deur hoog in den muur. waarvan Jordan
de trap had latea wegnemen Ilij stond
leer naar te kijken met ©eu droevig
pijnlijk gevoel want hoe vaak had
hi; zijn vader door die deur zien in- en
uitonan toen hij plotseling van achte
ren werd aangegrepen
Hij draaide zich schielijk 'un en wor
stelde met zijn aanvaller, de twee man
nen vochten alzo© eeu paar minuten
toen Neville het welbekende „beentje'
lichten" toepaste en zijn tegenstander op
het ohas wierp. Er was geen woord ge
sproken en Neville, die den man voor
een jachtopziener hield, aarzelde of hij
verklaring zou geven van zijn tegenwoor
digheid en heengaan toen de man een uit-
r ep van verbazing deed hooren en op
staande zeide
.Lieve hemel1 het is mijnheer Neville!"
Ne rille had een flauwe herinnering van
de slem, maar kon die toch niet goed
thuis brengen en stond den man met
aandacht aan te zien.
..Wat, kent u mij niet meer, mijnheer?"
zei hij, zijn enkel wrijvende en Nevil
le nog verwonderd aanziende ,,Ik ben
het, Trale inspecteur van politie Tr,v
le' U herinnert u mij zeker wel, mijn
heer.'
Neville's gezicht klaarde op en gliinla-,
chend stak hij de Iiand uit
„Wel ja, natuurljjk", zei hij. ,Hof» gaat
hel, Trale?"
MED OOGST WAT HEN ZAAIT f
d) Wanneer men de
I Pink; Pillen i
neemt, oogst men ge-
zondheid.
a* «(Z?
ij-, P^7
(Ingezonden itectevie£Üi*g*
TWtmr/mi.- =rr ja.' u.-ua30aistci;.vii.'n;«sja9DK
Molenaar, is hel ondersLaand telegram
gezonden aan den lieer van Aalst.
„Van Aalst. Voorzitter Nederiandsche
Overzee TruslmaaLschappij, 's-Graven
hage
„Hc wensch u geluk met het feil dat de.
N. O T. hare werkzaamheden in hoofd
zaak kan beëindigen. Mogen spoedig ver
geten zijn dc onaangename wrijvingen
die onvermijdelijk moesten voorkomen
door uwe uitgebreide en diepgaande be
moeiing met het gehcele Nederiandsche
bedrijfsleven, doch onvergankelijk blijve
de herinnering1 aan de onschatbare dien
sten die gij en uwe medebestuurders aan
onze nijverheid, liandei en scheepvaart
ja aan het gehecle Nederiandsche volk
hebt bewezen door u te stellen en te
handhaven als trustee tusschen de Neder
iandsche bedrijven en dp- oorlogvoerende
mogendheden
-■iWWIOU.- -OV.V;...,.,
NATIONALE WONINGRAAD.
Tot voorzitter van den Nationaleo)
Woningraad is gekozen mr. L N Roo-
denburg le 's-Gravenhage. tol secretaris
mr. J Bierens de Haan, Prinsengracht
691. Arasterdam.
VRIJWILLIGE LANDSTORM.
In het Schuttershof alhier waren
gisteravond zeer vele belangstellende per
sonen bijeengekomen om de groote pro
paganda vergadering voor d.en vrywilligen
landstorm bij le wonen
De luit.-kol A Klontje, commandanl
van den vrijwüügen landstorm vu Zee
land wees er in zijn qpenjïjngfstwaord
op, dal de beteekenis van djeze na
tionale instelling is om gereed te Zijn
hls pogingen worden aangewend om de
bestaande orde omver le werpen Ter-
wijl Nederland zich heeft aangegord om,
wat de goede elementen betreft, zijn
steun aan hel gezag' te geven is Zee
land echter niet zoo vertegenwoordigd
als gewenscht wordt tn Limburg telt de
vrijw landstorm 4000. in Brabant 5000
over 't geliccle land 40 000 leden Maar
in "Zeeland slechts 600. terwijl toch
deze provincie van dc vroegste iij<len
af aan trouw aau de regeering was
Hier in de stad js er maai- één. die
zich bij den buitengewonen vrijwilligen
landstorm heeft aangleslotenin CÜuge
zijn er 50, die dat gödaAn heblien
Kapelaan Van Dorp, die kort
daarop t woord verkreeg begon met
te verlrellen dat 't op iets bijzonders
svijst, dat liij als Roomsch priester voor
deze vergadering optreedt Waar do vei
ligheid wordt bedreigd hebben we allen
op te komen voor het heil van ons
volk. Hij en de heer Van Rees, dn- zelf
geweldig tegen 'l militairisme zijn ko
men om militairen te winnen
Spr. komt juist terug' van zijn vacaur
tiereis in Limburg waar hij dacht
„wat is hier alles toch rustig' en vre
dig, hij lioorde tipnr niets van bolsje
wisme Men zou zich echter verg.ssem.
erger dan Troelstra in de Novembei-da,-
geu, indien men meende dot nu 't re-
tolutiegevaar voorbij was De revolutie
blijft dreigen, daarom moeten we pa
raat zijn
Spr. staat thans uitvoerig stil J>y tie
De inspecteur lachte wel wat droevig.
„Nu. vrij pijnlijk, denk ik, mijnheer?"*
antwxiordde hij „maar wie zou dan ook
verwacht hebben, u hier te ziem mjja-
heer Neville
Neville keek droevig op naaa- hel huis1.
„En toch was dit vroeger mijn tehuis",
zei hij meier tot zich zelf dan tot den
inspecteur. „Je houdt er een zonaFrlingo
manier op na olm een ouden vriend te ver
welkomen, Trale", zei hij luide
Trage zag er uit als eeu en al veront
schuldiging.
„Ik vraag u duizend maal vergiffenis,
mijnheer Neville", zei hij nederig. „Ik
weet niet wat u wel van mij denken moet,
maar een man moet zijn plicht doen, dat
weel u mijnheer, en toen ik iemand zagj
dien ik voor een een
„Landlooper hield", zei Neville met een
glimlach, terwijl hij een blik wierp op
zijn versleten plunje. „Voor den dag er
mee. Trale'"
„Welnu, mijnheer, u moet mij niet
kwalijk nemen, maai- daar hield ik u voor
of voor nog erger dan dat," gaf Trale toe.
„Ik heb u het laatste half uur nagegaan
en het kwam mij voor of ik een inbreker
op hol spoor was.
..Dat wil ik wel gelooven". zei Ne
ville somber, „en om je de waarheid le
zeggen, ik dacht juist toen je mij beet
pakle of ik het zou kunnen Idaar spelen
in huis te komen en het oude hu,-s no®
eens te bekijken."
Terr«t|i®,