iidlelborgscbs Con TW EBB E BLAB VAJf Zatardag 19 Juli 1919, no. 168. ZONDERLINGE DINGEN Fee maand ongeveer geleden meldde zich bij ons een jongmensch aan, sterk geparfumeerd, zoo een van 't sport dat Cnket Brasig een hazewind zou hebben genoemd. Die jonge man kwam ons ver- tellen dat hij als vertegenwoordiger van het jjersbure.au A G. A. een enquête wilde instellen naar de wijze waarop wij pa andere bladen ons nieuws kregen, ten einde op grond daarvan een statistiek op te maken van de graad van. ontwikke ling van de bevolking in de verschil lende landstreken, en meer van dergelijke dwaasheden. Een poging ons bij het ■Bureau A. G. A. aan te sluiten, was wel geen hoofddoel, maar toch blijkbaar een bijzaak We hebben het jongemensch wal afgedroogd, de deur en ramen na zijn vertrek opengezet, en orus verbaasd ,af- getnaagd wat hel bureau A G. A. met dat alles te doen had, eu wie dat alles bet*ialde. Van dat bureau wisten we toen al leen dat het zich aangemeld had als een 6chepping van dc Commissie ter bevor dering van den Fransch-Nederlandsch©n hundek en dat het ons geregeld gratis en ongevraagd berichten met Franscho propaganda toezond, die we niet iop- ïtamen De zaak werd al wat zonderlinger toen een poosje later berichten gepubliceerd werden over onregelmatigheden, ontdekt in het Bureau van genoemde Fraasch- Kollar.dsche commissie. Wht die onregelmatigheden waren, werd niet gemeld Alleen werd er vanwege het bestuur meegedeeld, dat de justitie1 er in gemoeid was, en voorts dat de ge noemde commissie niets te maken had met het persbureiau A. G. A. In denzelfden tijd kwamen ons echter ook verschillende geruchten ter oore over plannen tot oprichting van een groot dag blad in het Zuiden van het land. blijkbaar in verband staande met opzienbarende groote advertenties in de groote bladen van een paar maanden geleden, waarin een heel stel redacteurs werd gevraagd, en waarin dameS werden gevraagd om ris oolportrice voor een dagblad op te treden, enz. Sommige van die berichten wezen op Breda, en ook al weer op bet bureau A G. A. En toen kwam eenige weken geleden' tol ons van zekeren heer Vierhout uit Breda een uitnoodiging om op te rich ten» een Zuidelijken Bond van Journalis ten, ten einde don slechten beriehllen-. d-'env. te verbeteren, opleidingscursussen v.3or journalisten te houden, vpor Lots verbetering te werken enz. Maar de toe voeging dat die plannen uitgingen van personen buiten de journalistiek die met de journalistiek sympathiseerden, maak te ctvs al dadelijk erg schuw, vooral orndnt die personen niot genoemd wer den. We kregen een lucht van verdekte ombaopinlgspLannien in onzen netis. Etni jtoen. we ook nog een persoonsband ont dekten tusschen het bureau A. G. A ca het nieuwe dagblad, die ook al weer in Breda geknoopt bleek te zijn vertrouw den we het zaakje nog minder Wie hebben geschreven er niets voor te voelen, ook al omdat we een zaak met onQsnoemde personen niet vertrouwden. »n hoorden er verder nie,ts meer van Afcar nu lezen we uil het Dagblad v?» N -Brabant, dat diezelfde lieer Vier hond daar dezelfde pogingen heeft ge- FEBILLETOI. a E K 0 C H T. Naaï het Engelsch van CHARLES GAR VICE Oft). Het was prachtig weer en in gunstiger omstandigheden zou Neville van ziju tocht genoten hebben. Buiten schitterde alles in zijn zomertooi, de groen© ha gen, het heldere grasveld, het kwinke leer en der vogels, het was af het allen oude vrienden waren, die hem het wel kom toeriepen m liet oude land. Ilij liep het grootste gedeelte van den dag aoor, leefde van het eenvoudigste voed sel een stuk brood en een glas melk, dat hij kocht op een boerderij hij' sliep naast een hooiberg of in den stal van een vriendelijken boer, voor wien hij een halven dag werkte ter vergoeding der 'gastvrijheid Hij was zoo sterk als een paard en de geregelde vermoeienis en eenvoudige) kost deden hem goed en werkten verster kend op zijn geest. Maar hij miste Sylvia even zeer als hij ooit gedaan Jiao en dacht vol verlangen wel twintig maal op een dag hoe heerlijk het geweest zou zijr. als hrj haar bij zich had gehad om met hem te genietien van da frissche' lucht, de gr,oene akkers, de zingende daan, waarbjj hjj echte* openhartig «s geweest hij wilde ter verbetering van het lot der journalisten in het Zuiden een Bond stichten. De kosten er van zou hij, uit de beucs van eenigö cgke men- scben, wet betalen. „Wij hebben, schrijft genoemd blad, verbaasd gestaan over doze grove poging tot omkooperij, waartegen wij door kol lega's uit Zeeuwsch-Vlaanderen reeds wa re a gewaarschuwd Maar het geval wekte toch onze nieuwsgierigheid ©n \lus vroe gen wij den heer Vierhout om een on- dérivoud Het leek ons niet onaardig de zen man eens aan z'n jas te trekken. Echter, hebben wij op ons verzoek om een onderhoud nooit e©nig antwoord ontvangen Telefonische aanvragen of mijnheer te spreken was in het hotel, waar hij had opgegeven te loglefcren. werden -leeds beantwoord met de boodschap „dat myn heer de stad uiL was." Wij informeerden eens achterom: het heerschap bleek een jongmensch lo ziju van even in de twintig, die hier op wesl- derig( i) voet- loefde met andere vreemd soortige typen, e/n in hun gezelschap goeden sier maakte Met hem verkeerde, een zekere Muller en als middenpunt van H gezelschap paraisseerd© cle heer Cam- bresy d'Ancdfia, een Belg, oud-sekretar-s der Nederl,andsch-FranscUe kommissie, van wien gezien werd, dat hij leefde als een grancl sinjeur en gezegd, dat hij te Breda een nieuw dagblad zon op richten. Deze mijnheer d'Ancona is, met zijn sekretaris, den heer Van Herwaarden:, midden in zijn vreugde gearres teerd en deoi' de marechaussee naar Den Haag gebracht, blijkbaar om le wor den verhoord; de sekretaris Van Her waarden, is in/tusschen weer vrij ge laten Het troepje is nu uit elkaar gestoven en de. heer Vierhout zal ons wel n(o >it meer komen vertellen, wat hij van plan is geweest met den I^ond van Zuidelijke journalisten, die met vreemd geld hun belangen zou behartigen. Wij hebben echter sterk den indruk, dat wij hier te 'doen hebben m^t eert onhandige en zeer doorzichtige poging om met buitenlandseh geld invloed 1© oefenen op de openbare meening in Ne derland, de aanleggers schijnen zich ech ter bediend te hebben van menschen die om het zacht te zeggen, voor hun. taak niet berekend zijn geweest". B1 a i s aa a it. DE RIJN- EN SCHELDE VERBINDENDE TUSSCHENWATEREN. Een studie van nir. L, W( Wery over liet hier bovenstaande actueelo onder werp verscheen bij Mart. Nrjhoff t© 's-Gravenhage, Het is in hoofdzaak een geschiedkun dig-juridische uiteenzetting In zijn inleiding vestigt de schrijver echter de aandacht op hel merkwaardige internationaal-rechterlijkc karakter van deze „tusschenwateren". Een internatio nale rivier vormen ze niet; immers voor eerst zijn ze samengesteld uit verschil lende rivier- en kanaal vakken, zijn ze dus niet een „rivier" en bovendien zijn zij niet „internationaal" in den zin van stnoo- inend door meer dan één land Toch' hebben verschillende landen België en de Rijnoeverstaten - bij opeenvolgende verdrage.n (1839—1868) het recht van vrije vaart op de tusschenwateren ver kregen, als waren zij e©n internationale! rivier De tusschenwateren vertoonen in liun geschiedenis en regime een tweevoudig Door een misverstand van onzen berichtgever werd de-ze studie in ons blad genoemd het proefschrift van den heer j. van Loon, die echter op Stelling» priomcveerde. vogels. Dan beschuldigde hij zich zelf van zelf van zelfzucht en herinnerde zich met een zucht, dat Sylvia zonder twijfel gelukkiger was met haar voorname vrien den dan hij geweest was ais ze met hem hel land moest afLoopen. Maar de gedachte aan tiaar hield zijn har', week en geen enkel kind of geen enkele hond schrikte weg van dezen knappen jongen man met zijn vrien delijke blauwe oogen en aardigen, maar droevigen glimlach Eindelijk bereikte hij het dorp Lynne; zij alleen, die na langdurige omzwervin gen de geliefde plek weerzien, die hurt Tehuis is geweest, kunnen zich verplaat sen in hetgeen hij gevoelde Iedere hut. iedere boom kwam hem bekend voor - zelfs de dorpspomp, die over het al gemeen geen al te romantisch voorwerp genoemd kan worden, deed zijn hart trillen en hij zwaaide den slinger en dronk naar hartelust Hij had igevrecsd, dat men hem zou herkennen, maar of schoon de eenvoudige lieden hem aan keken, zij deden het met de groote nieuwsgierigheid van fauitenmonschen en niemand herkende in den krachtige©, verbranden man den jongeling, die Lynne cc.r'ge jaren geleden verlaten had In d'! opzicht hielpen hem zijn schunnige, grove kleederen. want de dorpsbewo ner* zouden waarschijnlijk niet in een voorbijtrekkende!! londlooper Neville Lvnne herkennen, den lieveiingszoon van- Sir Greville. den gosdgekleeden jongen beeld, doordat zij de schakel vormen tuvschen twee international© rivieren, met een geheel verschillende historische ont wikkeling. Het conflict met België in 1830, waaruit de Schelderegeling is ont staan, heeft op het Belgisch-Nederlandich regime van de tusschenwateren zyn stem pel gedrukt Het eenzijdig Belgisch be lang bij de zeescheepvaart ->p Antwer pen heeft het Scheldere-gime het karakter gegeven van een „Servituut" op Neder- kmdsch territoir en ditzelfde karakter heeft ook gekregen 'het Nederlaudsch-Bel- •gisch reginuj der tusschenwateren door hel Belgische belang bij de riviersclieep- vaarl van Antwerpen en Gent langs de tuss eb en wateren naar den Rijn. Van Duilsch-Nederlandschen kant ont wikkelt zich liet regime dei- tusschen wateren geleidelijk uit het Rijuregime en vormen zij in het proces van internatio nalisatie den overgang van'de internatio- fuale rivieren naai- een geheel internatio naal waterwegensysteem. Als zoodanig vragen zij onze aandacht bij de aan staande herziening der Rijnvaar tact© Met den Rijn, de .Schelde en de Maas en de verschillende „overwegen" ten bate van België op ons land gevestigd, bepalen zij goeddeels de zeer merkwaar dige geopolitische ligging van ons land In het eerste hoofdstuk behandelt de schrijver het ontslaan van de vrije inter nationale vaart op die wateren, ui op de conferentie va» Mainz (1816-1831) en op die van Londen (1830—1839) In het tweede hoofdstuk zet hij uiteen welk bijzonder regime geldt voor die wateren tusschen Rijn en Schelde En voorts geeft hij een overzicht van twee kwesties betreffende die tusschenwate ren. nl de afdamming van <ie Qo&ter- Schelde (18-16—'67), en de zand- en grind kwestie uil de,, oorlogsjaren Bij de Jiespreking van hel regime op de tusschenwateren geeft de schrijver nog een nadere toelichting tot zijn boven aangehaalde opmerking over de S c h e 1- deregeling Doer de eenvoudige regeling, zoo schrijft hij, tusschen Nederland en de Rijnoe verstaten, die de tusschenwateren [inschakelen in de regeling van de inter na (Zonale rivier, komen de .gebreken van idc Belgische regeling des te scherper uit. Dc tusschenwateren, die voor de Rijn- ceverstateti een voortzetting vormen van den Rijn, vormen voor België een voort zetting van de Schelde Zij zijn voor beid© partijen de brug, die hen verbindt Zoo- als de Rijnoeverstaten hel recht van vrije vaart langs de tusschenwateren ontlee- nen pan liet Rijnvaartreglement, belioort België dit recht te ontlecnen aan het Scheldereglemen t Van een dergelijke be paling echter, zooals die in de Rijnvaart- acte voorkomt ten aanzien van de vaart Antwerpen, kan in liet Schelde-regime geen sprake zijn, omdat zoo'n bepaling alleen kan voortvloeien uit e©n Schelde- reglement, dat ruimte laat voor de rivier-1 vaart Eeu dergelijk reglement ontbreekt echter Dit is een gevolg daarvan, dal bij dc regeling van de Scheld© 'het Belgisch belang bij de zeevaart eenzijdig is voorop gesteld. waardoor de gedachte aan de gemeenschappelijke rivier die een alge- meene regeling van d© wederzijdsche ver houdingen en belangen noodig maakte, op den achtergrond is geraakt Zoo zijn op de basis van ai't. IX van hel tractaat van 19 April 1839 en hoofdstuk II v.m liet aanvullend tractaat van 5* November 1842, de reglementen tol stand gekomen van 20 Mei 1843 reglement A betreffende de vaart op de Schelde en zijn mondingen, reglement B betreffende den toodsdienslj en het gemeenschappelijk toezicht, regle ment C betreffende d© vuren, reglement D betreffende de vischvangst ©n visèhhan- del, met het additioneel© artikel onder H, reglement E betreffende de vaart op de tusschenwateren tusschen Schelde eu Rijn Al deze reglementen staan los naast elicaar zonder dat een algemeen Scheldc- reglëment, dat de gemeenschappelijke ver houdingen tusschen Nederland en Bal- mar., die op een volbloed pony over vel den en wegen placht te draven met een groom achter zich 1 -tdat het donker was bleef Neville uil de nabijheid van het huis, want hij wist, dat hij grooter gevaar liep herkend to worden daar dan ergens apdershij vulde dien tijd aan met het bezoeken der .plekjes waar hij met Andrey placht te spelen Hij ging naar den Molen en gebruikte zijn middagmaal op dezelfde plek waar Andrey Lord Lorrimore ver zocht had den verloren Neville ie gaan opsporen; hij slenterde naar liet water, ,v°ar hij haar had overgehaald doorheen te waden en hem te volgen en al die bekende plekjes wekten oude herinne ringen bij hem op en ded©n do snaren van zijn hart trillen, evenals de zacht© zomerwind een aeolusharp doet zingen. Maar het vreemde van deze ontroering was, dat hij, hoe dan ook, Svlvia ver warde met Andrey en soms was het liem bepaald alsof hij met Sylvia gespeeld had en niet met Andrey. De twee meisjes schenen zijn hart te deelen en daarin le üeerschen als twee koninginnen in een vriendschappelijken wedstrijd. Te oen donker klom hij over het hek van het park Lynne en naderde behoed zaam hel huis. De oude buitenplaats was zoo stil als het graf bij het verbleekende zonlicht en niettegenstaande het land goed volmaakt goed werd onderhouden, toch was het Neville of het er verwaar loosd uitzag. Hij wandelde het huis rond gië in beginsel' regelt, aan die reglementen ten grondslag ligt. Op deze "wijze ia het mogelijk geworden, dat de regeling van het gemeenschappelijk toezicht is onder gebracht in één reglement met het loods- *wezen en den sanitairen dienst, regelin gen van geheel verschillend karakter en beteekenis, dat de verplichting van Neder land en België tot onderhoud ieder van hun slroomgedeelte steunt op artikel IX§ 2 van hel tractaat van 19 April 1839, dal het recht van vrije vaart steunt op de toe passelijk-verklaring der Weener scheep Mnartartikelen in artikel IX 1 van dit- zellde tractaat De beginselen, die nu over verschillende Iractaten verspreid zijn be boeren in één algemeen Scheldereglement te worden vereenigd. Het ontbreken van een algemeen regle ment. heeft ertoe bijgedragen dat het Scheldercgime te veel het karakter heeft gekregen van een servituut op Neder- Jandsch territoir ten bate vau de zeevaart op Antwerpen en Gent terwijl' zij als in ternationale rivier behoorde l© zijn gere geld op den voet van gemeenschappelijke verhoudingen en belangen D© bijzondere belangen van België bij de zeevaart kun- ;nen ook in het algemeen© Schelderegle>- Ifucrt en in de reglementen, die er op be rusten tót zijn recht komen .zonder dat daardoor het karakter van een Troomge- nie en schap verl oren gaat in een aldus gedachte algemeen© Schel- deregeling zou één artikel, gelijkend op art 2 van de 'Rijnvaartacle. aan België de vrije vaart langs de tusschenwateren ■naar den Rijn kunnen geven op voet van gelijkheid met de Rijnoeverstaten, terwijl ook Nederland het récht om op Antwer pen te varen aan dit algemeen reglement zou kunnen ontleeuen Zoo zou ook het Belgisch-Nederlandsch regime der tusschenwateren ingeschakeld zijn in liet regime van de internationale rivier waarvan zij voor België de voort - zetting vormen, de Schelde STAATSBOMMÏSSÏE YOOR COÖPERATIE De Minister van Justitie heeft gister middag in een der zalen van zijn Depar tement de Staatscommissie, ingesteld bij Kon besluit van 8 Juli jl om te onder zoeken of wijziging der Wet tot rege ling der coöperatieve vereenigilngen wen*-, schel ijk is dan wei of een nieuwe wel noodig moet worden geacht een en an<i<er in verband met het onderscheid tusschen coöperatieve en andere verepfnigjinjgein,, geïnstalleerd met de volgepd|e rede. waar in hij o.a. zei Deze opdracht betreft een onderzoek naar mogelijke vernieuwing of me uwen bouw van wettelijke voorschriften die aan de coöperatieve vereenijgltogeai tot bestaansvoorwaarde en bijzonderen le vensregel strekken. Hierbij wordt de aandacht gevraagd voor het onderscheid tusschen coöperatieve en andere ver- eenigingen. Hel maken van zoodanig! onderscheid sluit het hebben van ver band en samenhang niet uit, veronder stelt veeleer hunne aanwezigheid Dien volgens valt binnen liet kader der ver strekte opdracht ook te onderzoekeu of wijziging ui andere dan dfi zoo even aangeduide wetsbepalingen vvenschelijk is. Op verschillende punten, die daarbij /h aanmerking zullen komen, is dé aan dacht gevestigd. Tk meen daarvan geen opsomming te moeten geven, omdat de taak uwer commissie niet zal behoeven beperkt te zijn tot de overweging <ier vragen, 'die in woord en gesclirift zijn ter sprake gebracht. Uwe commissie zal vrij zijn om hel onderwerp in zijn <ge- heelen omvang en in alle bijZonderher den na te gaan EEN HULDE AAN DE N- O T. Namens liet Dagehjksch B©stuur van hel Verhoud van Nederiandsche Fabri- kanten-Vereenigkugeji. loco-voorzitter tie heer Simon A Maas. secretaris de heer er. bleef steeds in dc schaduw der hoo rnen en kwam al heel spoedig aan de deur hoog in den muur. waarvan Jordan de trap had latea wegnemen Ilij stond leer naar te kijken met ©eu droevig pijnlijk gevoel want hoe vaak had hi; zijn vader door die deur zien in- en uitonan toen hij plotseling van achte ren werd aangegrepen Hij draaide zich schielijk 'un en wor stelde met zijn aanvaller, de twee man nen vochten alzo© eeu paar minuten toen Neville het welbekende „beentje' lichten" toepaste en zijn tegenstander op het ohas wierp. Er was geen woord ge sproken en Neville, die den man voor een jachtopziener hield, aarzelde of hij verklaring zou geven van zijn tegenwoor digheid en heengaan toen de man een uit- r ep van verbazing deed hooren en op staande zeide .Lieve hemel1 het is mijnheer Neville!" Ne rille had een flauwe herinnering van de slem, maar kon die toch niet goed thuis brengen en stond den man met aandacht aan te zien. ..Wat, kent u mij niet meer, mijnheer?" zei hij, zijn enkel wrijvende en Nevil le nog verwonderd aanziende ,,Ik ben het, Trale inspecteur van politie Tr,v le' U herinnert u mij zeker wel, mijn heer.' Neville's gezicht klaarde op en gliinla-, chend stak hij de Iiand uit „Wel ja, natuurljjk", zei hij. ,Hof» gaat hel, Trale?" MED OOGST WAT HEN ZAAIT f d) Wanneer men de I Pink; Pillen i neemt, oogst men ge- zondheid. a* «(Z? ij-, P^7 (Ingezonden itectevie£Üi*g* TWtmr/mi.- =rr ja.' u.-ua30aistci;.vii.'n;«sja9DK Molenaar, is hel ondersLaand telegram gezonden aan den lieer van Aalst. „Van Aalst. Voorzitter Nederiandsche Overzee TruslmaaLschappij, 's-Graven hage „Hc wensch u geluk met het feil dat de. N. O T. hare werkzaamheden in hoofd zaak kan beëindigen. Mogen spoedig ver geten zijn dc onaangename wrijvingen die onvermijdelijk moesten voorkomen door uwe uitgebreide en diepgaande be moeiing met het gehcele Nederiandsche bedrijfsleven, doch onvergankelijk blijve de herinnering1 aan de onschatbare dien sten die gij en uwe medebestuurders aan onze nijverheid, liandei en scheepvaart ja aan het gehecle Nederiandsche volk hebt bewezen door u te stellen en te handhaven als trustee tusschen de Neder iandsche bedrijven en dp- oorlogvoerende mogendheden -■iWWIOU.- -OV.V;...,., NATIONALE WONINGRAAD. Tot voorzitter van den Nationaleo) Woningraad is gekozen mr. L N Roo- denburg le 's-Gravenhage. tol secretaris mr. J Bierens de Haan, Prinsengracht 691. Arasterdam. VRIJWILLIGE LANDSTORM. In het Schuttershof alhier waren gisteravond zeer vele belangstellende per sonen bijeengekomen om de groote pro paganda vergadering voor d.en vrywilligen landstorm bij le wonen De luit.-kol A Klontje, commandanl van den vrijwüügen landstorm vu Zee land wees er in zijn qpenjïjngfstwaord op, dal de beteekenis van djeze na tionale instelling is om gereed te Zijn hls pogingen worden aangewend om de bestaande orde omver le werpen Ter- wijl Nederland zich heeft aangegord om, wat de goede elementen betreft, zijn steun aan hel gezag' te geven is Zee land echter niet zoo vertegenwoordigd als gewenscht wordt tn Limburg telt de vrijw landstorm 4000. in Brabant 5000 over 't geliccle land 40 000 leden Maar in "Zeeland slechts 600. terwijl toch deze provincie van dc vroegste iij<len af aan trouw aau de regeering was Hier in de stad js er maai- één. die zich bij den buitengewonen vrijwilligen landstorm heeft aangleslotenin CÜuge zijn er 50, die dat gödaAn heblien Kapelaan Van Dorp, die kort daarop t woord verkreeg begon met te verlrellen dat 't op iets bijzonders svijst, dat liij als Roomsch priester voor deze vergadering optreedt Waar do vei ligheid wordt bedreigd hebben we allen op te komen voor het heil van ons volk. Hij en de heer Van Rees, dn- zelf geweldig tegen 'l militairisme zijn ko men om militairen te winnen Spr. komt juist terug' van zijn vacaur tiereis in Limburg waar hij dacht „wat is hier alles toch rustig' en vre dig, hij lioorde tipnr niets van bolsje wisme Men zou zich echter verg.ssem. erger dan Troelstra in de Novembei-da,- geu, indien men meende dot nu 't re- tolutiegevaar voorbij was De revolutie blijft dreigen, daarom moeten we pa raat zijn Spr. staat thans uitvoerig stil J>y tie De inspecteur lachte wel wat droevig. „Nu. vrij pijnlijk, denk ik, mijnheer?"* antwxiordde hij „maar wie zou dan ook verwacht hebben, u hier te ziem mjja- heer Neville Neville keek droevig op naaa- hel huis1. „En toch was dit vroeger mijn tehuis", zei hij meier tot zich zelf dan tot den inspecteur. „Je houdt er een zonaFrlingo manier op na olm een ouden vriend te ver welkomen, Trale", zei hij luide Trage zag er uit als eeu en al veront schuldiging. „Ik vraag u duizend maal vergiffenis, mijnheer Neville", zei hij nederig. „Ik weet niet wat u wel van mij denken moet, maar een man moet zijn plicht doen, dat weel u mijnheer, en toen ik iemand zagj dien ik voor een een „Landlooper hield", zei Neville met een glimlach, terwijl hij een blik wierp op zijn versleten plunje. „Voor den dag er mee. Trale'" „Welnu, mijnheer, u moet mij niet kwalijk nemen, maai- daar hield ik u voor of voor nog erger dan dat," gaf Trale toe. „Ik heb u het laatste half uur nagegaan en het kwam mij voor of ik een inbreker op hol spoor was. ..Dat wil ik wel gelooven". zei Ne ville somber, „en om je de waarheid le zeggen, ik dacht juist toen je mij beet pakle of ik het zou kunnen Idaar spelen in huis te komen en het oude hu,-s no® eens te bekijken." Terr«t|i®,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1919 | | pagina 5