MDDELBIRG1CHE COURANT Aio 280 Maaasêag 9 leeomfees? iiPlfg iiti- jaarsaas A bo an. prijs per kwartaal te Mid- zullen de keffers in België ons nog ve- fleüburg en bij de agenten in Vlissingen I nijniger naar de kuiten vliegen dan ze en Goes 11.55, per post 11.75. au al doen. Adverteutiën 20 cent per regel. Bij abonnement veel lager, Familieberichten eu dankbetuigingen *fc|i 1—7 regels f 1.50. Bovenstaande advertentieprijzen worden tnet L)o/£ toeslag ONDER VERDENKING VAN OUITSCIIGEZINDHEID. Dèt is het, meenen we, wat de anti Hollardische campagne in de Entente- landen mogelijk maakte: de achterdocht dat wij heimel^k Duitschland gesteund lichber Die achterdocht ontstond reeds da delijk bij 'l begin, toen het valsche praatje van het doorlaten van 't Duitsche leger door België in Frankrijk vloog. En alle tegenspraak ten spijt is de achter docht blijven leven, zoodat nu een blad als de „Temps" de enormiteit verkon- digi dat wij op Duilscli bevel de Schelde sloten, en nu maar eens opbiechlen moe- o ten teg<?n wel leen prijs wij ons dien door tocht hebben afgekocht. Hét is dat zelfde wantrouwen dat bij onzen gezant tn Peking heftig doet bekriliseeren wat liij deed voor de hem toevertrouwde Duitsche belangen, en wat in den grond precies hetzelfde is als onze gezant in Petersburg dééd voor de hem toever trouwde Engelschc belangen, en wal hèm de openlijk erkende dankbaarheid van Engeland bezorgde. De achterdocht is herhaaldelijk tot uiting gekomen bij Clemenceau als jour nalist vóór hij minister werden blijkt te hebben voortgeleefd onder de Bel gen, hoewel zij daar niet tot uiting kwam tengevolge van de Duitsche overheer- sefcing. Bij dal wantrouwen is toen nog ge komen de naijver op het land dal niét in den oorlog betrokken werd, en in die algemeene stemming heeft de over winningsroes nu maar al te gemakkelijk een campagne weten op le wekken. Maar met die psychologische verkla ring van liet verschijnsel komen we nog niet veel verder. Wij voor ons kunnen Heilig ovoviuigd „;j„o '-J— - -a. is voor die verdenking; we kunnen de incest eerlijke en spitsvondige legen- werpingen maken; we lcujnnen met alle rodeneeringskracht die ons ten dienste slaat onze goede trouw bewijzen, hel is een illusie dat we daardoor nu in eens dat wijd verbreide wantrouwen kunnen doen verdwijnen. Zelfs al zou een klein deel van wat Ier onzer ver dediging in ions land gezegd en ge schreven wordt ook in het buitenland bekend worden, dan zal nog de eigen aardige ziele-stemming in de oorlogvoe rende landen beletten dal ook eerlijk aanvaard wordt, wat eerlijk wordt ver zekerd. En nu eenmaal de persaanval legen ons is losgebroken, nu huilen dadelijk ook de ergste wolven mee, en wordt er een la sier over ons rondgeseind waar van wij in ónze naïviteit geen notie hadden. "We zouden hieraan nu nog een bloem lezing kunnen toevoegen van de schim- •pende artikels in somhuge Belgische bladen. We zouden er ook nog bijzonder heden bij kunnen vertellen van de onheb belijke manier waarop sommige Belgi sche militairen aan de Z. Vlaamsehe grens zicli gedragen tegenover de Neder- landsche ambtenaren. Maar we zullen die verzameling voor- loopig voor ons houden. Wij hebben geen reden om de spanning nog grooler te ma-< ken. Wij moeten het nu vooral hebben van de goedgezinde Belgen in ons land (men zie liet Vlaamsch Hoeksken) en in België, al moeten we er bijvoegen dat onze vertegenwoordiging in België veel meer kon en moest doen om tenminste de kletspraatjes tegen te gaan. EEN TEMPS-ARTIKEL TEGEN NEDERLAND. Naar de Telegraaf-uil Parijs verneemt bevat de Temps van 6 December een ar tikel over de waarborgen, die de loekom- slige vrede aan België moet geven. De Temps beweert, dat Nederland zelf het vraagstuk ter sprake gebracht heeft door een nota, welke de Belgische gezant te Den Haag op 3 Augustus 1911 's avonds on hing. De Nederlandsche auto riteiten, gaal de Temps voori, stelden op de Schelde de oortogsbelonning in, d. w- z- doofden de lichten en beletten de vaart Idjes nachts. Het zou nog mogelijk zijn de Schelde overdag op te varen naar Antwerpen, verklaarde de Nederlandsche regiering, maar alleen met Nederland sche loodsen. Antwerpen, het centrum van België's verdedigingsslelsef, was dus afgesloten van de zee. De nota, die deze sluiting aankondigde, werd op 'den dag van den afloop van hel Duitsche ultimatum overhandigd en vóór Ide Duilsclie troepen België waren binnen gevallen. Hel is dus duidelijk dat dat besluit van Nederland onder Duitsche pressie genomen was ren, welke de landzijde dreigden, op liet oog. 1 spreekt echter wel van zelf, dat ook jn de verdediging van de kust en aangt tegengaan van inoge- lijke gevaren ^"e van de zeezijde zou den kunnen jen, terstond de nooidige aandacht wertóescbonken. „Een der fete maatregelen daartoe was het afsluk van de doorgangen tus- schen de ciljen boven de Zuiderzee door mijuversjringen, het dooven van de voor de vjlediging aan de zeezijde ongewenschte istliehten en het leggen van oorlogsbefaiing oo-k in de Schelde. „Bij dit laab diende er rekening mee te worden góuden dat volgens het tractaat van 19, in verband met de acte van het jener Congres van 1811, de vrije vaart deze rivier voor han delsschepen |pn blijven moest. E r werd dan ok een vaargeul opengel ate Aangezien 'uit den aard der zaak alle*; Nederlandsche loodsen met de ligging ér Nederlandsche mijnen werden bekencgemaakt, had deze ver- dedigingsmaatre i ten ^(evolge, dat de vaart op de Stplde gedurende den oor logstijd, voor over het NederLandsch gebied betreft niet langer met Belgi sche Loodsen fegelijk was". We herinneri ons trouwens nog heel goed, dat zoolgg Antwerpen nog in Bel sche handen ciaat uit Engek Antwerpen voei dat Antwerpen sloten. En uit die as, steeds schepen, spe- d, voorbij Vlissingen naar Het is dus onwaar ;an de zee werd afge- Maar nu de zakelijke kant van wat er gebeurt. Er wordt legen ons gestookt, niet lou ter tengevolge van die algemeene ach terdocht, evenmin louter als gevolg van een stelselmatig plan, maar als een ge volg van die twee oorzaken samen. De tweede gebruikt de eerste., En zoo wordt er in de periode vlak vóór de Vredesconferentie een stemming tegen ons verwekt, die gevaarlijke ge volgen voor ons lean hebben, want op die Vredesconferentie zal worden be schikt over de nieuwe kaart van Europa en over de onderlinge uitwerkingen der staten. Daarom hechten we minder \vaarde aan het domme gezwets van een blad als de AntWërpsche „Métrapole" (dat is tè dom) dan aan het hieronder in dit blad vermelde zeer hatelijke artikel van de Pnrijsclie „Temps". Want dit laatste geeft ineens uitzicht op een factor dien wij zeker niet mogen vergeten: liet -belang van Frankrijk om door een wei willenden steun van alles wat België kan gerieven, zijn invloed in dat land groot, en de posilie van dat land zoo gunstig mogelijk te maken. Immers een België dat zich aan Frankrijk verplicht voelt, is de beste bescherming van Frankrijk's Noordgrens. Dat is een heel oude kwestie. Denk maar aan de barrière-sleden in België, waarvan door de mogendheden de bezet ting aan óns werd opgedragen, om den Franschen invloed naar het Noorden te gen te gaan; denk ook aan de Fransche hulptroepen die ons beletten de vruch ten van de overwinning iu den tien- daagschen veldtocht in 1830 te plukken. Als Frankrijk er zich toe zet om Bel gië aan zich te verplichten door een schadeloosstelling, zij 't ook ten koste van ons, dan hebben wij te rekenen Of een krachtige partij op die Vredes conferentie tegen ons. En onder de bescherming reu dien grooten vriend I eerste plaats de verdediging tegen Igpvg- sche regeermg zich gereed inaakt om de geheime documenten over de oorzaken van den ooi-log te publiceeren, zou de Haagsche regeering misschien verstandig handelen met de documenten te publi ceeren waarin Wilhelm of zijn regeering of zijn generale staf de wenschen van Duitschland aan Nederland overbrach ten. Men zou willen welen, Qp welk tijdstip en onder welke omstandigheden toen beloofd werd, dat de Duitsche legers het Nederlandsche grondgebied zouden eerbiedigen. Ook zou men willen welen, op wel ken datum en onder welken vorm1 Duitschland de sluiting van de Schelde geëischt heeft. Als deze onthullingen overeenkomen met wat wij veronder stellen, zouden zij een tweeledig voor deel hebben. Zij zouden de persoon lijke verantwoordelijkheid van de Ne derlandsche ministers verlichten en zij zouden nauwkeurig de door Duitsch land gevolgde politiek omschrijven. In het belang van Nederland zelf, dat wij ter wille van onee vriend schap steeds ontzien hebben, zou het beter zijn, dat er uit Den Haag klaar heid kwam en dal deze zoo spoedig mogelijk lcwam. De Teinps bepaalt zich niet tol de Schelde-kwestie. Bij hel bespreken van het Limburgsche vraagstuk, zegt het blad, dal men het onrecht moet her stellen, dat in 1830 aan België is aan gedaan. Het blad herinnert aan de politiek van Louis Philippe, die pro testeerde legen het afstaan van Lim burg aan Nederland, zéggende, dat het niet voldoende was, de citadel van Antwerpen door de Nederlanders te doen ontruimen, wanneer deze ont ruiming vergezeld ging van het behoud door den koning van Maastricht, Ste vensweert en Venlo, d. w. z. van de li nie der Beneden-Maas, die België le gen Duitsche aanvallen beschermt en welker inwoners door "hun zeden, woonten en ïneoningen aan België hecht zijn, hoewel zij inderdaad vroe ger deel uitmaakten van Nederland. De Temps besluit met de opruerkin. dat Poincaré in zijn toast, toen hij aan België de „voldoening beloofde, waarop het recht heeft door zijn lang durig lijden" eenvoudig de „nationale traditie ontwikkelde" Tegenover deze kwaadaardige uitleg ging van den maatregel inzake de Scheldc- beraring, waartegen ruim' vier jaar lang geen enkele oorlogvoerende regeer int] bezwaren opperde, willen we een korte aanhaling stellen uit mr. Treub's „In Oorlogstijd"waardoor de verdedi gingsbedoeling als eenifef motief duidelijk naar voren komt: „De tot nu toe besproken maatrege len, zoo. 'schrijft bij to 2 over „De neutraliteit ter zee" hadden in de impeie feiten wordt nu door een gezjghebbend blad ais de „Temps" zulk e n ernstige laster gehaald. Dal bevestigt slechts de meening, dat men in de Enbnte-landen motieven te gen ons z o e k een' stemming waar over we aan '(begin van dit blad eenigc opmerkingen mlken. IN IIET YLUmSCHE HOEKSKEN. Nederland en België. Het weze hier nog eens, ten over- ioede, herhaald dat wij, Belgen, die Nederland kennén, die het lief hebben gekregen, die de houding van zijn Re- fen"zéërsfcT "hefMgp sdaHigfef delijkc drijven afkeuren en betreuren, dal thans zijn uiting vindtjn enkele anli- Ntderlandsche bladen en organismen ten onzent, ent terecht door de „Mid- delburgsclie Courant", verleden Zaterdag, scheip gelaakt werd. De betuigingen van mnigen dank en van hartelijk gemeende toegenegenheid die thaus overal in Nederland opgaan, vanwege de terugkeerende Belgen, zijn het beste bewijs tot staving mijner woor den. In ons Land weergekomen zullen wij het als onze laak, neen, als een onzer voornaamste en dringendste plich ten beschouwen, de anti-Nederlandsche stemming met al onze krachten tegen te werken, onze landgenooten met de waarheid voor te lichten, en aan de ITol- landsche natie le toenen, vrat ginder sommigen schijnen te vergeten, dat Bel gië geen ander doel en heeft, dan zijn eigen Goede Recht, geen ander erf be geert dan zijn eigen kleinen, schoonen grond, en geen brijzelkem zou aanne men, aan anderen, ontstolen. Er zijn drijvers ten onzent, helaas! Maar, als 't u belieft, zie in hoe .'uttel ze zijn, hoe onofficieel ze zijn, hoe leeg ze zijn en boe ze niets vertegenwoordi- niets vertegenwoordigen kunnen. Een Kamer van Koophandel, bijvoor beeld, is hier le lande heel wat. Maar wal kan een dergelijk organisme, op 't oogenblik, bij ons zijn? Er is nog geen nationaal leven in den echten, gemeen- schappelijken zin van het woord; Brugge' ligt nog dagvaarten van Brussel af; de kringen, gezelschappen, kamers, gilden enz., waar ons land zoo rijk aan is, lig gen npg uil elkaar, moeten weer opge richt: hun leden zitten nog aan 't front, of in den vreemde, zitten overal behalve in li nu standplaats. Hoe moet dan zoo een Brussel sche Kamer van Koophandel er thans uilzien, welke richting kan zij, met eenige aanspraak op steun van 'l \-Olk, leiden! Heel de opzet schijnt mij te komen uil een hoek waar enkele oorlogskran- ken hun rees uitzieken, uit een donke ren hoek waar diegenen huizen die, in de vier bloedige schooljaren die Euro pa heeft meegemaakt, nog niets geleerd hebben, nooit iets Ieeren zullen zijn er zulken niet in ieder land1' - maar wier stem weldra uitsterven zal en zij zeil' zullen begraven worden onder het gelach en de afkeuring van het heele Belgische volk. De menschen uit dien hoek lijken mij te beboeren tot dat slag lieden die ook eiken Vlaming met huid en haar willen opslikken, en geheel Vlaanderen in hun brandkast opbergen. Ze zijn luttel, die dwazen, en wij ver loochenen ze totaal: Holland heeft, uo<; maar pas, zelf ondervonden dat één en kele persoon een heele natie kan in rep en roer brengen. ÏWaj negeeren die onbezonnen. Hol land doe het ook! En zijn er van dezul ken hier nog, op Nederlandschen bodem, het volk hale de schouders op vo,or hun gebazel, het overwege dat ze alleen staan, schandelijk alleen, en het vergeve hun, want zij weten niet wat ze doen. Nederlanders, hebt vertrouwen in de terugkeerende Belgen: Uw liefde, uw gastvrijheid, het kalme, gezonde midden waarin wij hier hebben geleefd, met zijn zuiver denken en voelen, zijn veilige middelen tegen de gifgassen welke mis schien, in ons eigen huis, om ons op zullen stijgen. Onze dank en liefde en ons besef van uw Goede Recht zijn op le hechte grondslagen gebouwd dan dat men zc kan ondermijnen met het kwade alem van dwaze vermoedens en holle woorden. IIcbt vertrouwen. En keert niet uw genegenheid van ons af. Reeds heb ik, tol mijn groot verdriet, vernomen dat er Middelburgers zijn die van hun ontstem ming jegens de Belgen met woorden en daden getuigden. Zij gelieven eens na te denken, in allen ernst, wat een land is dal jaren uitgeplunderd, uitgemoord is geworden, wat de zielstoestand is van een volk, dat jaren lang niet heeft mo gen spreken, aangewezen was op on ver trouwbare tijdingen, geboeid lag en ge hoond. Zij gelieven zich voor te stellen wat dal land. dat Volk gedaan hebben, hoe zij toch den moed hoog hebben ge houden en dan zal hun zin voor rechtvaardigheid en waarheid weer het Belgische volk in het schoone daglicht plaatsen, en zullen zij zien dat de wolk die thans uil het Zuiden opdoemt, klein is, gauw verdwijnen zal, zonder een vlek achter te laten op den helderen liefde- hemel die Holland en België overspant. Er is nog meer te doen. Gelijk wij, Belgen, bij ónze Regeering aan kunnen dringen, kan ook het Nederlandsche volk aandringen bij de zijne, om flinke, ophelderende, beslissende verklaringen te bekomen nopens geruchten die de rondte doen; om dadelijk, ten onzent, een goede, sympathieke, vertrouwde ge zant aan te stellen die al de praatjes, van stonden aan, zou kortwieken. Ik was onlangs te Antwerpen. Ik ont dekte er gauw de koele stemming voor Holland: ze spruit voort uil verkeerd oi onvoldoend ingelicht te zijn. De pers kan veel ten goede Ook ten kwade organen aanslaan ten opzichte van Duitschland, bij ons geen sympalhieken weerklank vindt, zal niemand verwon deren. De pers kan veel. Legendeh hebben een taai leven. Nog wordt er geloofd, in België, aan den Duitschen doortocht over Hollaudsch Limburg, in 1911! En ali ik u zeg, dat Duitsche soldaten en Duitsche officieren zelf beweren toen over Maastricht gepasseerd te zijn ze dachten immers ook dal Luik in Frankrijk lag! dan zal het geen verba zing wékken dat ons volk daar ook nog aan gelooft! Laat ik er aanstonds aan toevoegen dat de persoon die mij dal verhaalde, in Augustus 191-1 le Maas tricht verbleef en er geen spoor vaneen Duitschen soldaat gezien heeft. Holland weze niet ontstemd; het nare gevoel dat de gewraakte lijdingen uit België hier wekken, nijpt ook ons, en hard! Holland behoude ons zijn liefde, zooals wij aan zijn volk onzen dank en liefde behouden. Nu het zoo dwaas aan gevallen Wordt, voelen wij nog dieper wal het voor ons heeft gedaan. Het kan, neen, het zal gauw, zeer gauw verkeeren ten onzent! Wat ik zeg, schrijl ik niet uit mijn naam alleen: ik weet geen Belg, die het niet ondérteoke- nen zou: ik weet, in Holland, achtdui zend en meer Vlamingen die het zeker onderschrijven. Binnen kort gaan wij heen. En zoo gauw ons huisje klaar is, dan is onze eerste bede: Holland, kom' En Holland zal komen, omdat dan, overal in dil land zal doorgedrongen zijn de beves tiging van bovenstaande regelen, en er van het booze gestook niets meer zal overblijven dan minachting voor de sto kers, en er een band meer zal liggen lusschen de twee broedervolken van Nederland en België. JOH. DE MAEGT. 8 5111K1111 KONINKLIJK BEZOEK. Vrijdagmiddag is de Koningin te Apeldoorn gehuldigd. H. M. en de Prins kwamen om kwart voor tweeën aldaar aan. In de Kon. wachtkamer van liet station waren de burgemeester, de se cretaris en de vier wethouders. De burgemeester verwelkomde H. M. in een toespraak, welke dooi* H. M. werd beantwoord. Toen de Koningin zich buiten het station vertoonde, steeg er uit degroor te menigte op het Stationsplein geest driftig gejubel op. Tusschen een dub bele haag van padvinders door schreed H. M. gevolgd door den Prins, door voor het stationsgebouw opgerichte eerepoort naar Haar rijtuig. Tijdens den rit moest verscheidene malen worden gestopt, gelegen heid te geven voor het brengen vafl een bloemenhulde aan H. M. Toen eindelijk de groote kerk was bereikf, werd de Koningin daar namens dea Kerkeraad door ds. Westerman Holstijn toegesproken. Daarna zong de Hich! saamgepakte menigte H. 'M. een psaTot toe. De stoet trok vervolgens naar bet paleis, waar muziekkorpsen en zangver- eenigingen H. "M. een aubade brachten. Verscheidene toespraken werden nog uden. Het slot van de huldebfr- tooging was weer een défilé vat» ver- eenigingen. Om half 5 vertrok H. M. per auto naar "den Haag. He Prins bleef op het Loo. STAATSCOMMISSIE WIJZIGING GE MEENTEWET. Er is een staatscommissie ingesteld voor onderzoek van wijzigingen, wel ke binnen het bestaande leader van de Grondwet, in de Gemeentewet bér hooren le worden aangebracht, me# uitzondering van de voorschriften der Gemeentewet welke het plaatselijk be lastingstelsel regelen. In deze commissie zijn benoemd: Lof voorzitter staatsraad mr. J. Oppenheim; tot ondervoorzi lier de commissaris der, Koningin in Utrecht, graaf van Lijnden van Sandenberg; tol leden de Tweede Kamerleden De Geer en Kooien, he# Eerste Kamerlid Van Lanscliot. hel oud-Tweede Kamerlid dr. Van Leeui wen, de burgemeester van Amsterdam de beer Teilegen; lot secretaris mr. dr« J. J. Boas son, referendaris ter gemeen te-secretarie Den Haag, en tot adjunct secretaris mr. Teurling, le 's-Hertogen- bosch. NEDERLAND EN DE OORLOG. Nieuwe stagnatie in het scheepvaartverkeer. Naar het „M. Overneemt kunnen1 wegens kolengebrek de schepen „Insu- Irnde" en „De Prins" niet uitvaren. Dil schijnt tevens in verband le staan met nieuwe moeilijkheden, die gerezen zijü ten aanzien van het bunkeren in bui- tcnlandsche Jiavens. De Fransche krijgsjgevangeneD. Er lieersclite Zondagmiddag een zeer groote drukte aan hel station te Vlis singen. Het mooie weder had heel! wat wandelaars naar builen gelokt en honderden maakten een wandeling naar, de haven, mede om te zien hoe de Fran sche krijgsgevangenen daar gelegérd zijn. Zij, die omstreeks drie uur daar waren hebben een extra-trein met ongeveer dui zend van deze mannen zien aankomen', althans van een al>Umd, want de toegang tot de perrons was door 'de drukte nog strenger afgezet dan andere dagen. Ook buiten het station kon men echter van dichtbij met de soldaten kennis maken, daar deze spoedig na aankomst de wandje- tin g naai- den hoofdingang! en zoo dpor de gang maakten om bij de derde klasse wachtkamer brood en koffie in ontvangst te nemen, daar het voor liet middageten nog te vroeg was. Voor de reizigers, die met den Irein van 4.25 wilden vertrekken was een en ander een igroot ongerief. Eerst moesten zij zich langs de krijgsgevan^gmen de gang inwerken om Icaarljes te gaan koo- pen en dan moesten zij weder door den hoofdingang naar builen, weder langs de soldaten om dan door het hek tegen over hotel Zeeland nogmaals langs de Franschen te kruipen om zoo het perron te bereiken. Zondagmorgen waren met de „Le Nord" niet minder dan 2450, Zaterdag aangeko- Uien, Franschen vertrokken, terwijl Zon dag de „La France" weder aan den pon ton meerde om beden de "Zondag aange komen mannen naar hun vaderland te brengen. Hedenmlorgen vertrok van Vliai sing en „La France" met de gisteren aangekomen 1000 Fransche krijgsgevan genen; heden worden er weder 1250 verwacht. iit Stal Proflusli. Rit Middelburg. De ter aarde bestelling van het stof felijk overschot van wijlen den lieer mr. W,. Polman Kruseman, in leven griffier der Stalen van Zeeland, is bepaald op morgenmiddag. Vertrek van (le woning van den overledene op den Dam le half twee. De Belgische Kolonie, zich aanslui tend bij een programma, uit te voeren door de leerlingen der Belgische school, biedt aan de stad Middelburg 'een Dank en Huldefeest aan, m den Schouwburg op Woensdag 11 December, te 2$ ,uur. Het programma bestaat uit een dank re dü met aanbieding van gedenkenissen aai# het Bpstuw eo aan dte inwoners dér atad.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1918 | | pagina 1