liÉlbirgsebe dein! TWEEDE BLAD "EUSllETOi. VA* DB VA* caterdaff 8 Jnai <918, ae 133. DE MACIIT IN DE REGEERiN GSBURE AU X Op 't oogenblik dat wij dit schrijven weten we nog niets van de beslissing die de Kamer genomen heeft over de wijzi ging der Distributie-wet. Maar of de re geering nu al meer bevoegdheden krijgt, dan wel of zij d^iplfde macht houdt die ze nu bezit, één ding' is nu wel vol doende duidelijk, nl. dat ook slechts een geringe bevoegdheid Jn handen van eigengereide hooge of lage beambten, zonder voldoende contröle, meer kwaad doet dan een dictoriale macht in handen van een Minister, die het goejje wil. Dat Minister Posthuma steeds, en >onr> ten onrechte, zijn ambtenaren door dik en dun verdedigt, is een heel anJere kwestie dan 't feit dat zijn bedoeling en inzicht doorgaans als juist moeten er kend worden, en dat de fouten erger lijkheden geweten moeten worden aa onvoldoend inzicht der ondergeschikten, van wie vooral de crisisambtenaren dik wijls gterecruleerd zijn uit personen, dié niets om handen hadden, en die - dc •zeer goede uilzonderingen daargelaten niet als deskundigen kunnen gelden op 't gebied waarop zij ineens lot machtheb benden zijn verheven, In welk bedrijf men ook komt, telkens pntmoet men personen <lie ongelooflijke dingen vertellen van de ondeskundige wij' ze waarop in sommige burcauk de zakm worden behandeld. Wat daarover In de Kamer is meegedeeld in die vele distribu tie-debatten, is overtuigend. En de. ge volgen kent ieder uit de herliaaldp wijzi- zigingen in de getroffen regeflnglen. De Minister kan niet alles overzien en moet wel door zijn ambtenaren bande len. Maar telkens en telkens wordt erover (geklaagd, daL de Ministër bij1 de voorbeli ding' niei: voldoende de deskundigen raad pleegt. En als de Minister .dan triomfan telijk kop aantoonen dat hij ze wél raad pleegde, dan kon maar al te vaak het verwijt volgen, dat hij' hun adviezen niet Opvolgde. Nu weten we wel dat <lie des kundigen in, veel' gevallen dok de dire-i belanghebbenden zijn. Maar we hebi.en tocli ook den indruk gekregen dat bij wrijvingen tusschen vereenigingen w.Ja belanghebbenden en regeeringsburaaux, de achterdocht tegen de belanghebben- den meermalen ten nadedle van de zaak zelf werkte. Ieder heeft daarover on verkwikkelijke dingen kunnen lezen be treffende de visscherij, de peulvruch ten, de fijne zaden, en eigenlijk bij alt63 wat op den landbouw betrekking had. En daarom blijft afgescheiden van - de vraag' of men den Minister, en met hem de ambtenaren meer macht kan en wil geven de hoofdzaak voor ons dat er iets op gevonden worde om te verzekeren dat niet louter in de rege?- ringsbureaux de plannen worden uitge broed met uitsluiting van de deskundigen. Dat woord uitsluiting gebruiken we met -Opzet. Nog dezer dagen hoorden we een sterk staaltje van een zeer ingrijpende regeling die in een bureau van Den Haag was uitgedacht, zonder dat de aangewe zen wettelijke deskundigen er iets van wisten. Een toeval bracht hen ervan op Üe hoogte, en toen was de kritiek zoo vernietigend, dat het reeds klaar lig gende plan niet op den voorgeschreven datum kon worden afgekondigd. Er is voor ons één lichtstraal, cn dat is de instelling .yan de plaatselijke pro- DE GOUDEN SLEUTEL. naar het Engelstrh «looi L G. MOBEBLE1 o 30). Van een stoel bij het raam stond een dame met zwart haar haastig op, zij-*liep vlug de kamer door, viel op haar knieën -naast Babs en sloeg de armen oni haar heen. „Mijn lief kindje", zei ze met een merk waardig, ademloos hijgende stem, „ik dacht dat ze je nooit brachten en va dertje zei dat je komen zou, mijn kindje." Een oogenblik trachtte Babs zich los te maken uit de stijve omhelzing en ver bazing' verduisterde haar gezichtje. Toen brak er een glimlach op door, ze legde haar handjes tegen haar moeders wan gen en met Laar aardig vriendelijk stem metje zei ze zachtjes: „IS dat mijn moesje „Dit is je moesje, mijn dierbaar klein wezentje!" zei de vrouw, die naast haar gekn eld lag levendig1, ,,en moesje is zoo blij je te z:en. Arm moesje is niet heel wel! Zij heeft ja wat heeft zij?" En mevrouw Gardiner wendde zich tot Iductie-commissies, waarover wc hier onder nadere meedeelingen opnemen. Want dat plan wijst op een neiging tot decentralisatie, die niet anders dan heil zaam kan werken in een toestand welke bedorven is door» te groote centralisatie. Het is een spotwoord geworden, dat alles „van uit Den Haag" moet worden bedisseld, 't Is soms wel eens amusant om te hooren hoé de heeren .n Den Haag om den tuin worden geleid omdat zij geen kennis hebben van plaatselijke toestanden. Maar in den grond is het treurig, daar er zooveel ernstige belan gen door verknoeid worden. De kans bestaat, dat die Plaatselijke Productie-commissies een groote rol gaan spelen, een rol waarbij de beteeken1.; dor gemeente weer vergroot zal worden. Ze is al vergroot door de distributie, die het burgemeestersambt een veel grooter g'e- zag en invloed gaf. En ze kan nog' meer1 vergroot worden door de productie, als ook de plaatselijke commissies worden wat ze kunnen zijn. We kunnen ons daar slechts in ver heugen. We hebben vroeger, vdór den oorlog, al eenige malen gewezen op de' gevaren van een toenemende centralisa tie, waarin alles steeds meer afhing van de beslissing uit Den Haag. Wat we in oorlogstijd zagen geheimen, heeft dien invloed van Den Haag' nog sterk doen toenemen. En daarom bevelen we lederen be langhebbende aan, 'L zijne bij te dragen om die Plaatselijke Productiecommissies aan hun doel te doen beantwoorden Men beginne dan het hieronder staande te lezen. Want er *it daar een stevige kern in, waaruit veel kan groeien, voor.il ook omdat de Minister bij de instelling' de medewerking heeft ingeroepen van de landbouworganisaties, die uit de be volking zelve zijn opgekomen, en die tot nu top veel te weinig actieven invloed hadden op de regelingen van zaken, waarvan zij ongetwijfeld de beste kenners waren. PLAATSELIJKE PRODUCTIE COMMISSIES. Met hel oog op het groot belang der zaak laten we hier op deze plaats vol gen wat het Zeeuwsch Land- en Tuinb blad over dit onderwerp schrijft: De mogelijkheid oim door aanvoer uit het buitenland op voldoende wijze in de voedselvoorziening van Nederland le voor zien, heeft in den laatsten tijd een zeer ongunstige wending' genomen. Er "dient dan ook op gerekend te worden, dat wij in de eerstvolgende jaren het noo- dige voedsel zoo goed als geheel van eigen bodem zullen moeien oogsten. 't Zal -*er dus op aankomeu onzen bodem zoo productier mogelijk Ie ma ken, waartoe noodig is de steun van alle landbouwers en van hun organisatie. Verschillende maatregelen zijn dien aangaande reeds in voorbereiding en zul len deze straks in alle opzichten zoo rationeel mogelijk uitgevoerd kunnen worden, zoo zal de leiding dier uitvoe ring, althans voor hun eigen omgeving, in handen moeten zijn, van de landbou wers voormannen, daar ter plaatse De Minister heeft daarom verzocht in alle gemeenten Commissies te benoemen, die hem bij de uitvoering der groote plannen ter zijde kunnen staan. Deze Commissiën, welke Plaatselijke P^pductie Commissie (bij verkorting P P. C.) zullen heeten en uit 3—5 leden be staan, worden benoemd door den heer Regeeringscommissaris, belast met de Rijksgraan-inzameling, in overleg1 metjile Cultuurcommissie en de Zeeuwschfi Land- bouwmaatschappij. Heeren Burgemeesters zullen ambtj* halve voorzitter dier Commissies zijn. 't Spreekt van zelf, dat in deze van de zijde der Z. L. M. het oog het eerst gevestigd wordt op de bh haar aangeslo ten dorpsvereenigingen. Daar, waar de dorpsvereenigingen zich tot nog toe niet bij de 2. L M. aangesloten hebben, wordt de hulp ingeroepen der plaatse lijke bemiddelingsbureau!. Daar, waar de dorpsvereenigingen iemand, die Hilary op dat oogenblik pas voor 't eefsl opmerkte een pleegzuster met een vroolijk gezicht, die bij een ta feltje zat, te werken. „U is wat oververmoeid, dat is het eenige, mevrouw Gardiner'antwoordde de pleegzuster met een stem even opge wekt als haar gezicht„u had een goe den tijd rust noodig1." „Ja, dat was het, rust." Langzaam stond mevrouw Gardmer op uit haar knie lende houding en keerde terug naar dm stoel bij het raam. „Hel is niet dat ik krankzinnig ben, zuster Rose, is 't wel?" Eu met een droevig silieekende uitdruk king in de oogen keek zij op naar dc vroolijke pleegzuster, die nu uaast haar stond. „Zeker niet", zei zuster Rose met na druk, „uw zenuwen zijn overspannen en zij moeten weer bijkomen. Wanneer zij door en door zijn uitgerust, zult 11 weer heelemaal beter zijn". „Soms heb ik een gevoel in mijn hoofd of er oen stevig© band om heen zit en ik denk dat als de band brak, ik1 werkelijk krankzinnig zou worden", zei mevrouw Gardiner ernstig, met de oogen op Hilary gevestigd. „Maar dan zou het niet breken", zei het meisje, die den wenk van zuster Rose begrepen had. ,,U hoeft heuschjiiet bang te zijn dat het zou breken." reeds tot de Z. L. M. toetraden, zijn de landbouwers dus in der gelegenheid uit hun eigen midden daartoe de meest ge schikte personen aan te wijzen en neb ben zij daardoor zelf medezeggingjschap in de uitvoering' vati" maatregelen die hun belangen ten nauwste raken. Laat dus getoond worden, dat onze landbouworganisatie het vertrouwen, door den Minister In haar gesteld, waar dig is. En om dit te bereiken zal een eerste vereischte zijn, dat de landbou wers zelf vertrouwen stellen in hun commissies. Omvangrijk zijn de werkzaamheden, die deze Commissies hebben uit te voeren p. a. zullen de Commissies den Regee ringscommissaris behulpzaam zijn bij de inventarisatie van den oogst. Dan is aan deze Commissies opgedragen de inventari satie van het grasland, dat in aanmerking komen kan gescheurd te worden. Waar naar de meening des Ministers het aanwezige bouwland onvoldoende is voor de productie, mede door liet mest- gebrek, moet er grasland gescheurd wor den op groote schaal, waarom een wets ontwerp is ingediend, waarbij het scheu ren van grasland verplichtend gesteld kan worden. Het ligt daarbij in de bedoeling zoowel gebruikers als eigenaren een billijke .scha devergoeding te geven. Het spreekt van zelf, dat om in deze iets te bereiken een juiste inventarisatie gebiedend noodzakelijk is, vooral met het oog op het ai of niet geschikt zijn om. te scheuren. Voorts zullen de Commissies het pro vinciaal Hooibureau behulpzaam dienen te zijn en zullen zij de Cultuurcommissie van advies dienen, in zake de afgifte van teeltvergunningen e. d. Veel, zeer veel zal dus van onze orga nisatie gevergd worden, doch, waar voor al het vele werk behoorlijke vergoedin gen in uitzicht gesteld zijn, moet ook dit, naast ly?t groote eigenbelang, dat er mede gepaard gaat, een prikkel zijn, dit werk le verrichten op de meest voor beeldige wijze. En niet alleen doen wij hier een beroep op de medewerking der Commissiën, doch wij roepen de hulp in van alle landbouwers, allen zijn tot me dewerking verplicht; niet alleen om huu eigen belang, maar eveneens pm het be lang' van ons geheele volk. UITZENDING VAN KINDEREN NAAR HET PLATTELAND. Vrijdagmiddag had in 'de sociëteit St. Joris alhier een hjjeenkoimst plaats ter bespreking van liet plan tot uitzending van kinderen naar het platteland, welke op verzoek van het centraal comité bijeen was geroepen door de heeren J. H. Bltim en A. J. Hoorweg, resp. voorzitter en secretaris der provinciale veree-.,,jincf tot bestrijding der tuberculose. Met deze heeren had mej. Deetman, de huisbezoekster 'der provinciale vev- eenigSng aan de bestuurstafel plaats ge nomen. De heeren Blum en Hoorweg zetten achtereenvolgens de plannen uiteen, die zich behalve in den steun van de konin gin en de koningin-moeder ook in dim van de regeering, die f 50.000 voor liet werk wil toestaan, mogen verheugen. Waar ons land het vorig jaar 20.000 Duitsche kinderen opnam en bovendien Belgische en Fransehe, meent men 'dat er ook voor de eigen kinderen plaats gevonden moet worden. Niet alleen ;s de voedselvoorziening ten platteland© nog wel iets beter "dan in de steden, ook het verblijf op 7.ich zelf is van belang. Dat blijkt wel uit de goede resultaten, djie de vacantiekolonies opleveren. De. bedoeling is voornamelijk kinderen uit de steden en industriestreken, ook van den. midden stand in die plaatsen en 'van djen leeftijd van 6—15" jaar uit te zenden. Zij zullen voor geen of voor een geringe vergoe ding moeten worden opgenomen vooreen tijd van S of 8 weken. Voor kleeding enz. wil het Kon. Nat Steuncomité f 17 ;per kind bijdragen, terwijl' er voor de voeding boven het rantsoen een extra „Er is iets in u dat mij nieuwen moed geeft", riep mevrouw Gardiner, met -Je ©ogen-gevestigd op Hilary's gezicht, „u is zifervol leven, u maakt dat ik mij ook weer levendig' voel. Waarom komt u mij' mijn baby brengen9 Ik geloof niet dat ik uw naam gehoord heb, is 't wel?" „Neen ik ben hier geheel vreemd." Hilary kwam dichlör bij hel raam en nam den stoel dien zuster Rose haar toe schoof, terwijl Babs twee mollige hand jes op haar moeders -knie legde en tot haar opzag ^et bruine, onderzoekende oogen. „Ik logeer in hetzelfde huis als uw kleine meid en ik heb aangeboden haar naar u toe te brengen." „Hoe vriendelijk van u", mompelde mevrouw Gardiner geheel absent. „Ralph beloofde dat ze komen zou. Ralph is mijn .mar), weet u, het spijt mij zoo dat hij al die moeite met mij heeft Arme Ralph! Maar ik zal beter worden, zegt zuster Rose; als mijn hoofd zoo leeg schijnt en als ik dien band voel, dan maak ik mjj echter ongerust." „U zult heelemaal beter worden", ver beterde zuster Rose. „U is al veel beter maar hersenen hebben rust nodig, even goed als armen en beenen cn u had de uwe te weinig rust gegevén." „Ik geloof dat ze nooit rust kregen", zuchtte mevrouw Gardiner. „Iemands her sens schijnen altijd door te werken. H°t rantsoen zali worden beschikbaar gesteld. Voor geregeld schoolbezoek enz. zal zorg worden gedragen, terwijl nauwlet tend wordt toegezien, d^t geen kinderen, die lijden aan besmettelijke ziekten, wor den uitgezonden. Ds. Steinz uit Goes, die verleden jaar met mevr. Van der Have Cp den heer Stieger zorgde voor het onder dpk bren gen van 128 Duitsche kinderen, wees ex- op, <lat de komst van 40 kinderen m dit voorjaar werd afgezegd met het oog op Ide schaarschte, die thans ook ven plattenlande heerscht. Onder die Duit sche kinderen waren er echter met, wat men „paupers" zou kunnen Poemen^ wat het onderdak brengen in gezinnen ver-, gemakkelijkle. Hier geldt het echter een andere categorie kinderen en een geheel anderen toestand. Wel' heeft men in som mige gezinnen nog volop, maar men wil dil niet manifesteeren door vreemde kin deren op te nemen. Toch is spreker wel1 bereid zijn medewerking te verleenen. Van verschillende andere zijden werd er nog op gewezen, dat er ten platten lande in hygiënisch opzicht nog veel wantoestanden beslaan en dat het er met de voorziening van eieren, melk enz. ook steeds slechter wordt, terwijl ook de vraag onder de oogen werd gezien ot men de kinderen nïet beter in kolonie- huizen onder dak kon brengen. Dit wordt echter bij een groote massa 'men denkt over uitzending van 25 k 30 000 kind?- ren) te duur en bovendien zijn er rem koloniehuizen vrij voor het najaar Naar mej. Deetman meedeelde, denkt men cr wel over dan die huizen te gaan ge bruiken. Uit inlichtingen van dr Duijvis en ar. Gieben bleek, dat er ook te Vlissingen en Middelburg kinderen voor uitzending in aanmerking' komen, te Vlissingen voor namelijk uit den- kleinen burgerstand. De heer Steinz gaf ten slotte den raid om doktoren, pastoors, predikanten, schoolhoofden enz. te verzoeken hun medewerking te verleenen bij het zoeken naar gezinnen, die -kinderen op wil1 en nemen, hetzij kosteloos, hetzij met ver goeding voor melk of eieren. Een commissie, bestaande uit mej (Deelman en de heeren Hoorweg en Steinz zal dit onderzoek leiden, dat in korten tijd af moet looperrr* De heer Blum kon zich met het oog op de nade rende zoinerzitting van Prov. Staten daar voor niet beschikbaar stellen. De vergadering werd bezocht door ver tegenwoordigers van Walcheren, Zuid- Beveland en Zeeuwsch-Vlaanderen Men zal echter trachten om ook in de andere deelen der provincie kinderen geplaatst te krijgen. KERKNIEUWS, Vereeniging van Vrij#inn i Hervormden in Zeeland. In het gebouw der Vrijzinnige Her vormden te Middelburg hield giste renmiddag bovengenoemde vereeniging haar jaarvergadering onder voorzitter schap van ds. J. N. Pattist uit Aarden burg, die naar aanleiding van de notulen van de vorige jaarvergadering mejuf frouw J. C. van der Harst als bestuurslid welkom heette en mejuffrouw M. C. Jan nema als godsdiensüxnderwijzeres. Hij hoopte, dat het werk van laatstgenoemde een zegen moge worden in gfodsdienstig opzicht en bevorderlijk aan de beginselen der vereeniging. Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer dr. J. P. Cannegieter, blijkt dat door do tijdsomstandigheden door de provinciale vereeniging geen vergaderin gen zijn gehouden, maar de afdeelingCn niet stil) hebben gezeten; inzonderheid de afdeelingen Oostburg en Aardenburg gaven blijk vau een opgewekt leven, ter wijl te Westkapelle en te Vlissingen de godsdienstoefeningen konden worden her vat. De godsdienstonderwijzeres is voor- loopig werkzaam te Middelburg en Mis singen en baar werk wordt ten zeerste gewaardeerd. De Nederlandsch© vereeni ging gaf een subsidie voor het gods- is bitter jammer dat ze niet uit je hoofd genomen kunnen worden en ergens op gehangen waar hun alle inspanning be spaard werd." Zij glimlachte om haar eigen dwazen inval en toen Hilary haar glimlach beant woordde, riep zij weder uit „U wekt mij op tot nieuw levenEr is iets in uw gezicht dat mij aan de Lente doet denken. Maar 'ik heb u zeker meer gezien9" Die laatste woorden wer den zoo buitengewoon beslist uitgespro ken dat Hilary er van schrikte. „Ik kan niet denken dat u mij ooit meer gezien hebt", stamelde zij. „Ik Den liter geheel vreemd het was heeletnam bij toeval dat ik hier bij Ge Duahars gekomen ben. en het is niet waars ch ij a- lijlc dat wij elkaar in de stad ontmoet hebben." „Maar ik weet zeker dal ik u gezien heb", antwoordde mevrouw Gardiner met nadruk, zich voorover buigende om Hi lary aandachtig aan te zien, terwijl zij haar armen vaster om haar doch'ertje heensloeg. „Wat is er toch in uw ge zicht dal mij. zoo bekend voorkomt? Eu toch kan ik u nooit meer gezien hebben",' ging ij voort met een plotselinge veran dering van loon. „Als ik u gezien had zou ik uw haar nooit vergeten hebben Hilary lachte. „Mijn haar maakt jjiij vreeselijk be- dienstonderwijs. Herinnerd wordt aan de weigering van den districtsschoolopziener en B. en W van Middelburg om ,n de openbare scholen de onderwijzeres toe te laten, waardoor dure lokalen moesten worden gehuurd. Te dezer zake is aan' den Minister geadresseerd. Het verslag werd voor kennisgeving aangenomen. Door den waarnemenden penningmees ter ds. E Van Ruijtenberg te Oostburg, die dit werk tijdelijk van den vertrokken penningmeester, ds. Posthumus, heeft overgenomen, werd de rekening over gelegd, aanwijzend in ontvang f 310.5?i/, en in uitgaaf f298.71. De rekening werd goedgekeurd, evenals de begrooting voor hel jaar 1918—1919, aanwijzend in ont vang f 210.721/2 en in uitgaaf f190. Onder de ingekomen stukken wac©n mededeelingen van de Nederlandsche ver eeniging, waarbij wordt verzocht de af deelingen op le wekken meer dan tot nu toe aan de kerkelijke verkiezingen ileri te nemen; ook wordt medegedeeld, dat de vereeniging geen steun kan verleenen aan het adres aan den minister, genoemd in het jaarverslag, daar zij het als een rechtskwestie beschouwt. Het hoofdbe stuur van den Protestantenbond lieeft echter wel steun verleend. Door den heer ds. Van Ruijtenberg werd verslag uitgebracht namens de com missie voor verbetering der vrijzinnige prcdikantstractementen, waaruit blijkt, dat deze commissie tot nu toe slechts twee gemeenten kon helpen. Na enkele mededeelingen over het godsdienstonderwijs werd'de rekening van dit onderdeel goedgekeurd in ontvang op f569.17 en uitgaaf f261 67. Tot bestuurslid werd herkozen ds. J. H. de Roode te Zierikzee en gekozen ds E. van Ruijtenberg te Oostburg, dia het penningmeesterschap op zich zal uemen. Als vertegenwoordigend lid in het hoofdbestuur van de Nederlandsche ver eeniging werd benoemd de voorzitter en tot afgevaardigde naar do algemeene -vergadering ds.. Van Ruijtenberg. Een subsidie van f 50 zal worden ge geven aan genoemd comité inzake de traktementen. Behandeld werd de bescbrijvingsbriei voor de algemeene vergadering'. Inzake diet voorstel-Niermeijer om te bevorderen het iustellen van een „Algemeen Kerk bestuur" met hoogste rechtsprekende en besturende macht, waarover in het hoofd bestuur geen eenstemmigheid bestoni, werd den afgevaardigde vrij mandaat ge geven, terwijl de heer J. C Paap meende dat zulk een instelling' den band tus schen personen in een gemeente zal ver minderen. De afgevaardigde zal prolesteeren le gen het eigenmachtig optreden van het hoofdbestuur inzake de filiaalgemeente; hij zal medegaan met het idee om ie doen vervallen de bepaling in het regle ment, dat een kerkeraad niet mag ver gaderen zonder toestemming van den predikant of den consulent. Ned. Herr. K®*k. Beroepen te Waarder (bij Woerden) IT. J. van Schuppen, cand. te Veenendaali. Bedankt voor Renkum en Heelsum: B. Batelaan, te De Bildt. Aangenomen naar Mijdrecht J. G. R. Langhout te Den Bommel. Bedankt voor Brakel H. J. van Schup pen, cand. te Veenendaal. Geraf. Kerken. Beroepen te Schiedam; J. Mulder, f6 Gorinchem; te Nijkerk. H. Ph Ingwersen te Berlikum; te Dwingeloo: J. Wi. Esse- link te Alleveer (Dr.); te Veenendaal: H. W. Laman te Assen. Et. Èuth. BorlT. Beroepen te Groningen- A. C. Schade van Westrum le 's-Gravenhage Doopigez. Gemeenten. Bedankt voor Surh ui ster veen R. D. Boersma te Noordliorn. kend", zei ze. „Als de politie mij ooit moest opsporen zou ilc mijn haar zetcer eerst moeten verven." „Het is hfeel mooi", zei mevrouw Gar diner ernstig, „maai- hot is niet al'een uw haar waardoor ik zeker weet daf il; u meer gezien heb. Er is iets aan u, uw oogen, uw stem, uw manier van doen, dal mij zoo hekend voorkomt. Ik beu op het purf¥ hel mij te herinneren, maar ik kan er nog niet bij." „Misschien valt het u wel in", zei Hilary sussend, toen zij een ongelukkigm en zoekenden fylik zag in mevrouw Gar. diners oogen. „Bekommer u er maar niet over. Het is heel waarschijnlijk dat Ket u midden in den nacht te bimmn schiet of op een ander onverwacht oogen blik, wie het is aan wie ik u herinner". „li komt toch terug", luidde het vlug ge antwoord. 'Beloof me dat u terug zult komen. Ik moet u zien. Ik mooi begrijpen waarom' ik u half herken- Be loof mij dat u terug zult komen." Haar stem was scherp en opgewonden gewor den, er was meer rustclooshe d in haar oogen en Hilary antwoordde dadelijk: „Natuurlijk kom ik terug. Ik beu bij de Dunbars gelogeerd en mijnheer Dun bar heeft mijn haar noodig voor een van zijn schilderstukken. Ik zal nog eens met Babs bij u komen als ik mag". (Wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1918 | | pagina 5